P1.01
2.3. Toetsing
Criteria De onderstaande criteria zijn richtinggevend voor de toetsing. Ze zijn afgeleid vande leerdoelen.
De student kan: -
verschillende psychologische invalshoekenherkennen - verschillendemethode vanonderzoek binnen de psychologie uitleggen. - benoemen wat belangrijke deelgebieden en concepten zijn en deze toelichtenmet een voorbeeld - per deelgebied en concept aangevenen benoemen welke verschillende theorieën er zijn en deze toelichten - de theorieën uit deze deelgebieden toepassingnaar een levenssituatie toelichtenof herkennen - de theorieën uit deze deelgebieden toepassingnaar het beroep vande HBO toegepast psycholoog . Hoe en wat wordt er getoetst Deze vak wordt getoetst door een schriftelijke toets, teweten een toets die bestaat uit 40 meerkeuzevragen. Bij de cijferberekeningwordt rekening gehouden met 25% gokkans. Met aftrek vande gokkans wordt er een cesuur van 55% gehanteerd. Dit betekent dat je 27 vragengoedmoet hebben voor een voldoende. Let op: Aanwezigheid bij de werkcolleges is verplicht omeen voldoende te halen voor het vak Inleiding in de Psychologie 1. Er geldt dat 80% aanwezig moet zijn. Dit betekent dat je dus 1 werkgroepmag missen. Dit wel met afmelding bij de docent. Als je door omstandigheden 2 werkcolleges mist dan bepaald de docent of je in aanmerking komt voor een vervangende opdracht. Bij het missen van 3 werkcolleges of meer, moet het vak opnieuwworden gevolgd. Wat wordt er getoetst De verplichte literatuur ende collegestof zijn onderwerp van toetsing (zie organisatie en lesplanning)
1. 2
Inleiding in de psychologie I
Made with FlippingBook