00670600004

4.2 Persoonl i jk Act ivi tei ten Plan (PAP) en planning

Wat doe je? Je onderzoekt wie er betrokken zijn bij je examen en welke rol zij spelen. Ook zorg je ervoor dat je weet wanneer welke producten beoordeeld worden en door wie. Zo krijg je een goed inzicht in wat er in deze periode van je wordt verwacht en wat je gaat doen. Wat lever je in? Als je weet wat er van je wordt verwacht, schrijf je een PAP. In dit plan leg je vast in welke periode je de opdrachten gaat uitvoeren en welke activiteiten daarbij horen. Je zorgt ervoor dat je weet wie er betrokken zijn bij het maken en beoordelen van de opdrachten en wat je moet inleveren. Bijlage 2 bevat een formulier om een PAP te maken. Je beantwoordt daarin de volgende vragen: • Wat ga ik precies doen bij welke opdracht? • Welke producten moet ik maken en door wie worden ze beoordeeld? • Welke werkprocessen en competenties horen daarbij? • Wie zijn er betrokken bij het maken van de opdrachten en de beoor- deling ervan? • Welke beoordelingsmethoden worden gebruikt bij de competenties en wie zijn daar bij betrokken? • Waar maak ik de opdrachten? Welke doe ik in de praktijk en welke op school? • Wanneer voer ik de opdrachten uit? Wanneer lever ik de producten in en wanneer worden deze beoordeeld? Wanneer lever ik alle bewijsstukken in en worden eventuele presentaties en beoordelings- gesprekken gehouden? Je maakt een PAP per kerntaak. In overleg met je begeleiders leg je vast in welke volgorde je de opdrachten uitvoert. Bij een PAP lever je ook een planning. Als je Persoonlijk Activiteiten Plan is ondertekend door je begeleiders, dan ben je klaar met de voorbereiding en kun je beginnen met het maken van de opdrachten.

19 Hoofdstuk 4. Voorbereiding

Made with