006PWIB0015
006PWIB0015
PROJECTWIJZER 8 Leerjaar 2
Zelfstandig Ondernemer
INDUSTRIEEL DESIGN
MIDDENKADER ENGINEERING
Begeleidershandleiding
Zelfstandig ondernemer Productontwerpen
voor
individuele zorg en welzijn en kleinschalige voorzieningen
693108223 006PWIB0015
Colofon Deze uitgave is gerealiseerd onder verantwoordelijkheid van de Stichting Consortium Beroepsonderwijs. Dagelijks bestuur en managementteam L. Fine; P. Foppen; B. Huijberts; M. Pelgrum De volgende docenten hebben meegewerkt aan de totstandkoming van deze projectwijzer: B. Lodeweegs; T. Derks; L. Hendriks; P. van Passel; H. Bakker; R. Krooswijk; P. Vrakking P. Siesling. Werkgroepleider A.G. Bol Redactie L. Hendriks; M. Brok Omslag/Lay-out Ondanks alle inspanningen is het mogelijk dat de stichting Consortium Beroepsonderwijs niet alle copyrights van de in de uitgave opgenomen illustraties geregeld heeft. Degene die meent alsnog rechten te kunnen doen gelden, wordt verzocht contact op te nemen met de Stichting. MicrowebEdu © 2010 Stichting Consortium Beroepsonderwijs Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, namelijk elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande toestemming van de Stichting Consortium Beroepsonderwijs. Studio Blanche Foto's/figuren Stichting Consortium Beroepsonderwijs
Inhoudsopgave 1. Inleiding
4
2.
Organisatie
5 6 7 7 8 9
- Algemeen/projectbegeleiding
- Fasenplanning
- Begeleiding en studiebelasting - Projectmanagement/Bedrijfskunde - Communicatie/Nederlands - Communicatie/MVT-Engels - Leren, Loopbaan en Burgerschap
10 11 12 14
- Techniek
- Exact
3.
De beroepscontext (Project-Start-Up)
15
4.
Project
18 18 24 29 33 39 43 47 50 54 57 58 59 60 61 62 63 64 58
• Oriëntatie • Definitie • Ontwerp • Realisatie • Oplevering
• Werkvoorbereiding
• Nazorg
5.
Evalueren, Beoordelen, Verantwoorden en Kwalificeren
• Monitor PW8
• Competentiescoretabel PW8
Bijlagen
Bijlage 1 Bijlage 2 Bijlage 3 Bijlage 4 Bijlage 5 Bijlage 6 Bijlage 7
Projectmanagement in 7 fasen Opbouw projectdossier Inhoud projectdossier Line- en Brand-Extension
Bedrijfs-Waarde-Factoren en SWOT Communicatieschema (stappen a t/m f)
Oriëntatie op het beroep van Zelfstandig ontwerper
1. Inleiding Beste collega, Evenals alle projectwijzers is ook deze projectwijzer een routebeschrijving die studenten gedurende een aantal weken de weg wijst bij het realiseren van een project. Alle projectwijzers zijn uitgewerkt volgens het didactisch model CGO: Competentie Gericht Onderwijs. Het ontwikkelen van kennis, vaardigheden en een goede (werk)houding vormen samen de garantie dat studenten zich ontwikkelen tot competente beroepsbeoefenaars. Kennis, vaardigheden en houding ontwikkelen studenten het beste door oefening in de praktijk. De opdrachten in de projectwijzers houden nauw verband met realistische projecten. Elke projectwijzer is opgedeeld in projectfasen. Naast vakmatige zaken dienen studenten bij CGO vooral competent gedrag te ontwikkelen, zoals sociaalcommunicatieve vaardigheden, werken in teamverband, nauwkeurig blijven werken onder tijdsdruk of oplossingen zoeken voor problemen. U kunt dit proces begeleiden en bewaken. Een wezenlijk onderdeel van het (goed) functioneren van een mens in de beroepspraktijk is het nemen van verantwoordelijkheid. Studenten zijn daarom ook zelf verantwoordelijk voor de wijze waarop hun studie verloopt. De taak van begeleiders op school en in de beroepspraktijk is hen op allerlei manieren te coachen en terzijde te staan. Deze begeleiding kan naarmate de opleiding vordert, afnemen. Kenmerkend voor CGO is dat ook medestudenten een belangrijke rol spelen bij de ontwikkeling, de evaluatie en de reflectie naar de student. Diverse betrokkenen observeren de studenten tijdens hun werkzaamheden, zoals docenten, de projectbegeleider, praktijkbegeleiders, maar ook medestudenten. In de laatste fase van het project evalueren de studenten gezamenlijk de resultaten en hun persoonlijke ontwikkelingen. Tot slot evalueert elke student individueel met zijn projectbegeleider de vorderingen die hij heeft gemaakt. Dit gebeurt onder andere tijdens een functioneringsgesprek dat wordt gehouden aan de hand van een door de student geschreven reflectieverslag. Opleiden, evalueren en beoordelen zijn in het CGO-model geïntegreerd. Meer informatie vindt u in de begeleidershandleiding van projectwijzer 0, het Basisdocument Middenkader Engineering. Digitale ondersteuning van de projectwijzer, tekeningen, de monitor, de competentiescoretabel e.d. kunt u downloaden via www.consortiumbo.nl. Deze projectwijzer Deze projectwijzer (PW8) is een routebeschrijving die de student de komende weken de weg wijst door een project. Bij dit project oriënteren de studenten zich op de functie van zelfstandig ondernemer. Eén van de projectleden zal de rol van projectleider op zich gaan nemen. Vanuit het oogpunt van zelfstandig ondernemer worden de studenten uitgedaagd contact te leggen met mensen met een lichamelijke beperking of in de kleinschalige zorg. Ze onderzoeken wat hun bijdrage kan zijn vanuit hun specifieke vakgebied. Creativiteit om een zelf verworven of bedacht product te ontwikkelen speelt een grote rol. Het is aan u als begeleiders de studenten zo goed mogelijk te stimuleren, te ondersteunen, te begeleiden, te observeren en te beoordelen. Alle informatie voor de begeleiders is in de grijze vlakken aangegeven. De overige tekst vormt de complete de studentenversie. Wij wensen u veel succes.
