CZW20120287
Competentie L: Materialen enmiddelen inzetten Werkprocessen:
1.2 Assisteert bij huishouden enwonen (BP 1.2) Componenten: materialen enmiddelen doelmatig gebruiken, materialen enmiddelen doeltreffend gebruiken, goed zorgdragen voor materialen enmiddelen Eindgedrag: Je gebruikt de juiste schoonmaakmiddelen. Je zorgt voor een schone, verzorgde en functionele leefomgeving. Je werkt kostenbewust en efficiënt.
Kennis. Je kent
Vaardigheden. Je kunt
Houding. Je bent
• • de regels van de Nederlandse taal • • de toepassing van verschillende (schoonmaak) middelen en -materialen • • verschillendemanieren van schoonmaken • • de regelgevingm.b.t.
• • in goed Nederlands communiceren • • bij het ondersteunen en
• • planmatig • • netjes • • precies • • accuraat • • vindingrijk • • kwaliteitsbewust • • milieubewust
uitvoeren van huishoudelijke werkzaamheden (opruimen, schoonmaken, textiel verzorgen,
bedden opmaken, helpen bij demaaltijdbereiding,
• • ...................
hygiëne, veiligheid, Arbo, milieu, kwaliteitszorg en ergonomisch werken
boodschappen doen, sfeervol en gezelligmaken van ruimten) gebruik maken van de juiste materialen, middelen en methoden • • de (schoonmaak)materialen en -middelen efficiënt inzetten • • de rekenvaardigheden: getallen en verhoudingen op niveau 1F toepassen
• • ......................................
• • ...........................................
8
ZORGHULP
Made with FlippingBook