006PWIB0013

PROJECTWIJZER 6 Leerjaar 2

Trainee BPV 2

INDUSTRIEEL DESIGN BOL4

MIDDENKADER ENGINEERING

Begeleidershandleiding

Trainee in een BPV-bedrijf

Project ‘Practising the job’

69372529

Bestelnummer: 006PWIB0013

- 1 -

Colofon Deze uitgave is gerealiseerd onder verantwoordelijkheid van de Stichting Consortium Beroepsonderwijs.

Directeur en managementteam P. Foppen en L. Fine; B. Huijberts; M. Pelgrum

De volgende docenten hebben meegewerkt aan de totstandkoming van deze projectwijzer H. Bakker, P.J. Beaujon, A. Brok, T. Derks, L. van Diggelen, B. Groeneveld, R. Krooswijk, P. Siesling, P. Vrakking Werkgroepleider A.G. Bol Redactie

A. Brok, M. Brok Omslag/Lay-out

Studio Blanche Foto's/figuren Stichting Consortium Beroepsonderwijs

Ondanks alle inspanningen is het mogelijk dat de stichting Consortium PGO niet alle copyrights van de in de uitgave opgenomen illustraties geregeld heeft. Degene die meent alsnog rechten te kunnen doen gelden, wordt verzocht contact op te nemen met de Stichting. MicrowebEdu © 2009 Stichting Consortium Beroepsonderwijs Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, namelijk elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande toestemming van de Stichting Consortium Beroepsonderwijs.

- 2 -

Inhoudsopgave

1. Inleiding

4

2. Organisatie

6

3. De beroepscontext (Project-Start-Up)

10

4. Project

11 11 14 16 19 22 23 25 29 31 32 32 33 34 35 36 37 38 39 40 41 42 44 46 47

 Oriëntatie  Definitie  Realisatie  Oplevering  Nazorg

 Werkvoorbereiding

5. Evalueren, Beoordelen, Verantwoorden en Kwalificeren

 Monitor PW6

 Competentiescoretabel PW6

Bijlagen Bijlage 1 Bijlage 2 Bijlage 3 Bijlage 4 Bijlage 5 Bijlage 6 Bijlage 7 Bijlage 8 Bijlage 9 Bijlage 10 Bijlage 11 Bijlage 12 Bijlage 13 Bijlage 14

Projectdossier en fasedocument BPV-2 Handreiking Plan van Aanpak Schema keuze BPV-plaats Schema solliciteren Handreiking Prestatieomschrijving Gegevens BPV-plaats Voorbeeld Weekstaat Formulier BPV-bezoek Formulier Eindevaluatie Formulier Tussentijdse Evaluatie Handreiking ‘Practising the Job’ Handreiking presentatie Stappenplan Communicatie Beoordeling communicatieproduct

- 3 -

1.

Inleiding

Beste collega, Evenals alle projectwijzers is ook deze projectwijzer een routebeschrijving die studenten gedurende een aantal weken de weg wijst bij het realiseren van een project. Alle projectwijzers zijn uitgewerkt volgens het didactisch model CGO: Competentie Gericht Onderwijs. Het ontwikkelen van kennis, vaardigheden en een goede (werk)houding vormen samen de garantie dat studenten zich ontwikkelen tot competente beroepsbeoefenaars. Kennis, vaardigheden en houding ontwikkelen studenten het beste door oefening in de praktijk. In deze projectwijzer wordt een beroepspraktijk nagebootst met een projectmatige opzet. Bewust zijn er in de projecten soms dilemma’s ingevoerd om zo dicht mogelijk bij de werkelijkheid te blijven en de studenten te laten ervaren dat een project niet altijd probleemloos verloopt. Elke projectwijzer is opgedeeld in projectfasen. Naast vakmatig zaken dienen studenten bij CGO vooral competent gedrag te ontwikkelen, zoals sociaalcommunicatieve vaardigheden, werken in teamverband, nauwkeurig blijven werken onder tijdsdruk of oplossingen zoeken voor problemen. Tenslotte wil het CGO-model ook bereiken dat de student een betrokken, gemotiveerde en enthousiaste beroepsbeoefenaar wordt. U kunt dit proces begeleiden en bewaken. Een wezenlijk onderdeel van het (goed) functioneren van een mens in de beroepspraktijk is het nemen van verantwoordelijkheid. Studenten zijn daarom ook zelf verantwoordelijk voor de wijze waarop hun studie verloopt. De taak van begeleiders op school en in de beroepspraktijk is hen op allerlei manieren te coachen en terzijde te staan. Kenmerkend voor CGO-onderwijs is dat ook medestudenten een belangrijke rol spelen bij de ontwikkeling, de evaluatie en de reflectie naar de student. Diverse betrokkenen observeren de studenten tijdens hun werkzaamheden, zoals docenten, de projectbegeleider, praktijkbegeleiders, maar ook medestudenten. In de laatste fase van het project evalueren de studenten gezamenlijk de resultaten en hun persoonlijke ontwikkelingen. Tot slot evalueert elke student individueel met zijn projectbegeleider de vorderingen die hij heeft gemaakt. Dit gebeurt onder andere tijdens een functioneringsgesprek dat wordt gehouden aan de hand van een door de student geschreven reflectieverslag. Opleiden, evalueren en beoordelen zijn in het CGO-model in elkaar geïntegreerd. Meer informatie vindt u in de begeleidershandleiding van projectwijzer 0, het Basisdocument Middenkader Engineering. Digitale ondersteuning van de projectwijzer, tekeningen, de monitor, de competentiescoretabel e.d. kunt u downloaden via www.consortiumbo.nl. Deze projectwijzer Dit is projectwijzer 6 (PW6), de routebeschrijving voor de tweede BPV-periode van de student van de opleiding Technicus Middenkader Engineering. De naam van de projectwijzer ‘Trainee in een BPV-bedrijf’ geeft al aan dat de student een functie gaat uitoefenen die hoort bij een opleidingstraject. Hij gaat beroepsvaardigheden trainen vandaar de projectnaam ‘Practising the Job’.