2. Organisatie Projectgroep
Dit laatste project van leerjaar 2 heeft ondermeer als doel dat je je kunt oriënteren op het werken als zelfstandig ondernemer en het opzetten van een eigen bedrijf. Gedurende dit project kun je het best in een projectgroep van 2, 3 of 4 leden werken. Eén van de groepsleden functioneert als directeur/eigenaar en is tevens de projectleider. Taken die de projectleider in deze periode op zich neemt, zijn onder andere: • voorzitten van overleg met de projectgroep • de werkzaamheden binnen de projectgroep verdelen • alle informatie in het projectdossier verzamelen • namens de groep communiceren met de begeleiders • het evaluatiegesprek aan het einde van het project leiden Het is de bedoeling dat iedereen aan het einde van leerjaar 2, een keer als project(groep)leider heeft gefunctioneerd. In leerjaar 3 en 4 kan iedereen nog een keer de rol van projectleider op zich nemen. Zo kunnen de leidinggevende competenties op een hoger of eindniveau worden ontwikkeld en aangetoond. Van de projectleider als voorzitter wordt het volgende verwacht: • het voorbereiden van de bijeenkomsten (agenda, tijdsindeling, knelpunten) • het aanstellen van een notulist • het afhandelen van de agendapunten in afgesproken volgorde • het leerproces en samenwerking goed laten verlopen (spreektijd, samenvattingen geven, stimuleren, besluiten nemen, bemiddelen bij conflicten) Aan het einde van de werkperiode wordt het projectproces en ieders functioneren onder leiding van de projectleider geëvalueerd. Aanpak van het project Verdiep je eerst goed in de PSU, en bepaal wie bij dit project de directeur/projectleider wordt. Onder leiding van deze projectleider vinden de overleggen plaats en worden de projectfasen opgestart en afgesloten. Het is belangrijk dat je snel van start gaat met het verwerven van een eigen project, waarbij je daadwerkelijk iets voor iemand of voor een kleine zorginstelling kunt ontwerpen en produceren. Als dat niet lukt, kun je als projectgroep ook zelf een product bedenken. Het is bij deze projectopdracht de bedoeling dat je maximaal je eigen creativiteit en je ontwikkel- en denkkracht inzet. Overleg met je projectbegeleider of het project dat je wilt ontwikkelen voldoende niveau heeft voor wat betreft technische inhoud en omvang. Je werkt het project volgens de 7-fasen methode uit om het professioneel en op tijd tot een goed einde te brengen. Je bepaalt in overleg met jouw projectbegeleider welke producten je per fase in wilt leveren. Persoonlijke ontwikkeling Bij dit project wordt ingegaan op het werken als zelfstandig ondernemer. Dit is niet voor iedere student een reële optie. Deze PW kan je wel inzicht verschaffen in wat er voor nodig is iets dergelijks te beginnen. Het is belangrijk dat je een onderzoekende houding ontwikkelt. Tijdens het project wordt, in de definitiefase, een Plan van Aanpak gemaakt en maak je voor jezelf een mini-POP. Als het goed is, heb je steeds meer mogelijkheden ontwikkeld om eigen keuzes te maken. Tijdens deze werkperiode is het ook goed je te gaan verdiepen in de manier van afstuderen en de BPV van leerjaar 3. Vraag daar tijdig informatie over op je eigen ROC. In Projectwijzer 0, het Basisdocument voor deze opleiding, vind je meer over persoonlijke ontwikkeling, structuur van de opleiding en manieren van studeren.
ALGEMEEN / PROJECTBEGELEIDING De aanwijzingen in deze handleiding zijn bedoeld als een advies. U kunt daar naar eigen inzicht en mogelijkheden van afwijken. Dit laatste project van leerjaar 2 heeft als doel dat studenten zich oriënteren op het werken als zelfstandig ondernemer en het opzetten van een eigen bedrijf. Ook worden ze geprikkeld om vanuit deze rol zelf een project te verwerven. Het is belangrijk dat ze snel van start gaan om een eigen project te verwerven waarbij ze daadwerkelijk iets voor iemand of voor een kleine zorginstelling kunnen ontwerpen en produceren. Projectgroep Wij adviseren om studenten gedurende dit project in een projectgroep van 2, 3 of 4 leden te laten werken. Daarbij wordt één van de hen weer de projectleider. Deze projectleider kan dan tevens de functie van directeur vervullen van het zelf opgezette bedrijfje. Deze directeur kunt u gedurende de hele periode begeleiden en beoordelen op de ontwikkeling van zijn leidinggevende competenties. In de monitor en de competentiescoretabel worden de daarbij
behorende competenties met een º aangeduid. Laat de projectleider de volgende taken uitvoeren:
o ieder overleg voorzitten o werkzaamheden verdelen o proces leiden o informatie in het projectdossier verzamelen o evaluatie organiseren en leiden aan het einde van de werkperiode
Aanpak van het project In de PSU en oriëntatiefase is niets over het product opgenomen. Op deze manier worden de studenten uitgedaagd om zelf contact te leggen met mensen en actief op zoek te gaan naar een te realiseren product. Zij gaan echt op zoek naar werk! Als dat niet lukt, kunt u ze als projectgroep ook zelf een product laten bedenken en ontwikkelen. Mocht dat ook niet lukken dan kunt u ze tijdens de definitiefase een eigen project of het product uit deze begeleidershandleiding (downloadbaar) aanreiken. Het is bij deze projectopdracht de bedoeling dat de student maximaal zijn eigen creativiteit, ontwikkel- en denkkracht inzet. Tijdens de uitwerking van elke projectfase kunt u ondersteuning bieden bij het werken aan hun fasedocument, het functioneren van de projectleider en kunt u de overige groepsleden observeren. De niet-technische ondersteuning en Burgerschap zullen gerelateerd zijn aan het opzetten van een eigen bedrijf. Ontwikkeling van de student Tijdens de definitiefase maakt de student een Plan van Aanpak en een mini-POP. Laat hem voor de opzet van het mini-POP gebruik maken van voorgaande ervaringen. Maak de studenten bewust van het feit dat ieder een eigen ontwikkeling doormaakt en waarschijnlijk nog verbeterdoelen heeft uit de vorige perioden. Belangrijk is het dat de student een onderzoekende en actieve houding ontwikkelt. In verband met het afstudeertraject en de komende BPV, is het belangrijk dat studenten zich bewust worden van de kerntaken en de competenties die horen bij deze opleiding. Het is ook belangrijk dat ze voorlichting krijgen over de manier waarop ze kunnen afstuderen en bij wat
voor soort bedrijven ze de BPV kunnen doen. De belangrijkste eindproducten van dit project • Bedrijfsplan (Oriëntatie) • Zelf verworven of ontworpen product
Advies fasenplanning op weekbasis Week 1 2 3
4
5
6
7
8
Oriëntatie Definitie Ontwerp Werkvoorbereiding
Realisatie Oplevering Nazorg Bovenstaande planning is een advies. U kunt daar naar eigen inzicht van afwijken.
• BEGELEIDING EN STUDIEBELASTING Advies lessentabel op weekbasis Projectbegeleiding Ondersteuning, Theoretisch technische Ondersteuning, Projectmanagement/bedrijfskunde Ondersteuning, Communicatie Nederlands Praktijk/practicum/tekenen
3 uur 8 uur 6 uur 1 uur 2 uur 1 uur 1 uur 2 uur
Ondersteuning, Communicatie MVT Ondersteuning, Burgerschap
Ondersteuning, Exact
Zelfstandig werken in OLC, werkplaats of thuis 15 uur Bovenstaande lessentabel is een advies. U kunt daar naar eigen inzicht vanaf wijken.
