CZW20120106
M. Profiel en sociogram van de groep en een groepsactiviteit (VGZ, GGZ, Verpleeghuis, Verzorgingshuis) • Maak een profiel van de groep. Beschrijf de individuele groepsleden: – leeftijden – sekse – culturele achtergrond – spirituele en religieuze achtergrond – aanwezige aandoeningen, handicaps, stoornissen – mogelijkheden en beperkingen – belevingsniveau – sfeer in de groep – sociaal-maatschappelijke positie van de groep. • Verdiep je in de interacties in de groep: – Maak een sociogram van de groep.
Je voert één activiteit uit met de groep. De activiteit draagt bij aan een positief groepsklimaat of aan het versterken van de sociaal-maatschappelijke positie van de groep zorgvragers. Je houdt hierbij rekeningmet de groepssamenstelling, het leefklimaat, het belevingsniveau en demogelijkheden van de groep zorgvragers. Betrek demantelzorger of naaste bij de activiteit. Je evalueert de uitgevoerde activiteit met de groep, demantelzorger of naaste en je begeleider. Neem het profiel van de groep, het sociogram, het zelfgekozen bewijsstuk van de activiteit en de evaluatie op als bewijs. of Je begeleidt twee gezinnen of twee zorgvragers in de thuissituatie bij het benutten van hulpverleningsinstanties, zoals consultatiebureaus, lotgenotencontactgroepen of andere verenigingen. • Onderzoek welke instanties ondersteunend kunnen zijn bij de problematiek van de twee gezinnen of zorgvragers. • Beschrijf van drie instanties de doelen, rollen en werkwijze. • Maak een plan van aanpak voor de begeleiding van de twee gezinnen of de zorgvragers met betrekking tot één hulpverleningsinstantie. • Evalueer de uitgevoerde begeleidingmet de twee gezinnen of de twee zorgvragers. Neem de beschrijving van de hulpverlenende instanties, plan van aanpak van de begeleiding en een zelfgekozen bewijsstuk van de uitvoering van de begeleiding en de evaluatie op als bewijs. M. Begeleiden bij het gebruikmaken van hulpverleningsinstanties (Kraamzorg, Thuiszorg)
13
PROEVE 2
Made with FlippingBook