CZW20120090

Helpende | Serie 2012 Beroepsprestatie 2.1 CZW20120090

K

Beroepsprestatie 2.1 Begeleiden van de zorgvrager bij zelfredzaamheid

Helpende Zorg enWelzijn | Niveau 2

Beroepsprestatie

2.1

Begeleiden van de zorgvrager bij zelfredzaamheid (2012-he-bp2.1)

Opleiding: Niveau Fase 2 2

Helpende Zorg enWelzijn

artikelnummer CZW20120090

Colofon Deze uitgave is gerealiseerd onder verantwoordelijkheid van Stichting Consortium Beroepsonderwijs - Zorg & Welzijn & Assisterenden Gezondheidszorg

Directie enmanagementteam L. Fine B. Huijberts A. Pijnenburg

I. Rabelink M. Wouters

Ontwikkelteamleider J. Oost

Ontwikkelaar van deze fase M. Zérczi

Redactie A. Brink M. Brok

Ontwerp H. Witjes (Studio Blanche)

DTP Stichting Consortium Beroepsonderwijs/studio Blanche Juni 2013

Foto’s Stichting Consortium Beroepsonderwijs

Ondanks alle inspanningen is het mogelijk dat Stichting Consortium Beroepsonderwijs niet alle copyrights van de in de uitgave opgenomen illustraties heeft geregeld. Degene diemeent alsnog rechten te kunnen doen gelden, wordt verzocht contact op te nemenmet Stichting Consortium Beroepsonderwijs.

© 2013 Stichting Consortium Beroepsonderwijs Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbe- stand of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, namelijk elektronisch, mechanisch, door fotokopie, opnamen of enige anderemanier, zonder toestemming van Stichting Consortium Beroepsonderwijs.

Inhoud

Beroepsprestatie 2.1 .........................................................4

Werkprocessenmet de bijbehorende competenties .................5

Typering .........................................................................5

De opdracht .....................................................................7

Het resultaat....................................................................8

Beoordelingslijst...............................................................9

Daar waar de zij-vorm staat, wordt ook de hij-vorm bedoeld of omgekeerd. Waar cliënt staat, kan ook worden gelezen: zorgvrager, bewoner, gehandicapte, kind.

Beroepsprestatie 2.1

Begeleiden van de zorgvrager bij zelfredzaamheid

Werkprocessenmet de competenties van deze beroepsprestatie

Nummer en titel van het werkproces

Competenties bij het werkproces

2.1

Ondersteunt een cliënt/zorgvrager op emotioneel gebied D

aandacht en begrip tonen

2.2

D

Ondersteunt een cliënt/zorgvrager bij de zelfredzaamheid

aandacht en begrip tonen

R

Op de behoeften en verwachtingen van de klant richten

3.2

E

stemt de werkzaamheden af

samenwerken en overleggen

J

Formuleren en rapporteren

T

Instructies en procedures opvolgen

Typering

De thuiszorg Katie helpt mevrouw Van Randwijk dagelijks bij het aantrekken van haar steunkousen. Ook helpt zij mevrouw bij het huishouden. Ze spreken samen goed af wie welke werkzaamheden doet. Mevrouw Van Randwijk loopt moeizaam, daarom verzamelt Katie de was en zet de machine aan. De schone was legt ze op tafel bij mevrouw Van Randwijk. Zij kan deze nu vouwen. Tijdens het gebruikelijke kopje koffie vraagt Katie naar meneer Van Randwijck. Hij is sinds kort in het ziekenhuis opgenomen, omdat hij een hersenbloeding heeft gehad. “Hoe gaat het numet uwman?” “Niet zo best,” zegt mevrouw zachtjes met een trillende stem. Katie ziet dat ze het kopje koffie in haar handen nauwelijks stil kan houden. Ze buigt voorover. “Geeft umij uw kopje maar even,” zegt Katie en ze legt haar hand op de onderarm vanmevrouw. Mevrouw Van Randwijck huilt zachtjes en zegt: “Hij wordt nooit meer de oude.” Katie luistert aandachtig en geeft haar een tissue. “Dank je wel kind, ik wil je niet tot last zijn.” Katie knikt begrijpend, geeft mevrouw Van Randwijck haar kopje koffie terug en zegt: “Bent u ook niet.” De basisschool saïd assisteert juf sandra in groep 1 van basisschool de schakel. De kinderen zijnmet het thema dieren bezig. Ieder kindmag een klein huisdier meenemen. Julia kijkt heel verdrietig. “Wat is er Julia?” vraagt saïd en gaat op zijn knieën naast haar zitten. “Pinky is dood,” zegt ze. “Wie is Pinky?” vraagt saïd. “Mijn konijntje,” zegt ze.