PROJECTMANAGEMENT/BEDRIJFSKUNDE In deze projectwijzer gaat het er vooral om dat de student zich oriënteert op alle facetten van het opstarten van een eigen bedrijf. Dus niet dat het eigen bedrijf daadwerkelijk opgezet wordt. In de tekst wordt verwezen naar de website van de Kamer van Koophandel. Onder de kop ‘STARTERS’ staat een checklist met daarin 10 stappen: • Oriëntatie • Vergunningen • Markt • Huisvesting • Personeel • Rechtsvorm • Financiën • Belastingen en administratie • Zeker zaken doen • Aan de slag Op vier onderwerpen zal dieper worden ingegaan • Markt: beperkt marktonderzoek • Personeel: het bestuderen van een loonstrookje • Rechtsvorm: keuze maken van ZZP’er tot NV en dit beargumenteren • Toekomst: 3-5 jarige bedrijfsvisie Tevens komen aan de orde: • Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO) • Marketingstrategie: Line Extension of Brand-extension Analyse • Sterkte-Zwakte analyse (SWOT) van je bedrijf Aan het eind van dit project is het de bedoeling dat studenten weten hoe ze een eigen bedrijf zouden opstarten dat producten levert voor de individuele en kleinschalige zorg. Ze kunnen hun keuzes onderbouwen t.a.v. de bedrijfsvorm, hebben een visie op MVO, hebben een visie op hun marketingstrategie en kunnen een SWOT-analyse maken van hun bedrijf. Bronnen www.kvk.nl
www.mvonederland.nl www.mvo-platform.nl
COMMUNICATIE/Nederlands In PW8 passen de studenten alle stappen van het communicatieschema toe (zie bijlage 6). Aan stap f, ruis, dient nog extra aandacht te worden besteed. Ook is het verstandig om stap a t/m f nog eens goed door te nemen. Volgens de leerlijn talen is de student na dit project in staat zijn/haar producten te controleren aan de hand van de stappen van het communicatieschema. Leerlijn De ontwikkelaars van deze methode gaan er van uit dat de student aan het einde van leerjaar 3 en/of 4 deelneemt aan de centrale examinering Nederlandse taal. In leerjaar 4 kunnen de overige vaardigheden worden afgerond. In dit leerjaar kunnen de studenten, De vaardigheden Lezen, Luisteren, Gesprekken voeren, Schrijven en Spreken moeten volgens het Raamwerk Nederlands en het kwalificatiedossier op B2-niveau worden afgesloten. Volgens het referentiekader Meijerink is voor een niveau 4-opleiding het gewenste niveau F3. De docent Nederlands kan de producten beoordelen volgens de niveauomschrijvingen van het raamwerk Nederlands/referentiekader Meijerink. Het beoordelingsformulier kan worden gebruikt om de ontwikkeling van de student aan te geven. Vaardigheden/Medium/Producten Luisteren: B2 niveau • alle gespreksituaties Lezen: B2 niveau • beroepscontext, PSU, opdracht en projectvoorwaarden analyseren en samenvatten Gesprekken voeren: B2 niveau • vergaderen met projectgroep • interview afnemen Schrijven: B2 niveau indien nodig, de centrale examens herkansen. Europees Raamwerk /referentiekader Meijerink
• opzet interview • verslag interview • verslag marktonderzoek
• ontwerpen huisstijl • ontwikkelen website • vragenlijst ‘Succesvol ondernemen’ • mini-POP • reflectieverslag • rapportage • servicedocument • projectdossier Spreken: B2 niveau • Betoog houden: missie • Presentatie
Ondersteuning/Drieslagmethode 1. Veel talige activiteiten zullen door de projectbegeleider, de opdrachtgever of vakdocenten in gang worden gezet, begeleid en beoordeeld. U kunt richting geven en uw collega’s ondersteunen. 2. U kunt de studenten tijdens workshops ondersteunen bij het maken van de gevraagde producten en bij het correct leren omgaan met de factor ruis. Schenk ook in deze PW aandacht aan het lezen en analyseren van de projectwijzer zelf. Een belangrijk product in deze PW is het houden van een interview. Hierbij worden de vaardigheden schrijven, gesprekken voeren en luisteren geoefend. Ook bij het ontwikkelen van een website komen verschillende vaardigheden aan bod. Het is belangrijk dat de student de taal creatief gebruikt. U kunt in deze periode ook aandacht besteden aan het op niveau brengen van de vaardigheden die landelijk getoetst worden. Daartoe kunt u de CEF-niveaus van de verschillende vaardigheden bij de student vaststellen aan de hand van ingeleverde producten. Op basis van de analyses kunt u individuele adviezen geven. 3. Bij het signaleren van onvoldoende voortgang ondersteunt u studenten bij problemen. De ondersteuning kan afdelingsoverstijgend worden aangeboden. COMMUNICATIE/MVT Voor wat betreft moderne vreemde talen kunt u veel zaken die in het Nederlands gedaan worden ook in het Engels (en Duits) laten doen. Op een aantal plaatsen geven wij dat in de projectwijzer aan. Leerlijn Het is belangrijk dat de studenten op de producten het communicatieschema, stap a t/m f, toepassen. Bij veel van de producten zal het dan gaan om toepassing van de opgedane kennis uit leerjaar 1 en 2 (PW1-PW7). In deze projectwijzer wordt de stapsgewijze introductie en behandeling van het communicatieschema afgerond door de extra aandacht voor stap f: ruis. Het verdient daardoor wellicht aanbeveling om het hele schema nog eens in volledige samenhang door te nemen. Immers, alle producten moeten nu voor het eerst aan het volledige schema, dus aan alle stappen, voldoen. Bij een product moet dus vanaf nu steeds een volledige ‘check’ worden gedaan. Europees raamwerk (referentiekader Meijerink) Volgens het Europees Raamwerk moeten de vaardigheden Spreken en Schrijven op A2- niveau worden afgesloten en Luisteren, Gesprekken voeren en Lezen op B1. Vaardigheden/Medium/Producten Schrijven A2: • Schriftelijke rapportage zoektocht • Formulering bedrijfsmissie (Mission Statement) • Verslagje zoektocht slimme, energiezuinige maatregelen
• Samenstelling webpagina • Zakelijke mail (met bijlage) • Zakelijke brief
Spreken A2:
• Presentatie • Demonstratie
Luisteren B1: Mondeling rollenspel (telefoongesprek)
Lezen B1: • Onderzoek door gerichte zoektocht op internet aan de hand van eenduidige criteria • Formulering bedrijfsmissie (Mission Statement) • Zakelijke post (mail) Gesprekken voeren B1: • Mondeling rollenspel (telefoongesprek) Het verdient in deze PW aanbeveling extra aandacht te geven aan de lijdende constructies en de toonaarden die ermee gepaard gaan. Ondersteuning/Drieslagmethode 1. In het kader van de drieslagmethode kan er mede geoefend worden onder leiding van de projectbegeleider, de opdrachtgever en de techniekdocenten. U kunt daaraan richting geven en collega’s ondersteunen. 2. U kunt de studenten tijdens workshops ondersteunen bij het maken van de gevraagde producten en bij het juist leren omgaan met de factor ruis. Tevens kunt u op basis van de niveauomschrijvingen volgens het Europees Raamwerk het taalniveau in de beroepsproducten van de student beoordelen. 3. Bij het signaleren van onvoldoende voortgang kunt u studenten gerichte ondersteuning geven. Ondersteuning kan afdelingsoverstijgend worden aangeboden. LEREN, LOOPBAAN & BURGERSCHAP In deze projectwijzer verdiepen studenten zich in de vraag of zij ook zelfstandig ondernemer willen worden. Tevens worden ze uitgedaagd hun kennis van techniek ten dienste te stellen van mensen met een lichamelijke beperking. De onderstaande onderwerpen komen aan bod. Kerntaken 1, 2 en 4 • De student gaat op zoek naar redenen om een eigen bedrijf te starten, of juist niet. Een goede reden bezig te zijn met kerntaak 2, ‘Stuurt de eigen loopbaan’ WP 2.2. • De student maakt weer een mini-POP. Wat heeft hij nodig aan vaardigheden en competenties om zelfstandig ondernemer te zijn en om het zelfgekozen product te realiseren? Wat zijn de ambities op het gebied van Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen? Welke waarden, wensen en kwaliteiten heeft hij en wil hij inzetten (WP 2.3)? • De student geeft blijk van doorgroei van onbewust onbekwaam naar onbewust bekwaam, volgens de vier stadia van Maslow (WP 2.1 en 2.3). • De student maakt een reflectieverslag waarin hij zijn eigen leer- en ontwikkelproces evalueert en analyseert (WP 1.5 en 2.3). Andere kerntaken • In deze PW gaan studenten op zoek naar mogelijkheden om mensen met een lichamelijke beperking te ondersteunen door middel van technische hulpmiddelen. Een en ander kan voor u een aanleiding zijn in deze werkperiode kerntaak 7 ‘Zorg dragen voor de eigen gezondheid’ aan de orde te stellen. De begeleider LLB kan de studenten in afdelingsoverstijgende workshops ondersteunen, informeren, instrueren en toetsen.
