PW10n4 Routinebepalingen studentenversie

LABORATORIUMTECHNIEK

ANALIST Crebo 22082

Projectwijzer 10 Routinebepalingen versie 6

ANALIST Alle kwalificaties Crebo 93711, 93712, 93713, 93714, 93715, 93716

Versie 6 – juni 2013

Projectwijzer 10 Routinebepalingen

Student:

Studentnummer:

Cohort:

Opleidingsinstituut:

BPV-bedrijf:

Kwalificatiedossier Uitstroom/kwalificatie en crebo

Analist

Analist klinische chemie

□ 93711 □ 93712 □ 93713 □ 93714 □ 93715 □ 93716

Analist pathologie

Biotechnologisch analist

Chemisch-fysisch analist

Microbiologisch analist

Technisch Onderwijs Assistent (TOA)

Artikelnummer: 006133710012

Colofon Deze uitgave is gerealiseerd onder verantwoordelijkheid van Stichting Consortium Beroepsonderwijs.

Directie en managementteam M. Wouters, L. Fine, B. Huijberts, I. Rabelink, A. Pijnenburg

Ontwikkelteamleider I. van der Laan

Ontwikkelteam A. Bossink

ROC van Twente

M. Lippits

ROC Leiden

H. van der Wee

Van der Wee Coaching

De volgende docenten hebben meegewerkt aan de totstandkoming van deze projectwijzer L. de Klerk ROC Midden-Nederland Amersfoort H. de Koning ROC Zadkine C. Koppert Drenthe College E. van Laar ROC RijnIJssel H. van Loosen ROC Leiden D. Monnikendam ROC Mondriaan J. Paquaij Leeuwenborgh Opleidingen H. Raadschelders Leeuwenborgh Opleidingen A. Riemslag Radius College W. Timmerije ROC van Twente J. van Uijtregt ROC Eindhoven D. de Vooys ROC Zeeland

Redactie A. Brink, M. Brok, I. van der Laan

Ontwerp en opmaak Studio Blanche: Henny Witjes

DTP Stichting Consortium Beroepsonderwijs/studio Blanche Juni 2013

Foto’s en afbeeldingen I. van der Laan, R. van Iterson, A. Riemslag, Marc de Haan Fotografie, Brettney Vlieland

Ondanks alle inspanningen is het mogelijk dat Stichting Consortium Beroepsonderwijs niet alle copyrights van de in de uitgave opgenomen illustraties heeft geregeld. Degene die meent alsnog rechten te kunnen doen gelden, wordt verzocht contact op te nemen met Stichting Consortium Beroepsonderwijs.

© 2013 Stichting Consortium Beroepsonderwijs Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, namelijk elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande toestemming van Stichting Consortium Beroepsonderwijs.

Inhoudsopgave

1

Inleiding

4

2

Evalueren en beoordelen

6 7 9

2.1 Kerntaken en werkprocessen in complexiteit C 2.2 Beoordelen van producten en GO/NO–GO tabel 2.3 Beoordelen van werkprocessen via hun competenties en beoordelingsformulieren

10 12 13 13

2.4 De afronding van de PW

2.5 De scoretabel

2.6 Nederlands en Engels

3

Projectcontext

16

4

Projecttaken

18

Fase 1 Oriëntatie

19 19 21 23 23 25 25 27 29 30 32 34 35 35 37 72 73 76 79 81 83 84 85 86 87 88 89 90 93 40

Projecttaak 1 Projecttaak 2

Wat kom je tegen bij routinebepalingen?

Project verwerven (optioneel)

Fase 2 Plan van Aanpak

Projecttaak 3

Plan van Aanpak en PAP

Fase 3 Realisatie

Projecttaak 4 Projecttaak 5 Projecttaak 6 Projecttaak 7 Projecttaak 8 Projecttaak 9

Aanvragen en monsterverwerking

Apparatuur

Waarom zijn het routinebepalingen?

Heb ik voldoende routine?

Resultaten? En dan?

Verbeterpunten

Fase 4 Evaluatie

Projecttaak 10 Afronding project

Projecttaak 11 (Groeps)Functioneringsgesprek

5

Beoordelingsformulieren

Bijlagen Bijlage 1 Bijlage 2 Bijlage 3 Bijlage 4 Bijlage 5 Bijlage 6 Bijlage 7 Bijlage 8 Bijlage 9

GO/NO-GO tabel

Beoordelingsmethoden Formulier STARRT-methode

Aanwijzingen bij beoordelingsgesprek

Scoretabel C Analist

Stappenplan communicatieschema Niveaubepaling leesvaardigheid Niveaubepaling luistervaardigheid Niveaubepaling spreekvaardigheid

Bijlage 10 Niveaubepaling gespreksvaardigheid Bijlage 11 Niveaubepaling schrijfvaardigheid Bijlage 12 Niveauomschrijving CEF Engels

Bijlage 13 Begrippenlijst

TERUG NAAR INHOUD

1 Inleiding

4

ANALIST

TERUG NAAR INHOUD

PW 10 ‘Routinebepalingen’ is een projectwijzer die zowel op

school als in de BPV uitgevoerd kan worden. In elk beroep komen

routinematige handelingen en procedures voor. Of je nu politieagent,

winkelier of bankdirecteur bent, je ontkomt niet aan taken die je

dagelijks, soms zelfs meerdere keren per dag, moet uitvoeren.

Deze projectwijzer In elk beroep komen routinematige handelingen en procedures voor.

De medewerkers op het laboratorium vormen daarop geen uitzondering. Op den duur worden routinebepalingen als het ware een automatisme. Maar voor het zover is, heb je heel wat monsters door je vingers zien gaan. Nu heeft het woord routine vaak een wat negatieve klank; het zou saai zijn, weinig uitdagend enzovoorts. Hopelijk zal het na dit project duidelijk zijn dat de routinebepalingen belangrijke gegevens leveren voor de diagnostiek en het productieproces en dat een analist voortdurend alert moet zijn op afwijkingen.

Wanneer je deze projectwijzer deels in de BPV uitvoert, zul je zelf afspraken moeten maken met je BPV-laboratorium. Hoe dat precies in zijn werk gaat, hangt af van de wijze waarop de contacten van jouw ROC met de BPV-laboratoria verlopen. Het kan zijn dat jouw ROC al met een bedrijfsscan heeft vastgesteld welke onderdelen van welke projecttaken in elk BPV-bedrijf worden uitgevoerd. Het kan ook zijn dat jij dat zelf onder- zoekt. Je zult in elk geval door het uitwerken van de eerste twee project- taken een goed beeld krijgen van de inhoud van dit project en de taken en activiteiten die er van jou en je projectgroep worden verwacht. Mocht je deze projectwijzer in zijn geheel op school uitvoeren, dan kun je in plaats van BPV-laboratorium natuurlijk ook ‘schoollaboratorium’ lezen. Uiteraard zul je in elke fase het meeste leren op het BPV-laboratorium, maar er is ook veel informatie te halen bij je medestudenten (en zij bij jou). Om die reden maak je ook nu deel uit van een projectgroep. Jullie zoeken gezamenlijk naar antwoorden op de gestelde vragen en stellen zelf (leer) vragen waarop jullie een antwoord willen krijgen.

