14ZW4PWCW
Competentie H: Overtuigen en beïnvloeden
Werkprocessen:
1.1 Inventariseert de situatie en de wensen van het kind/de jongere (BP 1.4, BP 2.4) Componenten: ideeën en meningen naar voren brengen en onderbouwen Eindgedrag: Je onderbouwt en verdedigt de (mede) door jou genomen beslissing tot het wel of niet plaatsen van het kind/de jongere in de opvang, zodat duidelijk is waarom het kind/de jongere wel of niet in de opvang kan worden geplaatst.
3.6 Voert beleidsmatige taken uit (BP 2.2, BP 3.2) Componenten: ideeën en meningen naar voren brengen en onderbouwen Eindgedrag: Je neemt een duidelijk standpunt in bij jouw voorstellen tot beleid/beleidswijzigingen. Je onderbouwt dit met steekhoudende argumenten. Je stemt het beleid af op de specifieke situatie van de organisatie/vestiging.
Kennis. Je kent
Vaardigheden. Je kunt
Houding. Je bent
• • methoden van gegevensverzameling • • de regels van de Nederlandse taal (spreken, lezen, schrijven en taalverzorging 3F) • • gesprekstechnieken • • vergadertechnieken • • vakliteratuur • • algemene wet- en regelgeving
• • observeren • • signaleren • • gemaakte besluiten onderbouwen met argumenten • • een gesprek voeren • • motiveren • • een duidelijk standpunt innemen
• • accuraat • • zorgvuldig • • betrouwbaar • • respectvol • • weerbaar • • concreet en duidelijk • • communicatief • • zelfverzekerd
• • reflecteren • • rapporteren
• • ...............................................
• • .......................................................
• • ...................
12
Zorg & Welzijn serie 2014
Made with FlippingBook