- 4 -

In tegenstelling tot de eerste BPV, die vooral oriënterend van aard was, zullen in de tweede BPV de kerntaken en werkprocessen zeker uitgevoerd worden bij een bedrijf met activiteiten van de gekozen vakrichting. De projectwijzer kan op diverse momenten in het tweede jaar van de opleiding worden ingezet. De diverse manieren waarop dat zou kunnen, staan in het ‘Basisdocument Middenkader Engineering’. Het is belangrijk dat de student met deze projectwijzer aan de slag gaat ruim voordat hij daadwerkelijk op BPV gaat. Digitale ondersteuning van de projectwijzer, tekeningen, de monitor, de competentiescoretabel e.d. kunt u downloaden via www.consortiumbo.nl. Alle informatie voor de begeleiders is in de grijze vlakken aangegeven. Alle niet in de grijze vlakken opgenomen tekst is de complete studentenversie. Wij wensen u veel succes.

- 5 -

2. Organisatie Projectgroep

Dit project start je op met de projectgroep van de voorgaande projectwijzer. Na de oriëntatiefase is het een individueel project. Je kunt elkaar in een presentatie vertellen over je ervaringen. Deze presentatie kun je houden tijdens een terugkomdag of aan het einde van je BPV-periode. Tijdens deze presentaties kun je veel van anderen leren en zij kunnen van jouw ervaring leren. Aanpak van het project Het is belangrijk dit project zeer ruim voor de aanvang van de BPV-periode op te starten. Dit in verband met de tijd die nodig is om een geschikt BPV-bedrijf te vinden en de benodigde afspraken te maken. Ook voor de BPV werken we met een projectmatige aanpak. Wel is de ontwerpfase weggelaten omdat deze geen functie heeft. Zo kun je ervaren dat een projectmatige aanpak niet altijd per se in zeven fasen is. De realisatiefase breng je door in het BPV-bedrijf. Vanaf de eerste activiteiten van dit project leg je een projectdossier aan conform het voorbeeld in bijlage 1. Alle afspraken en producten doe je in dit dossier. Aan het einde van de periode kun je met dit dossier aantonen dat je aan alle voorwaarden hebt voldaan. Persoonlijke ontwikkeling In je POP heb je vastgelegd welke competenties en vaardigheden je gedurende een langere periode wilt ontwikkelen. Dit Persoonlijk Ontwikkelings Plan kan na iedere periode, in overleg met je S tudie- L oopbaan- B egeleider, worden bijgesteld. Deze projectwijzer omvat de activiteiten van je tweede BPV-periode. Kijk bij het bedrijf waar je naar toe wilt vooral ook naar zaken die je studieloopbaan kunnen bepalen. Met welke technieken wil je werken en in wat voor functie? Op kantoor, in de uitvoering, in service en onderhoud of juist in de commerciële activiteiten? Neem tijdens de BPV vooral een onderzoekende en een vragende houding aan. Vraag alles wat je weten wilt over zaken die belangrijk zijn voor je persoonlijke ontwikkeling en je studieloopbaan. Mensen uit de praktijk kunnen je veel en weer andere dingen leren als de begeleiders op school. Veel meer over persoonlijke ontwikkeling, structuur van de opleiding en manieren van studeren staat natuurlijk in projectwijzer 0. Dat is het Basisdocument voor deze opleiding.  ALGEMEEN / PROJECTBEGELEIDER De ondersteuning, zoals in deze handleiding omschreven, is bedoeld als een advies, u kunt daar zelf naar eigen inzicht en mogelijkheden van afwijken. Alle aanwijzingen moeten daarom opgevat worden als voorstel. Ieder ROC heeft zijn eigen cultuur op het gebied van verwerving of toewijzing van BPV-plaatsen. Deze PW biedt u de mogelijkheid om dit conform de wensen van uw eigen organisatie te doen en de student toch een eigen ontwikkeling door te laten maken. Tijdens deze tweede BPV gaan de studenten competenties doorontwikkelen bij een bedrijf met technieken die passen bij de door hen gekozen vakrichting. Het is belangrijk dat de student zich bewust wordt welke kerntaken en werkprocessen bij de opleiding horen. Laat hem zo mogelijk bewust kiezen om aan bepaalde werkprocessen te gaan werken met de bedoeling om dan later, bij BPV 3 en 4, aan andere te gaan werken. Bij de sollicitatieprocedure wordt de student geacht, wat zelfstandiger te opereren dan bij de BPV 1.

- 6 -

In de projectwijzer wordt de student opgedragen alle bewijzen van zijn activiteiten te verzamelen in het eigen projectdossier, ter begeleiding van het proces worden wel steeds kopieën naar u gestuurd. Dit ontslaat de begeleider van de plicht alle bewijzen te verzamelen. De periode wordt dan net als bij de andere projectwijzers afgesloten met een functioneringsgesprek waarvoor het dossier en een reflectieverslag de input is.  PROJECTMANAGEMENT / BEDRIJFSKUNDE De 1e BPV-periode had vooral een oriënterend karakter. Deze 2 e BPV is vooral ter bevestiging van de keuze die de student op dit moment in de opleiding maakt. De student gaat op zoek naar zaken die nuttig zijn voor zijn verdere persoonlijke ontwikkeling. Projectmatig werken Ook bij deze tweede BPV is het de bedoeling dat het project ‘projectmatig’ wordt doorlopen. In het voortraject heeft de student al de nodige theoretische, projectmatige kennis en vaardigheden opgedaan. Iedere student verzamelt per fase zijn informatie en ingeleverde producten in een projectdossier. Dit dossier wordt ingezet als evaluatie-instrument bij het functionerings- of voortgangsgesprek m.b.t.: - inschatting van de student van zijn competentieniveau aan het begin van de stage - de afspraken (de vooraf gestelde doelen) - de taakvervulling tijdens de stage (in relatie tot de beoogde competentieverwerving van deze BPV-periode) Gedurende het vervolg van de opleiding zal de student deze vaardigheden dusdanig moeten ontwikkelen dat de bijbehorende competenties op een voldoende niveau worden beheerst. Projectopdracht ‘Practising the Job’ Gedurende deze BPV krijgt de student de opdracht om leerervaringen vast te leggen. Het gaat daarbij in grote lijnen om:  het bedrijf  de organisatie en zijn plaats daarin

 zijn werkzaamheden  projectmatig werken  productie (indien van toepassing)  onderwerpen die zijn eigen ontwikkelingsplan passen  zijn eigen resultaat van ontwikkeling In bijlage 11 staat een handreiking voor de studenten.

