CZW20120022
STARRT
Wat is kenmerkend aan de situatie ? • Waar en wanneer was het? • Wie waren erbij?
• Welkemiddelen/materialen had je tot je beschikking? • Welke onverwachte gebeurtenissen deden zich voor?
Hoe ga je dit toepassen ? • Wat ga je in de toekomst veranderen?
Wat was je taak ? • Welk doel wilde je bereiken? • Welke rol had je? • Welke verantwoordelijkheid/ bevoegdheid had je?
Welke acties heb je ondernomen? • Hoe heb je het aangepakt? • Welkemiddelen enmaterialen heb je hierbij gebruikt? • Wat dacht je en voelde je hierbij? • Met welke bedoeling heb je zo gehandeld?
Welke reflectie levert dit op? • Waar ben je trots op? • Wat wil je verbeteren?
Wat was het resultaat ? • Hoe zag het resultaat eruit? • Welke feedback heb je gekregen van klant, collega’s, leidinggevende?
34
VERPLEEGKUNDIGE 4 - Fase 1, 2 EN 3
Made with FlippingBook