00670530009

00670530009

MIDDENKADER ENGINEERING

WERKTUIGBOUWKUNDE Crebo 94421

Begeleidersversie Projectwijzer 8 No Limit

VERSIE 1.0

WERKTUIGBOUWKUNDE Crebo 94421

Projectwijzer 8 No Limit Begeleidersversie

Zelfstandig ondernemer in de Werktuigbouwkunde

Project Techniek in de zorg

Artikelnummer: 00670530009

Colofon Deze uitgave is gerealiseerd onder verantwoordelijkheid van het Consortium Beroepsonderwijs.

Directeur en managementteam M. Wouters, L. Fine, B. Huijberts, A. Pijnenburg, I. Rabelink

Ontwikkelteamleider A.G. Bol

Ontwikkelteam H. Bakker, BCTI projectmanagement J. de Graaf, ROC Utrecht M. Starmans, Albeda College A. Papa, ROC Aventus Apeldoorn D. Gray, ROC Flevoland Almere C. Alberts, ROC Nijmegen

Redactie M. Starmans, M. Brok

Ontwerp en opmaak Studio Blanche: Henny Witjes, Microweb Edu B.V.

Foto’s en afbeeldingen Ondanks alle inspanningen is het mogelijk dat het Consortium Beroepsonderwijs niet alle copyrights van de in de uitgave opgenomen illustraties heeft geregeld. Degene die meent alsnog rechten te kunnen doen gelden, wordt verzocht contact op te nemen met het Consortium Beroepsonderwijs.

© 2013 Consortium Beroepsonderwijs Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, namelijk elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande toestemming van het Consortium Beroepsonderwijs.

Deze uitgave is tot stand gekomen in samenwerking met Microweb Edu B.V. (www.microwebedu.nl)

Inhoudsopgave

1

Inleiding

4

2

Organisatie

10 11 11 11 11 12 13 26 27 29 30 32 33 41 50 62 73 82 88 96 97 98 98 99 99

2.1 Complexiteit van de projectwijzer

2.2 Projectgroep

2.3 Communicatie, Exact, Loopbaan en Burgerschap

2.4 Persoonlijke ontwikkeling 2.5 Aanpak van het project 2.6 Beoordeling van het project

3

Introductie op het project 3.1 De beroepscontext

3.2 De opdracht

3.3 De project-start-up (PSU)

4

Projectuitvoering

4.1 Oriëntatie 4.2 Definitie 4.3 Ontwerp

4.4 Werkvoorbereiding

4.5 Realisatie 4.6 Oplevering

4.7 Nazorg

5

Evalueren, Beoordelen en Kwalificeren

5.1 Inleiding

5.2 Beoordeling producten

5.3 Beoordeling van competent gedrag 5.4 Beoordeling van een werkproces

5.5 Beoordeling van toetsen

5.6 Verantwoording en kwalificeren

100 101 102 105 106 108 109 111 113 115 116 117 118 119

5.7 De monitor 5.8 De scoretabel

Bijlagen Bijlage 1 Bijlage 2 Bijlage 3 Bijlage 4 Bijlage 5 Bijlage 6 Bijlage 7 Bijlage 8 Bijlage 9

Projectmanagement in 7 fasen

Projectdossier en fasedocument (basisopbouw)

Inhoud projectdossier Line- en Brand-Extension

Bedrijfswaardefactoren en SWOT

Communicatieschema

Handreiking reflectieverslag

Beoordelingsformulier reflectieverslag

Lijst Risicoanalyse

Bijlage 10 Voorbeeld aandrijving draaiplateau

1 Inleiding

4

WERKTUIGBOUWKUNDE

BEGELEIDERSINFORMATIE

Geachte collega,

De projectwijzer is uitgewerkt volgens het didactisch model CGO: Competentie Gericht Onderwijs. Het is een routebeschrijving die studenten gedurende een aantal weken de weg wijst bij het realiseren van een project. Het gaat er bij deze opleiding vooral om, dat de student zich ontwikkelt tot een competente middenkaderfunctionaris. Daarbij is het nemen van verantwoorde- lijkheid een belangrijk element. Studenten zijn ook nu al zelf verantwoordelijk voor de wijze waarop hun studie verloopt. De taak van u als begeleider op het ROC en in de beroepspraktijk is de student op allerlei manieren te coachen en terzijde te staan. Deze begeleiding kan naarmate de opleiding vordert, afnemen. Kenmerkend voor CGO-onderwijs is dat ook studenten een belangrijke rol spelen bij de ontwikkeling van een medestudent door met elkaar te evalueren en op elkaar te reflecteren. Uit onderzoek is gebleken dat studenten van u verwachten, dat u kennis en visie aanreikt, dat u inzichten door kunt geven, dat u wijsheid toont en dat u kunt adviseren op basis van productbeoordeling, waarneming van gedrag en evaluatie. Voor de student is het van belang dat hij merkt dat zijn aanwezigheid ertoe doet, dat u hem opmerkt en belangstelling toont. Ook het motiveren van de student voor zijn beroep is voor u een belangrijke uitdaging. Ondersteuning In de grijze vlakken van deze begeleidersversie vindt u informatie en adviezen voor de diverse begeleiders. Alle niet-geaccentueerde tekst is letterlijk dezelfde als in de studentenversie. Deze ondersteuning is bedoeld als advies, u kunt daar natuurlijk naar eigen inzicht en mogelijkheden van afwijken.

Meer informatie over de structuur van de opleiding en manieren van studeren staat in de begeleidersversie van Projectwijzer 0, het basisdocument voor deze opleiding.

Digitale ondersteuning van de projectwijzer, tekeningen, de monitor, de scoretabel e.d. kunt u downloaden via www.consortiumbo.nl.

5

BEGELEIDERSINFORMATIE

Deze projectwijzer Vanuit het oogpunt van zelfstandig ondernemen worden de studenten uitgedaagd contact te leggen met mensen met een lichamelijke beperking of in de kleinschalige zorg. Ze onderzoeken wat hun bijdrage kan zijn vanuit hun specifieke vakgebied. Creativiteit om een zelf verworven of bedacht product te ontwikkelen speelt een grote rol. De titel van deze projectwijzer, No Limit, betekent vrij vertaald Geen Beperking. Enerzijds verwijst de titel naar het product dat de studenten gaan maken: mensen met een lichamelijke beperking worden hierdoor geholpen. Anderzijds verwijst de titel naar het proces dat de studenten doorlopen: ze gaan zelf op zoek naar ideeën om een product te maken. Als alternatief kunt u ze natuurlijk ook zelf een opdracht geven. U kunt ze contact op laten nemen met werknemers in de zorg of met een leverancier van ondersteu- ningsmiddelen. Deze mogelijkheden melden we voor studenten niet, omdat we denken dat het een uitdaging voor hen is om contact op te bouwen met de zorgbe- hoevende medemens. Denk hierbij ook aan de sociaal-maatschappelijke dimensie uit Loopbaan en Burgerschap. U als begeleider kunt ze dat op enig moment wel aanreiken. Het is aan u als begeleiders de studenten zo goed mogelijk te stimuleren, te onder- steunen, te begeleiden, te observeren en te beoordelen. Alle informatie voor de begeleiders is in de grijze vlakken aangegeven. De overige tekst vormt de complete de studentenversie.