In de BPV-projecten is de ontwerpfase weggelaten omdat deze geen functie heeft. Het is de bedoeling dat de studenten begrijpen dat de projectmatige aanpak niet altijd in 7 fasen hoeft te zijn, maar functioneel dient te worden ingevuld. Bronnen: Bijlage 1 en 11

- 7 -

 COMMUNICATIE / NEDERLANDS Deze projectwijzer 6 zal voor communicatie Nederlands beperkt worden ondersteund. Het is raadzaam om alle op te leveren communicatieproducten voorafgaand aan de BPV tijdens een workshop te bespreken. De theorie over communicatie en de betekenis van het CEF-niveau gerelateerd aan de activiteiten tijdens de BPV worden uitgelegd. De student krijgt zo een indruk van de diepgang van het op te leveren product. Leerlijn Voor het aanleren van een juiste manier van communiceren wordt het stappenplan van het Communicatieschema a t/m f gebruikt. Tot nu toe is de stap a t/m d behandeld. U kunt de studenten er op wijzen dit toe te passen bij communicatieactiviteiten tijdens deze BPV-periode. Europees raamwerk De docent kan specifiek beoordelen, op basis van de niveauomschrijvingen volgens het Raamwerk Nederlands, of het taalvaardigheidniveau van de student voldoende is (voor deze periode B1 niveau). Hiervoor kan een aantal beroepsproducten geselecteerd worden. Vaardigheden/Medium/Producten Onderstaande communicatieactiviteiten komen als beroepsproduct in deze PW aan de orde. Luisteren: informatie inwinnen bij collega’s Lezen: PSU en instructie per fase Gesprekken voeren: telefonisch informeren n.a.v. sollicitatie informatie inwinnen sollicitatiegesprek met onderhandelen arbeidsvoorwaarden evaluatie- en functioneringsgesprek Spreken: presentatie Schrijven: eenvoudige sollicitatiebrief met motivering en CV verslag gemaakte afspraken n.a.v. sollicitatie naar BPV-begeleider verslag ‘Practising the Job’ reflectieverslag Ondersteuning/ Drieslagmethode 1. Veel activiteiten zullen door de projectbegeleider in gang worden gezet, begeleid en beoordeeld. U kunt daarin richting geven en uw collega’s ondersteunen. 2. U kunt de studenten waar mogelijk instrueren en ondersteunen. Ook kunt u met uw collega’s en de studenten afspreken, dat u éé n of meer van de aangeleverde producten beoordeelt op taalvaardigheid. 3. Bij het signaleren van onvoldoende taalvaardigheid kunt u studenten tijdens een volgende werkperiode direct gaan bijscholen. De studenten zullen hierdoor gaan ervaren dat juist communiceren altijd van belang is. De docent techniek/organisatie legt het zwaartepunt van zijn beoordeling dan op de juistheid van de informatie en het correct afstemmen op het publiek (stap a t/m c). De docent communicatie/Nederlands let erop dat de student de formulering, het taalgebruik en de gangbare omgangsregels (conventies) correct toepast op het communicatieproduct (stap d, e, f). Tevens kan deze docent, n.a.v. spelling en formulering, de student adviseren om d.m.v. ondersteunende programma’s vooruitgang te realiseren naar het gewenste CEF-niveau (stap e, f). Alle ondersteuning voor Communicatie kan afdelingsoverstijgend worden aangeboden.  COMMUNICATIE/ MVT Voor moderne vreemde talen zijn geen opdrachten in de projectwijzer opgenomen. De begeleider van de moderne vreemde talen is echter vrij de studenten een eigen opdracht mee te geven.

- 8 -

 LEREN, LOOPBAAN EN BURGERSCHAP Het voorbereiden en uitvoeren van een BPV is voor de studenten een uitgelezen kans om na te denken en te reflecteren op de punten leren, loopbaan en werknemerschap. Kerntaak 1, 2 en 4 Uit de kerntaken 1, 2 en 4 is door de auteurs een selectie van werkprocessen en competenties gemaakt. Het is wenselijk dat in deze BPV aan de ontwikkeling van de betreffende competenties bijzondere aandacht wordt geschonken. De student kan hier een mini-POP maken waarin hij de eigen ontwikkeling benoemt. Daarbij richt hij zich op het plannen van zijn eigen ontwikkelproces en hoe hij het denkt uit te voeren (Werkproces 1.4). De bijbehorende competentie is dan gericht op ‘Plannen en organiseren’. De student dient erachter te komen dat de BPV consequenties heeft voor zijn privéleven. Daarbij gaat hij onderzoeken welk werk er is en wat bij hem past (Werkproces 2.2). Bijbehorende competentie is dan relaties bouwen en netwerken De student oriënteert zich op het doel en uitvoering van deze BPV. Daarbij stuurt hij de eigen loopbaan en onderneemt acties die daarbij nodig zijn (Werkproces 2.3). De bijbehorende competenties zijn: ‘Onderzoeken’ en het ‘Tonen van ambitie en gedrevenheid’. De student dient zich bewust te worden van zijn werknemersrechten en -plichten en hoe hij daar gebruik van kan maken. U kunt hier tevens aandacht besteden aan de diversiteit aan bedrijfsculturen om aan te geven hoe deze rechten en plichten invloed kunnen uitoefenen op een bedrijf (Werkproces 4.2). De bijbehorende competentie is hier: ‘Samenwerken en overleggen’. Elk van deze kerntaken/werkprocessen is door de auteurs in een bepaalde fase van deze projectwijzer geplaatst. Uiteraard mag de ontwikkeling van de bijbehorende competenties ook in andere fasen worden gevolgd. Andere kerntaken Afhankelijk van het bedrijf waar de studenten BPV gaan doen, kan individueel een sprong gemaakt worden in de ontwikkeling op een van de andere kerntaken. Maak de studenten daarop attent en geef ze de ruimte deze ontwikkeling te tonen. U kunt een afdelingsoverstijgende workshop geven bij de aanvang van dit project. Tijdens de BPV kunt u op één van de terugkomdagen een ondersteunende workshop geven.  TECHNIEK Deze projectwijzer is ontwikkeld voor alle vakgebieden die zijn opgenomen in het Kwalificatiedossier Middenkader Engineering. De competenties die de individuele student tijdens deze BPV wil gaan ontwikkelen, dienen in overleg met de studiebegeleider en/of de projectbegeleider, uit het Basisdocument of het dossier gekozen en overgenomen te zijn. Deze competenties zullen, voorafgaande aan de BPV, in de prestatieomschrijving worden vermeld. De werkelijke beoefening ervan zal voornamelijk zichtbaar moeten worden gemaakt in de weekstaten. Hierbij is het belangrijk dat de student de uitgevoerde werkzaamheden zodanig omschrijft dat deze moeiteloos aan het bijbehorende werkproces kunnen worden gekoppeld.

