006IPTDB0002
Animerende publicatie
N I V E A U 3
I N S T A L L E R E N Voorbereiden en aanbrengen bitumen dakbedekking
Uitstroom Eerste monteur Dak (Crebo 94283) 7
B E G E L E I D E R S H A N D L E I D I N G
N I V E A U 3 INSTALLEREN
Voorbereiden en aanbrengen van bitumen dakbedekking
7
Uitstroom Eerste monteur Dak (Crebo 94283)
B E G E L E I D E R S H A N D L E I D I N G
69355142 Bestelnummer 006IPTDB0002
© 2008 Stichting Consortium Beroepsonderwijs De volgende docenten hebben meegewerkt aan de totstandkoming van deze projecttaak M. van der Schaaf, ROC Friese Poort; M. van Gent, ROC Da Vinci College; P. Ruijters, ROC Gilde Opleidingen en J. Ramakers, ROC Gilde Opleidingen Ontwikkelteamleider W. van Dijk Redactie T. Zuijderduin, M. Brok en W. van Dijk Omslag/ Lay-out Studio Blanche Foto’s M. van Gent Ondanks alle inspanningen is het mogelijk dat Stichting Consortium Beroepsonderwijs niet alle copyrights van de in de uitgave opgenomen illustraties geregeld heeft. Degene die meent alsnog rechten te kunnen doen gelden, wordt verzocht contact op te nemen met de Stichting. © 2009 Stichting Consortium Beroepsonderwijs Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt, in enige vorm of op
enige wijze, namelijk elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande toestemming van Stichting Consortium Beroepsonderwijs.
INTRODUCTIE OP DE PROJECTTAAK . . . . . . . .4
STAP 1 ORIËNTATIE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .10
STAP 2 PLANNING EN VOORBEREIDING . . . . . . . . . . .15
STAP 3 UITVOERING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .21
STAP 4 OPLEVERING EN EVALUATIE . . . . . . . . . . . . .25
BIJLAGE 1 BEOORDELINGSMONITOR . . . . . . . . . . . . . . .35
BIJLAGE 2 BIJLAGE 2
FORMULIER URENVERANTWOORDING . . . . .36
BIJLAGE VOOR DE BEGELEIDERSHANDLEIDING. . . . . .37
BIJLAGE 3 PROJECTTAAKPLANNER . . . . . . . . . . . . . . . .42
BIJLAGE 4 LEERLIJN NEDERLANDS EN MVT . . . . . . . . . .44
INTRODUCTIE OP DE PROJECTTAAK
Inhoud van deze projecttaak De Eerste Monteur Dak is werkzaam in de sector techniek bij een installatiebedrijf dat installaties voor gas, water, centrale verwarming, ventilatie en riolering aanlegt, onderhoudt en wijzigt. Het bedrijf voert vaak ook dakwerkzaamheden uit. Deze projecttaak richt zich in het bijzonder op het dakwerk waarin bitumen dakbedekking als afdichtingmateriaal wordt gebruikt. Het werk vindt hoofdzakelijk plaats op en aan woningen, kleine utiliteitsgebouwen, seriematige woningbouw en woongebouwen (flats). Het werk kan ook op grote utiliteitsgebouwen (zoals ziekenhuizen, kantoorgebouwen, scholen) worden uitgevoerd.
In deze projecttaak Deze projecttaak gaat over bitumineuze dakbedekking op gebouwen. Het totaal van het communiceren, voorbereiden, isoleren, aanbrengen en de nazorg van het bitumineuze dak komt in deze projecttaak aan de orde. Deze projecttaak bestaat uit een complex geheel van
activiteiten. Je gaat je bezighouden met: • Communicatie met je medewerkers en de opdrachtgever (klant) • Voorbereiden van de werkzaamheden • Isolatie aanbrengen • Nazorg verlenen
4
Je bent verantwoordelijk voor het totale proces: vóór, tijdens en na het aanbrengen van de bitumen dakafdichting. Daarbij mag je niet de veiligheids- en milieuaspecten vergeten. Zo nodig behoort ook het vakkundig en verantwoord verwijderen van oude bitumenlagen tot je werk. Soms moet je ook nog de oude bitumenlaag op een verantwoorde manier verwijderen. Je krijgt les of informatie over: • Opzoeken van gegevens • Een activiteitenplan maken • Een verslag maken • Hoe je met deze projecttaak moet werken Na deze projecttaak Na deze projecttaak heb je gewerkt aan de volgende competenties: • Samenwerken en overleggen • met de klant • met de opdrachtgever • met collega's • met de werkgever • Plannen en organiseren • een activiteitenplan maken • Dakwerkzaamheden aansturen en begeleiden • aansturen van het werk zelf • begeleiden van monteurs • Op de behoefte en wensen van de klant gericht zijn • luisteren • tussentijds informeren • Kwaliteit leveren • bitumineuze dakbedekking • isoleren
• randafwerking • doorvoeringen • detailafwerking • Vakdeskundigheid toepassen • veiligheid • normen • afronden dakwerkzaamheden • kleven of branden van bitumen
5
• Materialen en middelen inzetten • standaard gereedschap • speciaal gereedschap zoals steigers, diamantboor e.d. • keuzes maken uit de geschikte toe te passen materialen • Formuleren en rapporteren • mondeling • op standaard bedrijfsformulieren Deze competenties gebruik je bij het waterdicht maken van platte en licht hellende daken met bitumen dakbedekkingmateriaal.
6
Portfolio In deze projecttaak volg je de stappen. Er zijn in totaal vier stappen. Neem de stappen in de juiste volgorde. Van elke stap verzamel je bewijzen (in te leveren resultaten), die in je portfolio komen. Je zorgt zelf voor de samenstelling van je portfolio. In de tabel staat welke producten bij welke stap horen.
Stap
Producten portfolio
1. Oriëntatie
• Productanalyse • Overzicht materialen, gereedschappen en producten • Overzicht leren
2. Planning en • Activiteitenplan • Planning • Materiaalstaat 3. Uitvoering en controle • Verslag met foto’s • Checklist controle 4. Oplevering en evalueren voorbereiding
• Mondelinge presentatie of demonstratie • Evaluatieformulier • Beoordelingsmonitor • Urenverantwoording project
PORTFOLIO In deze projecttaak volgt de leerling de vier stappen. Hij moet de stappen in de juiste volgorde nemen. De producten van elke stap moet hij opnemen in zijn portfolio. Na elke stap moet de leerling zijn beoordelingsmonitor laten bijwerken door zijn begeleider. Voor de taken van de diverse begeleiders verwijzen wij u naar het Basisdocument Projecttaken Eerste Monteur Dak. Een vakdocent kan de taak van begeleider op zich nemen. Gestreefd moet worden naar zoveel mogelijk diversiteit in beoordelende begeleiders.
