006IPTDB0014
D Deels/niet aangetoond competent gedrag De leerling werkt onvoldoende volgens de prestatie-indicator en/of is niet voldoende actief en/ of zet te weinig kennis en vaardigheden in. A Aangetoond competent gedrag De leerling werkt volgens de prestatie-indicator, is actief en zet de benodigde kennis en vaardigheden in. G Goed aangetoond competent gedrag De leerling werkt beter dan de prestatie-indicator vraagt, is daarbij proactief en zet kennis en vaardigheden bovengemiddeld in. In de kolom ‘resultaat D-A-G’ kan elke beoordelaar een score aangeven. In de kolom ‘Opmerkingen’ kan elke beoordelaar aantekeningen maken over het gedrag van een leerling. Alleen heel opvallend gedrag, zowel in positieve als in negatieve zin, wordt vastgelegd. Complexiteit: A-B-C-D Docenten en begeleiders zullen in overleg met de leerling aangeven of deze de projecttaak in complexiteit A, B, C of D gaat uitvoeren. Het is duidelijk dat in het begin veel sturing, begeleiding en meegegeven wordt. Aan het einde van de opleiding moet de leerling functioneren als beginnend beroepsbeoefenaar. In de beoordelingsmonitor staat complexiteit van de projecttaak aangegeven met: A –B –C –D In de tabel staat een overzicht van A-B-C-D opdrachten. Moeilijkheidsgraad (complexiteit) Welke begeleiding krijg je? In welke situatie moet je de opdracht uitvoeren? Moment van uitvoering A (Be)geleid Je krijgt zoveel mogelijk leiding tijdens het uitvoeren van de opdracht. Eenvoudig Je voert een aangepaste taak uit in een overzichtelijke situatie. 1 e half jaar
2 e half jaar
B
Begeleid Je krijgt begeleiding tijdens het uitvoeren van de opdracht. Je begeleider is in de buurt. Deels zelfstandig Voor een deel voer je zelfstandig de taak uit. Je kunt bij problemen
Eenvoudig Je voert een aangepaste taak uit in een overzichtelijke werksituatie. Standaard De taak bestaat uit verschillende werk- zaamheden die je in een normale werk- situatie uitvoert. Complex De werksituatie is niet meer zo overzichtelijk. Je begeleider is niet altijd bij jou in de buurt. Je zult zelfstan- dig naar oplossingen moeten zoeken.
Als beginnend beroepsbeoefenaar.
C
je begeleider raadplegen.
D
Zelfstandig Je voert de taak
zelfstandig uit. Vaak krijg je pas aan het einde ervan de controle van je begeleider.
31
Made with FlippingBook