006WTBPT0005
006WTBPT0005
N I V E A U 3 SERV I CE APPARATUUR EN INSTALLAT I ES
Introductietaak
1
Uitstroom Service monteur werktuigbouw [Crebo 94324] B E G E L E I D E R S H A N D L E I D I N G
N I V E A U 3 SERV ICE APPARATUUR EN INSTALLAT I ES
Introductietaak
1
Uitstroom Servicemonteur werktuigbouw
B E G E L E I D E R S H A N D L E I D I N G
69337069 Bestelnummer 006WTBPT0005
© 2008 Stichting Consortium Beroepsonderwijs Leden werkgroep T.L. Hengelmolen, J.A. Menzen, A. Timmer Ontwikkelgroepleider Techniek en ICT
W. van Dijk Eindredactie M. Brok Omslag/ Lay-out Studio Blanche Foto’s Auteurs
Ondanks alle inspanningen is het mogelijk dat Stichting Consortium Beroepsonderwijs niet alle copyrights van de in de uitgave opgenomen illustraties geregeld heeft. Degene die meent alsnog rechten te kunnen doen gelden, wordt verzocht contact op te nemen met de Stichting. © 2008 Stichting Consortium Beroepsonderwijs Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, namelijk elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande toestemming van Stichting Consortium Beroepsonderwijs.
INTRODUCTIE OP DE PROJECTTAAK . . . . . . . .4
STAP 1 ORIËNTATIE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .8
STAP 2 PLANNING EN VOORBEREIDING . . . . . . . . . . .12
STAP 3 UITVOERING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .17
STAP 4 OPLEVERING EN EVALUATIE . . . . . . . . . . . . .22
BIJLAGE 1 BEOORDELINGSMONITOR . . . . . . . . . . . . . . .31
BIJLAGE 2 PROJECTTAAKPLANNER . . . . . . . . . . . . . . . .32
INTRODUCTIE OP DE PROJECTTAAK
Voor je ligt de eerste projecttaak van de opleiding Montage, Service en Onderhoud. Om een goed beeld te krijgen van de opleidingsstructuur is er gekozen voor een introductietaak. Je gaat samen met je projectgroep een technische opdracht uitvoeren. Daarbij ga je je door middel van organisatorische opdrachten verdiepen in de opleidingsstructuur. Aan het einde van deze projecttaak organiseer je een wedstrijd. Ook geef je door middel van een presentatie uitleg over de werking van de projecttaken. In deze projecttaak In deze eerste projecttaak maak je kennis met de werkwijze van de projecttaken. Dit doe je door middel van een technische opdracht. Ook moet het Basisdocument worden geraadpleegd om een goed beeld te krijgen hoe deze projecttaken werken.
De opdracht is: Maak een voertuig en organiseer een wedstrijd.
4
Na deze projecttaak Als je deze projecttaak goed uitvoert, kun je: • Het doel en de werking van de projecttaken omschrijven. • Een wedstrijd organiseren. • Een fotoverslag maken. • Uitleggen hoe jouw opleiding er uitziet. • Uitleggen wat BGL is. Portfolio Een portfolio is een digitale of papieren map waarin je de producten verzamelt. Deze producten kun je vinden in het tabel bij de inleiding en bij iedere stap van de projecttaken onder het kopje In te leveren resultaat. Het doel van een portfolio is om anderen een beeld te geven van jezelf en je competenties. In je portfolio toon je aan wat je hebt bereikt en waar je nog aan moet werken. Als je een portfolio aanlegt, moet je op het volgende letten: • Bewijsstukken en informatiebronnen goed ordenen. • Goede afweging maken wat wel en wat niet zinvol is om in een portfolio op te nemen. • Een goede manier van ordenen kiezen die bij jou past.
In het Basisdocument vind je een uitgebreidere uitleg van een portfolio.
In alle projecttaken maak je gebruik van de vierstappenmethode. Neem de stappen in de juiste volgorde. Van elke stap verzamel je bewijzen ‘In te leveren resultaten’ die in je portfolio komen. Je zorgt zelf voor de samenstelling van je portfolio. In de onderstaande tabel staat welke producten bij welke stap horen.
5
Stap
Producten portfolio
1. Oriëntatie
• Verslag Kennismaking BGL • Uitwerking schema ‘Zoek de verschillen’ • Productanalyse • Producten • Begrippenlijst
• Wedstrijdorganisatie schema • Gereedschappen en middelen
2. Planning en voorbereiding
• Activiteitenplan / mini-POP
3. Uitvoering
• Een uit zichzelf voortbewegend voertuig • Een draaiboek • Een georganiseerde wedstrijd • Een fotoverslag • Een kritische controle van je project
4. Oplevering en evaluatie
• Beoordelingsmonitor • Bewijsstukken voor het criteriumgericht interview • Bijgewerkt portfolio • Evalueren • Urenverantwoording
6
Organisatie Alle informatie voor de begeleiders is in de grijze vlakken aangegeven. Alle niet-geaccen- tueerde tekst is tekst uit de leerlingenversie. UITVOEREN PROJECTTAAK Deze projecttaak wordt op school uitgevoerd en is geschikt voor alle leerwegen. Je gaat deze opdracht uitvoeren in een projectgroep.
BENODIGDE MIDDELEN IN DEZE PROJECTTAAK De benodigde technische middelen om deze projecttaak te kunnen uitvoeren, zijn: • Aparte overlegruimtes voor projectgroepen of werkgroepen. • Werkruimtes voorzien van computers met internet. • Praktijklokaal. • Ruimtes voor instructie en presentaties. • Benodigde bouwmaterialen.