7
2.1 UITVOEREN PROJECTTAAK Deze projecttaak voert de leerling bij voorkeur in een werksituatie uit. BOL-leerlingen kunnen de taak uitvoeren in een nagebootste situatie in het practicum. Hierin kunnen zij een juist beeld krijgen van de werkelijkheid. Ook bestaat er de mogelijkheid om deze projecttaak tijdens de BPV uit te voeren. De oriëntatie, planning en voorbereiding kunnen op school plaatsvinden. Voor de theorie kan er een beroep gedaan worden op een regionaal opleidingscentrum (ROC). De theo- rie komt aan de orde bij de in te leveren producten. De leerling kan deze kennis opdoen tijdens work- shops, lessen, excursies etc. 2.2 PRAKTIJK De uitvoering van de projecttaak (stap 3) voert de leerling in de praktijk uit. Dit kan zijn op het werk (BBL) of tijdens de stage (BOL). Hij oefent de volgende vaardigheden: • aanbrengen veiligheidsvoorzieningen • dak werkklaar maken • isoleren • aanbrengen bitumen • waterdicht maken dakdoorvoeren • randafwerking en oplevering
2.3 THEORIE Vakleer
Tijdens de vakleer moeten de werkzaamheden uit de praktijk aan de orde komen. Bijzondere aandacht is nodig voor het juist en voldoende bevestigen van de dakbedekking. Verder zijn ook de veiligheid en het milieu van belang.
Nederlands Bij Nederlands maken wij gebruik van de drieslagmethode: 1. Werken met communicatiemodel (zie het Basisdocument). 2. In te leveren resultaten beoordelen op basis van Raamwerk Nederlands. 3. Signalering van taalproblemen. Lessuggesties: • Lezen: lesstof, vakinformatie, gebruiksaanwijzingen en handboeken. • Luisteren: uitleg lesstof, instructies, presentaties, overleg samenvatten. • Spreken: samenvatten, uitleg geven, presenteren, mondelinge berichtgeving.
• Gesprekken voeren: het interview, het functionerings- en beoordelingsgesprek, het POP-gesprek en evaluatiegesprek, werkoverleg, kritiek geven en ontvangen, met argumenten je mening geven. • Schrijven: formuleren, rapporteren en verslagen maken, memo’s, eenvoudige correspondentie, informatie samenvatten en omgaan met formulieren en checklisten.
Zie ook de bijlage Leerlijn Nederlands.
Moderne vreemde talen (MVT) Uitwerking op basis van het Raamwerk Moderne Vreemde Talen (zie de eisen voor MVT in het Kwalificatiedossier en het Brondocument Leren, Loopbaan en Burgerschap). • Leesvaardigheid
• Luistervaardigheid • Spreekvaardigheid • Gesprekken voeren • Spreekvaardigheid Rekenen en Wiskunde Uitwerking op basis van het Raamwerk Rekenen en Wiskunde • Getallen, hoeveelheden en maten. Niveau X2 • Ruimte en vorm. Niveau X2 • Gegevensverwerking, onzekerheid. Niveau X2 • Verbanden, veranderingen. Niveau X2
8
Leren, loopbaan en burgerschap (LLB) Uitwerking op basis van het Brondocument Leren, Loopbaan en Burgerschap. In de stappen van de projecttaak komen de werkprocessen van de kerntaken 1, 2 en 4 van LLB als volgt aan de orde: 1. Oriënteren
1.1. Benoemt leerdoelen voor de eigen ontwikkeling 1.2. Inventariseert geschikte manieren van leren 1.3. Kiest bij de situatie en bij zichzelf passende manieren van leren 2.2. Onderzoekt welk werk er is en wat bij hem past 4.2. Maakt gebruik van werknemersrechten
2. Planning en voorbereiding 1.4. Plant zijn eigen leerproces en voert het uit 1.4. Plant zijn eigen leerproces en voert het uit
4.1. Gedraagt zich als een werknemer bij het uitvoeren van werk
3. Uitvoering
4.1. Gedraagt zich als een werknemer bij het uitvoeren van werk 4.3. Stelt zich collegiaal op 2.3. Stuurt zijn eigen loopbaan en onderneemt acties die daarbij nodig zijn
4. Oplevering en evaluatie 1.5. Evalueert de gekozen manier van leren 2.1. Reflecteert op eigen kwaliteiten en motieven 2.2. Onderzoekt welk werk er bij hem past
2.3. Stuurt zijn eigen loopbaan en onderneemt acties die daarbij nodig zijn
2.4 AANWIJZINGEN BEGELEIDERS Begeleider: bij BOL en BBL projecttaak- en/of studie/loopbaanbegeleider • Plannen van een demonstratie en een criteriumgericht interview. • Voeren van het evaluatiegesprek. • Invullen van de beoordelingsmonitor. • Vaststellen van leerdoelen voor de volgende projecttaak. • Bepaalt GO/NO-GO. • Boordeling van de projecttaak voldoende of onvoldoende. • Ingeleverde producten controleren. • Controleert portfolio. Praktijkopleider: de opleider in het bedrijf • Begeleiding bij deze taak. Praktijkbegeleider: de instructeur op het ROC • Verzorgt de praktijkopstellingen op school. Vakdocenten: alle docenten • Instructielessen/workshops verzorgen. Nederlands • Verslaggeving • Gesprekstechniek • Gesprekstechniek: beoordelingsgesprek Leren, loopbaan en burgerschap • Zie de uitgewerkte lessuggesties bij de stappen van deze projecttaak.
9
STAP
oriëntatie
1 ORIËNTATIE
DOEL VAN DE STAP Je gaat je nu verdiepen in de achtergronden van deze projecttaak. Dit doe je door het uitvoeren van onderstaande activiteiten. Deze informatie verzamel je, zodat je een goed activiteitenplan kunt maken.
In deze fase zoek je uit en schrijf je op wat de opdracht inhoudt. Aan het einde van deze projecttaak heb je laten zien dat je bitumen dakbedekking vakkundig kunt aanbrengen. Je maakt kennis met de wereld van het dak. Dit houdt in dat je verschillende dakvormen, materialen, mogelijkheden en onmogelijkheden gaat onderzoeken. Je leert je keuzes te verantwoorden, omdat je kennis van de verschillende soorten bitumen en toepassingen hebt opgedaan. Je begrijpt dat het belangrijk is dat er naast al de vakmatige handelingen ook zaken zoals samenwerking en communicatie nodig zijn. Je gaat onderzoeken aan welke eisen de producten van je projecttaak moeten voldoen. Ook ga je nadenken over wat je moet weten en wat je moet gaan vragen. In deze stap komen verschillende soorten vragen bij je op: • Uitzoekwerk: Wat is de opdracht, wat is het probleem? • Leren: Wat ga ik hier leren, welke competenties ga ik hiermee ontwikkelen? • Vakmatig: Welke prestaties en resultaten (producten) moet ik leveren? • Houding: Hoe verloopt de samenwerking? Hoe werken we als groep of alleen? Aan het einde van stap 1 beoordeelt je begeleider je portfolioproducten. Je krijgt dan een GO of NO-GO voor de volgende stap.
10
Ga tijdens het maken van de projecttaak regelmatig in een groepje zitten om je vorderingen en ervaringen te delen met andere leerlingen. Bespreek hier ook je uitdagingen en problemen die je tijdens de uitvoering van de projecttaak tegenkomt. Houd vanaf de start van deze projecttaak je urenverantwoording bij op het formulier Urenverantwoording. In stap 4 moet je dit formulier inleveren. Het formulier kun je downloaden via www.consortiumbo.nl/site//Techniek_en_ICT/ niveau_3_cgo/downloads.html.