Wij wensen je veel plezier met deze PW.

5

ROUTINEBEPALINGEN

TERUG NAAR INHOUD

2 Evalueren en beoordelen

6

ANALIST

TERUG NAAR INHOUD

2.1 Kerntaken en werkprocessen in complexiteit C

Welke kerntaken, werkprocessen en competenties er voor je beroep zijn en welke eisen daaraan worden gesteld, staat omschreven in een kwalificatiedossier. Dat is een wettelijk document waarin je exameneisen staan omschreven. Voor jouw opleiding is dat het kwalificatiedossier Analist.

Vanaf het begin van je opleiding verricht je activiteiten die gekoppeld zijn aan de werkprocessen van je beroep en de competenties die daarbij horen.

In het tweede leerjaar, ofwel vanaf complexiteit B, werden je projecttaken wat omvangrijker en werd de moeilijkheidsgraad van de bepalingen ook wat groter dan in complexiteit A. In complexiteit C krijg je te maken met projecttaken die overeen- komen met de werkzaamheden van een beginnend beroepsbeoefenaar. Ze lijken op de opdrachten van het examen. Je krijgt in complexiteit C nog wel de begeleiding die je nodig hebt.

De indeling over je hele opleiding is als volgt:

Complexiteit A

Complexiteit B

Complexiteit C

Complexiteit D

• omvangrijke beroepstaken • complexe

• omvangrijke projecttaken • iets meer complexe beroepscontext • zelfstandig uitvoeren onder

• eenvoudige projecttaken • minder eenvoudige beroepscontext • zelfstandig uitvoeren met veel begeleiding

• eenvoudige projecttaken • eenvoudige

beroepscontext

beroepscontext

• zelfstandig

• zelfstandig

uitvoeren met begeleiding op afstand

uitvoeren met veel begeleiding

afnemende begeleiding

7

ROUTINEBEPALINGEN

TERUG NAAR INHOUD

Kerntaken en werkprocessen van het kwalificatiedossier die aan bod komen in deze PW zijn:

Kerntaak 1 Werkt initiatief uit 1.1 Maken van een planning

E Samenwerken en overleggen Q Plannen en organiseren T Instructies en procedures opvolgen J Formuleren en rapporteren K Vakdeskundigheid toepassen T Instructies en procedures opvolgen F Ethisch en integer handelen K Vakdeskundigheid toepassen L Materialen en middelen inzetten S Kwaliteit leveren T Instructies en procedures opvolgen K Vakdeskundigheid toepassen L Materialen en middelen inzetten S Kwaliteit leveren T Instructies en procedures opvolgen K Vakdeskundigheid toepassen L Materialen en middelen inzetten S Kwaliteit leveren T Instructies en procedures volgen K Vakdeskundigheid toepassen L Materialen en middelen inzetten S Kwaliteit leveren T Instructies en procedures opvolgen

1.2 Ontvangen en registreren van materiaal

1.3 (Assisteren bij) afname van humaan materiaal

1.4 Nemen van productmonsters

1.5 Voorbewerken van materiaal

Kerntaak 2 Uitvoeren van analyses 2.1 Uitvoeren van basistechnieken

E Samenwerken en overleggen (uitsluitend 2.3) K Vakdeskundigheid toepassen L Materialen en middelen inzetten S Kwaliteit leveren

2.2

Uitvoeren van klinisch chemische en hematologische analyses Uitvoeren van histologische en cytologische analyses Uitvoeren van microbiologische analyses Uitvoeren van biologische analyses Uitvoeren van chemische/fysische analyses

2.3

2.4

T Instructies en procedures opvolgen V Met druk en tegenslag omgaan

2.5 2.6

8

ANALIST

TERUG NAAR INHOUD

2.7 Beoordelen en rapporteren van meetwaarden

E Samenwerken en overleggen F Ethisch en integer handelen J Formuleren en rapporteren M Analyseren S Kwaliteit leveren T Instructies en procedures opvolgen K Vakdeskundigheid toepassen L Materialen en middelen inzetten T Instructies en procedures opvolgen E Samenwerken en overleggen K Vakdeskundigheid toepassen P Leren B Aansturen K Vakdeskundigheid toepassen

2.8 Onderhouden van werkplek en apparatuur

Kerntaak 3 Ondersteuning van onderzoek & onderwijs 3.1 Optimaliseren van kennis en technieken

3.4 Begeleiden van stagiairs

2.2 Beoordelen van producten en GO/NO–GO tabel

Bij elke projecttaak staat aangegeven welke producten je moet maken. De meeste van die producten komen ook in de beroepspraktijk voor. Bij de competenties van het aangegeven werkproces vind je meestal ook de eisen waaraan het product moet voldoen. Je begeleider zal je helpen om beroepsproducten te maken die in de praktijk bruikbaar zijn. Hij zal aangeven aan welke criteria het product moet voldoen. Pas als een product genoeg kwaliteit heeft, krijg je een voldoende beoordeling.

Producten worden beoordeeld met O – V – G .

Onvoldoende Een product is onvoldoende wanneer niet wordt voldaan aan een of meer van de criteria bij het product. Voldoende Een product is voldoende wanneer wordt voldaan aan de criteria bij het product.

O

V

Goed Een product is goed wanneer het resultaat bovengemiddeld is.

G

9

ROUTINEBEPALINGEN

TERUG NAAR INHOUD

De GO/NO-GO tabel De GO/NO-GO tabel vind je in bijlage 1. Elk product waaraan je in deze project- wijzer werkt, is per fase in de GO/NO-GO tabel opgenomen en moet met een V beoordeeld zijn om een GO voor de betreffende fase te krijgen. Je kunt pas verder naar een volgende projectfase wanneer ALLE PRODUCTEN VAN EEN FASE ZIJN BEOORDEELD MET MINIMAAL VOLDOENDE. Je werkt dus net zo lang door aan producten tot ze minimaal voldoende zijn.