Wij wensen u veel succes.

6

WERKTUIGBOUWKUNDE

Beste student,

De opleiding die je volgt, is competentiegericht. Vandaar CGO:

Competentie Gericht Onderwijs. Kennis, vaardigheden, een goede

(werk)houding en je ambitie vormen samen de garantie dat je

geschikt bent voor je beroep. Je bent dan competent.

De benodigde kennis, vaardigheden en houding ontwikkel je het best door te oefenen in de praktijk. In dit project wordt een beroepspraktijk nagebootst. Je raakt zo vertrouwd met het werken in teamverband, nauwkeurig werken onder tijdsdruk, correct en tijdig communiceren als iets niet lukt volgens afspraak en het zoeken naar een oplossing voor problemen. Je kunt niet zomaar competenties ontwikkelen in een opleiding. Ze zijn gerelateerd aan de behoefte van het bedrijfsleven. Daarom heeft de overheid, samen met het bedrijfsleven en het onderwijs, een eisenpakket voor jouw opleiding ontwikkeld. Deze eisen staan in het kwalificatiedossier ‘Middenkader Engineering’. Bij het afronden van de opleiding krijg je een diploma Middenkader Engineering, uitstroomrichting Technicus, gekoppeld aan de technische richting waarin je hebt gestudeerd. Je bent zelf verantwoordelijk voor de wijze waarop je studie verloopt en de resultaten die je behaalt. Begeleiders op school en in de praktijk zullen je op allerlei manieren coachen en terzijde staan. Ook de samenwerking met je medestudenten speelt bij deze vorm van onderwijs een belangrijke rol. Hoe het Competentie Gericht Onderwijs georganiseerd is, hoe je met de projectwijzers kunt werken en hoe de methode van evalueren, beoordelen, verantwoorden en kwalificeren gaat, staat allemaal omschreven in Project- wijzer 0.

7

Deze projectwijzer

Veel mensen hebben de wens een eigen bedrijf te beginnen. Bij dit project oriënteer je je op de functie van zelfstandig ondernemer en wat er allemaal nodig is om dat te worden. Het is deze keer de bedoeling dat je als een klein zelfstandig bedrijfje opdrachten verwerft en producten ontwikkelt voor mensen met een lichamelijke beperking of voor de kleinschalige zorg. Er staat dus geen standaard product in de projectwijzer, maar je wordt uitgedaagd zelf een project te verwerven in de zorgsector. Het is de bedoeling dat je een persoonlijk contact aangaat met iemand uit je eigen omgeving die zorgbehoevend is. Dit kan een buurvrouw, buurman, familielid of een jongere met een lichamelijke beperking zijn. Bij voorkeur is dit iemand die zelfstandig of met een aantal andere mensen in een kleine woongroep woont. Je kan ook eens in een thuiszorgwinkel of een bedrijf gaan bezoeken waar ondersteunende zorgproducten worden verkocht, geproduceerd of geoptimaliseerd. Dat project heeft natuurlijk te maken met wat jij kunt bieden met jouw kennis en vaardigheden binnen de techniek. Het verwerven van een project vereist speciale vaardigheden en wordt bij een bedrijf vaak door bepaalde mensen gedaan. Bij een klein bedrijf is het wenselijk dat elke werknemer hier oog voor heeft. In de werkplaats ga je direct beginnen met het fabriceren van een draaiplateau waarop je jouw eindproduct tijdens de eindpresentatie kunt demonstreren. Verder is het belangrijk dat je de reeds ontwikkelde competenties op peil houdt en blijft ontwikkelen. Informeer ook tijdig hoe het afstudeertraject in leerjaar 3 en 4 bij jou op school is georganiseerd.

Veel succes met het uitvoeren van dit project!

8

WERKTUIGBOUWKUNDE

9

2 Organisatie

10

WERKTUIGBOUWKUNDE

2.1 Complexiteit van de projectwijzer

Deze eerste projectwijzer voor leerjaar 2 van je opleiding wordt uitgevoerd in complexiteit B. Dit betekent het volgende: • Je werkt aan een eenvoudig maar omvangrijk project. • Je werkt in een minder overzichtelijke omgeving (iets complexere beroepscontext). • Je voert de opdrachten zelfstandig uit en krijgt minder begeleiding dan in leerjaar 1.

2.2 Projectgroep

Aan de hand van deze projectwijzer ga je onderzoeken wat het betekent om als zelfstandig ondernemer te werken. Je doet dat met een projectgroep van drie of vier leden. Eén van de leden is de projectleider, terwijl de anderen gewoon lid van de projectgroep zijn. Per projectwijzer is telkens een andere student de projectleider. De projectleider kan gedurende deze periode competenties ontwikkelen om leiding te geven aan medewerkers en aan een werkproces. Taken die de projectleider in deze periode op zich neemt, zijn onder andere: • Alle vergaderingen van de projectgroep voorzitten. • De werkzaamheden binnen de projectgroep verdelen. • Alle informatie in een map oftewel het projectdossier verzamelen.

• Namens de groep communiceren met de begeleiders. • Het evaluatiegesprek aan het einde van het project leiden.

2.3 Communicatie, Exact, Loopbaan en Burgerschap

In deze projectwijzer staat bij elke fase een kopje ‘Communicatie, Exact, Loopbaan en Burgerschap’. De teksten die daaronder staan, hebben met het project te maken en zijn vooral bedoeld om je in deze vakken verder te ontwikkelen. Hierbij kun je denken aan communicatieve vaardigheden, zoals luisteren, spreken en schrijven. Als Technicus Middenkader Engineering heb je deze vaardigheden nodig.

2.4 Persoonlijke ontwikkeling

In deze projectwijzer staat bij elke fase een kopje ‘Persoonlijke ontwikkeling’. Hierin staan aanwijzingen die vooral zijn bedoeld om jezelf op andere, meer persoonlijke punten te ontwikkelen. Hierbij kun je denken aan je manier van leren, mogelijk- heden van loopbaanontwikkeling, ontwikkelen tot een goede werknemer en tot een goed functionerende burger in de samenleving. Ook staan er handreikingen in voor het vragen van ondersteuning.