 EXACT Bij deze projectwijzer wordt het vak Exact niet ondersteund.

- 9 -

3.

De beroepscontext

Project-Start-Up (PSU) In de eerste BPV heb je je breed georiënteerd op verschillende vakgebieden binnen de Engineering. Inmiddels heb je voor de studierichting gekozen die je het meest uitdagend vindt. Nu krijg je de kans om een BPV-bedrijf te kiezen dat het beste bij jouw ambities past. De keuze van het BPV- bedrijf zul je nu kritischer gaan aanpakken dan bij de eerste BPV. Bovendien wil je er zeker van zijn dat je in het bedrijf goed wordt begeleid. Er zijn werkprocessen en competenties die moeilijk op het ROC geoefend en ontwikkeld kunnen worden. Hieraan kun je beter werken in de beroepspraktijk van je favoriete BPV-bedrijf. In dit BPV-project vervul je de functie van trainee in een BPV-bedrijf. Dit betekent dat je gaat trainen in het uitvoeren van werkprocessen van jouw vakrichting. Vandaar ook de titel van het project: ‘Practising the Job’. Vanuit het ROC word je weer begeleid door een projectbegeleider. Hij zal, in overleg met jou en je praktijkopleider in het BPV-bedrijf, tijdens elke projectfase beoordelen of jouw ontwikkeling goed verloopt.

Je ervaringen in het BPV-bedrijf geven je wellicht ook nieuwe inzichten die van invloed zijn op het verdere verloop van je opleiding. Bijvoorbeeld door nieuwe, interessante ontwikkelingen waarmee je kennis maakt, maar ook door de werkzaamheden/beroepen die er worden uitgevoerd.

 PROJECTBEGELEIDER De studenten zullen gedurende leerjaar 1 en 2 alle competenties op het basisniveau (in complexiteit a/b) tonen of ontwikkelen. Ze moeten hierbij werken aan alle kerntaken/werkprocessen die bij hun opleiding horen. Met het oog hierop is het zinvol om te inventariseren aan welke kerntaken en werkprocessen het beste kan worden gewerkt binnen en welke buiten het ROC. Het is van groot belang dat de studenten alles goed registreren, verantwoorden, laten beoordelen en vastleggen in hun projectdossier en hun portfolio. Zo verzamelen de studenten bewijsmateriaal om aan het eind van de BPV aan te tonen dat deze succesvol is uitgevoerd. U kunt hen daarbij begeleiden en ondersteunen. Het is belangrijk dat u tijdig met de praktijkopleiders communiceert over de manier van beoordelen bij competentiegericht opleiden.

- 10 -

4. Project

Oriëntatie Doel van de fase  Oriëntatie op doel en uitvoering van BPV-2.

 De studenten stellen gezamenlijk vast: - Welke competenties zijn al ontwikkeld? - Welke competenties verdienen nu extra aandacht? - Welke werkprocessen kunnen hiervoor worden uitgevoerd? - Welke bedrijven komen in aanmerking om bovenstaande te realiseren?

Inmiddels ben je ruim een jaar in opleiding tot Technicus Middenkader Engineering. De tweede BPV komt eraan. Nu is het een geschikt moment om op een rijtje te zetten wat je tot nu allemaal al hebt geleerd en ontwikkeld. Anders gezegd: welke werkprocessen heb je al uitgevoerd en welke competenties zijn al ontwikkeld? En tot welk niveau? Met het antwoord op deze twee vragen als uitgangspunt kun je onderzoeken aan welke werkprocessen en competenties jij in de komende BPV bijzondere aandacht wil gaan schenken. Welke werkprocessen met hun competenties en prestatie-indicatoren er bij jouw opleiding horen, staat in het Basisdocument. De werkprocessen bij kerntaak 3 zijn vooral gericht op begeleiden van uitvoerend werk. Tijdens de opleiding en de eerste periode daarna is het echter van het grootste belang dat je zelf leert om uitvoerend werk als produceren of installeren te doen. Daarom zijn voor de BPV-perioden de volgende twee werkprocessen extra toegevoegd.  Het voorbereiden van productie/installatiewerk  Het uitvoeren van productie/installatiewerk Je kunt bij dit BPV-project dus kiezen om mede deze werkprocessen uit te gaan voeren. Hoe competent je dat werk uitvoert, kan in de beoordelingsformulieren van bijlage 8 en 10 worden aangegeven door de praktijkopleider. Je projectbegeleider neemt deze beoordelingen mee naar de bij deze opleiding behorende monitor en naar de competentiescoretabel.  LEREN, LOOPBAAN EN BURGERSCHAP Door zich hier te richten op wat hij tot nu toe geleerd en ontwikkeld heeft, kan de student de consequenties van zijn keuzes en acties gaan onderzoeken (werkproces 2.3). De resultaten van zijn onderzoek betrekt hij in de sturing van zijn eigen loopbaan. Vervolgens kun je jezelf de vraag stellen: Wat voor type bedrijven komen er voor mij in aanmerking om mijn doelen te realiseren? Samen met de andere leden van je projectgroep ga je met deze vragen aan de slag. De uitwerking leg je vast in een individueel verslag. Natuurlijk leg je voor alle ontwikkelingen en producten van dit project een projectdossier aan! Dit kun je doen conform het voorbeeld van bijlage 1. Het wordt jouw dossier. Gedurende het werken aan dit project vul je het dossier steeds verder aan met alle gegevens en bewijzen. Bij de eindevaluatie presenteer je het aan de beoordelaars. Je bent zelf verantwoordelijk dat alles dan compleet is. Als je in het verslag op alle vragen een antwoord hebt geformuleerd, krijg je een GO van je projectbegeleider. Jullie kunnen dan door naar de definitiefase.