AANWIJZINGEN VOOR DE BEGELEIDER (ALGEMEEN) Tijdens deze projecttaak dient aandacht besteed te worden aan de opbouw en werking van de oplei- ding. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van het Basisdocument ‘Projecttaak gestuurd leren’ en het do- cument ‘Leren, Loopbaan en Burgerschap’. Ook het visiedocument kan voor de uitleg geraadpleegd worden. Het is van belang dat de leerlingen inzicht krijgen in de werking en nut van een POP en een Portfolio. Tijdens deze projecttaak gaan de leerlingen in groepen werken. Afhankelijk van het totaal aantal leer- lingen bestaan de projectgroepjes uit vier à zes personen. Van tevoren wordt er een besluit genomen over het te maken voertuig en de te organiseren wedstrijd. Dit kan door de begeleiders als wel door de totale groep worden besloten.
De stagebegeleider, praktijkbegeleider en de leerling houden de beoordelingsmonitor bij.
AANWIJZINGEN VOOR DE PRAKTIJKOPLEIDER (ALGEMEEN) De praktijkopleider ondersteunt en begeleidt de leerling en houdt op gezette tijden een beoordelings- gesprek. In deze gesprekken komen de voortgang en de houding van de leerling aan de orde. Deze beoordeling wordt vastgelegd in de beoordelingsmonitor.
AANWIJZINGEN VOOR DE STAGEBEGELEIDER (ALGEMEEN) Deze projecttaak wordt op school uitgevoerd.
7
STAP
oriëntatie
1 ORIËNTATIE
DOEL VAN DE STAP In deze opdracht ga je je verdiepen in de achtergronden van deze projecttaak. Dit doe je door het uit- voeren van onderstaande activiteiten. Deze informatie verzamel je, zodat je een goede plan van aan- pak kunt maken.
Op school krijg je de opdracht om een door zichzelf voortbewegend voertuig te ontwerpen en te maken. Met deze voertuigen gaan jullie een wedstrijd organiseren. Deze opdracht voer je uit met een projectgroep of werkgroep. Bespreek met je coach welke stappen je gaat nemen en leg deze afspraken vast.
5
Op te leveren resultaat
De activiteiten en opdrachten die je in deze stap uitvoert, moet je zorgvuldig uitwerken. De uitwerkingen neem je op in je portfolio. • Verslag kennismaking BGL • Uitwerking schema ‘Zoek de verschillen’ • Productanalyse • Producten • Begrippenlijst
• Wedstrijdorganisatie schema • Gereedschappen en middelen
Bronnen • http://www.dogfrisbee.nl/wedstrijd-organiseren.htm • http://users.belgacom.net/yvon.masyn/index.htm • Basisdocument projecttaak gestuurd leren • Leren, Loopbaan en Burgerschap • Visiedocument
8
Voorbeelden
Foto
Naam Website Robot
http://tweakers.net/redactieblogs/47923/ Robots-zoeken-ballen-in-Noord-Nederland.html
Pop pop boot http://www.nmia.com/~vrbass/pop-pop/buildpop.htm http://en.wikipedia.org/wiki/Pop_pop_boat http://www.galepp.com/boat/popboat.htm http://www.sciencetoymaker.org/boat/g_e_flogel.htm
Sailcar
http://home.att.net/~rcsailcars/index.htm https://www.sailingthroughschool.org
Competentieontwikkeling bij deze stap In de beoordelingsmonitor vind je de competenties die bij deze stap worden ontwikkeld.
KT2 Werkproces
Nr.
Competenties
2.1 Voorbereiden werkzaamheden
E Samenwerken en overleggen K Vakdeskundigheid toepassen Q Plannen en organiseren R Op de behoeften en verwachtingen van de ‘klant’ richten
& Activiteiten 1.1
Verslag kennismaken met BGL Zoek een antwoord op onderstaande vragen. Gebruik dit bij ‘Op te leveren resultaat’. 1 Bekijk de presentatie over BGL op www.consortiumbo.nl Æ niveau 2 Æ youstep. 2 Beschrijf de stappen waaruit BGL bestaat. 3 Maak een begrippenlijst waarin in ieder geval de vol- gende begrippen voorkomen: kwalificatiedossier, be- roepstaak, kerntaak, werkproces, competentie, BGL, beroepsproduct, trajectbegeleider, praktijkdocent, feedback, kritiek, mini-POP, POP, portfolio. 4 Maak een tabel met de beroepstaken van jouw opleiding. Zoek de verschillen BGL is een andere manier van leren dan je gewend was op je vorige school. Maak een schema waarin je de verschillen beschrijft.
1.2
9
1.3
Productanalyse 1 Omschrijf de opdracht in je eigen woorden. Denk
hierbij aan het volgende: a Wat wordt er ontworpen? b Waarom deze keuze? c Hoe ga ik het organiseren?
1.4
Producten 1 Maak een lijst met beroeps(producten) die je gaat opleveren in deze projecttaak. 2 Geef per product aan met wie je te maken hebt. 3 Geef per product aan welke werkzaamheden je gaat uitvoeren. Begrippenlijst 1 Tijdens deze projecttaak kom je een aantal begrippen tegen. Maak hiervan een begrippenlijst. Wedstrijdorganisatie schema 1 Maak een lijst met wat je allemaal nodig hebt om een wedstrijd te kunnen organiseren. 2 Stel een draaiboek samen. 3 Maak een lijst met spelregels. Gereedschappen en middelen 1 Maak een lijst met de te gebruiken gereedschappen en middelen. Leren 1 Wat ga je hier leren? a Doel van de projecttaken. b Werkwijze van de projecttaken. 2 Welke competenties ga je hiermee ontwikkelen? Zie beoordelingsmonitor. Evalueren en beoordelen • De opdrachtgever controleert of alle punten van de opdracht correct zijn weergegeven. • Houd in de beoordelingsmonitor bij wat wordt beoordeeld. • Je hebt de oriëntatie afgerond. • De informatie die je hier hebt verzameld, heb je nodig voor de volgende stap.