Bronnen Hieronder staan verschillende studiebronnen en informatiebronnen die je kunt gebruiken. • Het Basisdocument Projecttaken Eerste Monteur Dak • PowerPointpresentatie Daken • Theorieboeken: • Bitumineuze dakbedekking e.d. • Handboek daken • Internetsites:
• www.nebiprofa.nl • www.vebidak.nl • www.beroepsrisico.nl
11
5
Op te leveren resultaat
De activiteiten en opdrachten die je in deze stap uitvoert, moet je zorgvuldig uitwerken. De uitwerkingen neem je op in je portfolio. • Onderzoek.
• Overzicht materialen en producten. • Overzicht leren: wat heb ik geleerd?
Competentieontwikkeling bij deze stap
KT Werkproces
Competentie
2.2 Voorbereiden dak- en gevel- werkzaamheden
E
Samenwerken en overleggen
1.1 LLB
Benoemt leerdoelen voor de eigen ontwikkeling
W Gedrevenheid en ambitie tonen N Onderzoeken M Analyseren J Formuleren en rapporteren
1.2 LLB
Inventariseert geschikte manieren van leren
N Onderzoeken O Creëren en innoveren
1.3 LLB
Kiest bij de situatie en bij zichzelf passende manieren van leren
M Analyseren O Creëren en innoveren A Beslissen en activiteiten initiëren
& Activiteiten 1.1 Onderzoek
1 Omschrijf de opdracht in je eigen woorden. Denk hierbij aan het volgende: a Bronnen b Afspraken. c Wat weet ik al?
Let ook op: a tekening
b bestek c offerte d locatie e klant
12
1.2
Materialen, gereedschappen en producten 1 Maak een lijst met producten die je gaat opleveren in deze projecttaak. 2 Geef per product aan met wie je te maken hebt. 3 Geef per product aan welke werkzaamheden je gaat uitvoeren. 4 Geef aan welk speciaal gereedschap je nodig hebt. Denk hierbij ook aan de volgende zaken: a opdrachtformulieren b materiaal (soort bitumen, trim, doorvoeringen, water- afvoer, bevestigingsmiddelen, isolatiemateriaal e.d.) c computer, printer, scanner a praktijkhandelingen b theoretische kennis c communicatieve vaardigheden 2 Welke competenties ga je hiermee ontwikkelen? 3 Zoek dit eventueel op in: a het Basisdocument b het kwalificatiedossier c de beoordelingsmonitor Evalueren en beoordelen • De begeleider/docent controleert of je alle punten van de opdracht correct hebt uitgewerkt. • Kijk in de beoordelingsmonitor na waarvoor je een beoordeling krijgt. • Je hebt de oriëntatie afgerond. De informatie die je hier hebt verzameld, heb je nodig voor de volgende stap. • In stap 2 ga je een activiteitenplan maken en je verder voorbereiden. Leren 1 Wat ga je hier leren?
1.3
KERNTAKEN, WERKPROCESSEN EN COMPETENTIES • Zie de beoordelingsmonitor van deze projecttaak. • Zie voor de onderdelen Nederlands, Moderne Vreemde Talen, Rekenen en Wiskunde en Leren, Loopbaan en Burgerschap de eisen die vermeld staan in hoofdstuk 2 paragraaf 2.3.
STUDIEBRONNEN • Zie de vermelde bronnen bij stap 1.
TE BEHANDELEN LESSTOF • Zie ook de Projecttaakplanner. Praktijk • De leerling in staat stellen de dakbedekkingmaterialen daadwerkelijk te zien, voelen, ruiken e.d. • De leerling om te leren gaan met de veiligheidsaspecten van het dakwerk.
13
THEORIE Vakleer • Dakvormen
• Bitumensoorten en toepassing • Isolatiematerialen en toepassing • Dakdoorvoeren • Hemelwaterafvoer
• Dakafwerking • Tekening lezen • Relevante Arbo-, veiligheid- en milieuvoorschriften Nederlands • Het maken van een technisch verslag Moderne vreemde talen • Vertalen van technische handleidingen (indien van toepassing)
Rekenen en wiskunde • Oppervlakteberekening • Werken met percentages • Rekenen algemeen Leren, loopbaan en burgerschap • Kennis van het leerrepertoire: mogelijke leeractiviteiten. • Kennis om te oordelen over de mogelijkheden van het leerrepertoire. • Kennis van verschillende manieren van leren. • Kent manieren om informatie te ordenen en verbanden te leggen • Vuistregels voor het maken van keuzen daaruit (wat is waarvoor geschikt?). • Leren van anderen, leren met anderen, leren door ervaring. • Kennis en kunde van het samenstellen van een SMART-ontwikkelplan. • Kennis van bronnen en van informatie over waarden en persoonlijke kwaliteiten: beroepeninformatie, beroepsbeoefenaren, personeelsadvertenties. • Vaardigheden om informatie te verzamelen. • Methoden en technieken voor het onderhouden en benutten van netwerkrelaties. • Presenteren van zichzelf door middel van bijvoorbeeld weblog, portfolio’s en Curriculum Vitae. • Kennis van bronnen, organisaties om informatie te vinden of hulp te krijgen bij het vinden van de informatie, zoals vakbonden en vakorganisaties. • Vaardigheden om informatiebronnen te gebruiken. • Schriftelijke en mondelinge taalvaardigheid. • Kennis van procedures zoals die zijn vastgelegd in wettelijke voorschriften, CAO’s en andere relevante contracten en reglementen. Informatica • Werken met Word, Excel en PowerPoint AANWIJZINGEN BEGELEIDERS Begeleider: bij BOL en BBL projecttaak- en/of studie/loopbaanbegeleider • Controleert op voortgang, urenverantwoording, netheid, voorschriften en procedures, toepassing PBM (VCA) en veiligheidsprocedures. • Invullen van de beoordelingsmonitor. • Vaststellen van leerdoelen voor deze projecttaak. • Bepaalt GO/NO-GO. • Beoordeling van deze stap: voldoende of onvoldoende. Praktijkbegeleider: de instructeur op het ROC • Controleert praktische vaardigheden (bij BOL-leerling). Praktijkopleider: de opleider in het bedrijf • Controleert praktische vaardigheden (bij BBL-leerling). Vakdocenten: alle docenten
• Controleert op vakinhoudelijkheid. • Verzorgen van lessen en workshops.
14
STAP
2 PLANNING EN VOORBEREIDING
DOEL VAN DE STAP Voorbereiding op de uitvoering van de werkzaamheden. • Het opstellen van een activiteitenlijst. • Het maken van een planning. • Het maken van afspraken.
Je hebt de oriëntatie afgerond. Je weet nu wat de projecttaak in grote lijnen inhoudt. De antwoorden bij stap ga je gebruiken om een activiteitenplan te maken. De opdracht wordt omgezet in een planning. Hierin geeft aan welke werkzaamheden je gaat uitvoeren en hoeveel tijd je daarvoor nodig denk te hebben. Hier moet dan ook duidelijk zijn aan welke competenties je gaat werken. Welke kennis en vaardigheden heb je nodig voor deze projecttaak? Waar en wanneer ga je de kennis opdoen en vaardigheden oefenen?
lanning en voorbereiding
15
5
Op te leveren resultaat
• Activiteitenplan. • Planning. • Materiaalstaat (inclusief werkvoorbereiding en tekeningen).
