CZW20120207
Prestatie-indicatoren
voldoende goed
Competenties
Kwalificerend
onvoldoende
- componenten
Werkproces 2.4 Begeleidt een groep cliënten op sociaal maatschappelijk gebied
T Dit betekent dat: • je kansen en mogelijkheden schept voor cliënten om zich te ontwikkelen
C Begeleiden
• je cliënten motiveert om doelen te bereiken • je feedback geeft op het gedrag van cliënten
–– motiveren –– anderen ontwikkelen
zodat: • door jouw acties de cliënten met een positieve instelling de activiteiten uitvoeren • je de cliënten in hun ontwikkeling stimuleert.
T Dit betekent dat:
E Samenwerken en overleggen
• je overlegt tijdens activiteiten over je aanpak • je tijdig hulp inschakelt bij knelpunten of onvoorziene voorvallen zodat: • je de kwaliteit en de continuïteit van je begeleiding handhaaft.
–– anderen raadplegen en betrekken
R Dit betekent dat: • je de juiste materialen en middelen voor de activiteiten kiest • je zorgvuldig en netjes met materialen en middelen omgaat • je ervoor zorgt dat materialen en middelen onderhouden zijn
L Materialen en
middelen inzetten
–– materialen en middelen doelmatig gebruiken –– geschikte materialen en middelen kiezen –– goed zorgdragen voor materialen en middelen
zodat: • je activiteiten veilig en efficiënt verlopen.
T Dit betekent dat: • je ruim van tevoren de activiteiten regelt en plant • je de benodigde tijd inschat voor de activiteiten zodat: • door jouw toedoen de activiteiten daadwerkelijk uitgevoerd kunnen worden. P Dit betekent dat: • jij je handelen snel en flexibel aanpast bij agressie, lastige en/of crisissituaties • je, indien nodig, interventies toepast
Q Plannen en organiseren
–– activiteiten plannen –– tijd indelen –– voortgang bewaren
U Omgaan met
verandering en aanpassen
zodat: • cliënten leren van de situatie en/of gevaar • schade voorkomen wordt.
–– aanpassen aan veranderde omstandigheden
14
PERSOONLIJK BEGELEIDER GEHANDICAPTENZORG -PERSOONLIJK BEGELEIDER SPECIFIEKE DOELGROEPEN
Made with FlippingBook