1.5
1.6
1.7
1.8
10
WERKPROCESSEN EN COMPETENTIES In deze projecttaak komen de volgende werkprocessen en competenties aan bod. Werkproces: 2.1 Voorbereiden werkzaamheden Competenties:
E: Samenwerken en overleggen. K: Vakdeskundigheid toepassen. Q: Plannen en organiseren. R: Op de behoeften en verwachtingen van de klant richten.
Deze competenties moeten worden beoordeeld en vastgelegd aan de hand van en op de beoordelings- monitor.
TE BEHANDELEN LESSTOF Vaktechnisch • Basisdocument en het Visiedocument: • Inleiding
• Competentiegericht opleiden • Structuur van de opleiding • Werken met de projecttaken • Evalueren en beoordelen • Portfolio (digitaal of papier) • Hoe organiseer ik een wedstrijd
Informatica • Word • PowerPoint • Excel
Rekenen en wiskunde • Snelheid en beweging • Overbrenging en verhoudingen Nederlands • Maken van een draaiboek • Presentatietechnieken • Grammatica en spelling
AANWIJZINGEN BEGELEIDERS Vakdocent • Draagt zorg voor de ondersteunende theorielessen. • Producten die ingeleverd worden, moeten worden beoordeeld. Verwerk deze in de beoordelingsmonitor.
Praktijkbegeleider • Draagt zorg voor de benodigde gereedschappen en middelen. • Bewaakt het proces en de onderlinge communicatie. • Stemt af welke producten en competenties beoordeeld worden.
Leerling • Verzamelt de bewijsstukken voor de beoordelingsmonitor.
11
STAP
2 PLANNING EN VOORBEREIDING
DOEL VAN DE STAP Voorbereiding op de uitvoering van de werkzaamheden: het opstellen van een activiteitenlijst, een prioriteitenplanning, een materialenlijst en een bestellijst.
Je hebt de oriëntatie afgerond. Je weet nu wat de projecttaak in grote lijnen inhoudt. De antwoorden uit stap 1 gebruik je om een activiteitenplan te maken. De opdracht wordt omgezet in een planning. Je geeft aan welke werkzaamheden je gaat uitvoeren. Het moet dan ook duidelijk zijn aan welke competenties je gaat werken. Welke kennis en vaardigheden heb je nodig voor deze projecttaak? Waar en wanneer ga je de kennis opdoen en de vaardigheden oefenen? Al deze gegevens verzamel je in een POP. POP staat voor persoonlijk ontwikkelingsplan.
planning en voorbereiding
5
Op te leveren resultaat
• Activiteitenplan / mini-POP
Bronnen • www.leren.nl (zoek op plannen en POP)
12
Competentieontwikkeling bij deze stap In de beoordelingsmonitor vind je de competenties die bij deze stap worden ontwikkeld.
KT2 Werkproces
Nr.
Competenties
1.1 LLB
Benoemt leerdoelen voor de eigen ontwikkeling LLB
J
Formuleren en rapporteren
M Analyseren N Onderzoeken W Gedrevenheid en ambitie tonen
& Activiteiten 2.1 Plant zijn eigen leerproces en voert het uit LLB 1.4 LLB
Q Plannen en organiseren
Activiteitenplan 1 Het activiteitenplan bevat de volgende hoofdstukken: • Voorblad • Opdracht en opdrachtgever • Op te leveren resultaat • Activiteitenplan • Aanwezige kennis en vaardigheden • Te ontwikkelen kennis en vaardigheden • Faciliteiten • Afronding project • Afspraken en begeleiding • Planning 2 In het format wordt aangegeven wat bij de betreffen- de onderdelen moet worden ingevuld. 3 Vul de hoofdstukken zelf in met de informatie die je al hebt gevonden in stap 1. 4 Bekijk de checklist of je niet iets bent vergeten. 5 Bespreek het concept met je coach, voordat je het definitieve plan inlevert. Voorbereiding In deze activiteit voer je de voorbereiding uit. In het activi- teitenplan heb je onder andere de hoofdstukken ingevuld: • activiteiten • aanwezige kennis • te ontwikkelen kennis Ook heb je aangegeven hoe je dit gaat doen.
2.2
13
Evalueren en beoordelen De werkgever controleert de volgende zaken: • Zijn de juiste activiteiten gepland (is er een juiste analyse van de opdracht gemaakt)? • Is de planning correct? • Zijn de juiste prioriteiten gesteld? • Is de gereedschappen en middelenlijst correct? • Zijn de juiste materialen en middelen ingezet? • Is de bestellijst juist? • Is er creatief en innovatief met de opdracht omgegaan?
WERKPROCESSEN EN COMPETENTIES In deze projecttaak worden de volgende werkprocessen en competenties behandeld. Werkproces: 1.1 LLB Benoemt leerdoelen voor de eigen ontwikkeling Competenties: J: Formuleren en rapporteren M: Analyseren N: Onderzoeken W: Gedrevenheid en ambitie tonen
Werkproces: 1.4 LLB Plant zijn eigen leerproces en voert het uit Competenties: Q: Plannen en organiseren
Deze competenties moeten worden beoordeeld en vastgelegd aan de hand van en op de beoordelings- monitor.
TE BEHANDELEN LESSTOF De te behandelende lesstof die de leerling zich eigen moet maken: • Maken van een activiteitenplan • Vastleggen van leerdoelen
AANWIJZINGEN BEGELEIDERS Projectbegeleider/praktijkopleider/vakdocent Door het invullen van een activiteitenplan krijgt de leerling een duidelijk beeld van de te verrichten werkzaamheden. Ook wordt inzichtelijk gemaakt wat de voorkennis en vaardigheden zijn en wat er nog ontwikkeld moet worden. Bespreek het activiteitenplan met de leerling en vul samen met de leerling de beoordelingsmonitor in. De begeleider bepaalt Go/No-Go.