- 11 -

 PROJECTBEGELEIDER De vragen worden groepsgewijs besproken. Het verslag wordt echter individueel gemaakt. Kerntaken en werkprocessen in deze BPV In het Kwalificatiedossier Middenkader Engineering wordt relatief weinig aandacht besteed aan de ontwikkeling van praktische vakbekwaamheid. In kerntaak 3 ‘Begeleidt productiewerk’ worden hoofdzakelijk activiteiten genoemd als begeleiden, bewaken, controleren en opleveren. Het kenniscentrum Kenteq geeft aan dat zij het logisch vinden dat studenten zich binnen deze opleiding en daarna ontwikkelen tot vakbekwaam uitvoerend persoon. Toch willen zij daar geen werkprocessen voor opnemen in het dossier. Wij raden u aan met de studenten te communiceren over dit punt. Wij adviseren u de beoordelingen van bijlage 8 en 10 met de twee toegevoegde werkprocessen samen met uw eigen bevindingen te vertalen naar de monitor en de scoretabel die bij het dossier Middenkader Engineering horen. Stappenplan Communicatie De studenten vullen eerst het Stappenplan Communicatie in bijlage 13 in. Als ze deze vaardigheid in de voorgaande perioden voldoende geoefend hebben, hoeft dit geen problemen op te leveren. Voordat ze aan de slag gaan met het verslag controleert u de invulling ervan. Indien nodig stelt u correcties voor. Zie voor uitgebreide informatie de docentenhandleiding BPV-1 (PW4). Projectdossier In de vorige projectwijzers hebben de studenten nadrukkelijk leren werken met een projectdossier. Benadruk dat studenten in deze periode zelf verantwoordelijk zijn voor het bewaren van de benodigde bewijzen als urenlijsten, beoordelingsformulieren e.d. Zij moeten aan het einde aantonen dat ze voldoende dagen gewerkt hebben en over alle bewijzen beschikken om de periode succesvol af te sluiten. Bronnen  internet: http://stage.startpagina.nl en http://www.kenteq.nl (register erkende leerbedrijven)  bijlage 1: Projectdossier en fasedocument BPV-2  Kwalificatiedossier Middenkader Engineering op www.coordinatiepunt.nl  voorgaande projectwijzers Fasedocument / In te leveren producten  Individueel verslag Specifieke competentieontwikkeling bij deze fase Oriëntatie Projectwijzer 6 LLB Kerntaak 2 Stuurt de eigen loopbaan Werkproces 2.3 Stuurt de eigen loopbaan en onderneemt acties die daarbij nodig zijn Competentie Prestatie-indicatoren Kennis/ vaardigheden  Onderzoeken  Je onderzoekt de consequenties van jouw  Technieken voor forward mapping (vooruitzien)

toekomstige keuze en acties, en betrekt deze in de sturing van de eigen loopbaan.

- 12 -

Toetsvoorstel  Geen Evalueren en beoordelen

Opmerkingen namens team datum / paraaf begeleider

Namens het team datum/paraaf begeleider

No Go-1

GO

No Go-2

- 13 -

Definitie Doel van de fase  Opstellen Plan van Aanpak.  Opstellen mini-POP.  Kiezen top-3 BPV-bedrijven. Inmiddels heb je vastgesteld hoe je competentieontwikkeling er momenteel voorstaat. Ook heb je je georiënteerd op wat je in de tweede BPV wilt leren, ofwel welke competenties je gaat ontwikkelen. Bovendien heb je onderzocht welke soorten bedrijven hiervoor geschikt zijn. Plan van Aanpak (PvA) Om deze BPV goed voor te bereiden, heb je een Plan van Aanpak nodig. Dit PvA vul je aan met een strokenplanning. Een handreiking voor het Plan van Aanpak vind je in bijlage 2. Mini-POP Als jij je georiënteerd hebt en je hebt het Plan van Aanpak gemaakt, weet je wat je wilt gaan doen en op welk moment. In een mini-POP leg je vast wat en hoe jij je tijdens dit project wilt ontwikkelen. Daarin komt o.a. voor: - Wat heb je nog te ontwikkelen naar aanleiding van vorige evaluaties? Vooral van BPV 1. - Welke competenties zijn nodig voor dit project? - Welke competenties ga je dan vooral ontwikkelen? - Hoe plan je de competentieontwikkeling en hoe voer je deze uit? - Welke kennis en vaardigheden heb je verder nog nodig voor de realisatie van het project? - Hoe ga je datgene wat je nodig hebt verwerven?  LEREN, LOOPBAAN EN BURGERSCHAP De student kan hier een planning maken van zijn eigen leeractiviteiten. Hij richt zich specifiek op die competenties die hij met deze BPV wil gaan ontwikkelen (Werkproces 1.4). Dit kan hij bijvoorbeeld doen in samenhang met zijn eigen vakbekwaamheid. Hij houdt daarbij scherp in de gaten of de leerdoelen die hij heeft gesteld ook gehaald kunnen worden. Top-3 BPV-bedrijven De bedrijven die in aanmerking komen, toets je aan je wensen en verwachtingen. Vervolgens stel je een top-3 van bedrijven samen. Het favoriete bedrijf zet je natuurlijk op de eerste plaats! Als je al het nodige hebt uitgevoerd en de fasedocumenten in orde zijn, krijg je een GO van je projectbegeleider. Je kunt dan door naar de fase Werkvoorbereiding.  PROJECTBEGELEIDER De student legt het mini-POP vast (welke competenties worden ontwikkeld?). De student zoekt drie geschikte BPV-bedrijven. De student dient zich af te vragen: ”Hoe pak ik dat aan?” Hiervoor kunt u de weg bewandelen die gebruikelijk is op uw ROC of zoals beschreven in de projectwijzer voor BPV-1. Wilt u dat de studenten dit helemaal zelf oppakken of zorgt het ROC voor de benadering van de bedrijven?