5

BEGELEIDEN VaN DE ZORGVRaGER BIJ ZELFREDZaaMHEID

“Wil je eenmooie tekeningmaken voor Pinky?” vraagt Saïd. “Waarom?” vraagt Julia en kijkt hem een beetje onzeker aan. “Dan hangen we die tekening in de klas, zodat iedereen kan zien hoeveel jij van Pinky houdt.” “Ik krijg een nieuwe Pinky van pappa enmamma,” zegt ze ineens met een lach. “Dat is fijn,” zegt Saïd en staat op om tekenspullen te pakken. Julia loopt huppelend achter hem aan. BegeleidWonen Petra is een begeleider enWesley loopt stage op de woongroep. Tijdens het avondeten zitten alle cliëntenmet de begeleiding aan tafel. Petra schept het eten op de borden. “Mag ik je vragen, waarom jij het eten opschept?” vraagt Wesley. “Tja,” zegt Petra, “dat is een goede vraag, ik doe dat automatisch. Laten we de cliënten vragen om zelf op te scheppen. Als het niet lukt, kunnen we altijd nog helpen.” Joy heeft veel hulp nodig. Wesley houdt samenmet haar de lepel vast, zo kan ze toch zelf opscheppen. Joy moet hier erg om lachen. Ze houdt niet van eten enmeestal is het een strijd om haar iets te laten eten. Nu eet ze zomaar haar bord leeg! Met hulp en aanmoedigen lukt het iedereen om het eten op te scheppen. Het tafelkleed is behoorlijk vies, maar de cliënten genieten zichtbaar. Als Helpende Zorg enWelzijn werk jemet veel verschillende doelgroepen. Sommige zorgvragers hebben een beperking. Anderen cliënten wonen om andere redenen niet zelfstandig. Al deze cliënten ondersteun je bij de persoonlijke verzorging, het wonen of de dagbesteding. Als Helpende Zorg enWelzijn ontwikkel je vaardigheden die speciaal gericht zijn op het vergroten van de zelfstandigheid van de cliënt. Je laat cliënten vooral zoveel mogelijk zelf doen en stimuleert dit. Je neemt zo weinigmogelijk werk uit handen. Alleen wat ze zelf niet kunnen, neem je over. Zo krijgen zij zoveel mogelijk controle over hun eigen leven. Je werkzaamheden stem je af met de cliënten, collega’s, vrijwilligers en je leidinggevende. Oriënteren en Plannen Overlegmet je begeleider over je POP en de voorwaarden voor het uitvoeren van de opdracht in de beroepsprestatie. Bekijk de resultaten en de beoordelingslijst. Wanneer bepaalde bewijsstukken niet haalbaar zijn, zoek dan naar vervangende bewijsstukken. Soms is het nodig dat je een aanvullend bewijsstuk inlevert. Bespreek je keuze voor de bewijsstukkenmet je begeleider. Maak vervolgens je PAP. Leg een inleverdatum voor de resultaten vast.

GO / NO GO

Stap 1 en 2 van de Wegwijzer zijn aangetoond.

6

HELPENDE ZORG ENWELZIJN - Fase 2

Demoeilijkheidsgraad van de opdracht staat in de tabel hieronder aangegeven.

Demate van complexiteit van de beroepssituatie

Demate van zelfsturing

Demate van verantwoordelijkheid voor

gesloten context

geleid

uitvoering van eigen takenpakket jouw samenwerkingmet collega’s de hele zorg- en begeleidingscyclus aansturing van collega’s op hetzelfde of lager niveau

open context

begeleid

complexe context

zelfstandig

De opdracht

A. De totale opdracht Je voert de totale opdracht uit in de beroepspraktijk. Je competenties op het gebied van het ondersteunen van de zelfredzaamheid van de zorgvrager en het ondersteunen bij emotionele problemenworden beoordeeldmet behulp van de beoordelingslijst van deze beroepsprestatie. Maak hierover afsprakenmet je beoordelaars.

Je werkt daarnaast aan onderstaande specifieke opdrachten.