11

Tijdens de definitiefase maak je een Persoonlijk Activiteiten Plan (PAP). Daarin leg je aan de hand van het Plan van Aanpak de activiteiten vast, die je in deze periode gaat ondernemen. Tevens benoem je je eigen leerdoelen en je gewenste competentieontwikkelingen. In het PAP leg je ook datgene vast, wat je naar aanleiding van het vorige project verder wilt ontwikkelen in deze periode. Tot slot geeft je aan wanneer je een en ander gaat doen.

Om de projecten tot een goed einde te brengen wordt er een behoorlijke inzet van je verwacht.

Veel meer over persoonlijke ontwikkeling, structuur van de opleiding en manieren van studeren staat in Projectwijzer 0, het Basisdocument voor deze opleiding.

2.5 Aanpak van het project

Verdiep je eerst goed in het project en bepaal wie bij dit project de projectleider wordt. Onder leiding van deze projectleider worden de projectfasen opgestart en afgesloten. Elk van de zeven fasen kan met behulp van een vast stappenplan worden uitgevoerd. Deze ‘leercirkel’ is een hulpmiddel om te komen tot een succesvol doorlopen van de fasen. De inhoud van de stappen is in het Basisdo- cument volledig uitgeschreven.

Stap 1 Opstarten

Stap 4 Evalueren

Stap 2 Plannen

Stap 3 Uitvoeren

Om je competente gedrag groei door te laten maken zal er bij het opstarten en afsluiten van de projectfasen steeds minder begeleiding aanwezig zijn. Op basis van de opgedane ervaringen uit de vorige projectwijzers moet het lukken om zelfstandig beter de teksten te kunnen lezen en zelfstandig al beter te kunnen overleggen en zaken te onderzoeken.

12

WERKTUIGBOUWKUNDE

De projectleider heeft gedurende de gehele periode de rol van voorzitter. Van de projectleider als voorzitter wordt verwacht dat hij: • de bijeenkomsten (agenda, tijdindeling, knelpunten) voorbereidt • een notulist aanstelt • de agendapunten afwikkelt in de afgesproken volgorde • het leer- en samenwerkingsproces goed laat verlopen (spreektijd, samenvat- tingen geven, stimuleren, besluiten nemen, bemiddelen bij conflicten). Tijdens de overleggen worden de belangrijkste zaken door een bordschrijver op een bord genoteerd en worden er notulen gemaakt. Een aantal deelproducten maak je met je projectgroep, maar je maakt ook een aantal producten individueel. De beoordeling van dit project zal per werkproces plaatsvinden. Voor deze project- wijzer gaat het bij de beoordeling vooral om de producten die je per fase oplevert. Dat een product voldoet aan de eisen is de beste aanwijzing dat je competent bent/ goed hebt gehandeld. Aan het eind van elke projectfase staan beoordelingstabellen. In de beoordelings- tabellen staan de werkprocessen met de bijbehorende competenties. Er wordt per werkproces naar twee competenties gekeken, waarop jij beoordeeld wordt. Tot slot vindt een beoordelingsgesprek plaats of moet je een presentatie houden over een aantal werkprocessen die je hebt uitgevoerd. Dit is nodig om definitief vast te stellen of je competent hebt gehandeld. 2.6 Beoordeling van het project

Voor de beoordeling van Nederlands, Engels, Loopbaan en Burgerschap en Exact zal je eigen ROC de richtlijnen geven.

De volledige manier van beoordelen staat omschreven in hoofdstuk 5.

13

BEGELEIDERSINFORMATIE

PROJECTBEGELEIDER

Ook dit project is bedoeld om de studenten op basis van ervaringen hun compe- tenties te laten ontwikkelen. Bij deze projectwijzer is het naast de algemene ontwik- keling tot middenkader functionaris de bedoeling, dat de studenten in het kader van loopbaanontwikkeling de benodigde competenties van een zelfstandig onder- nemer onderzoeken en ervaren. Grijp in de gesprekken eens terug op de opgedane ervaringen uit eerdere projectwijzers en BPV-perioden. De ondersteuning zoals in deze handleiding omschreven, is bedoeld als advies. U kunt daar naar eigen inzicht en mogelijkheden van afwijken. Samenwerking docenten In het kader van de Drieslagmethode begeleidt u de studenten op basisniveau bij de ontwikkeling op het gebied van communicatie, projectmanagement en exact. Tijdens de uitvoering van het project zijn bij activiteiten vaak meerdere docenten betrokken. De samenwerking tussen docenten is voor deze activiteiten zeer zinvol. Bijvoorbeeld: alle docenten beoordelen de communicatieproducten van de studenten via de niveaubepalingen Nederlands 2F-3F-4F. Deze samenwerkingsver- banden hebben wij per fase weergegeven. U kunt deze informatie downloaden via de bestelsite. Complexiteit Complexiteit B betekent dat de studenten nog veel begeleiding krijgen, maar dat ze bewust gemaakt moeten worden van de groei naar zelfstandigheid. Het uitgangspunt blijft hier dat ze bij de producten begeleid worden tot het product met een voldoende kan worden beoordeeld. Projectgroep Wij adviseren de studenten gedurende dit project in een projectgroep van maximaal vier leden te laten werken, waarbij één van de vier de projectleider wordt. Deze projectleider kunt u gedurende de hele periode begeleiden bij en beoordelen op de ontwikkeling van de leidinggevende competenties op basisniveau middenkaderfunc- tionaris. Laat hem alle vergaderingen voorzitten, de werkzaamheden verdelen, het proces leiden en alle informatie in een map oftewel het projectdossier verzamelen. Aanpak project De auteurs gaan uit van het volgende: • U werkt als projectbegeleider met een zo klein mogelijke groep van drie tot maximaal twaalf studenten (meerdere projectgroepen). • U begeleidt de studenten in deze fase van de opleiding drie uur per week. Twee uur om op te starten en een uur om af te sluiten. • U zorgt ervoor dat de studenten professioneel leren vergaderen en notuleren. • U leert de groep zó te werken, dat de deelnemers van elkaar leren.

14

WERKTUIGBOUWKUNDE

BEGELEIDERSINFORMATIE

• Tijdens deze bijeenkomsten nemen studenten de rol op zich van voorzitter, bordschrijver en notulist. U heeft zelf voornamelijk de rol van procesbegeleider. • Elke projectgroep stelt een projectmap/projectdossier samen. Ontwikkeling van de student Om iedere student zijn eigen competenties te kunnen laten ontwikkelen is het van het grootste belang, dat elke student zijn eigen creativiteit kan inzetten. Denk daarbij aan eigen inbreng in projectvergaderingen, individueel opzoeken van verschillende informatiebronnen, eigen presentatie enz. Bij elke projectfase staan tips voor de student om activiteiten uit te voeren om zijn persoonlijke ontwikkeling beter gestalte te geven. U kunt de studenten stimuleren hieraan te werken. Hierbij is het belangrijk dat de student een onderzoekende houding ontwikkelt.

