14ICT2MIBT1S
Bijlage 5 Het reflectieverslag
Bij het maken van je persoonlijke reflectieverslag kunnen de onderstaande vragen mogelijk helpen. Geef geen antwoord van één of twee woorden, maar schrijf volledige zinnen. Het verslag wordt besproken tijdens het eindgesprek.
Projectmatig werken
Wat vond je van de beroepstaak?
Interessant, saai of iets anders?
Kunnen plannen van eigen werkzaamheden
Hoe ging je om met zaken die je niet begreep of die niet duidelijk waren? Wat ging er goed, wat niet? Had je alles op tijd af?
Wist je altijd wat er gedaan moest worden?
Was de gemaakte planning overzichtelijk en realistisch?
Werkbonnen maken Hoe ging het verzamelen van informatie over vragen op de werkbonnen?
Hoe heb je dat gedaan? Wat heb je er van geleerd? Hoe heb je dat gedaan? Wat kon er beter? Wat heb je er van geleerd?
Hoe ging het uitvoeren van de werkbonnen in het algemeen?
28
Welke werkbonnen vond je eenvoudig?
Wat vond je eenvoudig, wat ging er goed?
Wat vond je precies moeilijk? Hoe heb je de problemen aangepakt om tot een oplossing te komen?
Welke werkbonnen vond je lastig?
Kun je een klant vertellen welke onderdelen hij nodig heeft in een pc? Leg uit.
Weet je voldoende van hardware om in de toekomst pc’s te bouwen? Leg uit. Kun jij op professionele wijze een computer demonteren en data vernietigen? Leg uit. Persoonlijk/Competenties
Bijvoorbeeld: plannen, organiseren, samenwerken, schrijven, vakmatige zaken. Bijvoorbeeld: plannen, organiseren, samenwerken, schrijven, vakmatige zaken. Welke competenties beheers je voldoende in deze beroepstaak? Welke competenties moet je nog verder ontwikkelen?
Wat zijn je sterke punten?
Wat zijn zaken die je nog moet leren?
Competenties J. Formuleren en rapporteren K. Vakdeskundigheid toepassen L. Materialen en middelen inzetten S. Kwaliteit leveren T. Instructies en procedures opvolgen
Communiceren
Hoe ging het beantwoorden van de vragen bij de werkbonnen?
Makkelijk, moeilijk?
Ja, nee? Wat gaat er goed? Wat gaat er minder goed? Als je problemen had, kon je die dan goed uitleggen aan anderen zodat ze je konden helpen?
Was je Nederlands altijd correct?
Hoe ging het overleggen met je medestudenten, docenten?
Made with FlippingBook