00629640008

00629640008

BEROEPSTAAK

Frezen 4 Grondplaat voor verstelbare klem

7

Opleiding Fijnmechanische Techniek > Verspaner [Crebo 94340]

BEROEPSTAAK Frezen 4 Grondplaat voor verstelbare klem

7

Opleiding Fijnmechanische Techiek > Verspaner [Crebo 94340]

69364230 Bestelnummer 00629640008

COLOFON

Auteurs M.W. Flinsenberg, A.K. Tiemersma, T.A. Overdijk

Ontwikkelgroepleider Techniek en ICT W. van Dijk

Eindredactie T. Zuijderduin, M. Brok

Illustraties Ondanks alle inspanningen is het mogelijk dat niet alle copyrights van de in de uitgave opgenomen illustraties geregeld zijn. Degene die meent alsnog rechten te kunnen doen gelden, wordt verzocht contact op te nemen met de uitgever. © 2009 Stichting Consortium Beroepsonderwijs. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar worden gemaakt, in enige vorm of enige wijze, namelijk elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opname of enige andere manier, zonder voorafgaande toestemming.

INHOUD

Introductie op de beroepstaak . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4

Stap 1 Stap 2 Stap 3

Oriënteren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6 Invullen mini-POP . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .10 Voorbereiden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .13 1. Oefening direct verdelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .14 2. Oefening indirect verdelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .19 3. Oefening radiusfrezen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .25 4. Oefening kotteren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .30 Werkvoorbereiding Grondplaat. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .36 Uitvoeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .37 Controleren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .40 Beoordelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .41 Terugkijken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .43

Stap 4 Stap 5 Stap 6 Stap 7

Bronnen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .45

Bijlage 1 Beoordelingsmonitor . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .46

3

BEROEPSTAAK FREZEN 4

INTRODUCTIE OP DE BEROEPSTAAK

In deze beroepstaak Je gaat volgens de 7 stappen van BGL een product maken. Om dit te kunnen maken moet je bepaalde vaardigheden beheersen en bepaalde competenties bezitten. Ondertussen wordt bekeken hoe je dat doet en in hoeverre je bepaalde competenties al bezit. De competenties die jij in je leven al ontwikkeld hebt, worden in een POP (Persoonlijk Ontwikkelings Plan) gezet. Dit doe je samen met je begeleider. Na deze beroepstaak Als je deze beroepstaak goed uitvoert, kun je op het niveau van ‘Overige bewerkingen frezen’: • aan de hand van een tekening een goede werkvoorbereiding maken • het materiaal en snijgereedschap controleren en afstellen op de machine • in afwijkende situaties een oplossing bedenken • met alle betrokkenen in het werkproces overleggen zodat de werkzaamheden vlot verlopen • een product maken dat voldoet aan de gestelde kwaliteitseisen • zorg dragen voor een goede werkuitvoering en werken volgens Arbo-voorschriften en de geldende bedrijfsregels • de machine in- en afstellen en bedienen zodat de bewerkingen optimaal verlopen • metingen en controles uitvoeren om te voldoen aan de eisen • de machine en werkplek schoonmaken en de machine gebruiksklaar maken voor de volgende bewerking

4

Portfolio In deze beroepstaak volg je de stappen. Er zijn in totaal zeven stappen. Neem de stappen in de juiste volgorde. Van elke stap verzamel je bewijzen (in te leveren resultaten), die in je portfolio komen. Je zorgt zelf voor de samenstelling van je portfolio. In de tabel staat welke producten bij welke stap horen.

Stap

Producten portfolio

1. Oriënteren

• Kort verslag van de uitwerkingen van de activiteiten • Tabel vaardigheden • Tabel werkvolgorde

2. Invullen mini-POP

• Ingevulde planning

3. Voorbereiden

• De beoordelingen van de verschillende oefeningen • Uitwerkingen van de diverse activiteiten • Werkvoorbereiding van de grondplaat

4. Uitvoeren

• Het gemaakte product: de grondplaat

5. Controleren

• Controlelijst van jezelf • Controlelijst mededeelnemer

6. Beoordelen

• Ingevulde beoordelingsmonitor • Bewijsstukken van het criteriumgericht interview • Eindpresentatie • Demonstratie

7. Terugkijken

• Een ingevuld mini-POP • Terugkijkverslag • Bijgewerkt portfolio

5

BEROEPSTAAK FREZEN 4

Or iënteren

IN TE LEVEREN RESULTAAT

• Kort verslag van de uitwerkingen van de activiteiten. • Tabel vaardigheden. • Tabel werkvolgorde.

Stap 1 Oriënteren

In deze beroepstaak ga je een freeswerkstuk (grondplaat) maken. Daarvoor is het nodig dat je verschillende vaardigheden beheerst. Om er zeker van te zijn dat je die vaardigheden beheerst, ga je eerst een aantal oefeningen maken. Bij stap 3, Voorbereiden, komen we daarop terug.

ACTIVITEITEN

1

De tekening 1 Bestudeer de tekeningen 017-11 en 017-12 goed. Probeer je voor te stellen hoe dit product er uit zal gaan zien. 2 Kijk eens om je heen in het bedrijf waar je werkt of stage loopt of je iets ziet dat op dit product lijkt. 3 Maak er eventueel een foto van en doe deze bij het verslag. Vaardigheden 1 Maak een lijst van de vaardigheden die je moet kunnen uitvoeren voor het maken van dit product van de tekeningen 017-11 en 017-12. Je kunt dit in de tabel invullen.

2

Tabel 1 Vaardigheden

Vaardigheid

Oefenen ja/nee

6

STAP 1 ORIËNTEREN

3

Werkvolgorde 1 Maak een tabel van de globale werkvolgorde voor het doorlopen van deze beroepstaak. 2 Bespreek met een medeleerling waar er in deze taak sprake kan zijn van samenwerken met een ander.