B. Bewijzen van ondersteunen van de zelfredzaamheid Jemaakt drie verslagen, maar andere bewijsvormen zijn ook mogelijk. Bewijs 1: Je toont aan dat je de zorgvrager ondersteunt bij zijn zelfredzaamheid op het gebied van huishouden en wonen. Bewijs 2: Je toont aan dat je de zorgvrager ondersteunt bij zijn zelfredzaamheid op het gebied van persoonlijke aDL. Bewijs 3: Je toont aan dat je de zorgvrager ondersteunt bij zijn zelfredzaamheid op het gebied van (sociale) activiteiten. In elk bewijs toon je ook aan dat: • je de behoeften en wensen van de zorgvrager achterhaalt • je jouw ondersteuning daar zo goedmogelijk op afstemt • je de zorgvrager motiveert om zoveel mogelijk zelf de regie te houden over zijn leven.

7

BEGELEIDEN VaN DE ZORGVRaGER BIJ ZELFREDZaaMHEID

C. Verslag over ondersteunen op emotioneel gebied Je schrijft een verslag over de wijze waarop jij een zorgvrager op emotioneel gebied hebt ondersteund. Hierbij kun je denken aan emoties zoals verdriet, boosheid, angst, verlies of anders.

In dat verslag toon je aan dat: • je aandachtig luistert naar de zorgvrager • je interesse toont in de zorgvrager • je herkent wanneer de zorgvrager het moeilijk heeft • jemoeite doet om de gevoelens van de zorgvrager te begrijpen.

als je kiest voor een vervangende of aanvullende opdracht, let er dan op dat deze voldoet aan de beoordelingslijst van deze beroepsprestatie.

Het resultaat A. De afgetekende beoordelingslijst van deze beroepsprestatie.

Specifieke bewijsstukken B. Drie bewijzen van ondersteunen van de zelfredzaamheid. WP 2.2: D, R. C. Verslag over ondersteunen op emotioneel gebied. WP 2.1: D.

Vervangende of aanvullende bewijsstukken – –

Neem de bewijsstukken op in je portfolio.

8

HELPENDE ZORG ENWELZIJN - FasE 2

Beoordelingslijst

beroepsprestatie 2.1 Begeleiden van de zorgvrager bij zelfredzaamheid (2012-he-bp2.1)

Naam student:

Opleiding: Helpende Zorg enWelzijn

Fase:

Cohort:

Datum:

voldoende goed

Prestatie-indicatoren

onvoldoende

Competenties

Kwalificerend

- componenten

Werkproces 2.1 Ondersteunt een cliënt/zorgvrager op emotioneel gebied

R Dit betekent dat: • je oprecht interesse toont voor de zorgvrager en diens naasten • je luistert en je inleeft in de emoties van de zorgvrager zodat: • je de zorgvrager vakkundig ondersteunt bij problemen op het gebied van gevoelens.

D Aandacht en begrip tonen

– anderen steunen – inleven in andermans gevoelens – interesse tonen – luisteren

Werkproces 2.2 Ondersteunt een cliënt/zorgvrager bij zelfredzaamheid

R Dit betekent dat: • je herkent wanneer een zorgvrager het moeilijk heeft • je het voor de zorgvrager makkelijker maakt om problemen te overwinnen zodat: • je de zorgvrager zo goedmogelijk kan stimuleren bij de zelfredzaamheid. • je nagaat of jouw ondersteuning aansluit bij de verwachtingen, mogelijkheden en beperkingen van de zorgvrager zodat: • de zorgvrager de regie over zijn leven behoudt en zijn zelfredzaamheid, waar nodig, wordt ondersteund. R Dit betekent dat:

D Aandacht en begrip tonen

– anderen steunen

R Op de behoeften en verwachtingen van de klant richten

– behoeften en

verwachtingen achterhalen

– aansluiten bij

de behoeften en verwachtingen

9

BEGELEIDEN VaN DE ZORGVRaGER BIJ ZELFREDZaaMHEID

Prestatie-indicatoren

voldoende goed

Competenties

Kwalificerend

onvoldoende

- componenten

Werkproces 3.2 Stemt de werkzaamheden af

R Dit betekent dat:

E Samenwerken en overleggen

• je advies vraagt aan collega’s en leidinggevende • je jouw collega’s en leidinggevende uit jezelf (proactief) informeert • je overlegt over je werk en het afstemt zodat: • je in het werk- en teamoverleg informatie geeft die er toe doet. R Dit betekent dat: • je in het werk- en teamoverleg volledig, nauwkeurig, vlot en bondig over je werkzaamheden rapporteert zodat: • je collega’s en leidinggevende in het werk- en teamoverleg goed op de hoogte zijn.

