14ZW4VPCW

Competentie L: Materialen en middelen inzetten

Werkprocessen:

1.6 Geeft voorlichting, advies en instructie (BP 1.2, BP 2.4, BP 2.7) Componenten: geschikte materialen en middelen kiezen Eindgedrag: Je geeft voorlichting en advies ten behoeve van het behouden of vergroten van de zelfstandigheid van de zorgvrager(s) en gericht op de mogelijkheden om met een ziekte of beperkingen om te gaan. Je geeft o.a. (aanvullende) voorlichting over ziekten, onderzoeken, behandelmethoden, therapieën, gezonde levensstijl, handicaps, hulpmiddelen en financieringsvraagstukken. Je geeft ook voorlichting aan groepen. Je instrueert zonodig de zorgvrager(s) en eventueel de naasten een 1.7 Ondersteunt bij wonen en huishouden (VZ BP 1.4 is facultatief voor VP) (VZ BP 1.4) Componenten: materialen en middelen doeltreffend gebruiken, materialen en middelen doelmatig gebruiken, goed zorgdragen voor materialen en middelen Eindgedrag: Je ondersteunt de zorgvrager bij persoonlijke verzorging, bijvoorbeeld bij eten en drinken, uitscheiding, mobiliteit en waak- en slaapritme. Je observeert en signaleert continu veranderingen en bewaakt hiermee de gezondheidstoestand en het welbevinden. Je past continu risicosignalering toe om zorg te dragen voor de veiligheid van de zorgvrager. Je rapporteert de bevindingen aan betrokken deskundigen en zet zo nodig vervolgstappen in gang. In de KZ verzorg je ook de pasgeborene en geeft hulp bij borst- of flesvoeding. In de VVT, GHZ en GGZ bied je in voorkomende gevallen terminale zorg en ondersteuning, en voorkomt daarbij zoveel mogelijk (bed)complicaties en ongemakken. Je schakelt deskundigen in als een zorgvrager is overleden. Je zorgt voor een eerste opvang van naasten. 1.3 Voert verpleegtechnische handelingen uit (BP 2.4) Componenten: materialen en middelen doeltreffend gebruiken, materialen en middelen doelmatig gebruiken Eindgedrag: Je voert in het kader van de individuele gezondheidszorg verpleegtechnische handelingen – waaronder voorbehouden en risicovolle handelingen - uit in opdracht van een arts. Je voert verpleegtechnische handelingen uit zoals beschreven in de matrix (blz. 26 e.v. Kwalificatiedossier Mbo-Verpleegkunde) bij de toelichting op werkproces 1.3. Je houdt rekening met de specifieke context van de zorgvrager. Kennis. Je kent Vaardigheden. Je kunt Houding. Je bent handeling uit te voeren of een hulpmiddel te gebruiken. Je checkt of de informatie en/of instructie begrepen is.

• • de verschillende materialen, middelen en vormen van boekhouden, o.a. bijhouden en verantwoorden van financiën • • het begrip budgettering • • de begrippen duurzaamheid, milieubewust en kostenbewust • • methoden voor middelen- en materiaalbeheer • • de wegen om aan hulpmiddelen te komen • • de verschillende manieren om roosters en planningen te maken

• • benodigde materialen en middelen kiezen • • materialen en middelen doelmatig en efficiënt gebruiken • • apparatuur, materialen, middelen en meetinstrumenten effectief gebruiken • • doelgericht en kostenbewust omgaan met inzet van (hulp)middelen en menskracht • • beschikbare middelen duurzaam en vindingrijk aanwenden binnen de bestaande mogelijkheden • • jouw handelingen in financiële termen en vice versa vertalen • • financiële verantwoording afleggen

• • consequent • • netjes • • precies • • coöperatief • • zorgvuldig • • duidelijk • • betrouwbaar • • kostenbewust • • milieubewust

• • ...................

34

Zorg & Welzijn serie 2014

Made with