006BTFM0002

STAP 3 VOORBEREIDEN

Vraag aan de begeleider een boor Ø 5 mm en een proefstukje staal van ongeveer 10 mm dik.

Stel de freesmachine in op het laagste toerental en boor een doorlopend gat. Stel de freesmachine nu in op ongeveer 1600 omw/min. en boor opnieuw een doorlopend gat. 14 Wat voor verschil ontdek je? Verklaar dit verschil. 15 Vraag aan de begeleider welke methode binnen het bedrijf wordt gebruikt om het toerental van een boor te bepalen. 16 Vraag nu een boor met een grote diameter, bijvoorbeeld 25 mm. Bekijk de dwarssnijkant van de boor. Wat valt je op aan deze dwarssnijkant? 17 Als je een groot gat moet boren, ga je voorboren. Wat is voorboren en waarom doen we dit? Er is één oefening boren. Je vindt deze op de tekening: 000-006. Je kunt ook aan de praktijkopleider een tekening vragen van een vergelijkbaar werkstuk. Bekijk de tekening van de oefening die je gaat maken. Voer onderstaande activiteiten uit voordat je met de oefening begint. Uitvoering oefening Je gaat nu aan de slag. Je hebt voldoende informatie verzameld. 1 Neem als uitgangsmateriaal voor werkstuk 000-006 het werk- stuk dat je gemaakt hebt bij frezen tekeningnummer 000-009. 2 Controleer het aangeleverde materiaal op maatvoering. 3 Maak het werkstuk volgens tekening. Controle oefening 1 Ga na of je aan de gestelde veiligheidsvoorwaarden hebt voldaan. 2 Controleer je gemaakte werk aan de hand van de controlelijsten. 3 Ruim de werkplek op. 18 Schrijf in het kort op in welke volgorde je de gaten gaat boren. 19 Noteer welke hulpstukken en gereedschappen je nodig hebt.

2

3

4

Beoordeling en nabespreking oefening Laat je praktijkopleider het gemaakte werk zien en controleren. Bespreek wat er goed ging en wat er minder goed is gegaan.

31

Made with