Tabel 2 Voorbeeld van een tabel met de werkvolgorde

Stappen

Moet altijd of soms

Heb ik wel eens gedaan

Heb ik wel eens bij geholpen

1

Tekeninglezen

Altijd / Soms Ja / Nee Ja / Nee

2

Altijd / Soms Ja / Nee Ja / Nee

3

Altijd / Soms Ja / Nee Ja / Nee

4

Altijd / Soms Ja / Nee Ja / Nee

5 etc.

Altijd / Soms Ja / Nee Ja / Nee

7

BEROEPSTAAK FREZEN 4

1,6 3,2

7 1 Grondplaat C35 140 x 20 - 182

0

130 -0,1 Ø

110±0,1

REGISTRATIENUMMER 017-11

11±0,2 Doorsnede A - A

18±0,2

1,6

Normalisaties: NEN 36434

NEN-ISO-2768 mK NEN-ISO-1101

8±0,2

135±0,2

13±0,1 18±0,1

17±0,2

11±0,2

1,6

R9

60°

A

A

45°

R5,5

180±0,2

10±0,5

1,6

30°

11±0,2

17±0,2

Scherpe kanten breken Max. 0,5 mm

8

STAP 1 ORIËNTEREN

Afbeelding 1:

1,6 3,2

0

130 Ø

4,5

+0,1

1,6

1,6

8 1 Koppelplaat C35 Ø 140 - 20

18

1,6

REGISTRATIENUMMER 017-12

5

0,02

Doorsnede A - A

Normalisaties: NEN 36434

NEN-ISO-2768 mK NEN-ISO-1101

(2X)

A

A

10,5

90

8M

0

95 +0,1

110

135±0,1

Scherpe kanten breken Max. 0,5 mm

Afbeelding 2:

9

BEROEPSTAAK FREZEN 4

IN TE LEVEREN RESULTAAT Invul len mini -POP

• Een ingevulde planning.

Stap 2 Invullen mini- POP

Je hebt de oriëntatie afgerond. Je weet nu wat de beroepstaak in grote lijnen inhoudt. In deze stap ga je de beroepstaak gedetailleerd uitwerken. In deze beroepstaak ga je, nadat je een aantal oefeningen hebt gemaakt, de grondplaat maken. Hierbij moet je aan veel zaken denken. Het mini-POP moet je zorgvuldig invullen.

In het mini-POP schrijf je op: • Wat je wilt leren.

• Hoe je dat gaat doen. • Wat je wilt bereiken. • Je planning. • De benodigde ondersteuning en faciliteiten.

ACTIVITEITEN

1

Mini-POP 1 Vul het mini-POP in.

2

Gesprek met je begeleider Je hebt nu een ingevuld mini-POP met een planning. 1 Bespreek dit met je begeleider. Tijdens het gesprek krijg je vast en zeker opmerkingen of aanvullingen op je mini-POP. 2 Verwerk deze opmerkingen eerst in je mini-POP, voordat je naar stap 3 gaat.

10

STAP 2 INVULLEN MINI-POP

1. De beroepstaak wordt afgesloten met een gesprek / beoordelingsopdracht / assessment / toets:

Onder toezicht van: ………………………….. op ……-……-…….

In ………………………………...…. (plaats). 2.Beschrijf in eigen woorden wat je gaat maken en uitvoeren in deze beroepstaak of beoordelingsopdracht. Tabel mini-POP

3.Vul onderstaand schema met vaardigheden verder in. Vaardigheden Waar? Hoe?

Wanneer? Met wie samen?

Paraaf TB/PB

4.Kijk in de beoordelingslijst (zie stap 6) wat je nog niet weet of kunt. Vul dat op dezelfde manier in als hierboven.

5.Welke workshops vind jij dat er bij deze beroepstaak gegeven moeten worden?

6.Aan welke persoonlijke competenties ga je nog meer werken in deze beroepstaak? (Zie vorige beroepstaak of je POP.)

11

BEROEPSTAAK FREZEN 4

Vul hieronder jouw planning in. Geef bij elke stap de geplande startdatum en einddatum aan. Vul later de werkelijke datum in. Zo kun je zien of je je aan de planning gehouden hebt.

Jouw plan

Stap 3

Stap 4

Stap 5

Stap 6

Stap 7

Geplande startdatum: Geplande einddatum:

Startdatum: Einddatum:

12

STAP 3 VOORBEREIDEN

Voorbereiden IN TE LEVEREN RESULTAAT

• De beoordelingen van de verschillende oefeningen. • Uitwerkingen van de diverse activiteiten. • Werkvoorbereiding van de grondplaat.

Stap 3 Voorbereiden In de vorige stap heb je jouw planning uitgewerkt. Je beschrijft daarin gedetailleerd wat je gaat doen. Voordat je de grondplaat echt gaat maken, maak je eerst een aantal oefeningen. In de

voorbereiding neem je op wat je gaat doen en wat je daarbij nodig hebt. Je werkt aan de hand van de tekening van het product. Bij een goede voorbereiding denk je zeker aan de volgende punten: • Welke informatie staat niet op de tekening maar moet opgezocht worden in bijvoorbeeld een tabellenboek. • Welke voorschriften moet ik toepassen bij het maken van het onderdeel. • Welke materiaal, gereedschappen en beschermingsmiddelen heb ik nodig. • Welke werkvolgorde moet ik toepassen.