Welke stukken maakt u in orde en wat is aan de student om te ondernemen? Het maken van goede afspraken met de studenten is hierbij essentieel.

Bronnen  bedrijfsdocumentatie  bijlage 1: Projectdossier en fasedocument BPV-2  bijlage 2: Handreiking Plan van Aanpak  bijlage 3: Schema keuze BPV-plaats  internet: http://www.kenteq.nl (register erkende leerbedrijven)

- 14 -

Fasedocument / In te leveren producten  Opzet projectdossier  Plan van Aanpak  Mini-POP  Top 3 van bedrijven Specifieke competentieontwikkeling bij deze fase Definitie

Projectwijzer 6

LLB Kerntaak 1

Benoemt de eigen ontwikkeling en kiest middelen en wegen om daarbij passende leerdoelen te bereiken Plant zijn eigen ontwikkelproces en voert het uit

Werkproces 1.4 Competentie

Prestatie-indicatoren

Kennis/ vaardigheden

 Plannen en organiseren

 Je plant de eigen leeractiviteiten in samenhang met de eigen vakbekwaamheid.  Je houdt hierbij in de gaten of

 Kennis en kunde van methoden als de kwaliteitscyclus (pdca)

de leerdoelen die je hebt gesteld, gehaald kunnen worden.

Toetsvoorstel  Geen Evalueren en beoordelen

Opmerkingen namens team datum / paraaf begeleider

Namens het team datum/paraaf begeleider

No Go-1

GO

No Go-2

- 15 -

Werkvoorbereiding Doel van de fase  Verwerven BPV-plaats.  Opstellen prestatie-omschrijving. Nu ga je het Plan van Aanpak uitvoeren. Je wilt natuurlijk dat de voorbereiding van de BPV gladjes verloopt. Bij het verwerven van je eerste BPV-plaats heb je ook al gesolliciteerd. Je hebt je inmiddels wel verder ontwikkeld waardoor je de sollicitatie professioneler kunt aanpakken. Sollicitatiebrief met CV Deze keer schrijf je een eenvoudige sollicitatiebrief waarin je motiveert waarom je juist bij dit favoriete bedrijf je tweede BPV wilt uitvoeren. Je maakt ook een actueel CV waarin je de reeds ontwikkelde competenties aangeeft. Deze kunnen worden aangetoond met de competentiescoretabellen en beroepsproducten van voorgaande projecten. Solliciteren Voor het sollicitatiegesprek maak je een afspraak met de contactpersoon van het BPV-bedrijf. Je brengt je projectbegeleider via een geschikt medium op de hoogte van de afspraak. In het sollicitatiegesprek met een functionaris van jouw favoriete BPV-bedrijf ga je de sollicitatiedocumenten toelichten. Tijdens het gesprek worden er van weerskanten ideeën en wensen uitgesproken. Je kunt o.a. spreken over:  De kerntaken en werkprocessen waaraan je wilt werken.  Onderdelen uit jouw Mini-POP.  Competenties die je wilt ontwikkelen.  Mogelijkheden in het bedrijf waaraan je zelf niet gedacht had.  Jouw functie, de start- en einddatum, het aantal werkdagen, de werktijden, reiskosten, werkkleding.  Hoe je bent verzekerd.  De tijd die je krijgt om aan opdrachten voor school te werken.  Of er een VCA-certificaat vereist is. De uitkomst van het gesprek leg je vast in een (voorlopige) prestatieomschrijving. Prestatieomschrijving In de voorlopige prestatieomschrijving omschrijf je datgene wat je daadwerkelijk bij het bedrijf wilt gaan doen. Als je éé n of twee weken bij het bedrijf werkt, kun je in overleg met o.a. je praktijkopleider vaststellen wat op dat moment echt realiseerbaar is. Dan wordt de prestatieomschrijving definitief. Een handreiking voor een prestatieomschrijving vind je in bijlage 5. Je stuurt een kopie van de voorlopige prestatieomschrijving naar je projectbegeleider. Het origineel

bewaar je in je dossier. Praktijkovereenkomst

Als je met het bedrijf bent overeengekomen dat je daar de BPV-periode mag realiseren, moet alleen de Praktijkovereenkomst (POK) nog worden ondertekend. Het origineel is voor de school, een kopie bewaar je in je dossier.

