CZW20120063

Competentie B: Aansturen

Werkprocessen:

1.3 Assisteert bij de uitvoering van programmaonderdelen (BP 1.1, BP 1.4, Proeve fase 1, BP 2.3, Proeve fase 2, BP 3.4, Proeve fase 3) Componenten: instructies en aanwijzingen geven Eindgedrag: Je geeft de leerlingen heldere en duidelijke instructies. Je hanteert daarbij het juiste tempo en een logische volgorde. Je controleert of de uitleg begrepen is. 2.4 Houdt toezicht en begeleidt buiten het primaire proces (BP 1.3, BP 2.2, Proeve fase 2) Componenten: uitoefenen van gezag Eindgedrag: Je toont overwicht op de leerlingen, zodat zij luisteren en de aanwijzingen opvolgen wanneer je als de OA toezicht houdt.

Kennis. Je kent

Vaardigheden. Je kunt

Houding. Je bent

• • stijlen van leidinggeven • • begeleidingsmethodieken • • instructietechnieken • • demonstratiemethoden • • pedagogische basisprincipes • • de principes van macht en gezag • • eisen m.b.t. de taalvaardigheid Nederlands spreken 3F

• • evenwichtig en consequent handelen • • gezag uitoefenen • • het groepsdynamische proces positief beïnvloeden • • pedagogisch verantwoord handelen • • spreken in/voor de groep • • (individuele) leerlingen begeleiden • • logisch en planmatig instructie geven • • logisch en planmatig demonstreren • • controleren of de uitleg begrepen wordt • • het leertempo van elk individueel goed inschatten • • inspelen op de behoeften van de leerling • • methodisch begeleiden van individuele leerlingen bij het leren en bij leerproblemen • • methodisch begeleiden van kleine groepen leerlingen bij het leren in het algemeen en bij leerproblemen • • je aanpassen aan de leerbehoeften van de leerling • • Nederlands spreken op 3F niveau

• • zelfverzekerd • • besluitvaardig • • consequent • • rustig • • evenwichtig • • gericht op de leerbehoefte

van de leerling

• • ...............................................

• • ...................

• • .......................................................

6

ONDERWIJSASSISTENT - Fase 1, 2 EN 3

Made with