2.3 Beoordelen van werkprocessen via hun competenties en beoordelingsformulieren

Ook in complexiteit C zijn de producten die je maakt gekoppeld aan competenties die je ontwikkelt. De manier van observeren en beoordelen gebeurt binnen de BPV en op het ROC op identieke wijze. Beoordelen van werkprocessen Met het uitvoeren van projecttaken voer je altijd (delen van) werkprocessen uit. Je toont aan dat je een werkproces competent uitvoert door bepaald gedrag te tonen, de benodigde kennis en vaardigheden in te zetten en daarmee het gewenste resultaat te bereiken. Het resultaat bestaat in jouw beroep vaak uit producten die een vooraf vastgestelde kwaliteit moeten hebben. Het resultaat bestaat ook altijd uit het laten zien van competent gedrag. Bij de beoordeling van een werkproces wordt per competentie gekeken of je voldoet aan de daar aangegeven eisen. Die eisen zijn voor de hele opleiding hetzelfde. In het tweede jaar zul je nog niet altijd op elke competentie worden beoordeeld, zijn de gevraagde producten nog niet al te omvangrijk. Je krijgt alle begeleiding die nodig is om de competenties te ontwikkelen waarop je wel wordt beoordeeld. Het complete overzicht van alle werkprocessen en de competenties met criteria is in pdf beschikbaar. Vraag het overzicht aan je projectbegeleider.

10

ANALIST

TERUG NAAR INHOUD

Een werkproces wordt beoordeeld met O – V – G . De score van het werkproces is het resultaat van de beoordelingen van je competenties. Een werkproces wordt beoordeeld met V als 55% of meer van de onderliggende competenties is beoordeeld met V of G . Een werkproces wordt beoordeeld met G als 55% of meer van de competenties is beoordeeld met G en de overige competenties met V . Beoordelen van competenties Bij elk van de competenties bij een werkproces staat aangegeven welk competent gedrag van je wordt verwacht en wat het gewenste resultaat is. O Onvoldoende aangetoond Het gewenste resultaat is onvoldoende en/of je laat het gewenste gedrag onvol- doende zien en/of je zet onvoldoende kennis en/of vaardigheden in. Voldoende aangetoond Het gewenste resultaat is voldoende en je laat het gewenste gedrag zien en je zet voldoende kennis en vaardigheden in. Goed aangetoond Het gewenste resultaat is voldoende of goed en je gedrag is bovengemiddeld en/of je toont bovengemiddelde kennis en vaardigheden. Bij elke competentie staat aangegeven welke beoordelingsmethode(n) wordt/ worden ingezet om vast te stellen of jij voldoet aan de gestelde eisen. Er worden zes beoordelingsmethoden ingezet. Deze methoden zijn: • Observatie V G Competenties worden beoordeeld met O – V – G .

• Productbeoordeling • Beoordelingsgesprek • Reflectieverslag

• Presentatie • Kennistoets

Een omschrijving van elk van deze beoordelingsmethoden vind je in bijlage 2.

11

ROUTINEBEPALINGEN

TERUG NAAR INHOUD

Beoordelingsformulieren In hoofdstuk 5 van deze PW staan beoordelingsformulieren. Voor elk werkproces waar je in deze PW aan werkt vind je één formulier.

In het formulier vind je eerst een omschrijving van wat het werkproces inhoudt en wat het gewenste resultaat is.

Daaronder staat een opsomming van alle producten die bij het werkproces horen. Dat kunnen producten uit meerdere projecttaken zijn. Een product kan ook bij meerdere werkprocessen horen, zoals het labjournaal. Bij het product staan, naast de werkvorm, ook een of meer competenties vermeld. Je toont namelijk met de producten bij een werkproces (een deel van) de onderliggende competenties aan. In het onderste deel van het beoordelingsformulier vind je bij elke competentie een omschrijving van de eisen met een gewenst resultaat. Bij elke competentie staat aangegeven welke beoordelingsmethode(n) wordt/worden ingezet. Tenslotte zie je bij de competentie door wie hij wordt beoordeeld. Dat kan de projectbegeleider (pb) zijn, vakdocenten (v), een eventuele praktijkbegeleider als je in een BPV-bedrijf werkt (pra), de andere leden van je projectgroep (lp) of jijzelf (s). Beoordelaars gebruiken de kolom ‘Opmerkingen’ in het eerste deel van het beoor- delingsformulier om opvallende zaken die leiden tot een score G ofwel O (zowel positief als negatief) te beschrijven. Dat doe jij ook voor jezelf en bij sommige onderdelen ook voor de andere leden van je projectgroep. Na het uitvoeren van alle projecttaken in fase 3 volgt de evaluatiefase. Deze fase bestaat uit twee onderdelen: de afronding van het project en het functioneringsgesprek. Afronding project Aan het eind van het project zijn alle producten beoordeeld en hebben de beoorde- laars hun observaties gedaan. Ter afronding van het project moeten er nog een aantal competenties aangetoond worden door middel van een reflectieverslag, een beoordelingsgesprek en/of een presentatie. Functioneringsgesprek Het tweede onderdeel van de evaluatiefase is het functioneringsgesprek. In de projecttaak staat aangegeven of dit een groepsgesprek of een individueel gesprek is. 2.4 De afronding van de PW

12

ANALIST

TERUG NAAR INHOUD

Tijdens het functioneringsgesprek komen de informatie over jouw werkwijze en de resultaten van de hele PW bij elkaar. Jijzelf schat je functioneren in door de beoor- delingsformulieren ook zelf in te vullen. Je geeft feedback op medestudenten van je projectgroep op de onderdelen waar dat wordt gevraagd en zij doen dat ook voor jou. Het belangrijkste is dat je leert van eventuele fouten en verbeterpunten vaststelt voor de volgende periode. De verbeterpunten koppel je aan werkprocessen en eventuele competenties.

2.5 De scoretabel

Het resultaat van alle beoordelingen wordt verzameld in een scoretabel. Deze tabel biedt een overzicht van je resultaten in heel complexiteit C. De scoretabel vormt uiteindelijk met een door de school bepaalde cesuur de basis voor het behalen van complexiteit C.

De scoretabel van complexiteit C Analist vind je in bijlage 5. Er is ook een Excel- versie beschikbaar.

2.6 Nederlands en Engels

Nederlands In het kwalificatiedossier Analist worden ook eisen gesteld aan de beheersing van het Nederlands (zie het Basisdocument, hoofdstuk 5.11.1 ). In complexiteit A en B heb je ondersteuning gehad om je lees-, luister-, spreek-, gespreks- en schrijfvaar- digheidniveau op het gewenste niveau te brengen. In complexiteit C kun je door middel van diverse beroepsproducten aantonen dat je op het gewenste niveau presteert. Voor de beoordeling van dat niveau wordt gebruik gemaakt van de niveaubepalingen voor de diverse vaardigheden (bijlagen 6 t/m 11). In de tabel hieronder zie je een overzicht van de beroepsproducten uit deze PW, die gebruikt kunnen worden voor oefening en/of beoordeling van je lees-, luister-, spreek-, gespreks- en schrijfvaardigheid op 3F-niveau. Overleg met de docent Nederlands welke producten daadwerkelijk meegenomen worden voor oefening/ beoordeling en welke producten je eventueel kunt gebruiken voor je kwalificerende taalportfolio.