- 16 -

 COMMUNICATIE In een workshop kunt u de studenten ondersteunen bij: - Eenvoudige sollicitatiebrief met motivering met CV. - Telefonisch informeren of de brief met CV is aangekomen en het maken van een afspraak voor gesprek. - Berichten aan de BPV-begeleider dat de afspraak gemaakt is. - Sollicitatiegesprek met BPV-bedrijf. (Inclusief bespreking prestatieomschrijving en onderhandelen over arbeidsvoorwaarden.) - Prestatieomschrijving. Eenvoudige sollicitatiebrief Stappen a t/m f uit het Stappenplan Communicatie (bijlage 13). a) onderwerp: sollicitatie BPV-plaats. doel: verwerven stageplaats (uitnodiging krijgen voor gesprek). thema’s: - vermelden dat je stage wil lopen - aanvang en einde stageperiode - motivering - vraag uitnodiging sollicitatiegesprek b) publiek: personeelsfunctionaris bedrijf. c) consequenties: formeel, volledigheid gegevens, geen spel- taalfouten, opmaak. d) medium: brief (conventies). e) opbouw: - inleiding: Wie ben ik? Wat wil ik bereiken met deze brief? - kern: periode, motivatie. - slot: uitnodiging voor sollicitatiegesprek, afsluiting. f) ruis: zinsconstructie (te ingewikkeld), taalfouten, ontbrekende gegevens, lay-out, onoverzichtelijke indeling. CV Voor de standaardgegevens en conventies van de CV gebruikt u eveneens de eigen methode Nederlands. De student kan een aparte rubriek toevoegen: ‘Verworven competenties’. Hij gebruikt daarbij de gegevens uit de oriëntatiefase. Overleg met de projectbegeleider is noodzakelijk. Telefonisch navragen, informeren en notities maken Op school de stappen a t/m f invullen en oefenen in een workshop. Gebruik de beoordelingsformulieren blad 1 en 2 uit bijlage 14. Sollicitatiegesprek Stappen a t/m f invullen ter voorbereiding van het sollicitatiegesprek, conventies van een gesprek volgens eigen methode Nederlands. Tijdens het sollicitatiegesprek worden de volgende zaken afgesproken en naderhand in de prestatieomschrijving vastgelegd: - leerdoelen: te ontwikkelen competenties, uit te voeren kerntaken - tijd bedingen om aan opdrachten voor school te werken - onderhandelen over: functie, BPV-vergoeding, werktijden, reiskosten, werkkleding, - naam praktijkopleider - gegevens BPV-bedrijf volgens bijlage 6 - is VCA verplicht?

- 17 -

 LEREN, LOOPBAAN en BURGERSCHAP De student onderhandelt hier over: - leerdoelen: te ontwikkelen competenties, uit te voeren werkprocessen. - tijd bedingen om aan opdrachten voor school te werken - functie, BPV-vergoeding, werktijden, reiskosten

Studenten onderzoeken de CAO op genoemde onderwerpen en besluiten over welke onderwerpen zij tijdens het gesprek zullen onderhandelen en welke argumenten zij eventueel willen aanvoeren. Daarbij overlegt de student met anderen over eigen waarden en kwaliteiten in relatie tot verschillende soorten werk en vraagt hun om advies hierover (Werkproces 2.2). De studenten oefenen het onderhandelen in een workshop voorafgaand aan het sollicitatiegesprek. Volgens de methode die u gebruikt (samen of in overleg docent communicatie). In dit kader is het zinvol om de POK klassikaal door te spreken zodat de student weet wat hij ondertekent (verzekering?).

Bronnen  bijlage 4: Schema solliciteren  bijlage 5: Handreiking Prestatieomschrijving  internet: www.stagetips.nl, www.stageinfopunt.nl en www.job-site.nl  POK Fasedocument / In te leveren producten  kopie VCA-certificaat  kopie sollicitatiebrief + CV  memo van afspraak voor sollicitatiegesprek  voorlopige prestatieomschrijving  ondertekende POK

Specifieke competentieontwikkeling bij deze fase Werkvoorbereiding

Projectwijzer 6

LLB Kerntaak 2 Werkproces 2.2 Competentie

Stuurt de eigen loopbaan

Onderzoekt welk werk er is en wat bij hem past.

Prestatie-indicatoren

Kennis/ vaardigheden

 Relaties bouwen en netwerken

 Je overlegt met anderen over eigen waarden en kwaliteiten in relatie tot soorten werk en vraagt hun hierover advies, zodat je beter inzicht krijgt in passend werk.

 Kent en beheerst methoden en technieken toe voor het onderhouden en benutten van netwerkrelaties

Toetsvoorstel  Geen Evalueren en beoordelen

Opmerkingen namens team datum / paraaf begeleider

Namens het team datum/paraaf begeleider

No Go-1

GO

No Go-2

- 18 -

Realisatie Doel van de fase

 Uitvoeren Beroeps Praktijk Vorming.  Voeren tussentijds evaluatiegesprek.

 Leerervaringen opdoen.  Voorbereiden presentatie.

Tijdens de eerste dagen op het BPV-bedrijf doe je weer veel nieuwe indrukken op. Je ontdekt al snel welke informele regels hier gelden. Hopelijk voel je er jezelf snel thuis en kun je volgens gemaakte afspraken meedraaien binnen het bedrijf. Definitieve prestatieomschrijving Na een paar weken heb je je praktijkopleider goed leren kennen. Dit is het geschikte moment om je voorlopige prestatie-omschrijving nog eens aan hem voor te leggen. Nu kun je vaststellen of de bij de sollicitatie afgesproken prestatie op dit moment realiseerbaar is. Indien nodig kun je met hem je de omschrijving bijstellen. Nadat je praktijkopleider de definitieve prestatieomschrijving heeft ondertekend, stuur je deze naar je projectbegeleider. Gegevens BPV-plaats Tevens maak je van deze gelegenheid gebruik om voor je ROC de gegevens van jouw BPV-plaats door te geven. Daar moeten ze weten hoe ze jou kunnen vinden! Dit formulier stuur je op naar je Vanaf de eerste dag houd je je BPV-(project)dossier bij. Dat betekent onder andere dat je de uitgevoerde werkzaamheden dagelijks in de weekstaat vastlegt. Een nauwkeurige beschrijving van je werkzaamheden biedt de mogelijkheid om vast te leggen aan welke werkprocessen je hebt gewerkt en te bepalen welke competenties je hebt ontwikkeld. Ook is het een houvast voor de evaluatie en de presentatie. Ondertekende weekstaten bewaar je in je dossier. Kopieën stuur je naar je begeleider op school. Zie bijlage 7. Practising the job Een veel gehoorde uitspraak is: ‘Al doende leert men’! Als trainee/lerende bij het BPV-bedrijf heb je hopelijk een leuke en leerzame periode. Je zou jezelf de volgende vragen kunnen stellen:  Wat ervaar en leer ik van dit bedrijf, de bedrijfsvoering en de sfeer?  Wat ervaar en leer ik van de technieken waar ik aan werk?  Wat ervaar en leer ik voor mijn persoonlijke ontwikkeling?  Hoe gaat het als ik hier in de toekomst zou willen werken? Aan de hand van de vragen in bijlage 11 kun je op onderzoek gaan. De uitkomst van het onderzoek omschrijf je in een verslag en verwerk je in je eindpresentatie  LEREN, LOOPBAAN en BURGERSCHAP Alle LLB items kunnen in de voorbereidende periode aan de orde komen in workshops waarin studenten d.m.v. discussies zich oriënteren op de eisen die aan hen gesteld worden. U kunt hier bedrijfsculturen aan de orde stellen. Daarbij onderzoekt de student de informele regels van het bedrijf. De student dient zich bewust te worden hoe hij bij kan dragen aan een positieve werksfeer (Werkproces 4.2). Hij kan zich richten op algemeen aanvaarde regels die in de branche gelden en om de specifieke manier waarop een bepaalde arbeidsorganisatie daarmee omgaat. Als aanvulling op bedrijfscultuur kan bijvoorbeeld de vragenlijst gebruikt worden, zie bijlage 11. Die kan hij naar eigen inzicht aanvullen of wijzigen. Daarbij neemt hij initiatief in het sturen van zijn eigen loopbaan waarin ambitie en gedrevenheid getoond dienen te worden (Werkproces 2.3). projectbegeleider Zie bijlage 6. Projectdossier/weekstaten