TECHNIEK Aanwijzingen voor de vakdocenten Studenten zullen in deze PW zelf met productideeën komen naar aanleiding van hun contact met ‘zorgbehoevenden’. In eerste instantie wordt er een (her)ontwerp gemaakt voor een (bestaand) zorgproduct. Het product zal de basis vormen voor het eigen bedrijf. Hoe ziet dit product eruit, wie is de gebruiker/koper van het product, waar moet het aan voldoen, welke afzetmarkten, productiemogelijkheden, assemblageverbeteringen etc. zijn er? Aan het eind van het project moet er een product zijn uitgewerkt tot een niveau dat je een goede winstberekening kunt maken en een bank (als geldschieter) kunt overtuigen van het nut en de levensvatbaarheid van je product. Ontwerpen Er zijn twee hoofddoelen waar we ons hier op richten. Allereerst is het de bedoeling dat de studenten zich leren inleven in een ‘vreemde’ doelgroep en dat ze hun specifieke behoefte analyseren. Ten tweede is het belangrijk dat ze ontdekken wat het is om als zelfstandig ontwerper te werken en zelf opdrachten te moeten zoeken en dat het verkennen van de markt daarbij van belang is. Daarnaast is het opzetten van een ondernemingsplan een praktisch hulpmiddel om meer grip te krijgen op alles wat komt kijken bij het starten en draaiende houden van een bedrijf. De student praat met zorgbehoevende mensen die behoefte hebben aan verbetering van hun leefomstandigheden en bedenkt wat een ontwerper kan doen om dit te verbeteren. De student gaat actief op zoek naar zorglocaties waar opdrachten gevonden kunnen worden. Alle bevindingen worden uitgewerkt in een moodboard en een storyboard waarmee de student ook anderen snel duidelijk kan maken wat de problemen zijn die hij ziet en waar hij oplossingen voor gaat bedenken en ontwikkelen. Vervolgens gaat de student op zoek naar overige informatie die nodig is om het ontwerpen goed te laten verlopen. Bij het ontwikkelen van de praktische vaardigheden bij dit project gaat het om: Handtekenen Na een doelgroeponderzoek bestaande uit o.a. interview naar behoefte, collages, PvE/W een nieuw zorgproduct of een herontwerp maken Het maken van snelle, onderzoekende ideeschetsen in de ideefase, het maken van meer gedefinieerde producttekeningen in de conceptfase (bijvoorbeeld productdoorsneden, uitvergrote details, exploded views, vormvariaties etc.) Nadruk kan gelegd worden op het weergeven van producten in gebruikssituaties. Het uittekenen van stappenplannen voor gebruik om zo de ergonomie te analyseren of het juiste gebruik weer te geven. Tot slot kan er aandacht besteed worden aan het tekenen van bijvoorbeeld handen en hoofden of volledige abstracte mensfiguren die kunnen helpen bij het weergeven van gebruik. Technisch tekenen/3D CAD Het tekenen van samengestelde figuren, arceren, symbolen etc. Hierbij wordt gebruik gemaakt van het tekenen in lagen. Praktijk / Modelshop/CNC Verdere voortgang in het beheersen van de basisvaardigheden, waarbij gebruik wordt gemaakt van de materialen metaal, kunststof en hout.
Bij de theoretische ondersteuning adviseren wij te werken aan: Vormgevingsleer Hoe ontwikkel je een goede user-interface? Hoe zorg ik dat een product begrijpbaar is in functie en bediening? Wat voor een uitstraling wil de gebruiker en hoe vind je een goede balans tussen uitstraling en functie? Hoe kun je ergonomisch gezien een goed product maken en welke aspecten komen hierbij kijken? Zaken als grip en veiligheid, misbruik, betrouwbaarheid kunnen worden behandeld. Hoe straalt een product veiligheid en betrouwbaarheid uit? Hoe zorg je voor acceptatie van het product door de gebruiker en de omstanders zonder dat er sprake is van stigmatisering? Productietechnologie Theoretische ondersteuning van de lessen in de praktijk/modelshop. Verschillende scheidingstechnieken die bij het vervaardigen van producten een rol kunnen gaan spelen. Voorbeelden van scheidingstechnieken zijn plasmasnijden, waterstraal snijden, autogeen snijden, lasersnijden en ponsen en contourbewerkingen. Materiaalkunde Invloed en doelen van warmtebehandelingen bij staalsoorten. Verder moeten zij inzicht krijgen in gelegeerde staalsoorten, roestvast staal en materialen die geschikt zijn voor De standaard berekeningen die uitgevoerd moeten worden, komen steeds meer voor in toepassingen bij het ontwikkelen van nieuwe producten. In het ontwerp van hulpmiddelen voor de individuele gebruikers kunnen assen met asondersteuningen en lagers toegepast worden. Het is dus belangrijk om deze theorie aan te brengen. Ook overbrengingen en tandwielen kunnen toegepast worden in de te ontwerpen producten/hulpmiddelen. Deze technieken kunnen in deze periode verwerkt worden. Energie en beweging Mogelijke onderwerpen die aangeboden kunnen worden maar grotendeels bepaald worden door het gekozen ontwerpen of verbreding van de kennis op gebied van automatisering zijn: gereedschappen. Constructieleer
PLC-besturingen met toepassingen. De belangrijkste eindproducten zijn: • Krabbels/schetsen • Moodboard of storyboard • Concepttekeningen • Technische tekeningen • Modellen (zicht en/of test) of prototype
EXACT De studenten gaan in deze periode op zoek naar een eigen project, in de wereld van de zorg. Betreft deze opdracht zijn data verwerken en statistieken begrijpen belangrijke vaardigheden. Daarin passen de onderstaande geïntegreerde, afdelingsoverstijgende onderwerpen: • Data verzamelen • Data verwerken • Eenvoudige statistische bewerkingen • Voor het vorige gebruik maken van de mogelijkheden binnen Excel • Vervaardigen van een eenvoudige website • Energieomzetting • Warmte • Verbrandingswarmte • Warmtetransport • Isolatie • Klimaat • Comfort in relatie tot bovenstaande Onderwerpen naar keuze voor de vakrichting Industrieel Design • Toerental en omtreksnelheid • Overbrengingsverhoudingen • Overbrengsystemen / energieomzetting van elektrisch naar mechanisch • Rendement • Krachtenleer inclusief hoeken • Momentenleer Raamwerk rekenen en wiskunde/Referentiekader rekenen en wiskunde In schooljaar 2013 / 2014 wordt verplicht het landelijke examen rekenen ingevoerd. Cohort 2010 / 2011 zal hiermee te maken krijgen. Het niveau van rekenvaardigheden vaststellen en een plan maken om hiaten op te vullen. DWO Ook kunt u voor extra ondersteuning gebruik maken van de D igitale W iskunde O mgeving.
