14ZW4AAFB2
3
Uitvoeren
De competenties uit deze beroepsprestatie worden beoordeeld met behulp van de voortgangsbeoordelingslijst. De beoordelingsvormen zijn: gedragsbeoordeling en/of specifieke bewijsstukken. Maak hierover afspraken met je begeleider(s).
Opdrachten
A. Praktijkuitvoering Voer gedurende tenminste vier dagdelen recepten in het AIS (= apotheekinformatiesysteem) van de (simulatie)apotheek in, waarbij je let op therapietrouw en medicatiebewaking. Bij een eenvoudig medicatiebewakingssignaal of twijfel over therapietrouw verzamel je relevante patiëntgegevens en zoek je zelfstandig de achtergrondinformatie op. Je voert overleg met de cliënt, collega, apotheker en/of behandelaar. Jouw voorstel voor de vervolgstappen bespreek je met je (praktijk)begeleider. Je handelt (onder toezicht) zelfstandig de eenvoudige medicatiebewakingssignalen af. Achteraf verwerk je de afhandeling van het signaal in het AIS. De voorgeschreven producten maak je klaar en lever je af aan cliënten met de benodigde schriftelijke en mondelinge informatie waarbij je actief de therapietrouw bevordert. Opmerking: De te complexe signalen worden overgenomen door een collega. De volgende onderdelen komen in ieder geval aan bod: • invoeren in het AIS van bereide geneesmiddelen op recept • controleren van doseringen • signaleren van over- en onderconsumptie • recept aanpassen n.a.v. toepassen van (preferentie)beleid en afhandeling medicatiebewaking • VTGM* van voorgeschreven producten. * Bij het VTGM (Voor Toediening Gereed Maken) van geneesmiddelen gaat het hier om geneesmiddelen die alleen na toevoeging van een hulpstof (bv. water) kunnen worden toegediend aan de cliënt. Dus niet om bereiding van geneesmiddelen. Een voorbeeld van VTGM is het aanmaken van een antibioticadrank. B. Overzicht ‘Top Vijf Medicatiebegeleiding’ Maak een overzicht van een top vijf m.b.t. medicatiebegeleiding om therapietrouw te bevorderen. Verwerk: • geneesmiddelgroepen met voorbeeld waarbij over- of onderconsumptie het meest voorkomt • achterliggende oorzaken • mogelijke risico’s van over- en onderconsumptie • de hulpmiddelen en/of ICT-mogelijkheden die voor alle partijen ter beschikking staan om therapietrouw te bevorderen • hoe de voorschrijver bij over- of onderconsumptie en therapietrouw wordt betrokken • hoe de cliënt gestimuleerd wordt om therapietrouw te zijn. Gedragsbeoordeling: WP 1.2 E, K en WP 1.3 K, S, T en WP 1.5 E, I, L, R en WP 3.4 J
Overzicht: WP 1.2 E, K en WP 1.5 I, L
7
Fase 2
Apothekersassistent
Made with FlippingBook