14
ACTIVITEITENPLAN VOOR EEN PROJECTTAAK Beschikbaar op: http://www.consortiumbo.nl/site/Techniek_en_ICT/niveau_3_cgo/downloads.html 0. Voorblad Op het voorblad wordt duidelijk de titel/foto, groepsleden en begeleiders weergegeven. 1. Opdracht en opdrachtgever Omschrijving van de opdracht met een toelichting. 2. Op te leveren resultaat Opsomming van hetgeen aan het eind van het project opgeleverd moet worden of uitgevoerd moet zijn. Vermeld hierbij de opleverdatum. 3. Activiteiten Beschrijf zo gedetailleerd mogelijk de activiteiten van het uitvoeren van de projecttaak en zet deze in een logische volgorde. Benoem per activiteit wie deze uitvoert en wanneer.
Activiteit
Wie
Startdatum Einddatum
4. Aanwezige kennis en vaardigheden Bepaal voor elk teamlid welke kennis en vaardigheden al aanwezig zijn voor het uitvoeren van de projecttaak. 5. Te ontwikkelen kennis en vaardigheden Bepaal welke kennis en vaardigheden nog ontbreken voor uitvoering van het project. Geef aan hoe je denkt deze eigen te maken en hoe je dit als team gaat organiseren (studie, boek, internet, vakinhoudelijke ondersteuning, workshop etc.). Mocht er bijvoorbeeld een workshop nodig zijn dan specifiek aangeven waar deze over moet gaan en wanneer deze gehouden moet worden. Geef eveneens hierbij aan, aan welke competenties je gaat werken.
Kennis/vaardigheid Wie
Informatiebron(nen) Activiteit
Competenties
6. Faciliteiten Geef aan welke faciliteiten je nodig hebt om het project uit te voeren. Geef ook aan van hetgeen niet standaard aanwezig is, hoe je dit gaat organiseren. 7. Controle en evalueren van project Geef aan hoe je de projecttaak gaat controleren en evalueren (demonstratie, presentatie, andere leerlingen inschakelen, benodigde faciliteiten) en hoe je dit gaat organiseren. 8. Afspraken en begeleiding 9. BIJLAGEN activiteitenplan - Planning - Lijst met in te leveren beroepsproducten CHECKLIST ACTIVITEITENPLAN http://www.consortiumbo.nl/site/Techniek_en_ICT/niveau_3_cgo/downloads.html Is het voorblad compleet? F Bevat het de tekst: ‘Activiteitenplan’? F Bevat het de naam van de projecttaak? F Bevat het de naam van de organisatie en opdrachtgever? F Bevat het de plaats en datum? F Bevat het de namen van de auteurs? Lay-out F Is er een inhoudsopgave aanwezig? F Zijn de hoofdstukken genummerd? F Zijn de paginanummers op de bladzijden aanwezig? F Zijn de hoofdstukken goed duidelijk aangegeven? Taalgebruik F Is het activiteitenplan goed te begrijpen? F Is de taal zakelijk? Geen ik, jij, jullie, wij! F Worden er niet te lange zinnen gebruikt? De opdracht F Heeft het project een duidelijke naam? F Is de opdracht duidelijk omschreven? F Is exact duidelijk wat het eindproduct van dit project zal zijn? (Inclusief de eisen die aan het product worden gesteld!) F Is het duidelijk wie de opdrachtgevende organisatie is? F Is het duidelijk wie de opdrachtgever (persoon) is? F Is het duidelijk wie de opdrachtnemende organisatie is? F Is het duidelijk wie de opdrachtnemende persoon (projectleider) is? F Is er eventueel een schriftelijke opdracht aanwezig? De activiteiten F Is er een puntsgewijze opsomming van activiteiten? F Zijn er voldoende activiteiten gedefinieerd? F Zijn er geen activiteiten vergeten? F Zijn de activiteiten gegroepeerd? F Zijn de activiteiten binnen een groep van dezelfde ‘orde van grootte’? F Is het duidelijk welke procedures en voorschriften er worden gehanteerd. F Is het Activiteitenplan zelf ook als activiteit opgenomen? F Is de afhandeling van het project niet vergeten? De producten F Zijn er voldoende producten gedefinieerd? F Is het activiteitenplan ook als product gedefinieerd? F Zijn eventuele belangrijke gebeurtenissen ook als product gedefinieerd? F Zijn ontwerpen, rapporten e.d. niet vergeten? F Is het eindproduct niet vergeten? De planning F Klopt de planning met de activiteiten? F Is de planning realistisch? STAP uitvoering 3 UITVOERING DOEL VAN DE STAP In deze stap ga je de projecttaak uitvoeren. Daarna ga je je eigen werk controleren. Eventuele fouten kun je dan zelf herstellen. Je hebt in de vorige stappen al belangrijke informatie verzameld. Deze ge- bruik je als basis voor de uitvoering van je projecttaak. Mocht je nog vragen hebben of tegen problemen aanlopen, neem dan contact op met je coach of praktijkbegeleider. 