14ZW4VPCW

Competentie M: Analyseren (vervolg)

Kennis. Je kent

Vaardigheden. Je kunt

Houding. Je bent

• • de verschillende manieren van • • systematisch gegevens verzamelen • • de verschillende methoden om problemen te signaleren • • de verschillende methoden om te analyseren • • de verschillende verpleegkundige interventies • • de resultaten van verpleegkundig wetenschappelijk onderzoek • • de verschillende gedragsdeterminanten • • de verschillende vormen van evaluatie • • de verschillende vormen van reflecteren o.a.: de STARRT-methode • • de gezondheidspatronen van M. Gordon en andere verpleegkundige classificatiesystemen • • het ICF-model • • DSMIV-TR • • verschillende classificatiesystemen voor verstandelijke beperkingen • • verschillende vormen van (patiënten) dossiers (bijvoorbeeld EPD)

• • denken in oorzaak en gevolg • • hoofdzaken uit de resultaten van de evaluatie van de zorgverlening halen • • manieren vinden om (verpleeg)problemen op te lossen • • de juiste zorg-, begeleidings- en activeringsdoelen opstellen en hierbij geschikte activiteiten/interventies kiezen • • feedback ontvangen en op constructieve wijze geven • • kenbaar maken wat jouw kwaliteiten, grenzen en valkuilen zijn • • ordening aanbrengen in verkregen gegevens en deze analyseren, interpreteren en op relevantie en juistheid beoordelen • • afwijkende signalen bij de zorgvragers tijdens de verzorging opmerken • • gedragsveranderingen en veranderingen in de lichamelijke en psychosociale conditie bij een zorgvrager herkennen • • jouw handelen en gedrag bijstellen op basis van de verkregen en geanalyseerde gegevens • • voor oplossingen of werkwijzen over de grenzen van jouw eigen vakgebied kijken • • juiste inschattingen maken van de gevolgen van jouw handelen voor de zorgvrager zelf, voor zijn omgeving en voor jou zelf als verpleegkundige • • nagaan wat de oorzaak is van het gedrag en gebruik kennis en inzicht om gedragsproblemen en lastige en/of crisissituaties in het vervolg voorkomen • • open staan voor feedback van de zorgvrager en zijn mantelzorger en/of naasten

• • inventief

• • ...................

• • ...............................................

• • .......................................................

38

Zorg & Welzijn serie 2014