14ZW4VPCW

Competentie T: Instructies en procedures opvolgen (vervolg)

Kennis. Je kent

Vaardigheden. Je kunt

Houding. Je bent

• • de oorzaken, verschijnselen en gevolgen van gezondheidsklachten, veel voorkomende ziektebeelden of stoornissen, beperkingen en functioneringsproblematiek van de zorgvragers binnen je branche/BPV • • de lichamelijke, psychische en sociale gevolgen van behandeling, therapie, onderzoek of chirurgische ingreep • • de gezondheidstoestand van de zorgvragers binnen je branche/BPV • • de behandeling en (medicatie)therapieën en de achtergronden zoals het levensverhaal resp. voorgeschiedenis van de zorgvragers binnen je branche/BPV • • algemene beginselen van gedragswetenschappen, sociologie en psychologie • • het sociale netwerk van de zorgvrager • • de theorie over de basiszorg • • de theorie over bedcomplicaties • • de observatie- en signaleringstechnieken • • de specifieke kenmerken van palliatief terminale zorg • • theorie rondom stervensbegeleiding • • theorie rondom rouwverwerking • • de werkzaamheden m.b.t. de (palliatieve) zorgverlening • • verschillende communicatietechnieken • • het cyclisch proces van monitoren • • het verpleegproces • • het verpleegdossier • • hulpmiddelen bij het formuleren van de verpleegkundige diagnose, het verpleegprobleem, het verpleegdoel en de planning • • verschillende evaluatievormen • • verpleegtheorieën • • rapportagesystemen • • de risicosignalen ten behoeve van de veiligheid van de zorgvrager en zijn omgeving • • systemen van risicosignalering • • de EHBO • • de gevaarscriteria

• • verpleegkundige zorg verlenen die is afgestemd op de specifieke behoeften van de zorgvragers binnen je branche/ BPV met midden- en hoogcomplexe zorgproblematiek • • collega’s, mantelzorger/naasten, wettelijk vertegenwoordiger, vrijwilligers en andere disciplines tijdig inschakelen en actief bij de zorg betrekken • • een functionele samenwerkingsrelatie hebben met een zorgvrager en met diens naasten • • het element van beroepshouding ‘respect tonen voor de zorgvrager’ integreren bij de uitvoering van de eigen taken • • 24-uurs zorg leveren • • voortdurend veranderingen in de gezondheidstoestand en het welbevinden van de zorgvrager monitoren • • observatietechnieken effectief toepassen • • observatiegegevens rapporteren in de beschikbare informatiesystemen • • de zorg afstemmen met betrokkenen en verwerken in het verpleegplan • • EHBO toepassen • • reageren op de risicosignalen ten behoeve van de veiligheid van de zorgvrager en zijn omgeving • • vaardigheden toepassen ten behoeve van de palliatief terminale zorg • • ondersteunen van zorgvragers in het rouwproces • • verwijzen naar andere hulporganisaties en lotgenotencontacten • • nagaan wat de oorzaak is van het gedrag en gebruik maken van je kennis en inzicht om gedragsproblemen en lastige en/of crisissituaties in het vervolg voorkomen • • conflicten hanteren • • bij onverwachte en risicovolle (crisis)situaties adequaat reageren • • je kennis en inzicht inzetten om gedragsproblemen en lastige en/ of crisissituaties in het vervolg te verminderen en zo mogelijk voorkomen • • reflecteren op je handelen in onvoorziene en crisissituaties

• • zelfbewust • • kritisch • • reflectief • • tolerant

• • geïnteresseerd • • professioneel • • daadkrachtig • • gemotiveerd • • loyaal • • trouw aan procedures • • correct • • zorgvuldig

• • ...................

46

Zorg & Welzijn serie 2014

Made with