5 Op te leveren resultaat • Een uit zichzelf voortbewegend voertuig • Een draaiboek • Een georganiseerde wedstrijd • Een fotoverslag • Een kritische controle van je project 17 Bronnen • http://www.dogfrisbee.nl/wedstrijd- organiseren.htm • http://home.att.net/~rcsailcars/index.htm • https://www.sailingthroughschool.org • http://users.belgacom.net/yvon.masyn/index.htm • http://www.nmia.com/~vrbass/pop-pop/ buildpop.htm • http://en.wikipedia.org/wiki/Pop_pop_boat Competentieontwikkeling bij deze stap In de beoordelingsmonitor vind je de competenties die bij deze stap worden ontwikkeld. KT2 Werkproces Nr. Competenties 2.1 Voorbereiden werkzaamheden E Samenwerken en overleggen K Vakdeskundigheid toepassen Q Plannen en organiseren R Samenwerken en overleggen K Vakdeskundigheid toepassen Q Plannen en organiseren K Vakdeskundigheid toepassen L Materiaal en middelen inzetten E Op de behoeften en verwachtingen van de ‘klant’ richten 2.4 Vaststellen van (omvang van)uit te voeren werkzaam- heden 2.6 Testen en controleren van uitgevoerde werkzaamheden 18 & Activiteiten 3.1 Een uit zichzelf voortbewegend voertuig 1 Bij deze stap ga je het schema van de installatie opstellen. a Teken de elementen op de juiste plaats in een blok- schema. b Codeer de elementen. c Verbind de elementen in ruststand of startpositie met elkaar. d Beschrijf de werking van de installatie. Een draaiboek 1 In deze stap maak je een draaiboek waarin de volgende onderdelen zijn opgenomen: a Welke activiteit worden er ondernomen. b Op welk moment vinden deze activiteiten plaats. c Wie gaan de activiteiten ondernemen. d Verdere actielijst. Een georganiseerde wedstrijd 1 In deze stap organiseer je een wedstrijd. Denk hierbij aan verschillende vormen van wedstrijden. Zo kan er een schoonheidswedstrijd of een snelheidswedstrijd georganiseerd worden. Maar ook kan er gekeken worden naar de projectgroep die de mooiste of beste wedstrijd heeft georganiseerd. 3.2 3.3 3.4 Een fotoverslag 1 Maak van het gehele project een fotoverslag. 3.5 Een kritische controle van je project 1 Je moet je eigen producten onderwerpen aan een kritische controle. Bijvoorbeeld: • Voldoet het product aan de gestelde eisen? • Hoe controleer je dat? • Welk proces heb je doorlopen en wat voor procedures zijn er gebruikt? • Aan wie ben je verantwoording schuldig? • Is de klant tevreden? 19 Evalueren en beoordelen Tijdens deze taak word je beoordeeld op de volgende aspecten: • Is het formulier urenverantwoording correct ingevuld? • Zijn alle punten van de storingen- en wensenlijst meegenomen? • Is er correct en uitgebreid getest? • Is er een juiste analyse van de resultaten gemaakt? • Is er correct geformuleerd en gerapporteerd? • Zijn de juiste prioriteiten gesteld? WERKPROCESSEN EN COMPETENTIES De werkprocessen en competenties die aan bod komen zijn: Werkproces: 2.1 Voorbereiden werkzaamheden Competenties: E Samenwerken en overleggen K Vakdeskundigheid toepassen Q Plannen en organiseren R Op de behoeften en verwachtingen van de ‘klant’ richten Werkproces: 2.4 Vaststellen van (omvang van)uit te voeren werkzaamheden Competenties: E Samenwerken en overleggen K Vakdeskundigheid toepassen Q Plannen en organiseren Werkproces: 2.6 Testen en controleren van uitgevoerde werkzaamheden Competenties: K Vakdeskundigheid toepassen L Materiaal en middelen inzetten Deze competenties moeten worden beoordeeld en vastgelegd aan de hand van en op het beoorde- lingsmonitor. TE BEHANDELEN LESSTOF Tijdens deze stap is er een aantal onderwerpen die de leerling zich eigen moet maken. Vaktechnisch Afhankelijk van het te maken voertuig worden de vaktechnische ondersteuning aangeboden. Informatica • Word. • Excel. Nederlands • Maken van een draaiboek. • Overleg met ‘klant’ en collega’s. • Grammatica en spelling. • Leren Loopbaan en Burgerschap • Visiedocument 20 AANWIJZINGEN BEGELEIDERS Projectbegeleider/praktijkbegeleider/vakdocent: • Invullen van de beoordelingsmonitor. • Zorgt voor de uitvoering van de stap in de werkplaats. • Controleert op voortgang, urenregistratie, netheid, toepassing PBM’s en veiligheidsprocedures. • Gebruik van gereedschap. • Beoordeling van het eindresultaat. • Bepaalt Go/No-Go. 21 STAP 4 OPLEVERING EN EVALUATIE DOEL VAN DE STAP Je levert in deze stap de projecttaak op. Jouw werk wordt beoordeeld en geëvalueerd. Je hebt de projecttaak uitgevoerd. Nu ga je eerst je eigen werk controleren. Eventuele fouten kun je dan zelf herstellen. In deze stap gaan jullie samen met de opdrachtgever kijken of je aan zijn wensen en eisen hebt voldaan. Ook ga je evalueren hoe je hebt gefunctioneerd. Tijdens de laatste fase, het beoordelen en evalueren wordt een krachtig beroep gedaan op jouw kritische houding en reflectievaardigheden. Je producten worden beoordeeld. Je moet kritische vragen over de producten en het doorlopen proces kunnen beantwoorden. Ook vragen over jouw eigen leerproces komen aan bod: • Welke competenties zijn ontwikkeld en op welke manier? • Welke werkwijze past bij jou? • Wat ging er goed of niet zo goed? • Wat zou je een volgende keer veranderen? oplevering en evaluatie Tijdens een eindgesprek wordt de beoordeling vastgelegd in de beoordelingsmonitor. Bronnen • PowerPoint 22 5 Op te leveren resultaat De activiteiten en opdrachten die je in deze stap uitvoert, moet je zorgvuldig uitwerken. De uitwerkingen neem je op in je portfolio. De volgende producten moeten worden ingeleverd: • Beoordelingsmonitor • Bewijsstukken voor het criteriumgericht interview • Bijgewerkt portfolio • Evalueren • Urenverantwoording Competentieontwikkeling bij deze stap In de beoordelingsmonitor vind je de competenties die bij deze stap worden ontwikkeld. KT2 Werkproces Nr. Competenties 3.4 Overdragen aan de klant E Samenwerken en overleggen R Op de behoeften en verwachtingen van de ‘klant’ richten 2.1 LLB Reflecteert op eigen kwaliteiten en motieven D Aandacht en begrip tonen G Relaties bouwen en netwerken M Analyseren N Onderzoeken & Activiteiten 4.1 Invullen beoordelingsmonitor 1 Aan het eind van de projecttaak word je natuurlijk beoordeeld. Dit gebeurt door je docent en je opdrachtgever. 