–– anderen raadplegen en betrekken –– proactief informeren –– afstemmen

J Formuleren en rapporteren

–– nauwkeurig en volledig rapporteren –– vlot en bondig formuleren

R Dit betekent dat:

T Instructies en

procedures opvolgen

• je je voorbereidt op werk- en teamoverleg • je op tijd komt

zodat: • je op een professionelemanier kunt functioneren tijdens het overleg.

–– discipline tonen

Bewijsstukken Kwalificerend

A.

De ingevulde beoordelingslijst van deze beroepsprestatie.

Specifieke bewijsstukken:

Werkprocessen Competenties

2.2

D - R

B. Drie bewijzen van ondersteunen van de zelfredzaamheid.

2.1

D

C. Verslag over ondersteunen op emotioneel gebied.

Aanvullende of vervangende bewijsstukken:

Werkprocessen Competenties

Cesuur In deze beroepsprestatie zijn de competenties binnen de werkprocessen op het vereiste beheersingsniveau aangetoond.  ja  nee

10

HELPENDE ZORG ENWELZIJN - Fase 2

Onderbouwing van de beoordeling met voorbeelden die in verband staanmet de prestatie-indicatoren

onvoldoende

voldoende goed

Indien de student competenties binnen een werkproces onvoldoende heeft aangetoond, geef dan op het niveau van de prestatie-indicator aan wat de oorzaak daarvan is.

De beoordelaars van de beroepsprestatie 2.1 Begeleiden van de zorgvrager bij zelfredzaamheid (2012-he-bp2.1) zijn:

Naam en telefoonnummer van de instelling (stempel)

Naam beoordelaar

Functie beoordelaar

Handtekening

Naam en telefoonnummer van de instelling (stempel)

Naam beoordelaar

Functie beoordelaar

Handtekening

Naam student

Handtekening

11

BEGELEIDEN VAN DE ZORGVRAGER BIJ ZELFREDZAAMHEID

Verpleegkundige Kompas

1.1 Beginnenmet zorg 1.2 Veiligwerken 1.3 Planmatig verplegen 1.4 Ondersteunen bij basisbehoeften 1.5 Zorgen voor veiligheid in onverwachte situaties 1.6 Begeleiden van een groep 1.7Hanteren van communicatieproblemen Fase 1

Zorghulp Niveau 1

Proeve Competentiewijzer

Verpleegkundige Kompas

1.1 Beginnenmet zorg 1.2 Veiligwerken 1.3 Planmatig verplegen 1.4 Ondersteunen bij basisbehoeften 1.5 Zorgen voor veiligheid in onverwachte situaties 1.6 Begeleiden van een groep 1.7Hanteren van communicatieproblemen Fase 1 Fase 1

Verpleegkundige Kompas

Fase 2

2.1 Vaardig in verplegingstechniek 2.2 Planmatig verplegen 2.3Uitvoeren van verpleegtechnische vaardigheden 2.4 Begeleiden bij verliesverwerking 2.5 Omgaanmet grensoverschrijdend gedrag 2.6Handelen onder druk Kompas Competentiewijzer 1.1 Assisteren bij activiteiten 1.2 Ondersteunen bij persoonlijke zorg/ADL 1.3 Plannen en uitvoeren van huishoudelijke taken 1.4 Reageren op emoties Fase 2 2.1 Begeleiden van de zorgvrager bij zelfredzaamheid Proeve Competentiewijzer Verpleegkundige Kompas 2.1 Vaardig in verplegingstechniek 2.2 Planmatig verplegen 2.3Uitvoeren van verpleegtechnische vaardigheden 2.4 Begeleiden bij verliesverwerking 2.5 Omgaanmet grensoverschrijdend gedrag 2.6Handelen onder druk Proeve Competentiewijzer 2.2 Ondersteunen bij persoonlijke zorg/ADL 2.3 Assisteren bij activiteiten en recreëren 2.4 Professionaliseren Fase 2 Verpleegkundige Kompas 3.1 Verdiepen in de branche 3.2 Regie voeren 3.3 Professionaliseren Fase 3 Proeve Competentiewijzer Proeve Competentiewijzer Proeve Competentiewijzer

