006BTMS0018
BEROEPSTAAK CONSTRUCTIEWERKEN 1
OEFENING SNIJBRANDEN
Om dikkere materialen van elkaar te scheiden of om vormen te maken die met een zaag niet gemaakt kunnen worden, maak je gebruik van snijbrand- of plasmasnijapparatuur. Bij deze oefeningen maak je gebruik van een autogeen snijbrandinstallatie. Om hierin voldoende vaardigheid te krijgen, is er een aantal oefeningen opgenomen in deze beroepstaak. Voorbereiding oefening 1 Geef een omschrijving van het proces snijbranden. 2 Hoe hoog moet de druk van de gassen zijn? 3 Welke gassen worden gebruikt bij autogeen snijden? 4 Met welk toestel kan een druk van een gas worden ingesteld? 5 Omschrijf stap voor stap de juiste vlaminstelling van een snijbrander. 6 Op welke manier maak je de aftekenlijnen zichtbaar, zodat je deze ook tijdens het snijden nog kunt zien? 7 Welke fouten kunnen er ontstaan bij het snijden? Verduidelijk dit met een voorbeeld. 8 Hoe zijn snijfouten te herkennen? 9 Welke materialen kunnen we wel en welke niet snijbranden? Verklaar waarom wel/niet. 10 Wat is het verschil tussen autogeen snijden en plasma snijden? 11 Aan welke veiligheidseisen moet je voldoen bij het snijbranden? Er zijn 5 oefeningen snijbranden. Je kunt deze vinden op de tekeningen: 300-321-3/3 tot en met 3/7. Je kunt ook aan de praktijkopleider een tekening vragen van werkstukken die jij moet snijbranden. Als er geen werkstukken voorhanden zijn, maak dan gebruik van bovengenoemde tekeningen. 12 Schrijf in het kort op hoe je de onderdelen gaat maken. 13 Noteer welke hulpstukken en gereedschappen je nodig hebt. 14 Maak een materiaal-/zaaglijst aan de hand van de tekeningen van de oefeningen.
1
16
Made with FlippingBook