13

BEROEPSTAAK FREZEN 4

ACTIVITEITEN

OEFENING DIRECT VERDELEN

1

Voorbereiding oefening Op een werkstuktekening komen verschillende vormen voor. Dit kunnen gleuven zijn. Er kunnen ook kamers, hoeken en nokken aan gefreesd worden. Soms moet je gleuven frezen die onder een bepaalde hoek ten opzichte van elkaar staan. Hoe je dit doet, komt in deze oefening aan de orde. 1 Wat is een verdeeltafel en wat kun je er mee doen? 2 Welke verdeeltafel wordt in de werkplaats gebruikt? Maak er een foto van. 3 Plaats een verdeeltafel op de freestafel van de freesmachine. Richt de verdeeltafel uit voor het maken van het werkstuk van tekening 014-1. Beschrijf hoe je een verdeeltafel plaatst en uitricht op een freesbank. 4 Het werkstuk van tekening 014-1 moet worden opgespannen op de verdeeltafel. Hoe span je het werkstuk? 5 Hoe richt je het uit? Houd ook rekening met het bewerken van dit werkstuk (maak foto’s en beschrijf elke stap). 6 Je moet het werkstuk van tekening 014-1 verdraaien op deze verdeeltafel. Over hoeveel graden verdraai je deze tafel voor de volgende bewerking?

Directe verdeling is ook mogelijk met een verdeelkop.

7 Wat is een verdeelkop en wat kan je er mee doen? 8 Welke verdeelkop wordt in de werkplaats gebruikt? Maak er een foto van. 9 Wat is het verschil tussen een verdeeltafel en een verdeelkop?

14

STAP 3 VOORBEREIDEN

Er zijn 2 oefeningen voor het frezen met een verdeelapparaat voor directe verdeling. Je vindt ze op de tekeningen: 014-1 en 014-3. Maak een complete werkvoorbereiding voor het maken van het product van elke tekening. Voer daarvoor de onderstaande activiteiten uit. 10 Bekijk de tekeningen 11 In welke volgorde verspaan je dit werkstuk? 12 Welke spanmiddelen heb je daarbij nodig? 13 Welke snijgereedschappen gebruik je hierbij? 14 Met welke toerentallen en voedingen verspaan je de verschillende bewerkingen? 15 Wanneer meet je en met welke meetinstrumenten? 16 Maak een zaaglijst van de benodigde materialen. Je moet daarbij rekening houden met verspaantoeslag. Uitvoeren oefening Je gaat nu aan de slag, je hebt voldoende informatie verzameld. 1 Zoek in het magazijn het materiaal op dat je nodig hebt voor het zagen van de producten van de tekeningen 014-1 en 014-3. (Soms moet dit gebeuren in overleg met een magazijnmeester.) 2 Controleer het gezaagde werk. Afbramen en scherpe kanten verwijderen. 3 Plaats een verdeeltafel op het machinebed van de freesbank zodanig dat je het werkstuk van de tekeningen 014-1 en 014-3 kunt maken. 4 Laat voordat je met het verspanen begint eerst de plaatsing van de verdeeltafel controleren door de praktijkopleider. 5 Maak het werkstuk met tekeningnummer 014-1 en 014-3 op een van de aanwezige machines. Houd rekening met de mogelijkheden van de machine. Of maak een vergelijkbaar werkstuk vanuit je beroepspraktijk.

2

15

BEROEPSTAAK FREZEN 4

15 68

98±0,1

49

49

98±0,1

30 +0,1 0

50 +0,1 0

Scherpe kanten breken

1,6

100 x 100 - 52

1 1 VIERKANT

S235JRG2C

BENAMING

CONV.VERSPANER

OEFENING / BEROEP

BLOK MET ZESKANT

FREZEN ZESKANT

014-1

16

STAP 3 VOORBEREIDEN

Afbeelding 3:

24 slw h11

100

148

32

Ø

Scherpe kanten breken

3,2

1 1 ZESKANT

Ø 32 x 150

C35

BENAMING

CONV.VERSPANER

OEFENING / BEROEP

ZESKANTE STAAF

FREZEN ZESKANT

014-3

17

BEROEPSTAAK FREZEN 4

Afbeelding 4:

3

Controle oefening 1 Maak een controlelijst van de gemaakte oefening. 2 Ga na of je aan de gestelde veiligheidsvoorwaarden hebt voldaan. 3 Controleer je gemaakte werk aan de hand van de controlelijsten. 4 Lever het werkstuk in.

4

Beoordeling en nabespreking oefening Laat je praktijkopleider het gemaakte werk zien en beoordelen. Bespreek wat er goed ging en wat er minder goed is gegaan.

18

STAP 3 VOORBEREIDEN

OEFENING INDIRECT VERDELEN

1

Voorbereiding oefening Om verdelingen te kunnen maken waarbij we niet kunnen werken met een directe verdeling gebruiken we een indirecte verdeling.

1 Wat is een verdeelkop met een indirecte verdeling? Welke producten kan je hiermee maken? 2 Wat is een verdeeltafel met een indirecte verdeling? Welke producten kan je hiermee maken? 3 Beschrijf met behulp van foto’s uit welke onderdelen een verdeelkop voor indirect verdelen bestaat. 4 Wat is het verschil tussen direct en indirect verdelen? 5 Op tekening 014-4 zie je een nok met gleuven staan. Onder welke hoek staan de gleuven ten opzichte van elkaar? 6 Als je het werkstuk van tekening 014-4 op een verdeelkop gaat maken, over hoeveel graden moet je de verdeelkop bij elke hoek verdraaien? 7 Kan je de gleuven van dit werkstuk aanbrengen op een directe verdeelkop? Licht je antwoord toe. 8 Onderzoek welke hoekverdraaiing er mogelijk is bij een verdeelkop met een indirecte verdeling. 9 Je wilt een werkstuk 1 keer in zijn geheel laten ronddraaien. Hoeveel omwentelingen moet je de kruk laten maken? 10 Je wilt aan een werkstuk 20 platte vlakjes frezen. Hoeveel omwentelingen moet je de kruk laten maken tussen elk plat vlakje? Als je het product van tekening 014-4 moet maken kan dit alleen met behulp van een indirecte verdeling. Vraag zonodig uitleg aan je begeleider.