Bronnen Hieronder staan verschillende studie- en informatiebronnen die je kunt gebruiken • Het Basisdocument • Theorieboeken: • Bitumen • Handboek Daken • Veiligheidszakboek • Internetsites: • www.kenteq.nl • www.milieucentraal.nl
• www.vebidak.nl • www.dakweb.nl • www.veiligheid.nl
Competentieontwikkeling bij deze stap
KT Werkproces
Competentie
2.2 Voorbereiden dak- en gevel- werkzaamheden
Q Plannen en organiseren R
Op de behoeften en verwachtingen van de ‘klant’ richten
1.4 LLB
Plant zijn eigen leerproces en voert het uit
Q Plannen en organiseren A Beslissen en activiteiten initiëren
4.1 LLB
Gedraagt zich als een werknemer bij het uitvoeren van werk
T
Instructies en procedures opvolgen
S
Kwaliteit leveren
F Ethisch en integer handelen V Met druk en tegenslag omgaan P Leren U Omgaan met verandering en aanpassen
16
& Activiteiten 2.1
Maken van het activiteitenplan 1 Het activiteitenplan bevat de volgende onderdelen: • Voorblad • Opdracht en opdrachtgever • Op te leveren resultaat • Activiteitenplan • Aanwezige kennis en vaardigheden • Afspraken en begeleiding • Bijlagen activiteitenplan • Planning bij voorkeur in Excel • Werkvoorbereiding (geef hier ook aan of je andere monteurs begeleidt) • Tekeningen en/of bestek 2 In het activiteitenplan geef je aan wat je bij de onderdelen gaat invullen. 3 Vul de hoofdstukken zelf in met de informatie die je al hebt gevonden in stap 1. 4 Controleer met de checklist of je niets hebt vergeten. 5 Bespreek het concept met je trajectbegeleider, voordat je het definitieve plan inlevert. Voorbereiding In deze activiteit voer je de voorbereiding uit. In het activiteitenplan heb je onder andere de hoofdstukken ingevuld: • Activiteiten • Aanwezige kennis • Te ontwikkelen kennis Ook heb je aangegeven hoe je dit gaat doen. Evalueren en beoordelen De opdrachtgever, praktijkopleider of docent controleert de volgende zaken: • Zijn de juiste activiteiten gepland? • Is er een juiste analyse van de opdracht gemaakt? • Is de planning correct? • Zijn de juiste prioriteiten gesteld? • Is er creatief en innovatief met de opdracht omgegaan? • Te ontwikkelen kennis en vaardigheden • Faciliteiten: computers, apparatuur enz.
2.2
17
KERNTAKEN, WERKPROCESSEN EN COMPETENTIES • Zie de beoordelingsmonitor van deze projecttaak. • Zie voor de onderdelen Nederlands, Moderne Vreemde Talen, Rekenen en Wiskunde en Leren, Loopbaan en Burgerschap de eisen die vermeld staan in hoofdstuk 2 paragraaf 2.3. STUDIEBRONNEN • Zie de studiebronnen bij stap 1. TE BEHANDELEN LESSTOF (ZIE OOK DE PROJECTTAAKPLANNER) Praktijk
• Leren aanbrengen van isolatiemateriaal bij platte daken. • Oefenen bitumen dakwerk met verschillende materialen. • Leren veilig omgaan met brander of ketel. • Veilig op hoogte leren werken. • Leren omgaan en afvoeren van milieubelastend materiaal. • Vakjargon binnen de branche of het bedrijf. THEORIE Vakleer • Dakvormen
• Bitumensoorten en toepassing • Isolatiematerialen en toepassing • Dakdoorvoeren • Hemelwaterafvoer
• Dakafwerking • Tekening lezen • Relevante Arbo-, veiligheid- en milieuvoorschriften Nederlands • Het lezen en interpreteren van handleidingen en veiligheidsvoorschriften. • Maken van (technische) verslagen. • Communiceren met collega’s, opdrachtgever/klant en werkgever. Moderne vreemde talen • Vertalen van technische handleidingen (indien van toepassing).
Rekenen en wiskunde • Oppervlakteberekening • Inhoud- en massaberekening • Werken met percentages • Rekenen algemeen
Leren, loopbaan en burgerschap • Plannen leerproces. • Leren goed werknemer gedrag te tonen tijdens het uitvoeren van zijn werkzaamheden.
Informatica • Gericht zoeken op internet
AANWIJZINGEN BEGELEIDERS Begeleider:bij BOL en BBL projecttaak- en/of studie/loopbaanbegeleider • Indien nodig bemiddelen in afstemming tussen werk en projecttaak. • Bespreken van activiteitenplan met de leerling. • De bij praktijk genoemde vaardigheden en/of kennis laten opdoen. • Invullen van de beoordelingsmonitor. • Vaststellen van leerdoelen voor deze projecttaak. • Bepaalt GO/NO-GO. • Boordeling van deze stap: voldoende of onvoldoende. Praktijkbegeleider: de instructeur op het ROC • De bij praktijk genoemde vaardigheden en/of kennis laten opdoen. Praktijkopleider: de opleider in het bedrijf • De bij praktijk genoemde vaardigheden en/of kennis laten opdoen. Vakdocenten: alle docenten • De bij theorie genoemde kennis overdragen (workshops, lessen en/of ondersteuning.
18
ACTIVITEITENPLAN VOOR EEN PROJECTTAAK (Beschikbaar op: http://www.consortiumbo.nl/site/Techniek_en_ICT/niveau_3_cgo/downloads.html) 0. Voorblad
Activiteit
Wie
Startdatum Einddatum
4. Aanwezige kennis en vaardigheden
Kennis/vaardigheid Wie
Informatiebron(nen) Activiteit
Competenties
6. Faciliteiten
CHECKLIST ACTIVITEITENPLAN http://www.consortiumbo.nl/site/Techniek_en_ICT/niveau_3_cgo/downloads.html Is het voorblad compleet? F Bevat het de tekst: ‘Activiteitenplan’? F Bevat het de naam van de projecttaak? F Bevat het naam van de organisatie en naam van de opdrachtgever? F Bevat het de plaats en datum gereedkomen van het Activiteitenplan? F Naam van de opdrachtnemer (eventueel de namen van de groepsleden)? F Bevat het de naam van de auteurs van het Activiteitenplan? Lay-out F Is een inhoudsopgave met paginanummers en bladzijden aanwezig? F Zijn de hoofdstukken genummerd? F Zijn de paginanummers op bladzijden aanwezig? F Zijn de hoofdstukken goed duidelijk aangegeven? Taalgebruik F Is het activiteitenplan goed te begrijpen? F Is de taal zakelijk? Geen ik, jij, jullie, wij? F Worden niet te lange zinnen gebruikt? De opdracht F Heeft het project een duidelijke, liefst originele, pakkende naam? F Is de opdracht duidelijk omschreven? F Is de opdracht een gevolg van de doelstelling of probleemstelling? F Is exact duidelijk wat het eindproduct van het project zal zijn? F (Inclusief de eisen die aan het product worden gesteld?) F Is duidelijk wie de opdrachtgevende organisatie is? F Is duidelijk wie de opdrachtgever (persoon) is? F Is duidelijk wie de opdrachtnemende organisatie is? F Is duidelijk wie de opdrachtnemende persoon (projectleider) is? F Is er eventueel een schriftelijke opdracht aanwezig? De activiteiten F Is er een puntsgewijze opsomming van activiteiten? F Zijn er voldoende activiteiten gedefinieerd? F Zijn er geen activiteiten vergeten? F Zijn de activiteiten gegroepeerd? F Zijn de activiteiten binnen een groep van dezelfde ‘orde van grootte’? F Is het Activiteitenplan zelf ook als activiteit opgenomen? F Is de afhandeling van het project niet vergeten? De producten F Zijn voldoende producten gedefinieerd? F Is het activiteitenplan ook als product gedefinieerd? F Zijn eventuele belangrijke gebeurtenissen ook als product gedefinieerd? F Zijn ontwerpen, rapporten e.d. niet vergeten? F Is het eindproduct niet vergeten? De planning F Klopt de planning met de activiteiten? F Is de planning realistisch?