In deze fase van de opleiding is het nog steeds van belang dat u ze begeleidt bij het opstellen van hun Persoonlijk Activiteiten Plan (PAP).

Inhoud van de projectwijzer De studenten moeten vanuit hun eigen creativiteit en contacten met zorgbehoe- venden een eigen product bepalen. De insteek is dat dit product aan het eind van het project is gerealiseerd. Dit gebeurt in de context van een eigen bedrijf. Om het product te etaleren of presenteren wordt tevens een draaiplateau vervaardigd. Hiervoor zijn tekeningen beschikbaar (zie bijlage 10 en downloads), zodat direct kan worden gestart in de werkplaats om hun draai- en frees- en montagevaardig- heden te ontwikkelen.

Zoals in de inleiding voor de begeleiders vermeld kunt u studenten natuurlijk ook ander mogelijkheden aanbieden om een project te verwerven.

Excursie Het kan zeer zinvol zijn om een fabrikant of distributeur de bezoeken van zorghulpmiddelen. Er zijn veel bedrijven die een uitgebreide showroom hebben en uitgebreide voorlichting kunnen geven. Kijk voor meer informatie op internet (zoekterm: zorghulpmiddelen). Voor bedrijfskundige informatie kunt u een bezoek organiseren bij een Kamer van Koophandel of bijvoorbeeld een financieel bedrijfsspecialist voorlichting te laten geven.

De belangrijkste eindproducten zijn: • Voorstel voor een op te zetten eigen bedrijf. • Een draaiplateau om hun eindproduct te presenteren • Een product in de zorgsector naar eigen inzicht • Een plan voor de inrichting van een kleine bedrijfshal • Eenvoudig onderhoudsplan.

15

BEGELEIDERSINFORMATIE

Advies faseplanning Week Oriëntatie Definitie Ontwerp Werkvoorbereiding Realisatie Oplevering Nazorg

1

2

3

4

5

6

7

8

9

Advies lessentabel op weekbasis

Projectbegeleiding

3

Praktijk/practicum

8

Ondersteuning theorie techniek

6

Ondersteuning projectmanagement/bedrijfskunde

1

Ondersteuning communicatie Nederlands

2

Ondersteuning communicatie MVT

1

Ondersteuning Loopbaan en Burgerschap

2

Ondersteuning Exact (waarvan een uur rekenen)

3

Zelfstandig werken in OLC, werkplaats, op locatie of thuis

14

Het gaat hier om een advies. U bent natuurlijk vrij een andere verdeling te maken.

16

WERKTUIGBOUWKUNDE

BEGELEIDERSINFORMATIE

TECHNIEK

Studenten moeten in deze projectwijzer zelf met productideeën komen naar aanleiding van hun contact met zorgbehoevenden, thuis of in een zorginstelling, of een bezoek aan een thuiszorgwinkel. Voorbeelden: • Keuken: verstelling van werkbladhoogte of hangkasten.

www.cymeq.nl

• Badkamer: hulpmiddelen om in en uit het bad te stappen, bediening van kraan of toiletliften.

www.ewac.nl

17

BEGELEIDERSINFORMATIE

• Slaapkamer: bedverstelling, tilinrichting op maat, hulpmiddelen om in en uit het bed te stappen.

www.leercomfort.nl

• Aanpassingen aan diverse vervoermiddelen: scootmobiel, rollator, (strand) rolstoel.

18

WERKTUIGBOUWKUNDE

BEGELEIDERSINFORMATIE

• Mechanische hulpjes: lang handje, klemmogelijkheden, eenvoudige keukenhulpjes.

www.zorghulpmiddelenwinkel.nl

Daarnaast gaan zij zich oriënteren op: • De bouw van een uit staal opgetrokken bedrijfshal, voorzien van metalen gevelbeplating. (Mocht er ruimte zijn in het lesprogramma, dan kan volgens de leerlijn aandacht worden besteed aan een verwarmingsinstallatie voor deze bedrijfshal.) Bij het ontwikkelen van de praktische vaardigheden bij dit project gaat het om: • Verspanende en niet-verspanende technieken • Meettechnieken en meetrapporten

• Practicum Hydrauliek • Practicum Pneumatiek • Cad tekenen

Bij de theoretische ondersteuning adviseren wij te werken aan: • Verspanende en niet-verspanende technieken • Materialenkennis • Basiskennis verwarmingsinstallaties • Staalconstructies • Metalen gevelbeplating

• Hydrauliek • Pneumatiek

19

BEGELEIDERSINFORMATIE

De belangrijkste eindproducten van dit project • Bedrijfsplan (Oriëntatie) • Zelf verworven product • Voorstel voor het plaatsen van een bedrijfshal met verwarmingsinstallatie • Oriëntatie op werkplaats machines Naarmate de student dichter bij zijn eindexamen komt, is het belangrijk dat hij ook kerntaak 4 ‘Het onderhouden van producten en systemen’ gaat beheersen. Vandaar dat er ook bij dit project in de nazorgfase weer gevraagd wordt iets aan modifi- ceren, testen en het schrijven van onderhoudsvoorstellen te doen. In deze projectwijzer gaat het er vooral om dat de student zich oriënteert op alle facetten van het opstarten van een eigen bedrijf. Het is dus niet de bedoeling dat het eigen bedrijf daadwerkelijk opgezet wordt. In de tekst wordt verwezen naar de website van de Kamer van Koophandel. Onder de kop ‘STARTERS’ staat een checklist met daarin tien stappen: • Oriëntatie • Vergunningen • Markt • Huisvesting • Personeel • Rechtsvorm • Financiën • Belastingen en administratie • Zeker zaken doen • Aan de slag PROJECTMANAGEMENT/BEDRIJFSKUNDE

Op vier onderwerpen zal dieper worden ingegaan • Markt: beperkt marktonderzoek • Personeel:

het bestuderen van een loonstrookje

• Rechtsvorm: • Toekomst:

keuze maken (van zzp’er tot NV) en dit beargumenteren

drie- tot vijfjarige bedrijfsvisie

Tevens komen aan de orde: • Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO) • Marketingstrategie: Line Extension of Brand-Extension Analyse • Sterkte-Zwakte analyse (SWOT) van het bedrijf

Aan het eind van dit project is het de bedoeling dat studenten weten hoe ze een eigen bedrijf kunnen opstarten dat producten levert voor de individuele en klein- schalige zorg.

20

WERKTUIGBOUWKUNDE

BEGELEIDERSINFORMATIE

Ze kunnen hun keuzes onderbouwen t.a.v. de bedrijfsvorm, hebben een visie op MVO en op hun marketingstrategie en kunnen een SWOT-analyse maken van hun bedrijf.