Website: www.fi.uu.nl/dwo/mbo/PW8 (under construction) Extra oefenstof voor studenten die naar het HBO willen: Website: www.fi.uu.nl/dwo/mbo/doorstroom Per vakrichting kan worden gekozen waar het accent op ligt. U kunt workshops ter ondersteuning afdelingsoverstijgend aanbieden.
3. De beroepscontext Project-Start-Up (PSU) De zelfstandig ondernemer
Niet iedereen vindt het fijn om in loondienst te werken. Eigen baas zijn lijkt toch het mooiste wat er is? De overheid vindt dat een MBO’er in staat moet zijn voor zichzelf te beginnen. De één doet een briljante uitvinding, de ander wil graag zijn eigen restaurant beginnen, een derde wil veel geld verdienen en weer een ander heeft een sociaal doel dat hij na wil streven. Maar voor jezelf beginnen is nog niet zo gemakkelijk. Er komt veel bij kijken. De overheid stelt heel wat voorwaarden aan een startende ondernemer. Wat je allereerst nodig hebt is verstand, lef en een goed plan natuurlijk.
De komende weken ga je je oriënteren op het opzetten van een eigen bedrijf. Natuurlijk ga je een bedrijf beginnen in de branche die gerelateerd is aan je studie. Je wilt de kerntaken en de competenties kunnen inzetten die je op school en op andere plaatsen beoefend en ontwikkeld hebt. Zou het hebben van een eigen bedrijfje samen kunnen gaan met je eigen normen en waarden? Wil je alleen maar vrij en zelfstandig zijn of heb je ook nog andere idealen? Hoe ga je met mensen, klanten en personeel om? Is veel geld verdienen te combineren met zorg voor de maatschappij? Bestaat er zoiets als ‘sociaal en maatschappelijk verantwoord ondernemerschap’? Hoe moet je eigenlijk beginnen? Hoeveel geld heb je nodig? Wil je een eenmansbedrijf of ga je samen met anderen beginnen? Welke producten of diensten zou je kunnen leveren? Misschien kunnen je vrienden, ouders of anderen je helpen. Hoe kun je je idealen het beste realiseren?
Mensen met een lichamelijke beperking/jongeren/ouderen helpen in de zorgsector. De regering stelt, via de WMO, veel geld beschikbaar voor het kleinschalig wonen, revalidatie en het langer zelfstandig blijven wonen van ouderen, jongeren en mensen met een lichamelijke beperking. Door de vergrijzing zal deze ‘individuele’ zorgmarkt de komende jaren enorm groeien. Steeds meer organisaties, waaronder thuiswinkels, storten zich op deze markt. Producenten van hulpmiddelen passen hun producten steeds meer aan op de individuele gebruikers. De individuele aanpak die nodig is, biedt veel perspectief voor kleinschalige ondernemingen. Daar liggen jouw kansen! Wat zou jij er van denken om, met jouw bedrijf, jouw kennis op gebied van vormgeving en jouw kennis van techniek, je in te zetten om de kwaliteit van leven voor mensen te verhogen? Hoe houd je producten hip, waardoor ze eerder gebruikt worden (rollator stigma). In jouw omgeving zijn vast familieleden, ouderen (oma) of mensen met een lichamelijke beperking die de inzet vanuit jouw vakgebied goed kunnen gebruiken.
Bij het opstarten van dit project dient eerst uitvoerig de PSU te worden behandeld.
• PROJECTBEGELEIDER Besteedt speciaal aandacht aan het doorlezen van de PSU zodat de studenten zich hierin kunnen inleven. Het is de bedoeling dat de studenten een persoonlijk contact aangaan met iemand uit hun buurt die zorgbehoevend is. Dit kan een buurvrouw/buurman zijn, familielid, een jongere met een lichamelijke beperking. Bij voorkeur is dit iemand die zelfstandig of met een aantal andere mensen in een kleine woongroep woont. Dit contact moet de studenten motiveren en ze stimuleren om vanuit hun vakgebied ook echt iets te betekenen voor die persoon. Als dat niet lukt, of als aanvulling, kan het goed zijn als de studenten eens in een thuiszorgwinkel of bij een bedrijf gaan kijken waar ondersteunende zorgproducten worden verkocht, geproduceerd of geoptimaliseerd. Daarnaast is het van belang dat ze enthousiast worden over het zelfstandig ondernemerschap.
• PROJECTMANAGEMENT/BEDRIJFSKUNDE Studenten oriënteren zich op het oprichten van een eigen bedrijf.