13

ROUTINEBEPALINGEN

TERUG NAAR INHOUD

Subvaardigheid

Taaknr. Product

Deelnemen aan discussie en overleg

alle deelname aan overleg projectgroep

Informatie uitwisselen

2 evt. sollicitatiegesprek 3 PAP-gesprek 11 functioneringsgesprek

Gesprekken

Luisteren naar instructies Luisteren als lid van een live publiek Luisteren naar radio en tv en naar gesproken tekst op internet

alle samenvatten overleg projectgroep in notulen 11 lijst verbeterpunten

Luisteren

Een monoloog houden

5 (deel van) presentatie

Spreken

Lezen van informatieve teksten Lezen van instructies Lezen van betogende teksten

1 inventarisatie werkzaamheden PW10

Lezen

Correspondentie

2 evt. sollicitatiebrief

Formulieren invullen, berichten, advertenties en aantekeningen

alle notulen vergadering projectgroep 6 overzicht standaardpakketten eigen laboratorium

Verslagen, werkstukken, samen- vattingen, artikelen

1 keuzevoorstel routinebepalingen met motivatie 4 verslag aanvragen 5 verslag inwerkprocedure apparatuur 7 logboek 7 labjournaal 8 rapportage meetwaarden en resultaten 9 rapportage routinebepalingen met verbeterpunten 11 verslag competentieontwikkeling

Schrijven

Engels In het kwalificatiedossier Laboratoriummedewerker worden ook eisen gesteld aan de beheersing van Engels (zie het Basisdocument, hoofdstuk 5.11.2 ). Als je in je PAP hebt aangegeven dat je bepaalde vaardigheden in het Engels nog verder moet ontwikkelen, geef je in de planning voor deze projectwijzer aan hoe je daar in deze periode aan werkt. Dat kan bijvoorbeeld door in het BPV-bedrijf op zoek te gaan naar en gebruik te maken van Engelstalige voorschriften en teksten, die van belang zijn bij deze PW.

14

ANALIST

TERUG NAAR INHOUD

15

ROUTINEBEPALINGEN

TERUG NAAR INHOUD

3 Projectcontext

16

ANALIST

TERUG NAAR INHOUD

Routinebepalingen zijn bepalingen die elke dag in grote of minder

grote series op een lab worden uitgevoerd. We noemen dat ook wel

bulkbepalingen. Deze bepalingen worden meestal uitgevoerd met

behulp van geautomatiseerde analyseapparatuur.

Alle medewerkers op het laboratorium zijn in staat deze bepalingen uit te voeren en zullen dat ook regelmatig doen. Zo houden ze de eigen ‘routine’ in de routinebepa- lingen op peil. Bij routinebepalingen sluipen er ook gemakkelijk kleine of grote afwijkingen van het gestandaardiseerde voorschrift (= SOP) in. Het hele proces van aanvraag, uitvoering, analyse en rapportering zal in dit project de revue passeren. Voordat je van jezelf kunt zeggen: “Ik ben geroutineerd in deze bepaling”, heb je een aantal fasen doorlopen: • je hebt jezelf georiënteerd op een BPV-bedrijf • je hebt routinebepalingen geselecteerd en afgesproken • je hebt jezelf ingewerkt en de (theoretische) achtergronden bestudeerd • je hebt de routinebepaling(en) een groot aantal malen uitgevoerd totdat je het tempo hebt en de kwaliteit levert van een professionele analist • je hebt geleerd de serie meetwaarden te beoordelen en er conclusies aan te verbinden • je hebt geleerd correct te reageren bij afwijkingen Vakinhoud Je bepaalt, afhankelijk van je uitstroom/kwalificatie, samen met de school en eventueel met het BPV-laboratorium aan welke routinebepalingen je gaat werken. Omdat de vakinhoud behorend bij deze projectwijzer niet vooraf vast staat zijn in de realisatiefase geen bronnen opgenomen.

17

ROUTINEBEPALINGEN

TERUG NAAR INHOUD

4 Projecttaken

18

ANALIST

TERUG NAAR INHOUD

Oriëntatie

Fase 1

Projecttaak 1

Wat kom je tegen bij routinebepalingen?

Met de opdrachten en taken in fase 3 van deze projectwijzer kom je aspecten tegen die horen bij routinebepalingen. Jij bent zelf verantwoordelijk voor de uitvoering van dit project. Wat wordt er precies van je verwacht? Welke onderdelen voer je op je BPV-plaats uit? Welke activiteiten zijn op dit moment al duidelijk en welke zijn afhankelijk van de mogelijk- heden op het lab waar jij gaat werken? Welke routinebepalingen wil jij het liefst uitvoeren? Voor de meeste taken zul je extra achtergrondkennis nodig hebben. Zijn er mensen binnen je school of je BPV-bedrijf die je om informatie kunt vragen? Bespreek in je projectgroep welke adviezen, informatie en/of ondersteuning je van docenten, begeleiders of BPV-coördinatoren verlangt. Er zijn natuurlijk ook andere manieren om aan informatie te komen. Ga er in elk geval van uit dat je zelf je ondersteunende lessen plant. Sommige onderdelen werk je individueel uit en bij andere kun je taken verdelen in je projectgroep. Wat willen de andere leden van je projectgroep? Jij en je collega’s voeren verschillende routinebepalingen uit of in sommige gevallen dezelfde, maar dan op een andere manier. Juist door jullie verschillende werkzaamheden kun je in korte tijd ervaringen opdoen en die onderling uitwisselen.

19

ROUTINEBEPALINGEN

TERUG NAAR INHOUD

Je projectbegeleider wil, net als een echte baas, dat je alle activiteiten voor deze periode inventariseert. Hij wil ook de complete inventarisatie van de hele groep zien voordat jullie met de planning beginnen en afspraken maken met de BPV-bedrijven.