2 Je wordt beoordeeld op de volgende punten: • Heb je de verschillende competenties gehaald? • Zijn alle producten ingeleverd en voldoende? • Heb je je portfolio compleet? • Is de beoordelingsmonitor correct ingevuld? 23 4.2 Bewijsstukken van het criteriumgericht interview 1 Verzamel alle bewijsstukken. 2 Je moet kunnen aantonen dat je de projecttaak goed hebt uitgevoerd. 3 In deze groepsverantwoording moeten de volgende punten aan bod komen. • Inleiding. • Stappen proces van het ontwerp. Bijgewerkt portfolio 1 Na deze projecttaak heb je een aantal producten die je moet verwerken in je portfolio. Hierbij horen onder andere de rapportages en verslagen die je hebt gemaakt. Verder kun je denken aan: foto’s, schema’s en tabellen. Evalueren Je hebt deze projecttaak bijna afgerond. Het is nu tijd om terug te kijken op de uitvoering ervan. Deze laatste stap is een heel leerzame stap. Je kunt de informatie die je hier krijgt, gebruiken om je competenties te verbeteren in een volgende projecttaak. Je gaat met je met de praktijkopleider/BPV-docent/ vakdocent terugkijken op: • hoe je hebt gewerkt • hoe je met de materialen bent omgegaan • of je altijd de juiste oplossingen voor de problemen hebt gekozen • of je volgens de juiste procedures hebt gewerkt. Urenverantwoording Je houdt gedurende deze projecttaak een uren- verantwoording bij. • Hoe de werkzaamheden zijn verlopen. • Welke problemen je bent tegen gekomen. • Welke gereedschappen je hebt gebruikt. 4.3 4.4 4.5 1 Vul het formulier volledig in. 2 Lever het formulier in stap 4 in. 24 FORMULIER URENVERANTWOORDING (Beschikbaar op: http://www.consortiumbo.nl/site/Techniek_en_ICT/niveau_3_cgo/downloads.html) Plaats hier het logo < Gegevens werknemer: Naam nr 0pdrachtgever: Naam Adres PC Telefoon Mobiel Wij bevestigen dat genoemde werknemer nevenstaan- de activiteiten tot tevredenheid voor ons heeft verricht. paraaf Omschrijving probleem / te verrichten werkzaamheden: Lijst gebruikte onderdelen: Urenstaat: (15 min=0,25 uur, 30 min = 0,5 uur, 45 min = 0,75 uur) Datum Van Tot Gewerkte uren Gereden km Omschrijving verrichte werk- zaamheden Totaal gewerkte uren WERKPROCESSEN EN COMPETENTIES In deze projecttaak worden de volgende werkprocessen en competenties behandeld. Werkproces: 2.6 Testen en controleren van de uitgevoerde werkzaamheden Competenties: K: Vakdeskundigheid toepassen L: Materialen en middelen inzetten Werkproces: 2.1 LLB Reflecteert op eigen kwaliteiten en motieven Competenties: D: Aandacht en begrip tonen G: Relaties bouwen en netwerken M: Analyseren N: Onderzoeken Deze competenties moeten worden beoordeeld en vastgelegd aan de hand van en op de beoordelings- monitor. TE BEHANDELEN LESSTOF Nederlands/LLB • Voeren van een interview/functioneringsgesprek • Verantwoorden eigen werk • Verantwoorden werken met collega’s • Verantwoorden project • Presentatie • http://www.wwwsoft.be/powerpointxp.pdf • http://office.microsoft.com/nl-nl/powerpoint/CH062556181043.aspx: AANWIJZINGEN BEGELEIDERS Projectbegeleider/praktijkbegeleider/vakdocent • Plannen van een verslag beoordeling • Het houden van een criteriumgericht interview • Voeren van een evaluatiegesprek • Vaststellen van de leerdoelen • Invullen van de beoordelingsmonitor. • Bepaalt Go-No-Go. 26 Toelichting: Beoordelen Inleiding Hieronder vindt u een toelichting op het beoordelen in de taken. Er wordt een korte toelichting gegeven op: • Beoordelingsmonitor • Competentiescoretabel • Betekenis r-p-t • Verwachte score • Beoordelingsvormen • Complexiteit • Criteriumgericht interview • Eindpresentatie • Portfolio Beoordelingsmonitor Bij elke beroepstaak is een beoordelingsmonitor. In die monitor wordt elk in te leveren beroepsproduct gekoppeld aan een werkproces. Bij een werkproces horen een aantal competenties, ook die compe- tenties staan aangegeven. De Excelversie van deze monitor is te downloaden via de site www.consortiumbo.nl, onderdeel bestellen, nadat u bent ingelogd. Bij elk beroepsproduct in de monitor wordt vermeld: • de werkvorm (individueel, projectgroep, groep (2)) • de beoordelingsvorm (eindpresentatie, criteriumgericht interview, functioneringsgesprek, kennistoets, vaardigheidstoets, peer- of selfassessment) • de beoordelaars (vakdocent, projectbegeleider, leden projectgroep, student, externe deskundigen en later ook de praktijkbegeleider) De monitor vormt een goede onderlegger bij de uiteindelijke beoordeling van de competentieontwik- keling. Vanuit alles wat beoordeeld en waargenomen is, zal aan het einde van deze taak de competen- tiescoretabel worden ingevuld. De totaal ingevulde monitor kun je ook in een portfolio plaatsen als bewijs van wat je allemaal hebt gedaan. Beoordelingsvormen