Ze kiezen zelf een organisatievorm. De organisatievormen tot nu toe: •
Verkooporganisatie (handelsorganisatie) Dienstverlenende organisatie (serviceorganisatie) Productorganisatie (productieorganisatie)
• • •
Projectorganisatie
4. PROJECT Oriëntatie Doel van de fase • De studenten oriënteren op het beroep zelfstandig ontwerper • De studenten oriënteren zich op het opstarten van een eigen bedrijf met behulp van de in de PSU omschreven vraagstellingen en de website van de KvK. • De studenten zoeken contact met jongeren/gehandicapten/ouderen die zelfstandig of in woongroepen wonen en oriënteren zich op de behoefte vanuit hun vakgebied. • Algemene informatie verzamelen en bespreken. • Inzicht krijgen in wat dit project allemaal inhoudt. • Projectnaam vastleggen. • Vastleggen van de projectgroepen en hun projectleiders. • Overlegstructuren algemeen en specifiek voor elke projectgroep vastleggen. Ook voor dit project richt je een projectgroep van minimaal 2 en maximaal 4 studenten op. Daarbij functioneert een van de studenten als projectleider en de anderen zijn projectleden. Je stelt vast wie de projectbegeleider is en legt een projectnaam vast. Voordat je met een eigen bedrijf kunt beginnen , oriënteer je je eerst op de mogelijkheden. Onder andere via de PSU, organisatie ‘Jong ondernemen’ en de Kamer van Koophandel kun je informatie verzamelen. Je overlegt met elkaar en formuleert, schriftelijk, je motivatie om eventueel een eigen bedrijf te starten. Daarbij voeg je een stappenplan, met de belangrijkste stappen die je wilt zetten voordat je een bedrijf start. Ook oriënteer je je op het beroep zelfstandig ontwerper. Je kunt hierbij o.a. gebruik maken van bijlage 7. • PROJECTMANAGEMENT/BEDRIJFSKUNDE Op de website van de Kamer van Koophandel (www.kvk.nl) staat een uitgebreid stappenplan voor ‘starters’: • Oriëntatie • Vergunningen, diploma’s en registratie • Marketingplan • Huisvesting • Personeel • Kiezen van een rechtsvorm • Financiën • Belastingen en administratie • Zeker zaken doen • Aan de slag Gedurende het gehele project kunnen studenten zich op deze stappen oriënteren . Bovendien kun je gebruik maken van de organisatie ‘jong ondernemen’ als oriëntatie op het opzetten van een bedrijf, hogerejaars deelnemers met ervaring in ‘jong ondernemen’ en bezoek aandeelhoudersvergadering. In een later stadium kan hier ook uitstekend gebruik van worden gemaakt bij de uitvoering. Nu is het de bedoeling dat studenten tijdens de eindpresentatie duidelijk maken op welke wijze ze een eigen technisch bedrijf zouden willen starten dat werkzaamheden uitvoert in de individuele en kleinschalige zorg. Onderbouwing doen ze aan de hand van dit stappenplan. De nadruk ligt hierbij vooral op oriëntatie. Het is niet de bedoeling dat studenten een uitgebreid bedrijfsplan of ondernemersplan presenteren. • PROJECTBEGELEIDER
Vanuit je eigen technische mogelijkheden ga je op zoek naar een bijdrage die jij kunt leveren aan de individuele of de kleinschalige zorg. Je kunt daarbij denken aan individuele
hulpmiddelen zoals een elektrische rolstoel, een stoel waar mensen gemakkelijk uit op kunnen staan, een elektronische hond of een elektronische blinde-geleide-stok. Maar je kunt ook denken aan de regeling van verlichting, gordijnen en zonneschermen, een badlift en de elektrische regeling van bad- en douchekraan. In de keuken: de hoogteverstelling van het werkblad, kookplaat, hulpmiddelen voor het openen van lastige verpakkingen, elektrische lades en waterregeling. Het mooiste is als de bediening ook nog op afstand, of door de stem of een ander geluid, kan plaatsvinden. Ook ouderen of mensen die op hulpmiddelen zijn aangewezen vinden de vormgeving van belang om een “rollator stigma” te voorkomen. Belangrijk om je dus goed in jouw doelgroep te verdiepen aan de hand van collages. Mogelijkheden genoeg dus. Het beste kun je met je onderzoek beginnen in je eigen omgeving. Vaak zijn er in jouw omgeving familieleden, ouderen (oma), mensen met een lichamelijke beperking en andere mensen die de inzet vanuit jouw vakgebied goed kunnen gebruiken. Door middel van een interview bij iemand thuis, ga je proberen erachter te komen wat je zou kunnen doen. De vragen voor dit interview stel je op aan de hand van de stappen a t/m f uit het communicatieschema (zie ook bijlage 6). Houd hierbij goed rekening met degene die je interviewt, je ‘doelgroep’ dus. Voordat je gaat interviewen denk je met elkaar over de volgende na: welke persoonlijke waarden, normen, wensen en kwaliteiten zijn voor ieder van de groep van invloed op het zoeken naar passend werk.
COMMUNICATIE/Nederlands
• •
LLB Het is belangrijk dat de studenten de PSU goed doorlezen. Eventueel kunnen ze een samenvatting hiervan maken. Als voorbereiding op het interview stelt de student een vragenlijst op. De studenten kunnen op het internet inventariseren welk soort vragen (open, gesloten enz.) er bestaan. Bij het product ‘interview opzetten’ moet de student de stappen a t/m f doorlopen. Aangezien het in dit project om een specifieke doelgroep gaat, is het verstandig om stap b, publiek, van het communicatiemodel te herhalen. Het interview moet in alle opzichten geschikt worden gemaakt voor de doelgroep: woordkeus, zinsbouw, wijze van afnemen (rekening houden met beperking of handicap) enz. Het doel van het interview is om met behulp van de vragenlijst de wensen van de doelgroep boven tafel te krijgen. De studenten kunnen het interview van tevoren oefenen door het houden van een rollenspel. Maak ook hierbij de student bewust van de doelgroep. Het is belangrijk dat er tijdens het interview geen ruis, stap f, ontstaat waardoor de geïnterviewde en student elkaar verkeerd begrijpen. Met dit rollenspel wordt de vaardigheid ‘Gesprekken voeren’ geoefend. Vervolgens kan een afspraak worden gemaakt en het interview worden afgenomen. LLB Het opstarten van een eigen bedrijf is een goede reden de studenten na te laten denken over begrippen als waarden, normen, wensen en eigen kwaliteiten. Gerelateerd aan werkproces 2.1 en 2.3 uit het brondocument ‘Verwoordt in hoeverre persoonlijke waarden en kwaliteiten van invloed zijn op het zoeken naar passend werk’. Ze hoeven hier nog geen product in te leveren, dat komt later bij het mini-POP en het maken van een website. Nadat je een afspraak hebt gemaakt, ga je het interview afnemen. Tijdens het interview kun je meteen al de situatie van de woning en woonsituatie in kaart brengen. Dit kun je gebruiken als je besluit aanpassingen voor de woning te ontwerpen. Vervolgens kun je om ideeën op te doen, ook naar een zogenaamde thuiszorgwinkel gaan of naar een bedrijf dat producten verkoopt, produceert of aanpast voor mensen met een beperking. Tot slot is het verzamelen van marktinformatie ook belangrijk. Wat is er (internationaal) allemaal al te koop, waar wordt het toegepast, wat kost het, waar kan het geld vandaan komen, hoe werkt het en door wat voor bedrijven worden dergelijke producten gemaakt? Een tijdje surfen op het internet aan de hand van je zoekcriteria, levert snel behoorlijk wat informatie op. Daarbij is het natuurlijk nodig ook Engelstalige websites en literatuur te raadplegen. De uitkomst van al deze acties leg je vast in een rapport. Daarin geef je bij de gevonden informatie wel steeds aan waar je het hebt gevonden. Scheelt een hoop tijd als je later weer snel iets moet terugzoeken. PROJECTBEGELEIDER Mochten studenten niet in staat zijn zelf een contact te leggen, dan kunt u ze de opdracht geven naar een thuiszorgwinkel te gaan of naar een bedrijf dat aanpassingen maakt voor mensen met een beperking. Tot slot kunt u ze opdragen zelf iets te bedenken. • PROJECTMANAGEMENT/BEDRIJFSKUNDE Het is de bedoeling dat studenten gegevens gaan verzamelen en data verwerken t.a.v.: • de doelgroep(en) • marktgrootte a.d.h.v. budgetten Internationaal zoeken naar: • het product/de groep van producten • de soort ondernemingen • de branche •
