Allemaal Uitblinkers KNVB F-PUPILLEN
‘Zo even drinken, jongens.’ Terwijl de spelers bidons met limonade uit een kratje pakken, wijst Lex ze alvast op de volgende oefenvorm. ‘Zien jullie dat blauwe veldje daar verderop? Daar spelen we zometeen twee tegen twee. Eerst Luna en Borre tegen Daan en Paul. Jullie moeten twee doeltjes verdedigen. Maar jullie kunnen ook scoren in twee doeltjes. Pak zo snel mogelijk de bal af, anders schieten ze hem in het andere doeltje. Het is best wel een breed veld, zien jullie dat? Als je goed vrijloopt, kun je makkelijk de bal krijgen. Nog snel een slokkie, dan gaan we beginnen.’ Machinaal stellen Luna en Borre zich ieder recht voor een doeltje op. Bij de tegenpartij doet Daan hetzelfde. In zijn eentje zwerft Paul met de bal over het enorme veld. ‘Wel helpen, Daan’, zegt Paul. Daan maakt zich aanspeelbaar, prompt valt er een doelpunt. Dat maakt Borre nog voorzichtiger. Vanaf zijn doel trapt hij de bal hard weg. ‘Borre niet te snel schieten!’, zegt Lex. ‘Dribbelen is beter.’ Behoedzaam loopt Borre naar voren. Luna wijkt nog altijd niet van haar positie voor het doeltje, maar ze ziet wel Borre vrijlopen. Tegen de regels in pakt ze de bal in haar handen, gooit ‘m over de tegenpartij heen naar haar medespeler. Die scoort. Ze lijkt heel tevreden met zichzelf. ‘Luna, niet gooien! Je bent vliegende keep hè!’ Dan probeert Luna het van afstand. Nog steeds postend voor haar doeltje wordt ze aangespeeld. In een keer schiet ze op doel. Hoog over. ‘Luna, weet je nog? Eerst stilleggen, dan schieten.’ Als de bal over de zijlijn rolt, wil Luna ingooien. ‘Luna, niet gooien, indribbelen!’ Het valt Lex op dat het spel zich geheel afspeelt tussen twee tegenover elkaar liggende doeltjes. ‘Jullie vergeten die twee andere doeltjes helemaal!’
Borre kijkt ongelovig naar Lex. ‘Mag ik daar ook schieten?’
F-pupillen | 187
Made with FlippingBook