oc : Ontwikkelingsgerichte controle kt : Diagnostische kennistoets vt : Diagnostische vaardigheidstoets ci : Criteriumgericht interview pr : Presentatie ep : Eindpresentatie fb : 360° feedback eg : (groeps) Evaluatiegesprek fg : Functioneringsgesprek In de afgedrukte beoordelingsmonitor van deze taak zijn de beoordelaars opgenomen zoals de ontwikkelaars voorstellen. Voel u vrij deze naar eigen inzichten aan te passen. Per beroepsproduct kunnen beoordelaars een v of een cijfer invullen als een product aan de eisen voldoet en per fase kan de trajectbegeleider een GO of NO-GO aangeven. Betekenis van r-p-t r staat voor reproductief gedrag Je voert onder begeleiding een taak uit. Die taak voer je uit volgens voorschrift en standaardprocedures. Hierbij heb je vaak instructie of een rolmodel nodig. Je verwerft kennis en vaardigheden. Je ontwikkelt een passende (beroeps)houding. 27 p staat voor productief gedrag Je voert deels op eigen initiatief een taak uit. Je lost problemen hierin creatief op. Je bedenkt oplossingen voor nieuwe problemen. Je vraagt advies of de nieuwe oplossingen ook juiste oplossingen zijn. Dit betekent dat je minder structuur nodig hebt om zelfstandig activiteiten te onder- nemen. Je laat zien dat je inzicht hebt en kennis en vaardigheden kunt toepassen. Je bent actief. t staat voor transfer gedrag Je voert binnen zeer uiteenlopende beroepssituaties je taken zelfstandig uit. Je bent in staat kennis, houding en vaardigheden hierin toe te passen. Je ziet verbanden en kunt dit uitleggen. Je bent proactief. Je oplossingen zijn origineel en deskundig binnen de grenzen van je beroep. Verwachte score In de kolom verwachte score van de monitor geeft u zelf aan welk gedrag u van een student verwacht. Is dit in het materiaal niet vastgesteld dan kunt u dit zelf vastleggen. Het is denkbaar dat u voor een aantal competenties aan het begin van de opleiding nog reproductief gedrag verwacht, terwijl u aan het einde van de opleiding mogelijk productief gedrag verwacht. Meer achtergrondinformatie vindt u in het visiedocument ‘Evalueren, Beoordelen en Kwalificeren van Competentieontwikkeling’ van Stichting Consortium Beroepsonderwijs waarvan de nieuwste versie is te downloaden via de site www.consortiumbo.nl. In de kolom ‘resultaat r-p-t’ kan elke beoordelaar een score aangeven. In de kolom opmerkingen kan elke beoordelaar aantekeningen maken over het gedrag van een student. Alleen heel opvallend ge- drag, zowel in positieve als in negatieve zin, wordt vastgelegd. Als de verwachte score en de score van de student worden ingevuld met kleine letters gaan we ervan uit dat het een ontwikkelscore is. Als er hoofdletters worden gebruikt gaan we ervan uit dat het om een kwalificerende score gaat. Competentiescoretabel Aan het einde van deze leereenheid, werkperiode of dit project wordt het de competentiescoretabel ingevuld. Hierop kan de leerling zien hoe gedurende de hele periode is gefunctioneerd wat betreft de ontwikkeling van je competenties. De monitor zal hiervoor een belangrijke input zijn. Je scoort competenties altijd in relatie met werkprocessen. Het gaat erom dat een student een werk- proces ‘naar verwachting’ uitvoert. Om zijn competentieontwikkeling te kunnen volgen heeft Stichting Consortium Beroepsonderwijs een scoretabel ontwikkeld waarin via prognoses op gedrag (r-p-t) geke- ken wordt of een student zijn competenties goed ontwikkeld. Complexiteit: A-B-C-D Docenten en begeleiders zullen in overleg met de leerlingen aangeven de beroepstaak in complexiteit A, B, C of D- uitvoert. Het is duidelijk dat in het begin veel sturing en begeleiding meegegeven wordt. Aan het einde van de opleiding moet de leerling functioneren als beginnend beroepsbeoefenaar. Criteriumgericht interview Een criteriumgericht interview is een gestructureerde manier van vragen naar specifiek gedrag, dat tevoren als relevant is vastgesteld. Criteriumgericht interviewen is vragen naar gedrag dat een kandi- daat in het verleden in specifieke situaties heeft vertoond en op die manier voorspellen welk gedrag de kandidaat in soortgelijke situaties in de toekomst zal tonen. Om te bepalen welke competenties de kandidaat in welke mate beheerst is een criteriumgericht inter- view volgens het STARR-model zeer geschikt. De criteria die u met dit instrument meet zijn de com- petenties met indicatoren die ook al bij het selfassessment en de portfolio zijn gebruikt. 