STAP
uitvoering
3 UITVOERING
DOEL VAN DE STAP Het doel van deze stap is het uitvoeren van de opdracht uit stap 2. Je gaat nu dus daadwerkelijk het bitumendak maken. Van isolatie tot afwerking. Van het eerste contact met de opdrachtgever tot het maken van de werkbon. Na en ook tijdens de uitvoering ga je het werk controleren en waar nodig her- stellen. Bij de werkzaamheden stuur je ook nog collega’s aan. Jij bent dus het aanspreekpunt voor de klant en de andere (hulp)monteurs.
Het liefst begin je direct aan de projecttaak. Maar het moet duidelijk zijn, dat goed werk niet zonder een goede voorbereiding kan. Onderdelen van een goede voorbereiding zijn: • de theorie leren die nodig is om de projecttaak goed uit te kunnen voeren. • ervoor zorgen dat je de vaardigheden goed beheerst. • een werkvoorbereiding maken. Natuurlijk kijk je ook naar de beste werkvolgorde. Aan het einde bekijk je het eigen product en controleer je het heel kritisch. Hierbij moet jij evaluerende vragen kunnen beantwoorden over het doorlopen leerproces. Bijvoorbeeld: • Voldoet het product aan de gestelde eisen? • Hoe controleer je dat? • Welk proces heb je doorlopen? • Welke procedures heb je gebruikt?
21
Bronnen • Ze bronnen uit vorige stappen • Basisdocument • Het activiteitenplan (stap 2) van deze projecttaak
5
Op te leveren resultaat
• Verslag met foto’s. • Checklist controle.
Competentieontwikkeling bij deze stap
KT Werkproces
Competenties
2.4 Aanbrengen bitumineuze en/of kunststof dakbedekkingsystemen E
Samenwerken en overleggen K Vakdeskundigheid toepassen L Materialen en middelen inzetten S Kwaliteit leveren
2.7 Begeleiden dak en gevelwerkzaamheden C Begeleiden E
Samenwerken en overleggen
Q Plannen en organiseren
2.3 LLB
Stuurt zijn eigen loopbaan en onder- neemt daarbij acties die daarbij nodig zijn
N Onderzoeken G Relaties bouwen en netwerken U Omgaan met verandering en aanpassen W Gedrevenheid en ambitie tonen A Beslissen en activiteiten initiëren
4.1 LLB
Gedraagt zich als een werknemer bij het uitvoeren van werk
T
Instructies en procedures opvolgen
F
Ethisch en integer handelen
S
Kwaliteit leveren
P Leren V Met druk en tegenslag omgaan U Omgaan met verandering en aanpassen
4.3 LLB
Stelt zich collegiaal op
T
Instructies en procedures opvolgen
F
Ethisch en integer handelen
22
& Activiteiten 3.1 Verslag
Bij deze stap hoort maar één hoofdactiviteit, namelijk het uitvoeren van de projecttaak. Gebruik je activiteitenplan als basis. 1 Maak een verslag over de uitvoering van het project ‘Voorbereiden en aanbrengen van bitumen dakbedekking’. • Verwerk in je verslag foto's van de stappen die je hebt uitgevoerd. • Vergeet niet foto's van het eindresultaat te nemen. 2 Geef ook aan op welke manier de communicatie met de opdrachtgever en collega's is verlopen. 3 Denk aan het volgende: • Tijdsplanning • Kostenbeheersing • Overleg met opdrachtgever en collega's • Kwaliteit • Controle van het gemaakte werk • Het milieuvriendelijk en veilig aanbrengen van de isolatie en de bitumen dakbedekking. • Het juist aanbrengen van dakdoorvoeren, randen en waterafvoeren • Meerwerk • Overleg met de klant • Overleg met opdrachtgever en collega's • Kwaliteit • Aansturing monteur werktuigkundige installaties (niveau 2) Controle 1 Beschrijf hoe je de controle uitvoert. Houd daarbij rekening met: • Welke procedures heb je gevolgd? • Welke hulpmiddelen ga je hiervoor gebruiken? • Beschrijf op welke manier de communicatie met de opdrachtgever en collega's is verlopen. • Het milieuvriendelijk en veilig aanbrengen van de isolatie en de bitumen dakbedekking. • Het juist aanbrengen van dakdoorvoeren, randen en waterafvoeren. • Tijdsplanning.
3.2
23
• Kostenbeheersing. • Meerwerk. • Overleg met de klant. • Overleg met opdrachtgever en collega's. • Kwaliteit. • Controle gemaakt werk. • Aansturing monteur werktuigkundige installaties (niveau 2).
KERNTAKEN, WERKPROCESSEN EN COMPETENTIES • Zie de beoordelingsmonitor van deze projecttaak. • Zie voor de onderdelen Nederlands, Moderne Vreemde Talen, Rekenen en Wiskunde en Leren, Loopbaan en Burgerschap de eisen die vermeld staan in hoofdstuk 2 paragraaf 2.3.
STUDIEBRONNEN • Bronnen zijn vermeld in het leerlingendeel van deze stap.
TE BEHANDELEN LESSTOF • Zie ook de Projecttaakplanner.
PRAKTIJK • Zie stap 2 van deze projecttaak. THEORIE Vakleer • Workshops vaktheorie • Leidinggeven Nederlands • Zie de leerlijn Nederlands en de Projecttaakplanner. Moderne vreemde talen • Aandacht besteden aan Duits- en Engelstalige handleidingen. Rekenen en wiskunde • Zie de vorige stap. Leren, loopbaan en burgerschap
• Sturen van loopbaan • Wat is collegialiteit? • Leren goed werknemersgedrag te tonen tijdens het uitvoeren van zijn werkzaamheden Informatica • Zie de vorige stap. AANWIJZINGEN BEGELEIDERS Begeleider • Invullen van de beoordelingsmonitor. • Bepaalt GO/NO-GO. • Boordeling van deze stap: voldoende of onvoldoende • Volgen en begeleiden van leerling in de uitvoering van het werk. • Mede beoordelen van het in de praktijk gemaakte werk. Docenten • Geven van lessen en workshops in overleg met de leerlingen. Praktijkbegeleider • Volgen en begeleiden van leerling in de uitvoering van het werk. • Mede beoordelen van het in de praktijk of gesimuleerde omgeving gemaakte werk. Praktijkopleider • Volgen en begeleiden van leerling in de uitvoering van het werk. • Mede beoordelen van het in de praktijk gemaakte werk.