19

BEROEPSTAAK FREZEN 4

11 Bereken hoeveel omwentelingen je dit product moet laten verdraaien om de juiste verdeling te krijgen. Doe dit voor zowel de sleuven als de gaten. Laat dit zien met een berekening. 12 Laat zien hoe je de gaatjesschijf hebt gebruikt. 13 Span het werkstuk in de verdeelkop en controleer (zonder te verspanen) of je berekening juist is. 14 Beschrijf de handelingen die je moet verrichten om dit product te verspanen. Er zijn 3 oefeningen voor het frezen met een verdeelapparaat voor indirecte verdeling. Je vindt ze op de tekeningen: 014-4, 014-5a en 014-5b. Maak een complete werkvoorbereiding voor het maken van het product van elke tekening. Voer daarvoor de onderstaande activiteiten uit. 15 Bekijk de tekeningen. 16 In welke volgorde verspaan je dit werkstuk? 17 Welke spanmiddelen heb je daarbij nodig? 18 Welke snijgereedschappen gebruik je hierbij? 19 Met welke toerentallen en voedingen verspaan je de verschillende bewerkingen? 20 Wanneer meet je en met welke meetinstrumenten? 21 Maak een zaaglijst van de benodigde materialen. Je moet daarbij rekening houden met verspaantoeslag. Uitvoeren oefening Je gaat nu aan de slag. Je hebt voldoende informatie verzameld en een zaaglijst gemaakt. 1 Zoek in het magazijn de verschillende materialen op die je nodig hebt voor het zagen. Zaag de producten. (Soms moet dit gebeuren in overleg met een magazijnmeester.) 2 Controleer het gezaagde werk. Afbramen en scherpe kanten verwijderen. 3 Plaats de verdeelkop en lijn deze uit. 4 Maak de werkstukken met tekening nummer 014-4, 014-5a en 014-5b op een van de aanwezige machines. Houd rekening met de mogelijkheden van de machine. Of maak een vergelijkbaar werkstuk vanuit je beroepspraktijk.

2

20

STAP 3 VOORBEREIDEN

30±0,1 Ø

A3,15 - NEN 845

20±0,1 20±0,05

8 +0,1

10±0,05

130±0,2 70

30±0,05

Ø Ø

40h7

5±0,2

65±0,1

Ø

51°25'43"

±15'

(7x)

90°

10 +0,05 0

(5x)

±15'

72°

1,6

Scherpe kanten breken

1 1 ROND

Ø 70 x 125

X45CrMo52

BENAMING

CONV.VERSPANER

OEFENING / BEROEP

GETANDE AS

VERDEELKOP-FREZEN-BOREN-GLEUFFREZEN

014 - 4

21

BEROEPSTAAK FREZEN 4

Afbeelding 5:

Doorsnede B - B

102

+0,1 0

+2 0

18

21

+2 0

+0,1 0

3

15

16

0,05 A

A

0,8

0,8

0,8

0

30 -0,01

-0,06 Ø

-0 Ø

25 +0,2

20 -0,05 Ø

3

14 +0,05 -0

59°

20M x1,5-6g

Ø

Ø h13 17,7

18

42

+0,1 -0

20

74

A2 - NEN 845

+0,2 +0,1

3x

B

8

0,1

0 -0,1

17

4 +0,1 0

0 17,7H13 -0,270

Grensmaten flankenmiddellijn max. min. M20x1,5-6g 18,994 18,854

B

42

0,8

1,6

(

)

Scherpe kanten breken max. 0,5 x 45°

1 1 ROND

Ø 45h11 - 145

11SMnpB28

BENAMING

CONV.VERSPANER

OEFENING / BEROEP

SPANAS

VERDEELKOP-FREZEN-BOREN-GLEUFFREZEN

014 - 5A

22

STAP 3 VOORBEREIDEN

Afbeelding 6:

0 -0,1

3x

8

R25±5

0,1

+1 0

+0,2 0

+0,1 0

40

8

17

4 -0,1

-0,2

+0,1

20 +0,05 Ø

25Ø

0,8

0,8

+0,1 0

68

42

A

+0,1 0

6

0,1 A

32

0,1 A

0,8

1,6

(

)

Scherpe kanten breken max. 0,5 x 45°

1 1 ROND

Ø 45h11 - 71

11SMnpB28

BENAMING

CONV.VERSPANER

OEFENING / BEROEP

SPANBUS

VERDEELKOP-FREZEN-BOREN-GLEUFFREZEN

014 - 5B

23

BEROEPSTAAK FREZEN 4

Afbeelding7:

3

Controle oefening 1 Maak een controlelijst van de gemaakte oefening. 2 Ga na of je aan de gestelde veiligheidsvoorwaarden hebt voldaan. 3 Controleer je gemaakte werk aan de hand van de controlelijsten. 4 Lever het werkstuk in.

4

Beoordeling en nabespreking oefening 1 Laat je praktijkopleider het gemaakte werk zien en controleren. Bespreek wat er goed ging en wat er minder goed is gegaan.

24

STAP 3 VOORBEREIDEN

OEFENING RADIUSFREZEN

1

Voorbereiding oefening In de vorige oefeningen ging het om het maken verdelingen. Hierbij moest het werkstuk een aantal graden worden verdraaid. In deze oefening ga je leren hoe je grote rondingen (radiussen) of ‘gebogen’ sleuven op de freesbank kunt maken. 1 Als je tekening 016-2 bekijkt, dan zie je twee sleuven getekend. Hoe zou je deze sleuven kunnen maken op een conventionele freesmachine? 2 Welke gereedschappen/hulpmiddelen heb je hierbij nodig? 3 Beschrijf eventueel met foto’s hoe je het werkstuk positioneert op de freestafel. 4 Waar moet je op letten bij de positionering van het werkstuk op de freesbank? 5 Geef in de tekening aan waar het startpunt ligt als je deze sleuven gaat frezen. 6 Als je dit werkstuk maakt, is het belangrijk dat je dit in een bepaalde volgorde doet. Beschrijf deze volgorde. Er zijn 2 oefeningen voor het frezen van radiussen met een draaitafel. Je vindt ze op de tekeningen: 016-1 en 016-2 Maak een complete werkvoorbereiding voor het maken van het product van elke tekening. Voer daarvoor de onderstaande activiteiten uit. 7 Bekijk de tekeningen. 8 In welke volgorde verspaan je dit werkstuk? 9 Welke spanmiddelen heb je daarbij nodig? 10 Welke snijgereedschappen gebruik je hierbij? 11 Met welke toerentallen en voedingen verspaan je de verschillende bewerkingen? 12 Wanneer meet je en met welke meetinstrumenten? 13 Maak een zaaglijst van de benodigde materialen. Je moet daarbij rekening houden met verspaantoeslag.