Bronnen: www.kvk.nl

www.mvonederland.nl www.mvo-platform.nl

EXACT

Exact is voor bijna alle onderdelen voor alle vakrichtingen van Middenkader Engineering gelijk. U kunt de ondersteuning voor deze onderdelen daarom in vakgroepoverschrijdende lessen/workshops aanbieden. Daar waar vakspecifieke vaardigheden nodig zijn, worden die aangegeven. Leeractiviteiten bij deze projectwijzer Wij adviseren u de onderstaande onderwerpen bij deze projectwijzer aan de orde te laten komen:

Kerntaak

Inhoud rekenen/ wiskunde

Producten

Niveau referentie- kader rekenen

Getallen

Statistiek

Onderzoek statistieken van de doelgroep

I C-3F

Verhoudingen Warmtetransport

Isolatiebepaling van werkruimten

II C-3F

Meten en meetkunde

Energie

Huiswerkopdrachten

III C-3F

Verbanden

Wortelfuncties

Huiswerkopdrachten

IV C-3F

Natuurkunde

Luchtvochtigheid

Onderzoek luchtvoch- tigheid eigen werkplaats en kantoor

Leerlijn Hoe de hierboven genoemde onderwerpen gepositioneerd zijn in de leerlijn, kunt u lezen in de leerlijn Exact (downloadbaar via de bestelsite).

21

BEGELEIDERSINFORMATIE

Referentiekader rekenen Ook in deze projectwijzer wordt rekening gehouden met de landelijke eisen voor rekenen en wiskunde. In de projectwijzers worden de leerlijn Exact van het kwali- ficatiedossier en de leerlijn Rekenen van het brondocument volledig verwerkt. Het is aan te bevelen dat rekenen apart op het rooster komt te staan, naast de vakken wiskunde en natuurkunde of het vak Exact. Drieslagmethode 1. De onderwerpen die in deze projectwijzer bij het vak Exact aan de orde komen, zijn ter ondersteuning van de lessen die gegeven worden in de diverse vakrich- tingen. Deze onderwerpen zullen door de projectbegeleider of vakdocenten in gang worden gezet, begeleid en beoordeeld. U kunt daarin als coach van de exacte vakken richting geven en uw collega’s ondersteunen. 2. U kunt de studenten specifieke ondersteuning geven, instrueren en eisen stellen wat de inhoud van de exacte producten betreft. U zult ook les en begeleiding geven ten behoeve van de ontwikkeling van de rekenvaardigheden naar niveau 3F. 3. Bij het signaleren van onvoldoende voortgang ondersteunt u studenten bij specifieke problemen. In deze projectwijzer staan de communicatieve vaardigheden van de student als ondernemer centraal. Het ligt voor de hand dat er nu speciale aandacht wordt besteed aan klantencontact, m.n. de vaardigheden gesprekken voeren en luisteren. Referentiekader Nederlands Volgens het Referentiekader moeten de vaardigheden Lezen, Luisteren, Gesprekken voeren, Schrijven en Spreken op 3F-niveau worden afgesloten. Door middel van de drieslagmethode kan er veel geoefend worden onder leiding van de projectbe- geleider en techniekdocenten. Het is ook belangrijk dat de studenten de PSU en projectfasen analyseren. De docent Nederlands kan de producten beoordelen volgens de niveaubepalingen van het Referentiekader Nederlands. Deze niveaubepalingen kunnen ook gebruikt worden om de ontwikkeling van de student aan te geven. COMMUNICATIE/NEDERLANDS

22

WERKTUIGBOUWKUNDE

BEGELEIDERSINFORMATIE

Leerlijn Voor het aanleren van een juiste manier van communiceren wordt het stappenplan van het Communicatieschema a t/m f gebruikt. Hoe de genoemde onderwerpen gepositioneerd zijn in de leerlijn kunt u lezen in de leerlijn communicatie/Nederlands (downloadbaar via de bestelsite). Door het invullen van het beoordelingsformulier kan de docent Communicatie de voortgang van de student zichtbaar maken. De beroepsproducten van de student worden beoordeeld op vakinhoud en talige aspecten. Deze projectwijzer De student past de theorie van het communicatieschema toe door de boodschap te plaatsen in de hieronder opgesomde communicatieproducten.

Producten Domein

Product

Lezen

Hoofdstuk 3 projectinformatie Webinformatie en vakliteratuur lezen

Luisteren

Vergaderingen, klanten- en telefoongesprekken Vergaderingen, klanten- en telefoongesprekken

Gesprekken voeren

Spreken Schrijven

Presentatie

Verslag marktonderzoek Verslag interview met begeleidende brief Beargumenteerde keuze rechtsvorm Bedrijfsvisie SWOT-analyse Zakelijke brieven en reflectieverslag

Ondersteuning/Drieslagmethode 1. Veel activiteiten zullen door de projectbegeleider of vakdocenten in gang gezet, begeleid en uiteindelijk beoordeeld worden met de niveaubepalingen Neder- lands. Ze zullen daarom vaak een beroep op u als taalcoach doen om hen te ondersteunen. Daartoe kunt u eventueel workshops organiseren. 2. U kunt de studenten tijdens workshops instrueren en ondersteunen door speciale aandacht te schenken aan de vaardigheden gesprekken voeren en luisteren. Deze projectwijzer heeft zeker veel raakvlakken met Commerciële Techniek en daarom is het aan te raden dat u zich als docent verdiept in de kenmerken van commerciële gespreksvoering. 3. Bij het signaleren van onvoldoende voortgang ondersteunt u studenten bij problemen.

Alle ondersteuning voor Communicatie kan afdelingsoverstijgend worden aangeboden.

23

BEGELEIDERSINFORMATIE

COMMUNICATIE/ENGELS

Wat de moderne vreemde talen betreft, kunt u veel activiteiten die in het Neder- lands gedaan worden, ook in het Engels laten uitvoeren. Op een aantal plaatsen wordt dat in de projectwijzer aangegeven. In PW8 is het van belang om de nadruk op zakelijk Engels te leggen, met gebruikmaking van het communicatieschema van bijlage 6. Europees Raamwerk (CEF) Volgens het Europees Raamwerk moeten de vaardigheden Spreken en Schrijven op A2-niveau worden afgesloten. Luisteren, Gesprekken voeren en Lezen op B1. De docent kan op basis van de niveauomschrijvingen volgens het Raamwerk beoordelen of het taalniveau van de student voldoende is. Hiervoor kan een aantal beroepsproducten geselecteerd worden. Leerlijn / Deze projectwijzer Hoe de bovengenoemde onderwerpen gepositioneerd in de leerlijn zijn, kunt u lezen in de leerlijn Engels (downloadbaar via de bestelsite). Door het invullen van het beoordelingsformulier kan de docent Communicatie de voortgang van de student zichtbaar maken. De beroepsproducten van de student worden beoordeeld op vakinhoud en talige aspecten. Onderwerpen en producten in deze PW In de projectwijzer worden studenten aangezet om d.m.v. de onderstaande producten vaardigheden te ontwikkelen. U kunt hen en uw collega’s daarbij onder- steunen (zie schema Drieslagmethode). De opbouw van de boodschap zal in alle communicatievormen van even groot belang zijn.