24
STAP
4 OPLEVERING EN EVALUATIE
DOEL VAN DE STAP De leerling: • Laat zien dat hij de juiste werkzaamheden heeft uitgevoerd. • Kan tonen en verwoorden waarom hij de werkzaamheden op deze manier heeft uitgevoerd. • Krijgt een beoordeling voor:
• Het product • Het resultaat • Het proces • De kerntaken
oplevering en evaluatie • De werkprocessen • De competenties
Je hebt de projecttaak uitgevoerd. In deze stap ga je het resultaat van de opdracht aan de werkgever (projectbegeleider/vakdocent) presenteren. Je licht toe hoe je tot dit resultaat bent gekomen. In deze stap ga je samen met de klant of opdrachtgever kijken of je aan zijn wensen en eisen hebt voldaan. Ook ga je evalueren HOE je hebt gefunctioneerd. In de tabel bij deze stap is aangegeven aan welke werkprocessen en competenties je gaat werken. Leerproces Tijdens de laatste fase, het controleren en evalueren wordt een beroep gedaan op jouw kritische houding en reflectievaardigheden. Je krijgt een beoordeling voor je producten. Je moet kritische vragen over de producten en het doorlopen proces kunnen beantwoorden. • Voldoet het product aan de gestelde eisen? • Hoe controleerde je dat? • Welk proces heb je doorlopen? • Welke procedures heb je gevolgd? • Aan wie ben je verantwoording schuldig? • Is de klant tevreden?
25
Ook komen vragen over je eigen leerproces aan bod: • Welke competenties heb je ontwikkeld en op welke manier? • Welke werkwijze past bij jou? • Wat ging er goed of niet zo goed? • Wat zou je een volgende keer veranderen?
Evaluatie Deze evaluatie wordt vastgelegd in een
evaluatieformulier. Dit wordt met de begeleider besproken en beoordeeld op het moment dat jij tevreden bent. Tijdens dit gesprek wordt er een koppeling gemaakt met het POP-gesprek, waarin mogelijke aandachtspunten voor de uitvoering van de volgende projectaak worden vastgelegd. De projectbegeleider/praktijkopleider/vakdocent vullen de beoordelingsmonitor in en beoordelen of de projecttaak voldoende is. Daarna volgt een criteriumgericht interview.
Bronnen Hieronder staan verschillende studiebronnen en informatiebronnen die gebruikt kunnen worden. • Beoordelingsmonitor (is digitaal beschikbaar op de bestelsite van www.consortiumbo.nl) • Basisdocument projecttaken (zie hoofdstuk Beoordelen) • Evaluatieformulier(en) • Urenverantwoordingsformulier (bijlage 2)
26
• Formulieren beschikbaar via: www.consortiumbo.nl/site//Techniek_en_ICT/ niveau_3_cgo/downloads.html
5
Op te leveren resultaat
• Mondelinge presentatie of demonstratie. • Bewijsstukken voor het criteriumgericht interview. • Evaluatieformulier. • Beoordelingsmonitor. • Urenverantwoording project.
Competentieontwikkeling bij deze stap
KT Werkproces
Competentie
2.8 Afronden dak- en gevelwerkzaamheden J
Formuleren en rapporteren
L
Materialen en middelen inzetten
R
Op de behoefte en verwachtingen van de 'klant' richten
1.5 LLB
Evalueert de gekozen manier van leren P
Leren M Analyseren
2.1 LLB
Reflecteert op eigen kwaliteiten en motie- ven
N Onderzoeken G Relaties bouwen en netwerken M Analyseren D Aandacht en begrip tonen N Onderzoeken G Relaties bouwen en netwerken M Analyseren D Aandacht en begrip tonen
2.2 LLB
Onderzoekt welk werk er bij hem past
2.3 LLB
Stuurt zijn eigen loopbaan en onder- neemt acties die daarbij nodig zijn
N Onderzoeken G Relaties bouwen en netwerken U Omgaan met verandering en aanpassen W Gedrevenheid en ambitie tonen A Beslissen en activiteiten initiëren
27
& Activiteiten 4.1
Bewijsstukken van het criteriumgericht interview 1 Je hebt alle bewijsstukken verzameld in je portfolio. 2 Zorg voor een correct ingevulde beoordelings- monitor. 3 Je moet kunnen aantonen dat je de projecttaak goed hebt uitgevoerd. 4 Laat de evaluatieformulieren invullen door begeleiders, opdrachtgever en medemonteurs.
4.2
Urenverantwoording Je houdt gedurende deze projecttaak een urenverantwoording bij. 1 Vul het formulier volledig in. 2 Lever het formulier bij stap 4 in.
4.3
Demonstratie of presentatie 1 Stel de definitieve datum vast voor de demonstratie of
presentatie met je beoordelaars. 2 Bereid de demonstratie voor. 3 Voer de demonstratie of presentatie uit.
4.4
Het criteriumgericht interview 1 Bereid het criteriumgericht interview heel goed voor. 2 Voer dit beoordelingsgesprek met je begeleider. Evalueren Je gaat met je met de praktijkopleider/BPV-docent/ vakdocent terugkijken op: • Hoe je hebt gewerkt hebt. • Hoe je met de materialen bent omgegaan. • Of je altijd de juiste oplossingen voor de problemen hebt gekozen. • Of je volgens de juiste procedures hebt gewerkt. • Plan dit gesprek.
4.5
28
Evaluatieformulier -
Naam leerling:
Invullen door klant, opdrachtgever, (mede)leerling enz. Projecttaak:
Datum:
Naam:
Functie:
Werkprocessen en prestatie-indicatoren:
onv. vold. opmerkingen
1.1 Voorbereiden installatie- werkzaamheden
Bespreekt werkopdracht met leidinggevende Stemt de aanpak van werken af met leiding- gevende en/of andere betrokkenen Verzamelt alle relevante informatie en materialen Zorgt voor een veilige werkomgeving Overlegt met de klant over de uit te voeren werkzaamheden Stelt de installatie juist buiten bedrijf Demonteert toestellen, appendages en leidin- gen zonder de installatie te beschadigen Controleert toestellen en appendages op slijtage en reinigt deze volgens de instructies van de fabrikant Werkt volgens gegevens op de tekeningen Positioneert huishoudelijke en sanitaire toe- stellen op verantwoorde, logische en bereik- bare plaatsten Overlegt met collega monteur Gaat zorgvuldig om met materialen en gereedschappen en beschermingmiddelen Meld of hersteld gebreken Werkt volgens kwaliteitseisen en verwachtin- gen van de klant Werkt volgens gepland tijdschema Plaatst en monteert volgens tekening, instal- latievoorschriften en geldende normen Plaatst en monteert volgens Arbo-, veiligheid-, milieu- en bedrijfsvoorschriften Voorkomt verspilling van materialen Zorgt voor efficiënt en goed gebruik van materialen, gereedschappen en persoonlijke beschermingsmiddelen Monteert de huishoudelijke en sanitaire toe- stellen en appendages zonder gebreken bin- nen de afgesproken tijd
1.3 Demonteren van componenten en leidingen
1.4 Bepalen van positie van compo- nenten en route van leidingen
1.5 Aanleggen leidingen
1.6 Plaatsen en monteren componenten
29
onv. vold. opmerkingen
1.7 Beproeven van installatie
Beproeft leidingsystemen volgens de geldende normen Werkt veilig en volgens de milieu- voorschriften Zorgt voor efficiënt en goed gebruik van materialen en gereedschappen nodig voor het beproeven van de installatie Beproeft systematisch ter voorkoming van tekortkomingen en lekkages Stelt toestellen en appendages in volgens specificaties Zorgt dat de installatie volgens specificaties werkt Begeleidt (leerling)monteurs op duidelijke wijze Beantwoordt vragen van (leerling)monteurs duidelijk Overlegt met de klant over de uit te voeren werkzaamheden Overlegt met de onderaannemers/leveran- ciers over de uit te voeren werkzaamheden Maakt taakverdeling Bewaakt de voortgang Rapporteert klachten en incidenten Rapporteert verbetervoorstellen Voert afval op een milieuvriendelijke manier af Laat een opgeruimde en schone werkplek achter Ruimt gereedschap netjes op Overlegt met de klant over het geleverde werk Informeert de klant over het gebruik van het geleverde werk
1.8 Instellen van componenten en installatie
1.9 begeleiden installatie- werkzaamheden
1.10 Afronden installatie- werkzaamheden
30
TOELICHTING BIJ STAP 4 Tijdens de laatste stap gaan we beoordelen en evalueren. We gaan terugkijken HOE de leerling het werk heeft gedaan en WAT hij heeft gedaan. Ze gaan het resultaat van de opdracht aan de werkgever (projectbegeleider / vakdocent) presenteren. De leerling laat zien wat hij gedaan heeft. Verder geef hij aan HOE hij tot dit resultaat is gekomen.
