CZW20120035

Competentie K: Vakdeskundigheid toepassen

Werkprocessen:

1.3 Specificeert het plan van aanpak tot een activiteitenplan (BP 1.1, BP 3.4, Proeve fase 3) Componenten: vakspecifieke mentale vermogens aanwenden Eindgedrag: Je maakt een keuze voor bepaalde activiteiten en begeleidingsvormen op basis van verzamelde gegevens. Je maakt een keuze voor bepaalde activiteiten en begeleidingsvormen op basis van je kennis met betrekking tot activiteitenbegeleiding. 2.1 Ondersteunt de cliënt bij de persoonlijke verzorging (BP 1.4, Proeve fase 2) Componenten: vakspecifieke manuele vaardigheden aanwenden Eindgedrag: Je voert de benodigde handelingen binnen de persoonlijke verzorging snel en accuraat uit. Je werkt volgens ergonomische voorschriften. 2.5 Ondersteunt de cliënt bij het voeren van de regie over zijn leven (BP 3.3, Proeve fase 3) Componenten: vakspecifieke mentale vermogens aanwenden, expertise delen Eindgedrag: Je past gesprekstechnieken en begeleidingsmethodieken toe. Je draagt relevante onderdelen van je expertise over aan betrokkenen. Je stimuleert de cliënt en andere betrokkenen in actie te komen om de cliënt zoveel mogelijk de regie over zijn leven te laten voeren. 2.6 Ondersteunt het sociale systeem (BP 2.4, Proeve fase 2, BP 3.3, Proeve fase 3) Componenten: expertise delen Eindgedrag: Je draagt je expertise met betrekking tot de aanpak en begeleiding van de cliënt over aan het sociale netwerk. Je draagt je kennis over het ‘ziektebeeld’ van de cliënt over aan het sociale netwerk. 2.7 Voert verpleegtechnische handelingen uit (alleen voor PBGZ) (PB 2.5, Proeve fase 2) Componenten: vakspecifieke manuele vaardigheden aanwenden, vakspecifieke mentale vermogens aanwenden Eindgedrag: Je handelt en rekent accuraat. Je vormt je snel een beeld van de lichamelijke en psychische gesteldheid van de cliënt. Je merkt angst of weerstand bij de cliënt op.

Je voert verpleegtechnische handelingen volgens professionele normen uit. Je neemt, binnen de gestelde kaders, op tijd de nodige beslissingen. Je schakelt zo nodig de arts (of leidinggevende) in.

3.1 Werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep (BP 2.4, Proeve fase 2, BP 3.2, Proeve fase 3) Componenten: expertise delen Eindgedrag: Je houdt je vakkennis en vaardigheden op het gewenste niveau. Je draagt je eigen kennis en expertise op begrijpelijke wijze over aan collega’s en andere deskundigen.

Je gebruikt de feedback die je krijgt om van te leren. Je neemt deel aan inhoudelijke, beroepsmatige discussies.

15

COMPETENTIEWIJZER

Made with