Bronnen • bijlage 1 • bijlage 5

GO/NO-GO tabel Scoretabel C Analist

• hoofdstuk 5

Beoordelingsformulieren

IN TE LEVEREN BEROEPSPRODUCTEN

Beroepsproduct

Werkvorm

Verantwoord op LB en/of Leren

Inventarisatie werkzaamheden PW10 niveau 4 Persoonlijk keuzevoorstel routinebepalingen met motivatie Groepsinventarisatie werkzaamheden PW10 niveau 4

IND Leren Interactie

IND Leren Interactie

Leren Interactie

PG

20

ANALIST

TERUG NAAR INHOUD

Projecttaak 2

Project verwerven (optioneel)

De inventarisatie van de werkzaamheden is gereed. Je hebt een duidelijk beeld van je taken in de komende periode. Je kunt nu voor het uitvoeren van de praktische onderdelen contact opnemen met het BPV-laboratorium of het laboratorium van je ROC. Welke mogelijkheden zijn daar en kun je er jouw doelen realiseren? Je legt contact met het BPV-bedrijf en bereid je voor op een eventueel gesprek. Weet je welke concrete afspraken er liggen tussen jouw ROC en de BPV-plaats? Wanneer er nog geen overeenkomst is tussen je ROC en het BPV-bedrijf, dan leg jij zelf de gemaakte afspraken vast in een overeenkomst. In je projectgroep kun je de verschillende gemaakte afspraken met elkaar vergelijken. Welke verschillen in de overeenkomsten zijn er bijvoorbeeld tussen (micro)biolo- gische, chemische en medische laboratoria? Voor een laboratorium gelden algemene en een aantal bijzondere regels die belangrijk zijn en waarvan het goed is dat je die van tevoren weet. Hoe kom je te weten hoe de regels op je nieuwe BPV-plaats zijn? Je kunt nu bespreken wat jouw concrete activiteiten in je bedrijf zullen zijn. Het zou ook leuk zijn de andere leden van je projectgroep een dag op jouw BPV-bedrijf te ontvangen.

Uiteindelijk moet ook je projectbegeleider de overeenkomst goedkeuren.

21

ROUTINEBEPALINGEN

TERUG NAAR INHOUD

Laboratory Rules (a helpful but woefully incomplete guide to laboratory safety)

• It doesn't go in your mouth. • It doesn't belong in your ear. • Don't stick it up your nose.

• Don't get it in your eyes. • Don't drop it on the floor. • Don't touch it if it's on fire. • If it smells bad, it's probably bad for you. • If it smells good, it's probably worse. • If you can't smell it at all . . . well, it's been nice knowin' ya. • If it can be pointed, be careful where you point it. • Just because the radiation won't kill you now is no excuse. • Read the label first. • If it ain't broke, don't break it. • If two substances are in separate containers, there's probably a good reason for • it. • If it kills other living things, there's a chance it's not good for you either. • If metal dissolved in it, odds are your fingers won't fare much better. • An experiment that causes physical pain is a poorly designed experiment. • If you didn't do control experiments, you didn't do any experiments. Start over. • A result you don't like is still a result. • If it didn't work the first time, repeat the experiment. • If it did work the first time, repeat the experiment. • That which does not kill you . . . usually hurts like hell anyway. • Learn to cope with frustration. • Lightning may not strike the same spot twice, but just about everything else • will.

Corollary: • If it exploded last time, it's likely to explode this time too.

Suggestions?

Bronnen • www.carrieretijger.nl/carriere/solliciteren • www.leren.nl/cursus/solliciteren

IN TE LEVEREN BEROEPSPRODUCTEN

Beroepsproduct

Werkvorm

Verantwoord op LB en/of Leren

Inventarisatie werkzaamheden PW10 niveau 4

IND

LB Loopbaan, Loopbaansturing LB Burgerschap, Economische dimensie, bijdragen aan het arbeidsproces

GO

NO-GO

22

ANALIST

TERUG NAAR INHOUD

Plan van Aanpak

Fase 2

Projecttaak 3

Plan van Aanpak en PAP

Nu duidelijk is wat er moet gebeuren, kunnen jullie gaan plannen. Jij weet welke activiteiten je moet uitvoeren. Let erop dat je bij de verdeling van taken die werkzaamheden krijgt toebedeeld die je werkelijk verder helpen bij de ontwikkeling van je eigen competenties. Houd ook rekening met het BPV-bedrijf dat wil dat jij je taken tijdig uitvoert en afrondt. Inventariseer wat jullie allemaal moeten onderzoeken en maak een Plan van Aanpak waarin jullie de activiteiten inventariseren, stroomlijnen en voorzien van een tijds- indeling. Jullie spreken af wie waarvoor verantwoordelijk is. Jullie plannen ook de projectgroepbijeenkomsten en ondersteunende lessen in. Het Plan van Aanpak dat jullie maken, is voorzien van een strokenplanning voor de werkzaamheden van deze periode. Wanneer de taken zijn verdeeld, maak je voor jezelf een Persoonlijk Activiteiten Plan (PAP). Aan de overeenkomst met je stagebedrijf voeg je een planning toe die past binnen de totaalplanning van de projectgroep.

23

ROUTINEBEPALINGEN

TERUG NAAR INHOUD

Wanneer het Plan van Aanpak is goedgekeurd door de projectbegeleider en jouw PAP door de projectbegeleider en/of praktijkbegeleider kunnen jullie ‘volgens plan’ aan de slag. Op het moment dat een van de teamleden zijn tijdschema niet haalt, heeft dat gevolgen voor de anderen. Je zult hiervoor samen oplossingen moeten bedenken en je schema zonodig moeten bijstellen.

Planning

Jaar Maand Week

10

11

12

13

14

15

16

17

Wat kom je tegen bij routinebepalingen? Projectverwerving Plan van aanpak Aanvragen en monsterverwerking Apparatuur Waarom zijn het routinebepalingen? Heb ik voldoende routine? Resultaten? En dan?

Verbeterpunten Eindpresentatie Functioneringsgesprek

Strokenplanning

Bronnen • ingediende voorstellen • PAP vorige periode • verbeterpunten functioneringsgesprek vorige periode • www.carrieretijger.nl/functioneren/samenwerken • www.leren.nl/cursus/professionele-vaardigheden/vergaderen • www.onderwijsachterstanden.nl/smart/sma0001.php • www.carrieretijger.nl/functioneren/management/leidinggeven/doelen-stellen

IN TE LEVEREN BEROEPSPRODUCTEN

Beroepsproduct

Werkvorm

Verantwoord op LB en/of Leren

Plan van Aanpak PW10 niveau 4

Interactie Ondersteuning en begeleiding van de leeractiviteiten

PG

Leren

PAP bij PW10 niveau 4

IND

GO

NO-GO

24

ANALIST

TERUG NAAR INHOUD

Realisatie

Fase 3

Projecttaak 4

Aanvragen en monsterverwerking

Elke routinebepaling begint met een aanvraag. Hoe deze aanvragen tot stand komen, hoe ze het laboratorium bereiken en hoe ze daar verder verwerkt en verdeeld worden, is voor elke analist belangrijke achtergrondinformatie. Waarom is dat belangrijk? Daar kom je achter door je op het hele proces van de totstand- koming van de aanvraag tot de aanvraagverwerking te oriënteren. Je begrijpt dat ook de kostenaspecten bij de aanvragen een belangrijke rol spelen. Het aantal monsters en het soort monsters dat op jouw BPV-plaats geanalyseerd wordt, is afhankelijk van de aanvragen die via een aanvraagformulier of via een computerverbinding binnenkomen. Om zicht te krijgen op alle werkzaamheden die er plaatsvinden, wordt jou gevraagd te onderzoeken hoe dat op jouw lab precies gebeurt. Je kijkt naar de verzameling en registratie van monsters, naar eisen die aan de monsters worden gesteld en naar de wijze waarop de (voor)bewerking plaats- vindt. Ook probeer je inzicht te krijgen in de manier waarop het lab met spoedbepa- lingen omgaat. Je zorgt dat je zelf mee kunt werken bij de monsterverwerking.