Vaardigheden Product Lezen

Internationale webinformatie en vakliteratuur lezen Klanten- en telefoongesprekken, rollenspel Klanten- en telefoongesprekken, rollenspel

Luisteren

Gesprekken voeren

Spreken Schrijven

Rollenspel, presentatie

Verslag met website-informatie Mission statement-informatie Zakelijke brieven en reflectieverslag

Drieslagmethode Het toepassen van de Drieslagmethode vindt ook plaats bij de producten in de MVT (zie Ondersteuning/Drieslagmethode Nederlands ).

24

WERKTUIGBOUWKUNDE

BEGELEIDERSINFORMATIE

LOOPBAAN & BURGERSCHAP

IIn deze projectwijzer verdiepen studenten zich in de vraag of zij ook zelfstandig ondernemer willen worden. Tevens worden ze uitgedaagd hun kennis van techniek ten diensten te stellen van mensen met een lichamelijke beperking. De onder- staande onderwerpen komen aan bod. Loopbaanontwikkeling De student gaat op zoek naar de argumenten om wel of niet een eigen bedrijf te starten. Dit is een goede aanleiding om bezig te zijn met dimensie 2 van Loopbaan en Burgerschap. De student maakt een SWOT-analyse. Wat heeft hij aan vaardig- heden en competenties nodig om zelfstandig ondernemer te worden en om een zelfgekozen product te realiseren? Wat zijn de ambities op het gebied van Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen? Welke waarden, wensen en kwali- teiten heeft hij en wil hij inzetten (zie dimensie 2 Loopbaan)? De student maakt een reflectieverslag waarin hij zijn eigen leer- en ontwikkelproces evalueert en analyseert. De elementen die bij loopbaanoriëntatie en -begeleiding aan bod komen, zijn: • capaciteitenreflectie: beschouwing van de capaciteiten die van belang zijn voor de loopbaan • motievenreflectie: beschouwing van de wensen en waarden van belang voor de loopbaan • werkexploratie: onderzoek naar werk en mobiliteit in de loopbaan • loopbaansturing: loopbaangerichte planning en beïnvloeding van de leer- en werkproces • netwerken: contacten opbouwen en onderhouden op de arbeidsmarkt, gericht loopbaanontwikkeling (dimensie 2 Loopbaan). Burgerschap De dimensie Vitaal burgerschap heeft betrekking op de bereidheid en het vermogen om te reflecteren op de eigen leefstijl en zorg te dragen voor de eigen vitaliteit als burger en werknemer. Die kan worden opgenomen in een reflectieverslag. Leren De student geeft blijk van groei van onbewust onbekwaam naar onbewust bekwaam, volgens de vier stadia van Maslow (Leren). De studenten dienen zich als voorbereiding op het examen te gaan bekwamen in het verantwoorden van competent gedrag door middel van een reflectieverslag. In deze projectwijzer wordt daarmee begonnen.

Alle ondersteuning voor Loopbaan en Burgerschap kan afdelingsoverstijgend worden aangeboden.

25

3 Introductie op het project

26

WERKTUIGBOUWKUNDE

3.1 De beroepscontext

De zelfstandig ondernemer

Niet iedereen vindt het fijn om in loondienst te werken. Eigen baas zijn lijkt toch het mooiste wat er is? De overheid vindt dat een mbo’er in staat moet zijn voor zichzelf te beginnen. De een doet een briljante uitvinding, de ander wil graag zijn eigen restaurant beginnen, een derde wil veel geld verdienen en weer een ander heeft een sociaal doel dat hij na wil streven. Maar voor jezelf beginnen is nog niet zo gemakkelijk. Er komt veel bij kijken. De overheid stelt heel wat voorwaarden aan een startende ondernemer. Wat je allereerst nodig hebt, is verstand, lef en een goed plan natuurlijk.

De komende weken ga je je oriënteren op het opzetten van een eigen bedrijf.

Natuurlijk ga je een bedrijf beginnen in de branche die gerelateerd is aan je studie. Je wilt de kerntaken en de competenties kunnen inzetten die je op school en op andere plaatsen beoefend en ontwikkeld hebt. Zou het hebben van een eigen bedrijfje samen kunnen gaan met je eigen normen en waarden? Wil je alleen maar vrij en zelfstandig zijn of heb je ook nog andere idealen? Hoe ga je met mensen, klanten en personeel om? Is veel geld verdienen te combineren met zorg voor de maatschappij? Bestaat er zoiets als ‘sociaal en maatschappelijk verantwoord ondernemerschap’? Hoe moet je eigenlijk beginnen? Hoeveel geld heb je nodig? Wil je een eenmans- bedrijf of ga je samen met anderen beginnen? Welke producten of diensten zou je kunnen leveren? Misschien kunnen je vrienden, ouders of anderen je helpen.

Hoe kun je je idealen het best realiseren?

Door mensen met een lichamelijke beperking/jongeren/ouderen in de zorgsector te helpen.

De regering stelt via de Wet Maatschappelijke Ondersteuning veel geld beschikbaar voor kleinschalig wonen, voor revalidatie en het langer zelfstandig blijven wonen van ouderen, jongeren en mensen met een lichamelijke beperking. Door de vergrijzing zal deze ‘individuele’ zorgmarkt de komende jaren enorm groeien.

27

Steeds meer organisaties, waaronder thuiszorgwinkels, storten zich op deze markt. Producenten van hulpmiddelen passen hun producten steeds meer aan op de indivi- duele gebruikers. De individuele aanpak die nodig is, biedt veel perspectief voor kleinschalige ondernemingen.

Daar liggen jouw kansen! Wat zou jij ervan denken om jouw bedrijf en jouw kennis van techniek in te zetten om de kwaliteit van leven voor deze mensen te verhogen? In jouw omgeving zijn vast familieleden, ouderen (grootouders) of mensen met een lichamelijke beperking, die de inzet vanuit jouw vakgebied goed kunnen gebruiken.

