CZW20120207
Prestatie-indicatoren
voldoende goed
Competenties
Kwalificerend
onvoldoende
- componenten
P Dit betekent dat: • je je gedrag en omgangsvormen aanpast aan betrokkenen uit het sociale netwerk van de cliënt • je je communicatie aanpast aan de gesprekspartners • je rekening houdt met cultuurverschillen
U Omgaan met
verandering en aanpassen
–– met diversiteit (tussen
mensen) om kunnen gaan zodat: • er een samenwerkingsrelatie ontstaat tussen alle betrokkenen van het sociale netwerk van de cliënt. Werkproces 3.1 Werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep K Vakdeskundigheid toepassen T Dit betekent dat:
• je je vakkennis en vaardigheden bijhoudt • je je eigen vakkennis en expertise overdraagt aan collega’s en andere deskundigen • je samen met je leidinggevende een persoonlijk ontwikkelingsplan opstelt • je je persoonlijke ontwikkelingsplan uitvoert • je feedback geeft en ontvangt en deze gebruikt om van te leren • je deelneemt aan inhoudelijke en beroepsmatige discussies zodat: • je werkt aan je professionele ontwikkeling en je een bijdrage levert aan de professionalisering van je beroep.
–– expertise delen
Werkproces 3.2 Werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg
T Dit betekent dat:
T Instructies en
procedures opvolgen
• je je deskundigheid doelbewust inzet • je je houdt aan voorgeschreven procedures rondom verbetering van de kwaliteit • je tijdig knelpunten signaleert en rapporteert zodat: • je de kwaliteit van de werkzaamheden in de maatschappelijke zorg kunt verbeteren.
–– werken overeenkomstig de wettelijke richtlijnen –– werken conform voorgeschreven procedures
Werkproces 3.3 Stemt de werkzaamheden af met betrokkenen
T Dit betekent dat:
E Samenwerken en overleggen
• je de mening vraagt van collega’s (eventueel multidisciplinair)
• je overleg voert met collega’s (eventueel multidisciplinair) • je in het multidisciplinaire team relevante informatie over de cliënt inbrengt • je een positieve opstelling inneemt in het team. • je weet welke consequenties er verbonden zijn aan je eigen acties zodat: • er een soepele samenwerking is in het (multidisciplinaire) team • de dienstverlening van het (multidisciplinaire) team eenduidig is.
–– afstemmen –– anderen raadplegen en betrekken
16
PERSOONLIJK BEGELEIDER GEHANDICAPTENZORG -PERSOONLIJK BEGELEIDER SPECIFIEKE DOELGROEPEN
Made with FlippingBook