25

BEROEPSTAAK FREZEN 4

2

Uitvoeren oefening Je gaat nu aan de slag. Je hebt voldoende informatie verzameld en een zaaglijst gemaakt. 1 Zoek in het magazijn de verschillende materialen op die je nodig hebt voor het zagen. Zaag de producten. (Soms moet dit gebeuren in overleg met een magazijnmeester.) 2 Controleer het gezaagde werk. Afbramen en scherpe kanten verwijderen. 3 Plaats de verdeeltafel en lijn deze uit. 4 Maak de werkstukken met tekeningnummer 016-1 en 016-2 op een van de aanwezige machines. Houd rekening met de mogelijkheden van de machine. Of maak een vergelijkbaar werkstuk vanuit je beroepspraktijk.

26

STAP 3 VOORBEREIDEN

60

52

30°

110±0,1

78

88 +0,2 0

A

A

11H8

24°

39

0,04 A

Doorsnede A - A

(2x)

6

11

7

14,5±0,1

29

0,8

22Ø H7 120

A

0,8

1,6

(

)

Scherpe kanten breken max. 0,5 x 45°

80 x 30 - 125

1 1 Plat

S285 JRG2C

BENAMING

CONV.VERSPANER

OEFENING / BEROEP

RASTERSCHIJF

FREES/KOTTEROEFENING

016 - 1

27

BEROEPSTAAK FREZEN 4

Afbeelding 8:

83±0,1

60±0,1

49±0,05

15±0,1

8H7 (2x) 48 Steekcirkel 68 +0,05 0 15 +0,05 0

10

98±0,1

45° 45°

R5

90±0,02

49±0,1

7,5±0,02

35±0,1

98±0,1

30±0,05 Ø

6

20 +0,1 0

30 +0,1 0

1,6

Scherpe kanten breken max. 0,5 x 45°

100 x 100 - 40

1 1 Vierkant

C35

BENAMING

CONV.VERSPANER

OEFENING / BEROEP

BLOK MET ZESKANT

FREES/KOTTEROEFENING

016 - 2

28

STAP 3 VOORBEREIDEN

Afbeelding 9:

3

Controle oefening 1 Maak een controlelijst van de gemaakte oefening. 2 Ga na of je aan de gestelde veiligheidsvoorwaarden hebt voldaan. 3 Controleer je gemaakte werk aan de hand van de controlelijsten. 4 Lever het werkstuk in.

4

Beoordeling en nabespreking oefening 1 Laat je praktijkopleider het gemaakte werk zien en controleren. Bespreek wat er goed ging en wat er minder goed is gegaan.

29

BEROEPSTAAK FREZEN 4

OEFENING KOTTEREN

1

Voorbereiding oefening Kotteren is een bewerking die op een freesbank uitgevoerd kan worden met een kotterkop. Er zijn echter ook machines, vooral voor het grote en zware werk, waar alleen maar kotterbewerkingen op uitgevoerd kunnen worden. Dat zijn de zogenaamde kotterbanken.

1 Wat voor soort bewerking is kotteren? 2 Wanneer ga je kotteren?

3 Ga naar de werkplaats en zoek de verschillende kotterkoppen bij elkaar. Kijk welke onderdelen aan de kotterkoppen zitten. Beschrijf deze onderdelen, toegelicht met foto’s. 4 Vraag aan je praktijkopleider uitleg en demonstratie over het instellen van de kotterkop. Maak hiervan een kort verslag. Hierin moeten de volgende punten beschreven worden. • Waar moet je op letten bij het afstellen van de kotterkop? • Hoe bepaal je de plaats van het kotteren? • Welke zaken moet je instellen aan deze kotterkop? • Welke snedediepte, voeding en toerental stel je in? 5 Wat is de minimale snedediepte die je bij kotteren kunt toepassen? 6 Op tekening 015-2 staat een maat van 22H7 aangegeven. Op welke maat stel je de kotterkop af om deze maat te kotteren? Er zijn 3 oefeningen kotteren. Je vindt ze op tekeningen: 015-1 t/m 015-3. Maak een complete werkvoorbereiding voor het maken van het product van elke tekening. Voer daarvoor de onderstaande activiteiten uit. 7 Bekijk de tekeningen. 8 In welke volgorde verspaan je dit werkstuk? 9 Welke spanmiddelen heb je daarbij nodig? 10 Welke snijgereedschappen gebruik je hierbij? 11 Met welke toerentallen en voedingen verspaan je de verschillende bewerkingen? 12 Wanneer meet je en met welke meetinstrumenten? 13 Maak een zaaglijst van de benodigde materialen. Je moet daarbij rekening houden met verspaantoeslag.

30

STAP 3 VOORBEREIDEN

2

Uitvoeren oefening Je gaat nu aan de slag. Je hebt voldoende informatie verzameld en een zaaglijst gemaakt. 1 Zoek in het magazijn de verschillende materialen op die je nodig hebt voor het zagen. Zaag de producten. (Soms moet dit gebeuren in overleg met een magazijnmeester.) 2 Controleer het gezaagde werk. Afbramen en scherpe kanten verwijderen. 3 Maak de werkstukken met tekening nummer 015-1, 015-2 en 015-3 op een van de aanwezige machines. Houd rekening met de mogelijkheden van de machine. Of maak een vergelijkbaar werkstuk vanuit je beroepspraktijk.