Het zoeken naar marktinformatie over de doelgroep t.a.v. de Wmo kan zowel op gemeentelijk als op landelijk niveau plaatsvinden ( zoekwoord: wmo ). Het gaat hierbij vooral om de mensen die in aanmerking komen voor de Wmo, budgetten voor aanpassen woning (woonomgeving) en medische en andere hulpmiddelen. Sommige gemeentes geven dit aan op hun website. Veel informatie is ook te vinden bij de VNG (Vereniging van Nederlandse Gemeenten) en ministerie van VWS (Volksgezondheid, Welzijn en Sport). COMMUNICATIE/Nederlands Studenten dienen per projectgroep de resultaten van het interview vast te leggen en een rapport te schrijven. Het is de bedoeling dat de zoektocht naar marktinformatie resulteert in een overzichtelijke, schriftelijke, Nederlandstalige rapportage met hierin alle relevante informatie die is gevonden op Nederlandstalige en Engelstalige sites, inclusief bronvermeldingen. U kunt de student bij het opstellen van dit rapport instrueren en ondersteunen. Op dit rapport past de student de stap a t/m f toe van het communicatieschema toe. U kunt de student extra wijzen op ruis, stap f, die voor de lezer ontstaat door spel- en stijlfouten. • • COMMUNICATIE/MVT Het is de bedoeling dat de zoektocht van de student aan de hand van zoekcriteria resulteert in een overzichtelijke, schriftelijke, Nederlandstalige rapportage met alle relevante informatie (hoofdlijnen) die is gevonden op Engelstalige sites, inclusief bronvermeldingen. Voor het internationale zoekwerk kunnen studenten eerst een lijstje te maken met zoekcriteria en (bijbehorende) zoekwoorden/uitdrukkingen in de MVT. Met behulp van de juiste zoekcriteria en de daaruit voortvloeiende woorden en uitdrukkingen in de MVT zullen de studenten uit een breed aanbod gerichte, internationale informatie kunnen vergaren. Hier biedt zich wellicht een goede gelegenheid het niveau van de leesvaardigheid van de student te bepalen of te becijferen. Met het oog op de te lezen hoofdzakelijk formele, zakelijke Engelstalige teksten op het internet kunt u vanaf deze fase extra aandacht aan de vorm en het gebruik van lijdende constructies geven.
Je bereidt je ook goed voor op de technische zaken. Wat voor product past bij jou kennisniveau van de techniek en bij je ambitie als zelfstandig werker. Je bedenkt wat een ontwerper kan doen om hun leefomstandigheden te verbeteren. Welke technieken zou je graag toe willen passen? Alle bevindingen worden uitgewerkt in een moodboard en een storyboard waarmee de student ook anderen snel duidelijk kan maken wat de problemen zijn die hij ziet en waar hij oplossingen voor gaat bedenken en ontwikkelen. Overleg met je begeleiders van de techniek. Onderzoek met hen ook vast hoe de verschillenden toepassingen zouden kunnen werken en wat je dan nog leren moet!
• TECHNIEK • De student onderzoekt in deze analysefase de doelgroep, praat met zorgbehoevende mensen die behoefte hebben aan verbetering van hun leefomstandigheden en bedenkt wat een ontwerper kan doen om dit te verbeteren. • De student gaat actief op zoek naar zorglocaties waar opdrachten gevonden kunnen worden. Om diepgang te krijgen stelt de student een interview samen dat gebruikt kan worden in gesprek met mensen die verbetering in hun eigen omgeving nodig hebben. Alle bevindingen worden uitgewerkt in een moodboard en een storyboard waarmee de student ook anderen snel duidelijk kan maken wat de problemen zijn die hij ziet en waar hij oplossingen voor gaat bedenken en ontwikkelen. • Vervolgens gaat de student op zoek naar overige informatie die nodig is om het ontwerpen goed te laten verlopen. Als je je voldoende hebt georiënteerd op dit project, overhandig je het eerste fasedocument aan je projectbegeleider. Hij kan naar aanleiding daarvan een Go geven of eerst nog wat aanpassingen voorstellen. • PROJECTBEGELEIDER • Evalueer deze fase met de studenten. • Evaluatie en beoordeling van studenten onderling hebben een groot leereffect en stimuleren onderlinge acceptatie en samenwerking. • Beoordeel fasedocument/In te leveren producten op juistheid en volledigheid. • Begeleid en controleer het maken van notulen, urenlijsten en eventueel het bijhouden van een logboek. • Maak zo nodig afspraken voor verbetering. • Geef Go/No-Go. Bronnen • http://winkel.ouderenservice.nl • http://www.xtrahulp.nl • naar eigen inzicht Fasedocument/In te leveren producten • Formulering van de argumenten voor eigen bedrijf met stappenplan • Taak/functieomschrijving van zelfstandig ontwerper • Lijst met vragen voor een interview • Rapport marktonderzoek mede uitgewerkt in collages, een moodboard en een storyboard • Lijst met gewenste toepassingen van technieken en leerdoelen • Nederlandstalig verslagje met bevindingen Engelstalige sites m.b.t. productkeuze Toetsvoorstel • geen
Specifieke competentieontwikkeling bij deze fase Oriëntatie
Projectwijzer 8
Ontwerpt producten of systemen Verzamelen en verwerken van productiegegevens Activiteiten/prestatie-indicator Benodigde of te ontwikkelen vakkennis en vaardigheden
Kerntaak 1
Werkproces 1.1
In te zetten of te ontwikkelen competentie Op de behoeften en verwachtingen van de klant richten Met als component: • behoeften en verwachtingen van de klant
• Je inventariseert de behoefte van de klant in relatie tot de mogelijkheden. Zodat de realistische klantenwens in kaart wordt gebracht.
• Duits op niveau A2 • Engels op niveau A2 • Luistervaardigheden • Vakjargon binnen de branche toepassen • Verwachtingen bij klanten inschatten
Evalueren en beoordelen
Opmerkingen namens team datum/paraaf docent
Namens het team datum/paraaf docent
No Go-1 No Go-2
Go
Definitie Doel van de fase • Vaststellen van de ondersteuningsvraag n.a.v. onderzoek studenten in een probleemstelling. • Data verwerken tot een marktrapportage. • Doelgroeponderzoek met PVE/W. • Plan van Aanpak voor het opzetten van een bedrijf. • Plan van Aanpak voor het te maken product, visualisatie van het product en functionele beschrijvingen. • Plan van Aanpak voor de realisatie van het technisch product. • Plan van Aanpak voor het opzetten van een website. • Mini-POP per student. Aan het einde van deze fase moet in ieder geval helder zijn wat voor product je gaat ontwikkelen. Als projectgroep wordt dus een keuze gemaakt voor een te ontwikkelen product. Een goed marktonderzoek zal helpen bij het maken van een productkeuze. De keuze kun je met je projectbegeleider bespreken en aan de klant voorleggen. Voor de klant is het natuurlijk wel van belang dat je visualiseert hoe het product er uit gaat zien, dat je omschrijft hoe het werkt en dat je aangeeft hoeveel het ongeveer gaat kosten. De gebruiker van het nieuwe product wil er wel mee voor de dag kunnen komen, dus vormgeving is erg belangrijk. Stel daarom een goed Plan van Eisen en Wensen op en formuleer een duidelijke probleemstelling. Betreft de technieken die bij het gekozen product aan de orde komen ga je overleggen met je begeleiders van de techniek.