25

ROUTINEBEPALINGEN

TERUG NAAR INHOUD

Het hoofd van het lab wil een verslag zien van je bevindingen. Ook is hij benieuwd naar de manier van werken op andere laboratoria. Binnen je projectgroep op het ROC vergelijken jullie je onderzoeksresultaten. Waar zitten de overeenkomsten en verschillen? Hebben jullie nog voorkeur voor een bepaalde aanpak en waarom? Is de werkwijze specifiek voor jouw eigen laboratorium en zo ja, waarom? Deze analyse werk je met de hele projectgroep uit. Rapporteer het overzicht aan het hoofd van je lab.

mossel monster

Bronnen • bijlage 11

Niveaubepaling schrijfvaardigheid

IN TE LEVEREN BEROEPSPRODUCTEN

Beroepsproduct

Werkvorm

Werkproces

Verslag aanvragen

IND 1.2 Ontvangen en registreren van materiaal

Overzicht aanvragen

PG

1.2 Ontvangen en registreren van materiaal

26

ANALIST

TERUG NAAR INHOUD

Projecttaak 5

Apparatuur

Wanneer al het materiaal binnen is, kunnen de bepalingen worden uitgevoerd. Daarvoor moet je op de hoogte zijn van de werking en de bediening van de apparatuur die je gaat gebruiken. Op het ene lab word je uitgebreid ingewerkt en een ander lab zet je misschien gewoon aan het werk met een eenvoudige handleiding. Hoe ben jij op de apparatuur ingewerkt? Moet je alles van het apparaat weten of zou je kunnen beginnen met een basis handleiding? Welke handleidingen zijn aanwezig? Zijn daar ook Engelstalige handleidingen bij? Is jouw niveau leesvaar- digheid Engels voldoende voor het lezen van die handleidingen of wordt er een hoger niveau verwacht? Kan of moet iemand je inwerken? In jullie projectgroep vergelijken jullie de verschillende manieren van inwerken. Wat vond jij van de wijze waarop je op jouw lab werd ingewerkt als je dit vergelijkt met je groepsgenoten? Misschien kun je verbeterpunten voorstellen.

Jouw projectgroep verzorgt een gezamenlijke presentatie over dit onderwerp. Het hoofd van jouw lab vraagt daarnaast een verslag over jouw bevindingen op zijn lab.

optical angle meter

Bronnen • bijlage 9 • bijlage 11

Niveaubepaling spreekvaardigheid Niveaubepaling schrijfvaardigheid

27

ROUTINEBEPALINGEN

TERUG NAAR INHOUD

IN TE LEVEREN BEROEPSPRODUCTEN

Beroepsproduct

Werkvorm

Werkproces

Verslag inwerkprocedure apparatuur Presentatie vergelijking inwerkprocedure apparatuur

IND 3.4 Begeleiden van stagiairs

PG

3.4 Begeleiden van stagiairs

28

ANALIST

TERUG NAAR INHOUD

Projecttaak 6

Waarom zijn het routinebepalingen?

Er is vast een aantal redenen waarom bepalingen tot de routinebepalingen zijn gaan horen. Blijkbaar hebben ze hun waarde bewezen bij het controleren van het productie- proces of de diagnosestelling. Ga na of er standaardpakketten op jouw laboratorium in gebruik zijn en maak hiervan een overzicht.

Jouw labhoofd wil weten welke standaardpakketten elders in gebruik zijn en welke bepalingen in die pakketten zitten. Jouw projectgroep maakt daarvan een overzicht.

Bronnen • bijlage 7

Niveaubepaling leesvaardigheid

• aanvraagformulieren laboratoria

IN TE LEVEREN BEROEPSPRODUCTEN

Beroepsproduct

Werkvorm

Werkproces

Overzicht standaardpakketten eigen laboratorium Overzicht standaardpakketten laboratoria

IND 3.1 Optimaliseren van kennis en technieken

PG

3.1 Optimaliseren van kennis en technieken

29

ROUTINEBEPALINGEN

TERUG NAAR INHOUD

Projecttaak 7

Heb ik voldoende routine?

Het uitvoeren van een routinebepaling gebeurt, hoe kan het ook anders, routine- matig. Hoe lang heb jij nodig om geroutineerd mee te draaien in het analistenteam als het om dit soort bepalingen gaat? Tenslotte word je geacht om binnen een bepaalde tijd een minimum aantal bepalingen te doen met een kwalitatief goed eindresultaat. Zie je in de loop van de tijd in je planningen dat je vaardiger wordt in het uitvoeren van de bepalingen? Terwijl je zo goed mogelijk je best doet om tot een behoorlijke tempo te komen, geef je wel op tijd je grenzen aan als dat ten koste van de kwaliteit zou gaan. Tegelijkertijd zorg je er voor dat je je werkplek altijd netjes achterlaat en je gedraagt je collegiaal naar je collega’s.

Tijdens je werkzaamheden houd je een individueel logboek bij waarin je al je hande- lingen noteert. Ook het labjournaal vul je nauwkeurig in.

Deze periode krijg je de gelegenheid om te laten zien wat je waard bent op het terrein van routinebepalingen. Na een ruime oefenperiode toon jij aan dat je competent bent op dit terrein.

30

ANALIST

TERUG NAAR INHOUD

IN TE LEVEREN BEROEPSPRODUCTEN

Beroepsproduct

Werkvorm

Werkproces

Dagplanningen

IND 1.1 Maken van een planning

Logboek Labjournaal

IND IND

1.2 Ontvangen en registreren van materiaal 1.3 (Assisteren bij) afname van humaan materiaal Alleen 93711 en 93712 1.4 Nemen van productmonsters Alleen 93713, 93714 en 93715

1.5 Voorbewerken van materiaal 2.1 Uitvoeren van basistechnieken 2.2 t/m 2.6 2.8 Onderhouden van werkplek en apparatuur Verantwoord op LB en/of Leren

Uitvoeren van gespecialiseerde analyses en testen

Dagplanningen

PG

Interactie Ondersteuning en begeleiding van de leeractiviteiten

Leren

Logboek

IND

31

ROUTINEBEPALINGEN

TERUG NAAR INHOUD

Projecttaak 8

Resultaten? En dan?

