

108
Middenkaderfunctionaris bouw en infra
Bijlage 9
Niveaubepaling spreekvaardigheid
Niveaubepaling Spreken Nederlands 2F-3F-4F
Naam student:
Naam beoordelaar:
Opleiding:
Crebo:
Vereist niveau:
ROC
Opdracht
❒
Kwalificerend
❒
Ontwikkelingsgericht
STAP1 Bepaal het niveau van de opdracht en kruis in de betreffende kolom één van de (beroeps)producten aan.
Bij een kwalificerende beoordeling dient het niveau van de opdracht te voldoen aan het vereiste niveau van de opleiding.
Niveau
2F
3F
4F
Omschrijving
niveau
opdracht
Monoloog over onderwerpen uit de (beroeps)
opleiding en van maatschappelijke aard, waarin
redelijk vloeiend en helder ervaringen,
gebeurtenissen, meningen, verwachtingen en
gevoelens onder woorden worden gebracht.
Monoloog over onderwerpen uit de (beroeps)
opleiding en van maatschappelijke aard, waarin
ideeën worden uitgewerkt en voorzien van
relevante voorbeelden.
Monoloog over tal van onderwerpen uit de
(beroeps)opleiding en van maatschappelijke
aard, met geïntegreerde subthema’s, specifieke
standpunten en een passende conclusie.
(Beroeps)
product n.a.v.
opdracht
❒
redenen en verklaringen voor eigen mening,
plannen en handelingen
❒
kort verhaal
❒
voorbereide presentatie uit eigen interessege-
bied en vragen naar aanleiding van deze
presentatie beantwoorden
❒
…………………………………….
❒
verhaal met inleiding, kern en slot en vragen
naar aanleiding van dit verhaal vloeiend en
spontaan beantwoorden
❒
presentatie met argumenten voor of tegen een
bepaald standpunt of voor- en nadelen van
diverse opties en vragen naar aanleiding van
deze presentatie vloeiend en spontaan
beantwoorden
❒
………………………….
❒
uitgebreid verhaal en argumentatie met extra
aandacht voor belangrijke punten
❒
goed gestructureerde presentatie met
standpunten die ondersteunend worden met
relevante voorbeelden en argumenten
❒
………………………….
STAP2 Stel vast of de student de opdracht inhoudelijk voldoende heeft uitgevoerd.
Let daarbij op of DOEL/DOELEN bereikt zijn.
❒
Goed / Voldoende
GO (ga verder met beoordeling)
❒
Onvoldoende
NO GO (= cijfer 1)
GO?
STAP3
Kruis (1x per rij) het getoonde gedrag aan.
Kenmerken
taakuitvoering
Criteria 2F*
Criteria 3F*
Criteria 4F*
* De drie niveaus zijn cumulatief: een student op een hoger niveau beheerst alle vaardigheden die op een lager niveau genoemd worden.
Afstemming
op publiek
❒
Je maakt de juist keuze in het aanspreken van
je publiek (formeel/informeel, woordgebruik,
dialect, jongerentaal etc.).
❒
Je taalgebruik is consequent en past binnen de
gegeven situatie qua toon, doel en genre.
❒
Je taalgebruik en stijl past goed bij je publiek en
je spreekt het publiek aan met goede voorbeel-
den en argumenten.
❒
Je maakt goed gebruik van ondersteunende
materialen en kunt het publiek boeien door
middel van concrete voorbeelden en eigen
ervaringen.
❒
Je maakt de juiste keuze voor ondersteunende
materialen, en kunt spontaan afwijken van je
voorbereide tekst, als er vanuit het publiek
belangwekkende punten worden aangedra-
gen.
❒
Je signaleert en reageert alert en doeltreffend
op reacties vanuit het publiek.
Samenhang
❒
Je verhaal is duidelijk door een samenhan-
gende opsomming van punten, waarbij je het
belangrijkste goed naar voren brengt.
❒
Je tekst is helder en samenhangend. De
opbouw en structuur maak je duidelijk aan het
publiek en je volgt deze ook.
❒
Je tekst is logisch gestructureerd, waardoor het
publiek je gedachtegang goed kan volgen.
❒
Je verbindt je verhaal, dat bestaat uit korte,
eenvoudige zinnen door de juiste, eenvoudige
voegwoorden en verbindingswoorden.
❒
Je gebruikt middelen om de samenhang in je
tekst duidelijk te maken (o.a. signaal- en
verbindingswoorden).
❒
Je gebruikt ordeningspatronen, verbindings-
woorden en andere samenhangende elemen-
ten die de samenhang in je tekst bevorderen.
Woordgebruik
en woorden-
schat
❒
Je beschikt over voldoende woorden, al moet
je soms een omschrijving geven van een voor
jou onbekend woord.
❒
Je beschikt over een goede woordenschat en
bent trefzeker in je woordkeuze, al komt
incidenteel onjuist woordgebruik wel voor.
❒
Je beschikt over een breed repertoire aan
woorden en uitdrukkingen en gebruikt deze
altijd correct.
❒
Je varieert het woordgebruik.
❒
Je kunt redelijk moeiteloos variëren in je
formuleringen.
❒
Je formuleert gevarieerd en doeltreffend.
Vloeiendheid,
verstaanbaar-
heid en
grammaticale
beheersing
❒
Je uitspraak is duidelijk verstaanbaar, ondanks
een eventueel accent, af en toe een verkeerd
uitgesproken woord en/of haperingen.
❒
Je bent goed verstaanbaar, hebt een goede
articulatie en intonatie en spreekt eigenlijk alle
woorden correct uit. Er zijn weinig (niet
storende) pauzes.
❒
Je bent goed verstaanbaar en kiest de juiste
klemtoon om ook fijnere betekenisnuances uit
te drukken. Er is sprake van een vloeiende
taalstroom.
❒
Je (samengestelde) zinsconstructies zijn
grammaticaal redelijk correct. Soms aarzel je
en maak je fouten, maar je herstelt deze.
❒
Je (samengestelde) zinsconstructies zijn
correct. Incidenteel komen vergissingen,
niet-stelselmatige fouten en kleine onvolko-
menheden voor, maar deze verbeter je direct.
❒
Je grammatica is correct. Je maakt zelden
fouten, maar deze corrigeer je snel en onopval-
lend.
❒
Houding, mimiek en gebaren ondersteunen
het gesprokene.
❒
Houding, mimiek en gebaren ondersteunen je
verhaal en komen spontaan en natuurlijk over.
❒
Houding, mimiek en gebaren ondersteunen je
verhaal en komen overtuigend over.
Aangekruiste
criteria per
niveau
Aantal aangekruiste criteria 2F:
Aantal aangekruiste criteria 3F:
Aantal aangekruiste criteria 4F:
STAP4 Bepaal score en eindcijfer.
Score is totaal aantal aangekruiste criteria van het niveau van deze opdracht (zie stap 1) of criteria van een hoger niveau
(maximaal 9).
Eindcijfer wordt bepaald op basis van onderstaande tabel.
SCORE:
Score
9
8
7
6
5
≤ 4
=
=
=
=
=
=
Cijfer
10
8
6 = niveau van deze opdracht behaald
5
4
3
EINDCIJFER:
STAP5 Bepaal behaald niveau.
Niveau van de opdracht (zie stap 1) is behaald als de student
minimaal een 6 (= 80% van de vereiste criteria) heeft gescoord.
BEHAALD NIVEAU:
Onderbouwing van de beoordeling:
Handtekening beoordelaar:
Datum:
Handtekening student:
Datum:
TERUG NAAR INHOUD