Vragen over het eigen leerproces komen aan bod. • Voldoet het product aan de gestelde eisen? • Hoe controleer je dat? • Welk proces heb je doorlopen?
• Wat voor procedures zijn er gebruikt? • Aan wie ben je verantwoording schuldig? • Is de klant tevreden? • Welke competenties zijn ontwikkeld en op welke manier? • Welke werkwijze past bij jou? • Wat ging er goed of niet zo goed? • Wat zou je een volgende keer veranderen? Deze evaluatie wordt vastgelegd in het Portfolio van de leerling.
De presentatie van WAT hij gedaan heeft, kan apart van een presentatie HOE hij het gedaan heeft. Een samenvatting van dit gesprek wordt vastgelegd in het Portfolio. De leerling legt tevens vast welke competenties hij moet ontwikkelen in de volgende projecttaak. Tenslotte moet het urenverantwoordingsformulier nog ondertekend worden. KERNTAKEN, WERKPROCESSEN EN COMPETENTIES • Zie de beoordelingsmonitor van deze projecttaak. • Zie voor de onderdelen Nederlands, Moderne Vreemde Talen, Rekenen en Wiskunde en Leren, Loopbaan en Burgerschap de eisen die vermeld staan in hoofdstuk 2 paragraaf 2.3.
STUDIEBRONNEN • Basisdocument • Evaluatieformulier • www.consortiumbo.nl
TE BEHANDELEN LESSTOF (ZIE OOK DE PROJECTTAAKPLANNER) Praktijk • Opruimen van daken en het milieuverantwoord afvoeren van afvalmateriaal.
THEORIE Vakleer • Workshops op verzoek leerling. Nederlands • Geven van een presentatie. • Uitleg over het geven van een demonstratie. • Voeren van een evaluatiegesprek. • Invullen van de urenverantwoording. • Workshops op verzoek leerling. Moderne vreemde talen • Workshops op verzoek leerling. Rekenen en wiskunde
• Workshops op verzoek leerling. Leren, loopbaan en burgerschap • Leermethode leren evalueren. • Leren reflecteren op eigen kwaliteiten en motieven. • Onderzoeken of het werk van deze projecttaak bij je past. • Sturen van loopbaan. Informatica
• Presentatie maken in PowerPoint • Workshops op verzoek leerling
31
AANWIJZINGEN BEGELEIDERS Trajectbegeleider, BPV-begeleider • Beoordelen; zie toelichting beoordelen. Docenten • Beoordelen; zie toelichting beoordelen. Praktijkbegeleider • Beoordelen; zie toelichting beoordelen. Praktijkopleider • Beoordelen; zie toelichting beoordelen. Projectbegeleider/praktijkopleider/vakdocent • Plannen van een demonstratie en een criteriumgericht interview. • Voeren van evaluatiegesprek. • Invullen van de beoordelingsmonitor. • Vaststellen van leerdoelen voor de volgende projecttaak. • Bepaalt Go/No-Go. • Boordeling van de projecttaak: voldoende of onvoldoende
Toelichting bij beoordeling In deze stap volgt de beoordeling van de complete projecttaak. Daarbij beoordeelt de trajectbegelei- der het werk: • Van de groep. • Van iedere leerling apart. Beoordelaars kunnen zijn: • De begeleiders van de school: de trajectbegeleider en andere docenten. • De praktijkopleider van het leerbedrijf. • Andere leerlingen. De praktijkopleider beoordeelt het werk dat in de praktijk is uitgevoerd. Hij kijkt naar: • Het product (het eindresultaat). • Het proces (hoe is er gewerkt?). Tijdens de opleiding ontwikkelt de leerling zijn competenties. Daarin moet wel vooruitgang te zien zijn. De competenties moeten uiteindelijk voldoen aan de eisen van het eindniveau van de opleiding. In het kwalificatiedossier staan deze vermeld. De beoordelingsmonitor Tijdens de opleiding houden de begeleiders de vorderingen van de competenties van de leerling bij in een beoordelingsmonitor . Een beoordelingsmonitor is een overzicht van producten en competen- ties waar de leerling in de projecttaak op beoordeeld wordt. De leerling krijgt een beoordeling voor: • Zijn prestaties : met welk resultaat heeft hij de projecttaak uitgevoerd? Hoe moeilijk was de taak? Voldoen de producten aan de gestelde eisen? In welke werksituatie heeft hij de opdrachten van de projecttaak uitgevoerd? • Zijn gedrag : Welk gedrag heeft hij getoond tijdens de uitvoering van je projecttaak? Hoe was zijn beroepshouding? In de beoordelingsmonitor staat de opklimmende moeilijkheid aangegeven met: A –B –C –D Je begeleider beoordeelt de moeilijkheid van de opdracht die de leerling in een bepaalde werksituatie uitvoert. In overleg met de leerling geeft u aan of hij aan een A, B, C of D- opdracht gaat werken. Het is duidelijk dat de leerling in het begin nog niet alles beheerst of zelfstandig kan uitvoeren. Halverwege de oplei- ding moet hij wel B en C-opdrachten kunnen uitvoeren. Aan het einde van de opleiding valt te ver- wachten dat hij D-opdrachten kan uitvoeren. In de tabel staat een overzicht van A-B-C-D opdrachten. De leerling krijgt een beoordeling voor: • Zijn vakmatig handelen. • Zijn sociale vaardigheden. • Zijn werkhouding. A-B-C-D: Opdracht en werksituatie worden beide beoordeeld De leerling kan de beroepstaken in opklimmende moeilijkheid uitvoeren.
32
Moeilijkheidsgraad (complexiteit)
Welke begeleiding krijg je?