• PROJECTBEGELEIDER Mochten de studenten niet in staat zijn een eigen product van niveau aan u voor te leggen, dan kunt u ze voorstellen het project wat in deze handleiding en bij de downloads is uitgewerkt te laten ontwikkelen en produceren. U kunt ze natuurlijk ook een project vanuit uw eigen ROC geven. Wel is het mooi als de diverse projectgroepen verschillende projecten uitvoeren • TECHNIEK De studenten moeten aan de hand van hun bevindingen over mogelijke producten ter ondersteuning op zorggebied, het marktonderzoek en het doelgroeponderzoek verder. De omschrijving van doelgroep moet vastgelegd worden en een probleemstelling maken. Op welke punten van het product speelt ergonomie een belangrijke rol. Hoe staat het met de veiligheid en is de keuze niet “stigmatisch”. Bij materialen zal ondersteuning nodig zijn op de specifieke producten en het toepassen van assen, asondersteuningen en lagers bij constructieleer. Bronnen: www.consortiumbo.nl: Downloads zorgcentrum. Er moet nu ook een keuze worden gemaakt wat voor bedrijf jullie zouden willen starten. Bij de overweging om voor jezelf te beginnen kun je kiezen of je als zzp’er met anderen wilt samenwerken of dat je wilt samenwerken in een andere bedrijfsvorm. Die keuze is erg belangrijk omdat het hebben van werknemers veel verantwoordelijkheden met zich meebrengt. De bedrijfskeuze en verantwoording daarvan kun je het beste op papier zetten. Voordat er een salaris kan worden betaald moet het wel eerst worden verdiend. Behalve een salaris moeten er ook nog belasting en sociale premies worden afgedragen. Een salarisstrookje geeft je hierover veel inzicht voordat je een besluit neemt over een bedrijfsvorm. Maak je keuze met argumentatie bekend aan je projectbegeleider. Het is de bedoeling dat iedere student een overweging maakt voor een bedrijfsvorm. In een workshop kunnen verantwoordelijkheden en aansprakelijkheid van de verschillende bedrijfsvormen aan de orde komen. Ook is het zinvol om studenten inzicht te geven in loonbelasting en sociale verzekeringen via een voorbeeld loonstrookje. Studenten kunnen zelf op internet een voorbeeld van een salarisstrook opzoeken. In de oriëntatiefase heb je je georiënteerd op je doelgroep. Wellicht door te kijken naar welke mensen gemeentelijk / landelijk in aanmerking komen voor de Wmo. Het is belangrijk voor je eigen bedrijf om gegevens goed te analyseren. Het is bijvoorbeeld belangrijk te weten welke mensen in aanmerkingen komen voor de Wmo, de grootte van de doelgroep en de beschikbare budgetten. Hiervoor wordt vaak gebruik gemaakt van statistieken. Zorg ervoor dat je als toekomstig ondernemer daarmee weet om te gaan. • PROJECTMANAGEMENT/BEDRIJFSKUNDE
• EXACT Het is aan te bevelen enkele workshops te houden over statistiek. In het dagelijkse leven worden vaak beweringen gedaan, al dan niet op grond van statistische gegevens. Hoe kun je beoordelen wat waar of niet waar is? De student dient ook grafieken te kunnen interpreteren. Begrippen als ‘gewogen gemiddelde’, ‘spreiding’, ‘interval’ en vele andere dienen bekeken te worden met betrekking tot het doel van statistisch onderzoek. Voorts is het zinvol om te kijken welke bijdrage Excel kan leveren. Onderdelen zoals data netjes weergeven, gebruik maken van de talloze functies en niet te vergeten de mogelijkheden van grafieken. Er zijn voldoende boeken waarin statistiek wordt behandeld. Ook is er voldoende ondersteuning te vinden op het internet via het trefwoord ‘statistiek’. Met een eigen bedrijf wil je natuurlijk geld verdienen. Maar je wilt met jouw bedrijf ook jouw idealen uitstralen. Die idealen formuleer je in een missie. Internationaal wordt dat een Mission Statement genoemd. Je kunt hierover veel vinden op het internet. Een ‘Mission Statement’ zet je niet alleen op papier, maar draag je op alle mogelijke manieren uit om zo de bedoelingen van je bedrijf duidelijk te maken. Wellicht goed om notities te maken van de ‘Mission Statements’ die je op de Engelstalige sites hebt gezien en hierover te discussiëren met je projectleden. Je zet de missie voor jullie toekomstig bedrijf op papier voorlopig eerst in het Nederlands. COMMUNICATIE/Nederlands Met de zoekwoorden ‘Missie’ en ‘Mission Statement’ kan via internet veel inzicht worden verkregen in deze begrippen. In de missie brengen de studenten het doel van de organisatie onder woorden. Ook verwoorden ze op welke manier ze dit doel hopen te bereiken. Studenten kunnen in hun projectgroep hierover discussiëren en vervolgens in het Nederlands hun ‘missie’ formuleren. De ‘missie’ moet op een concrete en kernachtige manier geformuleerd worden. Uiteindelijk moeten de studenten in staat zijn hun ‘missie’ te verdedigen. U kunt dit oefenen tijdens een debat. Verder kunt u ondersteunende oefeningen in stijlfouten aanbieden. COMMUNICATIE/MVT Op Engelstalige Sites zijn voorbeelden van Engelstalige Mission Statements te vinden. De studenten gebruiken de juiste (Engelse) zoektermen en inventariseren het Engels dat zij kunnen gebruiken voor hun eigen Mission Statement. Tot slot stel je voor het realiseren van het product en voor het starten van de gekozen bedrijfsvorm een Plan van Aanpak op. Het Plan van Aanpak betreft o.a.: - alle activiteiten, werkzaamheden en producten en ook studiemomenten als workshops, lessen, hoorcolleges en excursies • •
- activiteiten/werkzaamheden per fase - communicatie/rapportageplanning - controle/evaluatiemomenten - tijdsplanning van de activiteiten en werkzaamheden - strokenplanning van alle activiteiten
Ook maakt elk groepslid een eigen mini-POP voor de persoonlijke leerdoelen, gekoppeld aan het product dat je wilt ontwikkelen. Welke manier van leren ga je hanteren? Je geeft aan wat voor consequenties het voor jou kan hebben als je een eigen bedrijf start. Je benoemt de mate waarin je als startend ondernemer flexibel moet of wil zijn en je geeft aan hoe je met de voortdurende verandering en beroepseisen om wil gaan.
Made with FlippingBook