Helpende Zorg &Welzijn Niveau 2

Verpleegkundige Kompas

1.1 Beginnenmet zorg 1.2 Veiligwerken 1.3 Planmatig verplegen 1.4 Ondersteunen bij basisbehoeften 1.5 Zorgen voor veiligheid in onverwachte situaties 1.6 Begeleiden van een groep 1.7Hanteren van communicatieproblemen Fase 1

Verzorgende Niveau 3

Verpleegkundige Kompas

Verpleegkundige Kompas 3.1 Verdiepen in de branche 3.2 Regie voeren 3.3 Professionaliseren Fase 3

1.1 Beginnenmet zorg 1.2 Veiligwerken 1.3 Planmatig verplegen 1.4 Ondersteunen bij basisbehoeften 1.5 Zorgen voor veiligheid in onverwachte situaties 1.6 Begeleiden van een groep 1.7Hanteren van communicatieproblemen Fase 1 Proeve 1 Proeve 2

Verpleegkundige Kompas

Fase 2

Verpleegkundige Niveau 4

2.1 Vaardig in verplegingstechniek 2.2 Planmatig verplegen 2.3Uitvoeren van verpleegtechnische vaardigheden 2.4 Begeleiden bij verliesverwerking 2.5 Omgaanmet grensoverschrijdend gedrag 2.6Handelen onder druk Verantwoordingsverslag 1 en Assessmentgesprek 1 Verantwoordingsverslag 2 en Assessmentgesprek 2 Proeve Competentiewijzer

Proeve Competentiewijzer

Verpleegkundige Kompas

Proeve Competentiewijzer

Verpleegkundige Kompas 3.1 Verdiepen in de branche 3.2 Regie voeren 3.3 Professionaliseren Fase 3

1.1 Beginnenmet zorg 1.2 Veiligwerken 1.3 Planmatig verplegen 1.4 Ondersteunen bij basisbehoeften 1.5 Zorgen voor veiligheid in onverwachte situaties 1.6 Begeleiden van een groep 1.7Hanteren van communicatieproblemen Fase 1

Verpleegkundige Kompas

Fase 2

Medewerker maatschappelijke zorg Niveau 3

2.1 Vaardig in verplegingstechniek 2.2 Planmatig verplegen 2.3Uitvoeren van verpleegtechnische vaardigheden 2.4 Begeleiden bij verliesverwerking 2.5 Omgaanmet grensoverschrijdend gedrag 2.6Handelen onder druk

Proeve Competentiewijzer

Proeve Competentiewijzer

Verpleegkundige Kompas

Proeve Competentiewijzer

Verpleegkundige Kompas 3.1 Verdiepen in de branche 3.2 Regie voeren 3.3 Professionaliseren Fase 3

1.1 Beginnenmet zorg 1.2 Veiligwerken 1.3 Planmatig verplegen 1.4 Ondersteunen bij basisbehoeften 1.5 Zorgen voor veiligheid in onverwachte situaties 1.6 Begeleiden van een groep 1.7Hanteren van communicatieproblemen Fase 1

Verpleegkundige Kompas

Fase 2

Persoonlijke begeleider gehandicaptenzorg Niveau 4

Persoonlijke begeleider specifieke doelgroepen Niveau 4

2.1 Vaardig in verplegingstechniek 2.2 Planmatig verplegen 2.3Uitvoeren van verpleegtechnische vaardigheden 2.4 Begeleiden bij verliesverwerking 2.5 Omgaanmet grensoverschrijdend gedrag 2.6Handelen onder druk

Proeve Competentiewijzer

Proeve Competentiewijzer

Verpleegkundige Kompas

Proeve Competentiewijzer

Verpleegkundige Kompas 3.1 Verdiepen in de branche 3.2 Regie voeren 3.3 Professionaliseren Fase 3

1.1 Beginnenmet zorg 1.2 Veiligwerken 1.3 Planmatig verplegen 1.4 Ondersteunen bij basisbehoeften 1.5 Zorgen voor veiligheid in onverwachte situaties 1.6 Begeleiden van een groep 1.7Hanteren van communicatieproblemen Fase 1

Verpleegkundige Kompas

Fase 2

Pedagogischmedewerker kinderopvang Niveau 3

2.1 Vaardig in verplegingstechniek 2.2 Planmatig verplegen 2.3Uitvoeren van verpleegtechnische vaardigheden 2.4 Begeleiden bij verliesverwerking 2.5 Omgaanmet grensoverschrijdend gedrag 2.6Handelen onder druk