Wanneer de meetwaarden en resultaten van (een aantal) routinebepalingen binnen zijn, worden ze beoordeeld. Het kan ook zijn dat je die beoordelingen doet terwijl je zelf de routinebepalingen uitvoert. Het labhoofd geeft je opdracht om een serie meetwaarden en resultaten te onder- zoeken. Gedurende het onderzoek overleg je met collega’s en/of leidinggevenden bij onduidelijkheden, onzekerheden of vragen. Allereerst stel je vast of ze representatief zijn. Dat doe je bijvoorbeeld door te controleren of meetwaarden en resultaten binnen gestelde grenswaarden liggen en/ of te kijken of controlemonsters betrouwbare meetwaarden hebben. Het kan zijn dat je een betrouwbaarheidsanalyse op de resultaten uitvoert. Bij al deze werkzaam- heden houd je je aan de voorgeschreven procedures en protocollen. Je gaat op een vertrouwelijke en respectvolle manier om met data en gegevens. Wanneer je hebt vastgesteld dat de gegevens die je hebt representatief zijn, inter- preteer je de resultaten. Je laat zien dat je inzicht hebt in de betekenis van de resul- taten. Je begrijpt het verband met de kwaliteit van de uitgevoerde analyse. Dit toon je aan door middel van een presentatie aan je beoordelaars. Om goed thuis te raken in het laboratorium waar je werkt, vraagt het labhoofd je de kwaliteit en werkwijze van het lab nader te onderzoeken. Goede en betrouwbare resultaten bij elke routineanalyse zijn natuurlijk altijd een eerste vereiste. De certificering van laboratoria is immers een ‘hot item’. De kwaliteit van je laboratorium wordt voor een groot deel bepaald door de kwaliteit van je uitslagen. Laboratoria moeten kunnen aantonen dat resultaten betrouwbaar en juist zijn. Welke mogelijkheden en richtlijnen bestaan daarvoor op de diverse typen laboratoria? Hoe is dit op jouw laboratorium in de praktijk geregeld? Resultaten moeten soms zeer snel beschikbaar zijn voor de aanvrager. Hoe handelt men dan op jouw laboratorium? Gaat ook in dit geval op: kwaliteit is belangrijker dan snelheid? Is de resultatenverwerking anders dan bij de normale procedures? Werkt men met tijdslimieten waarbinnen de uitslagen bekend moeten zijn? De uitgevoerde analyses zullen vaak resultaten opleveren die ook werden verwacht. Maar wat gebeurt er als ze erg afwijkend zijn? Ga eens na of daar algemene proto- collen voor bestaan. Hanteert men die op jouw laboratorium of zijn er andere regels? Hoe is de procedure bij het doorgeven van uitslagen? Maak een overzicht van de procedure bij de 1e-lijnsautorisatie.

32

ANALIST

TERUG NAAR INHOUD

Bronnen • bijlage 7 • bijlage 11

Niveaubepaling leesvaardigheid Niveaubepaling schrijfvaardigheid

IN TE LEVEREN BEROEPSPRODUCTEN

Beroepsproduct

Werkvorm

Werkproces

Rapportage meetwaarden en resultaten

IND 2.7 Beoordelen van meetwaarden

Overzicht procedure 1e-lijnsautorisatie

IND 2.7 Beoordelen van meetwaarden

Werkproces

Beoordeling presentatie, beoordelingsgesprek en/of reflectieverslag Presentatie resultaatverwerking routinebepalingen en kwaliteitsonderzoek

IND 2.7 Beoordelen van meetwaarden

33

ROUTINEBEPALINGEN

TERUG NAAR INHOUD

Projecttaak 9

Verbeterpunten

Je hebt nu het hele proces van het aanvragen, het uitvoeren en de verwerking van de resultaten bekeken en uitgevoerd. De verschillende onderdelen van het proces zijn beschreven. Zijn alle procedures wel duidelijk? Is elke aanvraag wel nodig? Kan het niet goedkoper of sneller? Het hoofd van jouw laboratorium vraagt jou of jij mogelijk verbeterpunten kunt noemen voor de routinebepalingen op jouw BPV-plaats. En als dat niet zo is of jij kunt aangeven waarom alles perfect is geregeld en wordt uitgevoerd. Hij wil jouw mening verwerkt zien in een rapport. Ook je projectbegeleider en de andere leden van je projectgroep bekijken je rapport. Ze formuleren opmerkingen en vragen over de inhoud van je rapport. Gezamenlijk nemen jullie deze opmerkingen en vragen door, zodat jouw eventuele verbeter- punten zo optimaal mogelijk zijn. Op basis van de notulen van deze bespreking pas je, indien nodig, je rapport aan.

Bronnen • bijlage 11

Niveaubepaling schrijfvaardigheid

IN TE LEVEREN BEROEPSPRODUCTEN

Beroepsproduct

Werkvorm

Werkproces

Rapportage routinebepalingen met verbeterpunten

IND 3.1 Optimaliseren van kennis en technieken

Notulen

PG

3.1 Optimaliseren van kennis en technieken

GO

NO-GO

34

ANALIST

TERUG NAAR INHOUD

Evaluatie

Fase 4

Projecttaak 10 Afronding project

Je bent aan het einde gekomen van deze periode. Je beoordelaars hebben jouw producten beoordeeld en hun observaties gedaan. Wie je beoordelaars zijn, zie je in de beoordelingsformulieren. Het kan zijn dat jij en/of de leden van je projectgroep ook als beoordelaar optreden. Onder leiding van de projectbegeleider komen jullie dan bij elkaar om het resultaat van die beoordelingen vast te stellen.

Ter afronding van dit project moet je nog een aantal competenties aantonen door middel van een reflectieverslag, een beoordelingsgesprek en/of een presentatie.

35

ROUTINEBEPALINGEN

TERUG NAAR INHOUD

Bij dit project gaat het om de volgende onderdelen en beoordelingsmethoden:

Beoordelingsmethode Werkproces

Competentie(s)

Projecttaak

Reflectieverslag

1.1

Q

7 7 7 7 8

Beoordelingsgesprek 1.3

F, K

1.4

K

2.2-2.6

L, V

Presentatie

2.7

F, M, S

Het is mogelijk dat jouw ROC afwijkt van de aangegeven beoordelingsmethoden.