28

WERKTUIGBOUWKUNDE

3.2 De opdracht

Opzetten eigen bedrijf Door te onderzoeken hoe je een eigen bedrijf op kunt zetten en welke vormen van bedrijven er zijn, kom je aan het einde van dit project met een voorstel, hoe jij een eigen bedrijf zou willen starten. Product voor de klant Vanuit je eigen werktuigbouwkundige mogelijkheden ga je op zoek naar een bijdrage die jij kunt leveren, om het leven van mensen die van zorg afhankelijk zijn aangenamer te maken. Je wordt uitgedaagd contact te leggen met zorgbehoevende mensen die zelfstandig of in een kleinschalige zorginstelling wonen. Wat producten betreft, kun je dan denken aan hulpmiddelen die jij kunt maken, zoals: • verstelling van werkbladhoogte • verstelling van hangkasten • hulpmiddelen om in en uit bad te stappen • toiletliften • bedverstelling • tilinrichting op maat • hulpmiddelen om in en uit het bed te stappen • keukenhulpjes

Draaiplateau Ten behoeve van het demonstreren van je zelfgemaakte product, maak je een draai- plateau. Dit plateau kun je gebruiken tijdens een presentatie en ook in de etalage van je zelf op te richten bedrijfsgebouw.

3.3 De project-start-up (PSU)

Tijdens dit project verdiep je je in de producten en de technieken die er zijn voor de zorgsector. Je zoekt contact met een zorgbehoevende persoon die zelfstandig of in een kleinschalige zorginstelling woont. Dit is dus de klant of zoals dat in de Zorg heet de cliënt. Je inventariseert wat je voor hem of haar kunt doen.

Tijdens dit project communiceer je met de cliënt, projectgroep, toeleveranciers en de projectbegeleider.

Voor het starten van je eigen bedrijf kun je contact maken met adviseurs. Denk daarbij bijvoorbeeld aan iemand die al eerder een bedrijf is gestart, een financiële adviseur, de Kamer van Koophandel, mensen van de Stichting Jong Ondernemen en met mensen van de gemeente. Als Werktuigbouwkundige krijg je dus te maken met veel verschillende invalshoeken en wordt je uitgedaagd om verder te kijken binnen je eigen vertrouwde technische omgeving. Het belangrijkste hierbij is dat je je inleeft in de vraag vanuit de Zorg. Naast het communiceren binnen je projectgroep communiceer je ook met: • De klant/opdrachtgever (binnen de zorg heet die vaak patiënt of cliënt). • Binnen je ROC communiceer je waarschijnlijk eerst met iemand die namens de klant/opdrachtgever spreekt, overlegt en onderhandelt. Dit is een docent. • Je projectbegeleider, hij ondersteunt en begeleidt je bij het vinden van oplos- singen en beoordeelt je producten voordat je die aan de klant of aan diens vertegenwoordiger voorlegt. • Alle andere begeleiders. • De toeleveranciers. De tekeningen van het draaiplateau kun je vragen aan je projectbegeleider.

30

WERKTUIGBOUWKUNDE

BEGELEIDERSINFORMATIE

PROJECTBEGELEIDERS

Het is voor studenten belangrijk dat ze zo realistisch mogelijke informatie ontvangen over het starten van een eigen bedrijf. Het is zinvol en zeer motiverend als u een financieel adviseur uitnodigt of iemand van de KvK om voorlichting te geven. Het is de bedoeling dat de studenten een persoonlijk contact aangaan met iemand uit hun buurt, die zorgbehoevend is. Dit kan een buurvrouw/buurman, familielid of een jongere met een lichamelijke beperking zijn. Bij voorkeur is dit iemand die zelfstandig of met een aantal andere mensen in een kleine woongroep woont. Dit contact moet de studenten motiveren en ze stimuleren om vanuit hun vakgebied ook echt iets te betekenen voor die persoon. Als dat niet lukt, of als aanvulling, kan het goed zijn als de studenten bij werkers in de zorg gaan informeren, in een thuiszorgwinkel gaan kijken of bij een bedrijf waar ondersteunende zorgproducten worden verkocht, geproduceerd of geoptimaliseerd. Daarnaast is het van belang dat ze enthousiast worden over het zelfstandig ondernemerschap. Als het goed is, hebben studenten direct contact met hun klant/opdrachtgever. Om het project binnen het ROC goed te laten verlopen stellen we voor dat een docent namens de klant/opdrachtgever spreekt. Het is aan u te bepalen hoe vaak de studenten werkelijk contact opnemen met de opdrachtgever. Als u besluit de studenten een door u gekozen product te laten maken, kunt u ook namens de opdrachtgever spreken.

31

4 Projectuitvoering

32

WERKTUIGBOUWKUNDE

Oriëntatie

4.1

Om werk in de zorgsector te krijgen, begin je met je goed in te leven

in de behoeften, de wensen en de verlangens van mensen met een

beperking.

Vaak zijn er in jouw omgeving wel familieleden, ouderen (grootouders), mensen met een lichamelijke beperking, die de inzet vanuit jouw vakgebied goed kunnen gebruiken. Door een interview te houden bij iemand thuis of bij mensen in een zorginstelling ga je proberen erachter te komen wat jij met jouw mogelijkheden zou kunnen betekenen. Een verslag met een conclusie is mede de input om de defini- tiefase uit te voeren. Ter voorbereiding op het bezoek onderzoek je welke producten vanuit jouw vakgebied er zoal zijn. Wat is er (internationaal) allemaal al te koop, waar wordt het toegepast, wat kost het, hoe werkt het en door wat voor bedrijven worden dergelijke producten gemaakt? Voor dit marktonderzoek zal een tijdje surfen op het internet aan de hand van je zoekcriteria behoorlijk wat informatie opleveren.

Je stelt een projectgroep samen, spreekt af wie de projectleider wordt en legt een projectnaam vast.

33

Daarnaast bereid je jezelf ook goed voor op de technische zaken. Welk product past bij jouw technisch kennisniveau en bij je ambitie als zelfstandig ondernemer? Welke technieken zou je graag willen toepassen? Kijk ook eens op internet wat er zoal mogelijk is

www.cymeq.nl

www.leefcomfort.nl

www.ewac.nl

www.zorghulpmiddelenwinkel.nl

Overleg hierover met je docenten Techniek. Onderzoek met hen ook hoe de verschillende toepassingen zouden kunnen werken en wat je nog moet leren! Tijdens een interview met je cliënt kun je meteen aantekeningen en een schets maken.

Je kunt direct beginnen met de fabricage van het plateau in de werkplaats. De tekeningen ontvang je van de projectbegeleider.

Ook ga je je oriënteren op wat er allemaal bij komt kijken om een eigen bedrijf te starten. Met de projectinformatie van hoofdstuk 3 en de Kamer van Koophandel kun je informatie verzamelen. Je overlegt met elkaar en formuleert schriftelijk je motivatie om eventueel een eigen bedrijf te starten. Daarbij voeg je een stappenplan met de belangrijkste stappen die je moet zetten, voordat je een bedrijf start.