28 STARR-model STARR = Situatie, Taak, Actie, Resultaat, Reflectie. Via het STARR model komen de volgende aspecten aan de orde: S Situatie U vraagt de kandidaat een bepaalde situatie te beschrijven, waarin een bepaalde competentie werd verlangd. De functie van de vraag is de context en complexiteit van de situatie in beeld te krijgen. T Taak U vraagt de kandidaat te beschrijven welke taak of rol hij hierbij had. U kunt hier achterhalen welke doelen de kandidaat zich gesteld heeft en welke verantwoordelijkheid de kandidaat had. A Actie U vraagt de kandidaat welke actie hij ondernam. Dit beschrijft hij in concrete gedragingen. Dit is de meest belangrijke vraag. Let op antwoorden in de "wij"-vorm i.p.v. de "ik"-vorm. Het gaat nl. om de actie van de kandidaat zelf. Stuur dus op de "ik"- vorm. R Resul- taat U vraagt wat het resultaat was. Deze vraag geeft aan hoe effectief de actie van de kandidaat was. R Reflectie U vraagt hoe hij hierop terugkijkt? En eventueel of hij het gegeven voorbeeld kan verplaatsen naar een andere situatie / context: de transfer. Deze vraag geeft aan of de kandidaat kan leren van zijn handelen. Eindpresentatie De leerling legt uit in een presentatie of demonstratie hoe het proces is verlopen en het product tot stand is gekomen. Hier kan gebruik gemaakt worden van allerlei hulpmiddelen. Portfolio Een portfolio is (digitale of papieren) map met daarin een verzameling van producten, verslagen en (zelf)beoordelingen, zoals in de taak aangegeven. In het portfolio wordt beeld gegeven van de leerling en zijn competenties. In het beoordelingsgesprek worden de resultaten, beoordelingsmonitor aan de hand van het portfolio besproken. 29 Evaluatieformulier – Apart exemplaar invullen door werknemer en leidinggevende Naam werknemer: Naam leidinggevende: Competentie Vol- doen- de Onvol- doende Opm. Formuleren en rapporte- ren Materialen en middelen in- zetten Zijn de onderhouds-, test- en beveiligings- werkzaamheden volledig en nauwkeurig gerapporteerd? Is de juiste keuze gemaakt voor de te gebruiken methoden, materialen, midde- len en gereedschappen? Analyseren Kan de leerling oplossingen voor problemen bedenken? De juiste conclusies trekken? De juiste verbanden leggen? Creëren en innoveren Doet de leerling uit zichzelf verbetervoor- stellen aan de leidinggevende zodat de werkwijze geoptimaliseerd wordt? Voert de leerling op ordelijke en systema- tische wijze preventieve onderhouds-, test- en beveiligingswerkzaamheden uit? Houdt de leerling zich aan onderhouds-, test- en beveiligingsprocedures? Gebruikt de leerling de benodigde onder- delen, componenten, hulpmiddelen en gereedschappen zodanig dat de normen, Arbo-, veiligheids- en milieuvoorschriften opgevolgd worden? Datum: Kwaliteit leveren Instructies en procedures opvolgen Plaats: 30 BIJLAGE 1 BEOORDELINGSMONITOR Te downloaden via de bestelsite www.consortiumbo.nl. verwachte score zelf collega leermeester instructeur vakdocent trajectbegeleider Beoordelaars go/no-go Stap 2 Planning en voorbereiding J Formuleren en rapporteren r Activiteitenplan / mini-POP IND E pro/pra M Analyseren r N Onderzoeken r Plant zijn eigen leerproces en voert het uit LLB Een uit zichzelf voortbewegend voertuig PG EP pro/pra K Vakdeskundigheid toepassen r Een draaiboek PG F v/n Q Plannen en organiseren r Een georganiseerde wedstrijd PG EP pro/l R Op de behoeften en verwachtingen van de 'klant' richten r Een fotoverslag PG EP v/pra 2.6 Vaststellen van (omvang van)uit te voeren werkzaamheden 3.4 Verslag Kennismaking BGL IND F pro Uitwerking schema 'Zoek de verschillen' IND F pro Productanalyse E Samenwerken en overleggen r Producten IND F pro K Vakdeskundigheid toepassen r Begrippenlijst IND F pro Q Plannen en organiseren r Wedstrijdorganisatie schema PG F pro/n Gereedschappen en middelen IND F pra 1.4 LLB Benoemt leerdoelen voor de eigen ontwikkeling 1.1 LLB 2.1 Voorbereiden werkzaamheden R Op de behoeften en verwachtingen van de 'klant' richten r E Samenwerken en overleggen r K Vakdeskundigheid toepassen r Q Plannen en organiseren r K Vakdeskundigheid toepassen r L Materiaal en middelen inzetten r go/no-go Stap 4 Oplevering en evaluatie E Samenwerken en overleggen r Beoordelingsmonitor IND F v/pro Overdragen aan de klant 2.1 LLB Reflecteert op eigen klaliteiten en motieven R Op de behoeften en verwachtingen van de 'klant' richten r Bewijsstukken voor het criteriumgericht interview. IND F v/pro D Aandacht en begrip tonen r Bijgewerkt portfolio IND F pro/n G Relaties bouwen en netwerken r Evalueren. IND F v/pro M Analyseren r Urenverantwoording PG F pro N Onderzoeken r go/no-go W Gedrevenheid en ambitie tonen r Q Plannen en organiseren r go/no-go Stap 3 Uitvoering E Samenwerken en overleggen r Voorbereiden werkzaamheden 2.1 2.4 R-P-T Kerntaak Werkproces kerntaak nr. Competenties BEOORDELING Testen en controleren van uitgevoerde werkzaamheden GO / NO-GO BPV v op produkten beoordelaars werkvorm beoordelings- vorm LEERLING: Een kritische controle van je project PG F pro/l Stap 1 Oriëntatie Introductietaak Monitor Complexiteitsniveau 31 BIJLAGE 2 PROJECTTAAKPLANNER 32 PROJECTTAKEN NIVEAU 3 Voor de studierichting Service apparatuur en installaties worden projecttaken voor niveau 3 ontwikkeld. De projecttaken zijn tot stand gekomen onder verantwoordelijkheid van Stichting Consortium Beroepsonderwijs. Basisdocument 1 Introductietaak 2 Elektromotor vervangen 3 Reviseren van appendages 4 Reviseren van pomp 5 Hydrauliek cilinders 6 Pneumatische installatie 7 Lekkende leiding 8 Procesbesturing 9 Aandrijftechnieken 10 BPV in bedrijf 11 Bekabeling 69337068 Bestelnummer 006WTBPT0005
Made with FlippingBook