Reflectieverslag Een reflectieverslag heeft een vaste indeling en opbouw, de STARRT-methode. Je gebruikt daarvoor het formulier in bijlage 3. Je beschrijft en verantwoordt de keuzes die je hebt gemaakt tijdens het uitvoeren van werkzaamheden bij het aangegeven werkproces en de daarbij geselecteerde competenties. Het doel van je verslag is dat je aantoont dat je voldoet aan de criteria en het gewenste resultaat. Beoordelingsgesprek Bij een of meer werkprocessen en daarbij geselecteerde competenties in deze projectwijzer, krijgen je beoordelaars de gelegenheid om je extra vragen te stellen. Zij proberen daarmee te achterhalen wat je overwegingen waren om tot bepaalde keuzes te gekomen. Daarnaast proberen zij te achterhalen welke kennis en vaardigheden je hebt ingezet om tot het gewenste resultaat te komen. Een beoor- delingsgesprek verloopt volgens de STARTT-methode. Meer uitleg over het beoor- delingsgesprek vind je in bijlage 4. Presentatie In overleg met je begeleiders worden een tijdstip en een plaats gekozen voor je presentatie. Hierbij kunnen docenten, eventueel je praktijkbegeleider en externe deskundigen, worden uitgenodigd. Je publiek zal kritisch toehoren en vaststellen of je voldoet aan de competenties die je met deze presentatie aantoont. Jij bereidt je, samen met je projectgroep, goed voor op deze presentatie. Je mag zelf een presentatievorm kiezen. Je zorgt ervoor dat vorm en inhoud passen bij de criteria en het gewenste resultaat die jij met je presentatie moet aantonen.

Bronnen • bijlage 2 Beoordelingsmethoden

• bijlage 3 Formulier STARRT-methode • bijlage 4 Richtlijnen beoordelingsgesprek • www.leren.nl/cursus/professionele-vaardigheden/gesprekstechnieken/vraag- kiezen.html • www.leren.nl/cursus/professionele-vaardigheden/presentatie/ • www.lichaamstaal.nl/presentatie.html

36

ANALIST

TERUG NAAR INHOUD

Projecttaak 11 (Groeps)Functioneringsgesprek

Tijdens het functioneringsgesprek, dat je voert met je projectbegeleider en eventueel met je praktijkbegeleider, bespreken jullie de opmerkingen die in de beoordelings- formulieren geplaatst zijn, de kwaliteit van jouw beroepsproducten en de prognose die jij zelf in de scoretabel hebt ingevuld.

Jij schrijft van tevoren een verslag waarin je aangeeft hoe jouw competentieontwik- keling tijdens de periode van deze PW is verlopen.

Tijdens het functioneringsgesprek worden je beoordelingen besproken. De opmer- kingen die in je beoordelingsformulieren zijn geplaatst bij een eventuele score O of G helpen je bij het benoemen van een aantal verbeterpunten waaraan je de komende periode gaat werken. Het kan zijn dat je ROC bij deze PW de voorkeur geeft aan een groepseva- luatie. Samen met je projectbegeleider geef je dan elkaar feedback. Je neemt ook de mening van de leden van jouw projectgroep mee bij de vaststelling van de verbeterpunten.

Bronnen • hoofdstuk 5

Beoordelingsformulieren Formulier STARRT-methode

• bijlage 3 • bijlage 5

Scoretabel C Analist

37

ROUTINEBEPALINGEN

TERUG NAAR INHOUD

IN TE LEVEREN BEROEPSPRODUCTEN

Beroepsproduct

Werkvorm

Verantwoord op LB en/of Leren

Verslag competentie- ontwikkeling PW10 niveau 4 Lijst verbeterpunten leerresultaten PW10 niveau 4 Verslag competentie- ontwikkeling PW10 niveau 4

IND Leren Feedback op de leeractiviteiten en de leerresultaten

IND

IND

LB Loopbaan, Inzicht hebben in de eigen kwaliteiten, mogelijkheden, waarden en motieven.

Lijst verbeterpunten leerresultaten PW10 niveau 4

IND

Loopbaan, Loopbaansturing

GO

NO-GO

38

ANALIST

TERUG NAAR INHOUD

39

ROUTINEBEPALINGEN

TERUG NAAR INHOUD

5 Beoordelingsformulieren

40

ANALIST

TERUG NAAR INHOUD

Beoordeling werkproces 1.1 Maken van een planning KERNTAAK 1 VOORBEREIDEN VAN ANALYSES

Maken van een dagplanning voor de werkzaamheden die hij uit gaat voeren. Overleggen met collega’s en leidinggevenden. Rekening houden met de beschikbare tijd en prioriteit van de verschillende (onvoorziene) werkzaamheden. Bij onduidelijkheden verdere informatie vragen. Aanwijzingen en instructies van zijn leidinggevenden inpassen in de planning. Zo nodig zijn planning aanpassen en prioriteiten stellen aan zijn taken in geval van spoedopdrachten. Bij twijfel of onduidelijkheden rondom de uit te voeren werkzaam- heden raadplegen van een collega of leidinggevende.

Omschrijving werkproces

Haalbare planningen. Aangepaste haalbare planning als dit nodig was.

Gewenst resultaat

EINDBEOORDELING

O V G

COMPETENT UITVOEREN WERKPROCES 1.1 Opmerkingen:

Ondertekening

Eerste beoordelaar (pra)

Tweede beoordelaar (pro)

Student (gezien)

Naam

Functie Datum Handtekening

41

ROUTINEBEPALINGEN

TERUG NAAR INHOUD

ONDERLIGGENDE BEOORDELINGEN BIJ WERKPROCES 1.1 PRODUCTBEOORDELING MET CRITERIA EN VERWIJZING NAAR COMPETENTIE

O V G

TK Product

Criteria

Werkvorm Competenties Versies X

IND

Q, T

7 Dagplanningen

Planningen zijn uitgevoerd volgens het format van het BPV-laboratorium.

Planningen zijn bruikbaar op het BPV-laboratorium. BEOORDELING PRESENTATIE, BEOORDELINGSGESPREK EN/OF REFLECTIEVERSLAG TK Product Criteria

Werkvorm Competenties O V G

IND

Q

7 Reflectieverslag

Het reflectieverslag is uitgevoerd volgens het format van bijlage 3.

COMPETENTIEBEOORDELING Criteria E. Samenwerken en overleggen Je pleegt overleg met je collega’s (en je leidinggevenden) over welke werkzaam- heden verricht moeten worden en je wint bij onduidelijkheden informatie in. Het resultaat is dat de planning duidelijk en haalbaar is. Q. Plannen en organiseren Je bepaalt aan de hand van de uit te voeren taken en duur van de testen en analyses, in welke volgorde je deze uitvoert. Je schat de benodigde tijd realistisch en op een effectieve en efficiënte manier in. Het resultaat is dat in je planning de meest urgente of langdurige testen en analyses als eerste gedaan of gestart worden. T. Instructies en procedures opvolgen Je begrijpt de mondelinge en/of schrifte- lijke instructies van je leidinggevenden wat betreft taken en prioriteiten. Je maakt je planning hiernaar en past deze zo nodig aan. Het resultaat is dat de planning up to date is en uitvoerbaar blijft.

Beoordelingsmethode Beoordelaars O V G

pra

Observatie

v, pra

Observatie

v, pra

Productbeoordeling • Dagplanningen

pra

Reflectieverslag

pra

Observatie

Productbeoordeling • Dagplanningen

v, pra

42

ANALIST