34

WERKTUIGBOUWKUNDE

Communicatie, Exact, Loopbaan en Burgerschap

Als beginnend ondernemer is het belangrijk om te weten voor welke doelgroep of doelgroepen je het product of producten in de markt zet. De wetenschap die dit onderzoekt, noemt men statistiek. Statistiek is de wetenschap en de techniek van het verzamelen, bewerken, interpreteren en presenteren van gegevens. In overzich- telijke tabellen, grafieken en figuren worden de gegevens gepresenteerd. Verdiep je dus in het thema ‘statistieken’ en zoek een aantal statistieken op over de doelgroep waarvoor je gaat werken. Neem contact op met je begeleider Exact en vraag hem/ haar enkele workshops te verzorgen over het onderwerp statistiek. Voor het houden van het interview ga je je verdiepen in de diverse interviewtech- nieken en stel je de vragen voor dit interview op aan de hand van de stappen a t/m f uit het communicatieschema (zie bijlage 6). Denk aan de verschillende functies van open en gesloten vraagtypen en houd goed rekening met degene die je interviewt, je ‘doelgroep’ dus. Tijdens deze oriëntatiefase onderzoek je producten of diensten voor mensen die ondersteuning nodig hebben. Daarbij ligt het ook voor de hand Engelstalige websites en literatuur te raadplegen. Je maakt een overzicht van je bevindingen in het Engels en de uitkomst leg je vast in een verslag. Ook met je begeleiders communicatie Nederlands en Engels neem je contact op en je vraagt aan hen je te helpen met interviewtechnieken, met het zoeken op websites en het rapporteren daarover. In een onderzoeksrapport geef je aan welke manier van leren je wilt gaan hanteren en wat voor consequenties het voor jou kan hebben, als je een eigen bedrijf start. Je benoemt daarin de mate waarin je als startend ondernemer flexibel moet of wilt zijn en je geeft aan hoe je met de voortdurende verandering en beroepseisen om wilt gaan. Tot slot maak je een lijst met je persoonlijke leerdoelen, gekoppeld aan het product dat je wilt ontwikkelen. Vraag voor deze activiteiten om ondersteuning aan je begeleider LB en lever de resultaten in aan het einde van de definitiefase als onderdeel van je Persoonlijk Activiteiten Plan. Persoonlijke ontwikkeling

35

IN TE LEVEREN PRODUCTEN Fasedocument met daarin: • Lijst met vragen voor een interview • Uitkomst marktonderzoek • Argumenten voor het starten van eigen bedrijf met stappenplan • Statistische gegevens van de doelgroep in relatie tot de producten • Engelstalig verslag websiteraadpleging • Schetsen van de ideeën

Toetsvoorstel • Geen

Bronnen • Naar eigen inzicht

Evalueren en beoordelen Als alles van deze fase is gedaan en je hebt alle producten ingeleverd, zal je project- begeleider aan de hand van de tabel onderaan de definitiefase met je evalueren en je beoordelen.

Hij geeft aan de hand van de resultaten een Go of een No-Go om naar de volgende fase te gaan.

GO

NO-GO

36

WERKTUIGBOUWKUNDE

BEGELEIDERSINFORMATIE

Doel van de fase • Doel van het totale project onderzoeken. • Inzicht krijgen in het totale project. • Algemene informatie verzamelen en bespreken. • Projectnaam vastleggen. • Projectleider benoemen. • Start met de ontwikkeling van technische vaardigheden. • Een aanzet te geven tot technisch (basis)inzicht.

PROJECTBEGELEIDER

De ontwikkelaars van de methode gaan ervan uit dat u voor de start van een projectwijzer een hele dag met de studenten optrekt. Er worden afspraken gemaakt en hoofdstuk 3 wordt goed bestudeerd en geanalyseerd. Er is in de loop van de dag een eerste projectvergadering om deze oriëntatiefasen te lezen en te bespreken. Er wordt gebrainstormd over het zelfstandig onderne- merschap, de te interviewen klant, de leerdoelen en de verantwoordelijkheden en werkzaamheden van de projectleider bij dit project. Tevens worden er project- mappen gemaakt en wordt er een start gemaakt om de producten te realiseren. Wij adviseren in uw school af te spreken wie naast de werkelijke klant, de rol van vertegenwoordiger van de klant op zich neemt om elke week met de studenten over de voortgang en de keuzes te communiceren en de fasedocumenten in ontvangst te nemen. Bij de aanvang van deze periode kan vanaf week 1 in de werkplaats begonnen worden met het fabriceren van het draaiplateau waarvan een voorbeeld is te zien in bijlage 10. De tekeningen hiervan zijn downloadbaar. Bij het verwerven van een product moet de leerlijn goed in de gaten worden gehouden. Denk aan het verder automatiseren met behulp van pneumatiek, hydrauliek etc. Als de studenten zelf een product hebben verworven, zal het niet altijd mogelijk zijn om de leerlijn te volgen in de werkplaats. De theoretische vaardigheden kunnen wel zoveel mogelijk deze leerlijn volgen. Aan de projectleden moet, ondanks dit verschil, wel theoretische ondersteuning worden gegeven bij het realiseren van hun product. TECHNIEK

37

BEGELEIDERSINFORMATIE

Mochten studenten geen zorgtechnisch product kunnen verwerven, bestaat de mogelijkheid om het draaiplateau uit te breiden tot een carrousel. Denk hierbij bijvoorbeeld aan een draaicarrousel voor in een (keuken)kast.

PROJECTMANAGEMENT/BEDRIJFSKUNDE

Op de website van de Kamer van Koophandel (www.kvk.nl) staat een uitgebreid stappenplan voor ‘starters’: • Oriëntatie • Vergunningen, diploma’s en registratie • Marketingplan • Huisvesting • Personeel • Kiezen van een rechtsvorm • Financiën • Belastingen en administratie • Zeker zaken doen • Aan de slag

Gedurende het gehele project kunnen studenten zich op deze stappen oriënteren .

Het is de bedoeling dat studenten tijdens de eindpresentatie duidelijk maken op welke wijze ze een eigen technisch bedrijf zouden willen starten, dat werkzaam- heden uitvoert in de individuele en kleinschalige zorg. Onderbouwing doen ze aan de hand van dit stappenplan. De nadruk ligt hierbij vooral op oriëntatie. Het is niet de bedoeling dat studenten een uitgebreid bedrijfsplan of ondernemersplan presenteren.

EXACT

U maakt de studenten wegwijs in de grondbeginselen van de statistiek. U moet dan denken aan frequentietabel, mediaan, modus en gemiddelde. In het dagelijks leven worden vaak beweringen gedaan en beslissingen genomen, al dan niet op grond van statistische gegevens. Ook het maken en interpreteren van grafieken en dan met name het maken van histogrammen moet besproken worden. Het is zinvol om te kijken welke bijdrage Excel kan leveren voor onderdelen zoals data nauwkeurig weergeven, gebruikmaken van de verschillende functies en het maken van grafieken.

38

WERKTUIGBOUWKUNDE

Made with