31

BEROEPSTAAK FREZEN 4

38±0,5

19±0,5

A

A

38±0,5

19±0,5

Doorsnede A - A

Ø

30±0,2

20±0,2

Ø

1,6

20±0,5

1,6

30±0,5

41±0,5

1,6

16±0,2 Ø

1,6

3,2

(

)

Scherpe kanten breken max. 0,5 x 45°

40 x 40 - 45

1 2 STAF

ENAW-5754-H22

BENAMING

CONV.VERSPANER

OEFENING / BEROEP

KOTTEROEFENING

KOTTEROEFENING

015 - 1

32

STAP 3 VOORBEREIDEN

Afbeelding 10:

85±0,05

Doorsnede B - B

50±0,05

+0,1 0

B

15

B

0,1 B

0,8

22

50±0,1

Ø H7

76±0,1

60±0,1

A

A

16 +0,1 0

30±0,05

6±0,1

B

70±0,05

Doorsnede A - A

76±0,1

0,1 A

0,8

0,8

16±0,05

18±0,02

Ø

Ø

100±0,1

A

0,8

1,6

(

)

Scherpe kanten breken max. 0,5 x 45°

80 x 30 - 103

1 2 Plaat

C35

BENAMING

CONV.VERSPANER

OEFENING / BEROEP

GELEIDEPLAAT

KOTTEROEFENING

015 - 2

33

BEROEPSTAAK FREZEN 4

Afbeelding 11:

H7

90

Ø50H7

A 80H7

A

Ø40

45

30

70

110

140

Doorsnede A - A

15

35

1,6

Scherpe kanten breken max. 0,5 x 45°

100 x 40 - 145

1 1 Plaat

EN AW-5754-H22

BENAMING

CONV.VERSPANER

OEFENING / BEROEP

EINDOPDRACHT KOTTEREN

KOTTEROEFENING

015 - 3

34

STAP 3 VOORBEREIDEN

Afbeelding 12:

3

Controle oefening 1 Maak een controlelijst van de gemaakte oefening. 2 Ga na of je aan de gestelde veiligheidsvoorwaarden hebt voldaan. 3 Controleer je gemaakte werk aan de hand van de controlelijsten. 4 Lever het werkstuk in.

4

Beoordeling en nabespreking oefening Laat je praktijkopleider het gemaakte werk zien en controleren. Bespreek wat er goed ging en wat er minder goed ging.

35

BEROEPSTAAK FREZEN 4

WERKVOORBEREIDING GRONDPLAAT

Je hebt nu alle oefeningen gedaan. Alle vaardigheden die je nodig hebt voor het maken van het product heb jij je eigen gemaakt. Nu kun je overgaan tot het maken van de werkvoorbereiding voor het maken van de grondplaat. In de werkvoorbereiding neem je op wat je gaat doen en wat je daarbij nodig hebt. De tekening van het product is daarbij je belangrijkste informatiebron. De volgende punten zijn daarbij van groot belang: • Welke informatie staat niet op de tekening (zie tekening 017- 11 en 017-12) maar moet opgezocht worden in bijvoorbeeld een tabellenboek. • Welke voorschriften moet je toepassen bij het maken van de verschillende onderdelen. • Welk materiaal, gereedschappen, hulpmiddelen en beschermingsmiddelen heb je nodig. • Welke volgorde moet je toepassen. • Welke veiligheidsmaatregelen moet je nemen. Maken van de werkvoorbereiding 1 Bepaal welke bewerkingen je moet toepassen om de grond- plaat te maken. 2 Maak een lijst van gereedschappen die je nodig hebt om dit product te maken. 3 Geef de maten van het uitgangsmateriaal. 4 Hoe worden deze werkstukken opgespannen? 5 Maak een complete werkvoorbereiding van de grondplaat. Hierin moeten de volgende onderwerpen voorkomen. • In welke volgorde verspaan je deze werkstukken? • Wanneer span je dit werkstuk om? • Welke gereedschappen gebruik je hierbij? • Met welke toerentallen en voedingen verspaan je de verschillende bewerkingen? • Wanneer meet je en met welke meetinstrumenten?

1

36

STAP 4 UITVOEREN

Ui tvoeren

IN TE LEVEREN RESULTAAT

• Product.

Stap 4 Uitvoeren

Je gaat nu aan de slag met het maken van de grondplaat. Alle informatie heb je inmiddels verzameld. Gebruik je bewerkingsvolgorde en de tekening als basis voor de uitvoering van de opdracht.

ACTIVITEITEN

1

Voorbereiding 1 Verzamel het materiaal dat je nodig hebt. Controleer de afmetingen. 2 Verzamel de hulpstukken en gereedschappen die je nodig hebt. 3 Bestudeer de tekening. Uitvoering 1 Zaag het uitgangsmateriaal. 2 Maak aan de hand van de tekening van de grondplaat en de werkvoorbereiding van de vorige opdracht het werkstuk. Tekening nummer 017-11 en 017-12. 3 Let hierbij op de veiligheid. De praktijkopleider beoordeelt je hierop.

2

37

BEROEPSTAAK FREZEN 4

38

STAP 4 UITVOEREN

Afbeelding 13:

Afbeelding 14:

39

BEROEPSTAAK FREZEN 4

Controle

IN TE LEVEREN RESULTAAT IN TE LEVEREN RESULTA T ren

• Controlelijst.

Stap 5 Controleren

Je hebt je beroepstaak uitgevoerd. Nu ga je je eigen werk controleren.

ACTIVITEITEN

1

Controlelijst 1 Maak een controlelijst. • Hoe ga je dit aanpakken? • Denk aan de volgende punten • Maatvoering • Afwerking 2 Benoem aan welke gestelde veiligheidsvoorwaarden je hebt voldaan.

