

36
Eerste Monteur
Voordat je start met het testen en in bedrijf stellen van de
geïnstalleerde elektrotechnische producten en systemen, voer je
een visuele inspectie uit en pleeg je overleg met de klant over de uit
te voeren werkzaamheden. Als er geen bijzonderheden zijn, kun je
overgaan tot het testen en in bedrijf stellen.
Als je samenwerkt met een ervaren collega bespreek dan voor de
start de uit te voeren werkzaamheden.
Test aan de hand van de gemaakte flowchart stap voor stap de
geïnstalleerde elektrotechnische producten en systemen. Noteer
de verzamelde testresultaten op het daarvoor bestemde formulier
van het bedrijf of het formulier ‘Testresultaten’ dat je daarvoor hebt
gemaakt bij stap 2.
Je regelt producten en systemen opnieuw in en past instellingen
aan als tijdens het testen blijkt dat dit noodzakelijk is.
Vul het formulier ‘Urenverantwoording’ dagelijks in, zodat je
een nauwkeurige registratie van het aantal gewerkte uren kunt
overleggen.
Het resultaat van stap 3 moet zijn dat de elektrotechnische
producten en systemen op een correcte en veilige manier zijn getest
en in bedrijf zijn gesteld.
Als je klaar bent met stap 3, Uitvoering en Controle, dan bespreek je
de resultaten met je begeleider.
Tijdens dit gesprek controleer je de volgende zaken:
• Zijn alle producten en systemen op de juiste wijze en volgens de
geldende procedures getest?
• Zijn de producten en systemen op een juiste wijze in bedrijf
gesteld?
• Zijn de testresultaten volledig en correct geregistreerd?
Is het testen en in bedrijf stellen afgerond, dan kan de begeleider
stap 3 beoordelen. Als er nog zaken ontbreken of moeten worden
aangepast, dan moet je dat eerst doen.