Proeve Competentiewijzer

Proeve Competentiewijzer

Overzicht beroepsprestaties Zorg enWelzijn - 2012 Proeve Competentiewijzer Verpleegkundige Kompas

Verpleegkundige Kompas 3.1 Verdiepen in de branche 3.2 Regie voeren 3.3 Professionaliseren Fase 3

1.1 Beginnenmet zorg 1.2 Veiligwerken 1.3 Planmatig verplegen 1.4 Ondersteunen bij basisbehoeften 1.5 Zorgen voor veiligheid in onverwachte situaties 1.6 Begeleiden van een groep 1.7Hanteren van communicatieproblemen Fase 1

Verpleegkundige Kompas

Fase 2

Gespecialiseerd pedagogischmedewerker KO - Niveau 4

Pedagogisch medewerker JZ - Niveau 4

2.1 Vaardig in verplegingstechniek 2.2 Planmatig verplegen 2.3Uitvoeren van verpleegtechnische vaardigheden 2.4 Begeleiden bij verliesverwerking 2.5 Omgaanmet grensoverschrijdend gedrag 2.6Handelen onder druk

Proeve Competentiewijzer

Proeve Competentiewijzer

Verpleegkundige Kompas

Proeve Competentiewijzer

Verpleegkundige Kompas 3.1 Verdiepen in de branche 3.2 Regie voeren 3.3 Professionaliseren Fase 3

1.1 Beginnenmet zorg 1.2 Veiligwerken 1.3 Planmatig verplegen 1.4 Ondersteunen bij basisbehoeften 1.5 Zorgen voor veiligheid in onverwachte situaties 1.6 Begeleiden van een groep 1.7Hanteren van communicatieproblemen Fase 1

Verpleegkundige Kompas

Fase 2

Onderwijsassistent Niveau 4

2.1 Vaardig in verplegingstechniek 2.2 Planmatig verplegen 2.3Uitvoeren van verpleegtechnische vaardigheden 2.4 Begeleiden bij verliesverwerking 2.5 Omgaanmet grensoverschrijdend gedrag 2.6Handelen onder druk

Proeve Competentiewijzer

Proeve Competentiewijzer

Verpleegkundige Kompas

Proeve Competentiewijzer

Verpleegkundige Kompas 3.1 Verdiepen in de branche 3.2 Regie voeren 3.3 Professionaliseren Fase 3

1.1 Beginnenmet zorg 1.2 Veiligwerken 1.3 Planmatig verplegen 1.4 Ondersteunen bij basisbehoeften 1.5 Zorgen voor veiligheid in onverwachte situaties 1.6 Begeleiden van een groep 1.7Hanteren van communicatieproblemen Fase 1

Verpleegkundige Kompas

Fase 2

Sociaal cultureel werker Niveau 4

2.1 Vaardig in verplegingstechniek 2.2 Planmatig verplegen 2.3Uitvoeren van verpleegtechnische vaardigheden 2.4 Begeleiden bij verliesverwerking 2.5 Omgaanmet grensoverschrijdend gedrag 2.6Handelen onder druk

Proeve Competentiewijzer

Proeve Competentiewijzer

Verpleegkundige Kompas

Proeve Competentiewijzer

Verpleegkundige Kompas 3.1 Verdiepen in de branche 3.2 Regie voeren 3.3 Professionaliseren Fase 3

1.1 Beginnenmet zorg 1.2 Veiligwerken 1.3 Planmatig verplegen 1.4 Ondersteunen bij basisbehoeften 1.5 Zorgen voor veiligheid in onverwachte situaties 1.6 Begeleiden van een groep 1.7Hanteren van communicatieproblemen Fase 1

Verpleegkundige Kompas

Fase 2

Sociaal-maatschappelijk dienstverlener Niveau 4

2.1 Vaardig in verplegingstechniek 2.2 Planmatig verplegen 2.3Uitvoeren van verpleegtechnische vaardigheden 2.4 Begeleiden bij verliesverwerking 2.5 Omgaanmet grensoverschrijdend gedrag 2.6Handelen onder druk

Proeve Competentiewijzer

Proeve Competentiewijzer

Proeve Competentiewijzer

Eenuitgave van:

Artikelnummer: CZW20120090

Made with