CZW20120047
Competentie B: Aansturen
Werkprocessen:
2.1 Biedt het kind/de jongere opvang (BP 1.3, BP 2.4, BP 2.5, Proeve fase 2) Componenten: uitoefenen van gezag Eindgedrag: Je toont overwicht bij het handhaven van afspraken en regels, zodat je het kind/de jongere en de groep duidelijkheid geeft welke grenzen er zijn en dat deze niet overschreden mogen worden.
Kennis. Je kent
Vaardigheden. Je kunt
Houding. Je bent
• • ontwikkelingspsychologie (ontwikkeling van kinderen/jongeren op cognitief, motorisch, sociaal en emotioneel gebied) • • (ortho)pedagogische theorieën • • de verschillende doelgroepen
• • adequaat sociale vaardigheden toepassen in verschillende situaties • • verschillende methoden van werkbegeleiding geven • • instructies geven • • op een goed manier regels overbrengen
• • geduldig • • respectvol • • consequent • • doelgericht • • een doorzetter • • zelfverzekerd • • motiverend • • weerbaar
• • het werkveld • • verschillende begeleidingsmethodieken • • gesprekstechnieken • • de regels van feedback
• • conflicten hanteren • • methodisch werken • • prioriteiten stellen • • observeren en signaleren
• • ...................
• • motiveren • • evalueren • • reflecteren • • vakliteratuur bijhouden • • het functioneren van medewerkers bespreekbaar maken • • overzicht houden • • duidelijke verwachtingen uitspreken
• • groepsprocessen/groepsdynamica • • communicatieve processen en je eigen mogelijkheden daarin • • de methoden van aansturen en coördineren • • het begrip multiculturele samenleving
• • ...............................................
• • .......................................................
5
COMPETENTIEWIJZER
Made with FlippingBook