In welke situatie moet je de opdracht uitvoeren? Eenvoudig Je voert een aangepaste taak uit in een overzichtelijke situatie. Eenvoudig Je voert een aangepaste taak uit in een overzichtelijke werksituatie. Standaard De taak bestaat uit verschillende werk- zaamheden die je in een normale werk- situatie uitvoert. Complex De werksituatie is niet meer zo overzichtelijk. Je begeleider is niet altijd bij jou in de buurt. Je zult zelfstan- dig naar oplossingen moeten zoeken.
Moment van uitvoering
A
1e half jaar
(Be)geleid Je krijgt zoveel mogelijk leiding tijdens het uitvoeren van de opdracht. Begeleid Je krijgt begeleiding tijdens het uitvoeren van de opdracht. Je be- geleider is in de buurt. Deels zelfstandig Voor een deel voer je zelfstandig de taak uit. Je kunt bij problemen
B
2e half jaar
C
Als beginnend beroepsbeoefenaar.
je begeleider raadplegen.
D
Zelfstandig Je voert de taak
zelfstandig uit. Vaak krijg je pas aan het einde ervan de controle van je begeleider.
De beroepshouding/gedrag staat aangegeven met de ontwikkelscore r, p, t . Een ontwikkelscore wil zeggen dat de leerling bij de beoordeling laat zien dat hij in ontwikkeling is. Hij hoeft nog niet aan alle vereiste normen te voldoen, maar komt wel een heel eind in die richting. De ontwikkelscore staat aangegeven met:
• Reproductief gedrag (r). • Productief gedrag (p). • Transfer gedrag (t).
Reproductief (r) gedrag Als gedrag en houding reproductief zijn bij het uitvoeren van de projecttaak, hebben zij deze kenmerken. • De leerling voert onder begeleiding een taak uit. • Die taak voert hij uit volgens voorschrift en standaardprocedures. Hierbij heb je vaak instructie of een rolmodel nodig. • Je verwerft kennis en vaardigheden. Je ontwikkelt een passende (beroeps)houding.
33
Productief (p) gedrag • Je voert deels op eigen initiatief een taak uit. Je lost problemen hierin creatief op. • Je bedenkt oplossingen voor nieuwe problemen. Je vraagt advies of de nieuwe oplossingen ook juiste oplossingen zijn. Dit betekent dat je minder structuur nodig hebt om zelfstandig activiteiten te ondernemen. • Je laat zien dat je inzicht hebt en kennis en vaardigheden kunt toepassen. • Je bent actief. Transfer (t) gedrag • Je voert binnen zeer uiteenlopende beroepssituaties je taken zelfstandig uit. • Je bent in staat kennis, houding en vaardigheden hierin toe te passen. • Je ziet verbanden en kunt dit uitleggen. • Je bent proactief. • Je oplossingen zijn origineel en deskundig binnen de grenzen van je beroep.
34
BIJLAGE 1 BEOORDELINGSMONITOR
Monitor
Leerling:
Beoordelaars
Complexiteitsniveau
BEOORDELING
Eerste monteur Dak Projecttaak 7 Voorbereiden en aanbrengen van bitumen dakbedekking
Werkproces kerntaak
nr. Competenties
werkvorm
beoordelings- vorm
beoordelaars BPV
v op produkte
GO / NO-GO
Kerntaak
verwachte sco zelf
collega
leermeester
instructeur
vakdocent
trajectbegeleid
Stap 1 Oriëntatie
2.2 Voorbereiden dak- en
E Samenwerken en overleggen
gevelwerkzaamheden
Productanalyse
G F v
1.1
Benoemt leerdoelen voor de
J Formuleren en rapporteren
Overzicht materialen, gereedschappen en
LLB
eigen ontwikkeling
M Analyseren
producten
G F v
Overzicht leren
IND F pro
N Onderzoeken
W Gedrevenheid en ambitie tonen
1.2
Inventariseert geschikte
N Onderzoeken
LLB
manieren van leren
O Creëren en innoveren
1.3
Kiest bij de situatie en bij
A Beslissen en activiteiten initiëren
LLB
zichzelf passende manieren
M Analyseren
van leren
O Creëren en innoveren
2.2
Onderzoekt welk werk er is
D Aandacht en begrip tonen
LLB
en wat bij hem past
G Relaties bouwen en netwerken
M Analyseren
N Onderzoeken
A Beslissen en activiteiten initiëren
4.2
Maakt gebruik van
E Samenwerken en overleggen
LLB
werknemersrechten
H Overtuigen en beïnvloeden
N Onderzoeken
T Instructies en procedures opvolgen
go/no-go
Stap 2 Planning en voorbereiding
Q Plannen en organiseren
2.2 Voorbereiden dak- en
R Op de behoeften en verwachtingen
gevelwerkzaamheden
Activiteitenplan
IND CI pro
van de ‘klant’ richten
Planning
IND CI pro
A Beslissen en activiteiten initiëren
1.4
Plant zijn eigen leerproces
Materiaalstaat
IND CI pro
Q Plannen en organiseren
LLB
en voert het uit LLB
P Leren
4.1
Gedraagt zich als
T Instructies en procedures opvolgen
LLB
werknemer bij het uitvoeren
van het werk
go/no-go
Stap 3 Uitvoering en controle
E Samenwerken en overleggen
2.4
Aanbrengen bitumineuze
Verslag met foto's
IND CI v/pra
K Vakdeskundigheid toepassen
en/of kunststof
Checklist controle
IND CI v
L Materialen en middelen inzetten
dakbedekkingsystemen
S Kwaliteit leveren
C Begeleiden
2.7
Begeleiden dak en
E Samenwerken en overleggen
gevelwerkzaamheden
Q Plannen en organiseren
A Beslissen en activiteiten initiëren
2.3
Stuurt zijn eigen loopbaan
G Relaties bouwen en netwerken
LLB
en onderneemt daarbij
N Onderzoeken
acties die daarbij nodig zijn
F Ethisch en integer handelen
4.1
Gedraagt zich als
S Kwaliteit leveren
LLB
werknemer bij het uitvoeren
U Omgaan met veranderingen en
van het werk
aanpassingen
V Met druk en tegenslag omgaan
E Samenwerken en overleggen
4.3
Stelt zich collegiaal op
F Ethisch en integer handelen
LLB
go/no-go
Stap 4 Oplevering en evaluatie
J Formuleren en rapporteren
2.8 Afronden dak- en
Mondelinge presentatie of demonstratie
IND Ep v/pra
L Materialen en middelen inzetten
gevelwerkzaamheden
R Op de behoeften en verwachtingen
Urenverantwoording
IND CI v/pra
van de "klant" richten
Evaluatieformulier
IND F v/pra
M Analyseren
1.5
Evalueert de gekozen
P Leren
LLB
manier van leren
D Aandacht en begrip tonen
2.1
Reflecteert op eigen
G Relaties bouwen en netwerken
LLB
kwaliteiten en motieven
M Analyseren
N Onderzoeken
M Analyseren
2.2
Onderzoekt welk werk er is
D Aandacht en begrip tonen
LLB
en wat bij hem past
U Omgaan met veranderingen en
2.3
Stuurt zijn eigen loopbaan
aanpassingen
LLB
en onderneemt daarbij
W Gedrevenheid en ambitie tonen
acties die daarbij nodig zijn
go/no-go
35
Made with FlippingBook