CZW20120111
Of
D. Begeleiden bij het gebruikmaken van hulpverleningsinstanties (Algemeen ziekenhuis, Thuiszorg) Je begeleidt twee zorgvragers bij het benutten van hulpverleningsinstanties, zoals lotgenotencontactgroepen of patiëntenverenigingen. • Onderzoek welke hulpverleningsinstanties ondersteunend zijn bij het sociaal maatschappelijk functioneren van de twee zorgvragers. Beschrijf de aandoening of ziekte, de gevolgen en de betekenis van de aandoening voor het sociaal enmaatschappelijk functioneren van de betreffende zorgvragers. • Benoem de hulpverlenende instanties. • Beschrijf hun taak en rol. • Maak een plan van aanpak voor de begeleiding. • Betrek hierin demantelzorger of naaste van iedere zorgvrager. • Evalueer de uitgevoerde begeleidingmet de zorgvrager, demantelzorger of naaste. Neem een beschrijving van de hulpverlenende instanties, de beschrijving van beide zorgvragers, het plan van aanpak, een zelfgekozen bewijsstuk van de uitvoering van de begeleiding en de evaluatie op als bewijs.
als je kiest voor een vervangende of aanvullende opdracht, let er dan op dat deze voldoet aan de beoordelingslijst van deze beroepsprestatie.
10
VERPLEEGKUNDIGE - FasE 2
Made with FlippingBook