2

Uitvoeren controle 1 Controleer je gemaakte werk aan de hand van een controlelijst.

40

STAP 6 BEOORDELEN

IN TE LEVEREN RESULTAAT Beoordelen

• Ingevulde beoordelingsmonitor. • Bewijsstukken van het criteriumgericht interview. • Eindpresentatie. • Demonstratie.

Stap 6 Beoordelen

In deze stap word je beoordeeld met een beoordelingsmonitor. Met de beoordelingsmonitor word je beoordeeld op: • wat je hebt gemaakt • hoe je dit hebt uitgevoerd. Er wordt speciaal gelet op je vakkennis, vaardigheid en beroepshouding. Tijdens het uitvoeren van de beroepstaak houden jij en je beoordelaars de beoordelingmonitor bij.

ACTIVITEITEN

1

Invullen beoordelingsmonitor 1 Zorg voor een correct ingevulde beoordelingsmonitor. 2 Vraag een medeleerling om jou te beoordelen op communicatieve en sociale vaardigheden.

2 Bewijsstukken van het criteriumgericht interview 1 Verzamel alle bewijsstukken zoals controlelijsten, gemaakte werkstukken enzovoort. 2 Je moet kunnen aantonen dat je de beroepstaak goed hebt uitgevoerd. Het criteriumgericht interview 1 Stel de definitieve datum vast voor het beoordelingsmoment met je beoordelaars. 2 Bereid het criteriumgericht interview heel goed voor. 3 Voer een beoordelingsgesprek met je begeleider 3

41

BEROEPSTAAK FREZEN 4

4

Eindpresentatie (In overleg met je begeleider) 1 Stel de definitieve datum vast voor de eindpresentatie met je beoordelaars. 2 Bereid de presentatie voor. 3 Voer de presentatie uit. Demonstratie (In overleg met je begeleider) 1 Stel de definitieve datum vast voor de demonstratie met je beoordelaars. 2 Bereid de demonstratie voor. 3 Voer de demonstratie uit.

5

42

STAP 7 TERUGKIJKEN

Terugki jken IN TE LEVEREN RESULTAAT

• Een afgevinkt mini-POP. • Terugkijkverslag. • Bijgewerkt portfolio.

Stap 7 Terugkijken

Je hebt deze beroepstaak bijna afgerond. Het is nu tijd om terug te kijken op de uitvoering ervan. Deze laatste stap is een heel leerzame stap. Je kunt de informatie die je hier krijgt, gebruiken om je competenties te verbeteren in een volgende beroepstaak.

Maak een afspraak met je trajectbegeleider voor dit gesprek.

43

BEROEPSTAAK FREZEN 4

ACTIVITEITEN

1

Terugkijkverslag 1 Maak een terugkijkverslag aan de hand van onderstaand schema.

Naam: Datum: Beroepstaak: Naam trajectbegeleider:

Stap

Wat ging goed

Wat kon beter

1 Oriënteren 2 Invullen Mini-POP 3 Voorbereiden 4 Uitvoeren

5 Controleren 6 Beoordelen

Samenvatting, beoordeling en conclusies

Wie

Wat heb ik geleerd

Waar moet ik nog aan werken

Trajectbegeleider Medeleerling Praktijkopleider Zelf

44

BRONNEN

Boeken Integratie Machinaal verspanen 1 KENTEQ - 216-343-1 Integratie Machinaal verspanen 2 KENTEQ - 216-344-1 Verspanings technologie 90 11 0005236 Polytechniek deel 1 KENTEQ –102-301-1 Polytechniek deel 2 KENTEQ –102-301-6 (Bewegingen, Toerentallen, Goniometrie) Tabellenboek Mechanische techniek ISBN 90 01 13397 5 Via internet Google (verdeelplaat, verdeelkop en kotteren) NEN-Bundel

Internet www.leren.nl www.techniekstad.nl www.verspanen.tk

45

BEROEPSTAAK FREZEN 4

BIJLAGE 1 BEOORDELINGSMONITOR

Opmerkingen

Leerling: Complexiteit

Beoordeling D

score D - A - G

docent

praktijkopleider

leerling

Competenties Prestatie-indicator of verwacht gedrag afgeleid van de prestatie-indicator

Verwoordt in hoeverre de persoonlijke waarden en kwaliteiten van invloed zijn op het zoeken naar passend werk. Heeft na overleg met anderen, inzicht in passend werk.

M Analyseren Vergelijkt de persoonlijke en gevraagde kwaliteiten en concludeert hieruit wat passend werk is. N Onderzoeken Is in staat, d.m.v. informatie in te winnen, in te schatten welk werk aansluit bij de persoonlijke kwaliteiten. A Beslissen en activiteiten initiëren Is in staat de leeractiviteiten in de praktijk uit te voeren en zo nodig bij te stellen. A Beslissen en activiteiten initiëren E Samenwerken en overleggen L Materialen en middelen inzetten T Instructies en procedures opvolgen K Vakdeskundigheid toepassen Instructies en H Overtuigen en beïnvloeden

Q Plannen en organiseren Heeft op basis van zijn leerdoelen een planning gemaakt van zijn leeractiviteiten. Oefening indirect verdelen ind P pra/v Oefening radius frezen ind P pra/v Oefening kotteren ind P pra/v N Onderzoeken Houdt zich voortdurend op de hoogte van werknemersrechten en vastgelegde procedures. Kennistoets vakdeskundigheid ind K v Werkvoorbereiding van de grondplaat ind P pra/v Het product, de grondplaat ind P pra/v K Vakdeskundigheid toepassen L Materialen en middelen inzetten procedures opvolgen T Houdt zich aan de procedures zoals die zijn vastgelegd in wettelijke voorschriften. Is in staat de besluitvoering over werknemersrechten te beïnvloeden door te onderhandelen op basis van individuele/groepsmening. 4 4.2 Maakt gebruik van werknemersrechten 1 1.2 Machine productiegereed maken 1 1.3 Uitvoeren verspanende bewerking Resultaten gemaakte opdrachten Oefening direct verdelen ind P pra/v Neemt, zo nodig en eventueel d.m.v. vertegenwoordigende organen, initiatief om op te komen voor de werknemersrechten. Vraagt advies aan collega’s of aan relevante orga-nisaties om zijn werknemersrechten, zo nodig, te beschermen. ind P pra/v

