CZW20120212
Prestatie-indicatoren
voldoende goed
Competenties
Kwalificerend
onvoldoende
- componenten
Werkproces 3.3 Stemt de werkzaamheden af met betrokkenen
P Dit betekent dat: • je tijdig en regelmatig overlegt bij de uitvoering van de opvang en begeleiding met collega’s • je anderen raadpleegt als dat nodig is en weet wat de consequenties zijn van je eigen acties • je je zo opstelt dat de samenwerking in het team soepel verloopt zodat: • je de gezamenlijke dienstverlening eenduidig en soepel laat verlopen. P Dit betekent dat: • je bij het overdragen van je werkzaamheden duidelijke doelen en knelpunten aangeeft zodat: • jouw werkzaamheden voor collega’s duidelijk zijn • je de continuïteit en kwaliteit van de opvang en begeleiding waarborgt.
E Samenwerken en overleggen
–– afstemmen –– anderen raadplegen en betrekken
Q Plannen en organiseren
–– doelen en prioriteiten stellen
Werkproces 3.8 Evalueert de werkzaamheden
P Dit betekent dat: • je signaleert of het kind en andere betrokkenen tevreden zijn over de geboden opvang en begeleiding
D Aandacht en begrip tonen
zodat: • je deze informatie meeneemt/inbrengt bij de evaluatie.
–– luisteren –– interesse tonen
P Dit betekent dat: • je alle benodigde gegevens zorgvuldig verwerkt en registreert • je hoofd- en bijzaken onderscheidt zodat: • jouw rapportages en evaluaties kernachtig, volledig en inzichtelijk zijn. P Dit betekent dat: • je de belangrijkste informatie haalt uit alle gegevens die je verzamelt (gesprekken, observaties) • je op basis van deze informatie concludeert of de opvang en begeleiding voldoen en of er voldoende voortgang is • je zo nodig komt met haalbare oplossingen
J Formuleren en rapporteren
–– nauwkeurig en volledig rapporteren –– vlot en bondig formuleren
M Analyseren
–– informatie uiteenrafelen –– conclusies trekken –– oplossingen voor problemen bedenken
zodat: • je de opvang en begeleiding, als dat nodig is, bijstelt.
14
PEDAGOGISCH MEDEWERKER 3 KINDEROPVANG
Made with FlippingBook