Stelt de te gebruiken machinesnel en precies in en af en laat een proefbewerking uitvoeren. Kiest, controleert en gebruikt materialen, middelen en gereedschappen die nodig zijn voor het bewerken van het materiaal. Draagt zorg voor het goed in en afstellen van machines en gereedschappen. Stelt de machine in en af volgens tekeningen, geldende kwaliteitsnormen, Arbo-, veiligheid- en milieuvoorschriften. Toont een goede oog ¬hand coördinatie en bewerkt het materiaal door de benodigde machines te bedienen en het bewerkingsproces te bewaken Gebruikt materialen en middelen efficiënt. S Kwaliteit leveren Bewerkt het materiaal systematisch door af te wisselen met tussentijdse metingen.

D Aandacht en begrip tonen

G Relaties bouwen en netwerken

Code

Werkproces

2.2 Onderzoekt welk

werk er is en wat bij hem past

leerproces en voert uit

1 1.4 Plant zijn eigen

Kerntaak

2

BPV ok Kerntaak LLB

beoordelingsvorm beoordelaars

werkvorm

ind v v

ind v v

ind v v

ind v v

G2,3 E V

Product

Tabel bewerkingen van de grondplaat Verslag van de activiteiten Tabel vaardigheden Tabel werkvolgorde

Ingevulde planning

46

Stap 1 Oriënteren

Stap 2 Invullen mini-POP

Stap 4 Uitvoeren

Stap 3 Voorbereiden

Frezen 4

Verspaner [94340] Monitor

F Ethisch en integer handelen Is op de hoogte van algemeen aanvaarde normen en waarden en kan en durft deze bij overschrijding te benoemen. P Leren Is in staat gedrag en functioneren aan te passen aan de hand van feedback. S Kwaliteit leveren Voert het werk uit conform de kwaliteits- en productiviteitseisen van de organisatie. T Instructies en procedures opvolgen Kent de regels en procedures van het bedrijf en voert deze uit. U Omgaan met verand. en aanpassen V Met druk en tegenslag omgaan T Instructies en procedures opvolgen E Samenwerken en overleggen K Vakdeskundigheid toepassen T Instructies en

Houdt zich op de hoogte van veranderingen in de organisatie en kan zich hierbij zo nodig aanpassen. Kan onder druk productief werken maar is in staat bij bedrijfsbelangen en persoonlijke belangen hierbij grenzen aan te geven.

Controlelijst van jezelf ind P l K Vakdeskundigheid toepassen Controleert het product op nauwkeurigheid in relatie tot de kwaliteitseisen, door het uitvoeren van specifieke metingen. Controlelijst mededeelnemer G2 P l L Materialen en middelen inzetten Gebruikt verschillende meetinstrumenten gericht en doeltreffend. T Instructies en procedures opvolgen Legt de meetresultaten vast volgens vastgestelde procedures,protocollen en geldende bedrijfsprocedures. K Vakdeskundigheid toepassen Archiveert gebruikte werktekeningen, schetsen en legt de instellingen vast voor de procesadministratie. L Materialen en middelen inzetten procedures opvolgen Een ingevuld mini-POP ind E t Terugkijkverslag ind E t Bijgewerkt portfolio ind FG ab 1 1.5 Afronden werkzaamheden 1 1.6 Onderhouden van apparatuur 1 1.5 Evalueert de gekozen manier van leren 1 1.4 Meten en controleren van het eigen werk

Ontdoet de machine van alle snijdgereedschappen, bergt deze goed op en maakt de machine schoon. Legt de gebruikte instellingen vast en archiveert de werktekeningen en schetsen volgens geldende bedrijfsprocedures. Overlegt met zijn leidinggevende over de uit te voeren onderhoudswerkzaamheden.

Voert metingen uit aan de machine ten behoeve van preventief onderhoud, reinigt en smeert machineonderdelen. Volgt voorgeschreven onderhoudprocedures en -instructies op en legt de meetwaarden vast in een meetrapport. M Analyseren Kan zijn eigen manier van werken en leren in kaart bren-gen en bepaalt of het in volgende opdrachten nodig is deze aan te passen. Ingevulde beoordelingsmonitor ind Ci/Ep ab Bewijsstukken criteriumgericht interview ind Ci/Ep ab Eindpresentatie ind Ci/Ep ab P Leren Is in staat, na feedback over de leerstijl, deze aan te passen.

4.1 Gedraagt zich als werknemer bij het

uitvoeren van het werk

4

47

Stap 4 Vervolg Uitvoeren

Stap 5 Controleren

Stap 6 Beoordelen

Stap 7 Terugkijken

notities

Deze beroepstaak is uitgebracht in een serie voor de kwalificatie Fijnmechanische Techniek. Beroepstaken zijn gebaseerd op het didactisch model BGL (Beroepstaak Gestuurd Leren). De beroepstaken zijn tot stand gekomen onder verantwoordelijkheid van de Stichting Consortium Beroepsonderwijs.

OVERZICHT BEROEPSTAKEN VERSPANER

Basisdocument Introductie verspanen

1 Draaien 1 2 Draaien 2 3 Draaien 3 4 Frezen 1 5 Frezen 2 6 Frezen 3 7 Frezen 4 8 Onderhoud

9 CNC operationeel maken 10 Verspaner in het bedrijf

69364229 Bestelnummer 00629640008

Made with