- 19 -

U kunt de student aansporen om initiatieven te nemen in het sturen van zijn eigen loopbaan door dit te bespreken tijdens functioneringsgesprekken of door zich te melden als er nieuwe ontwikkelingen zijn enzovoort, zodat hij zich verder kan ontwikkelen. Tussentijds evaluatiegesprek Het is belangrijk dat de ontwikkeling van je competenties zichtbaar worden gemaakt. Hiertoe voer je halverwege de BPV-periode een tussentijds evaluatiegesprek met je praktijkopleider. Je vraagt de praktijkopleider het Formulier Tussentijdse Evaluatie in te vullen (zie bijlage 8). Hierbij is het aan te raden om je praktijkopleider tijdig het evaluatieformulier te laten zien en het gebruik ervan uit te leggen. Hiermee maak je hem duidelijk hoe je opleiding in elkaar zit en hoe hij kan evalueren en beoordelen. Een kopie van het ondertekende evaluatieformulier stuur je naar je projectbegeleider op school. Bezoek projectbegeleider Tijdens deze periode komt vanuit je ROC je projectbegeleider op bezoek. Hij maakt hiervoor een afspraak met je praktijkopleider. Tijdens zijn bezoek:  Geef je hem een korte rondleiding door het bedrijf.  Bespreek je met hem en de praktijkopleider je voortgang. Hierbij komt o.a. het Formulier Tussentijdse Evaluatie ter sprake.  Controleer je met hem of alle in te leveren producten aanwezig zijn.  Noteer je opmerkingen, aanbevelingen en afspraken in het Formulier BPV-bezoek (bijlage 9). Het formulier wordt door alle drie betrokkenen ondertekend. Je bewaart het in je projectdossier. Terugkom-momenten Tijdens de BPV-periode kunnen er terugkom-momenten op je ROC worden georganiseerd. Je krijgt dan, onder meer, gelegenheid om met je medestudenten ervaringen uit te wisselen en ondersteuning te vragen voor de opbouw van je dossier en je eindpresentatie. Als je al het nodige hebt uitgevoerd en je projectdossier bijgewerkt is, ga je door naar de fase Oplevering.  COMMUNICATIE Wij adviseren u om studenten te ondersteunen bij: - de voorbereiding van het tussentijds evaluatiegesprek - het verslag ‘Practising the Job’ Tussentijds Evaluatiegesprek Zie ook handleiding BPV1 en de aanwijzingen bij LLB voor de onderwerpen/thema’s. Het gesprek wordt o.a. toegespitst op een competentie die de student speciaal moest ontwikkelen. De student moet daarvoor drie collega’s bevragen op zijn functioneren in deze competentie. Hiervoor gebruikt hij de prestatie-indicatoren die in het kwalificatiedossier staan bij het betreffende werkproces. De bevraging gebeurt schriftelijk of wordt schriftelijk vastgelegd. Het resultaat wordt besproken tijdens het functioneringsgesprek. De student vult de lijst communicatieproducten a t/m f in (bijlage 13). Verslag ‘Practising the Job’ Dit product leent zich bij uitstek om de taalvaardigheid van de student te beoordelen aan de hand van het communicatieschema en het Europese Raamwerk (CEF).

- 20 -

Bronnen  collega’s/bedrijfsdocumentatie  bijlage 5: Prestatie-omschrijving  bijlage 6: Gegevens BPV-plaats  bijlage 7: Voorbeeld Weekstaat  bijlage 8: Formulier Tussentijdse Evaluatie  bijlage 9: Formulier BPV-bezoek  bijlage 11: Handreiking ‘Practising the Job’  internet: www.stageplaza.nl/voor_studenten/algemeen.asp  FNV stagekrant Fasedocument / In te leveren producten  definitieve prestatieomschrijving  ingevuld formulier Gegevens BPV-plaats  weekstaten  ingevuld formulier Tussentijdse Evaluatie  ingevuld Formulier BPV-bezoek  verslag ‘Practising the Job’ Specifieke competentieontwikkeling bij deze fase Realisatie

Projectwijzer 6

LLB Kerntaak 2 Werkproces 2.3

Stuurt de eigen loopbaan

Stuurt de eigen loopbaan en onderneemt acties die daarbij nodig zijn

Competentie

Prestatie-indicatoren  Je neemt initiatief in het sturen van jouw loopbaan door dit te bespreken tijdens functioneringsgesprekken of door je te melden als er nieuwe ontwikkelingen zijn enzovoort, zodat je jezelf verder kan ontwikkelen.

Kennis/ vaardigheden

n.v.t.

 Gedrevenheid en ambitie tonen

LLB Kerntaak 4 Werkproces 4.2 Competentie  Samenwerken en overleggen

Functioneert als werknemer in een arbeidsorganisatie

Maakt gebruik van werknemersrechten

Prestatie-indicatoren

Kennis/ vaardigheden  Kennis van bronnen,

 Je vraagt advies aan collega’s of aan relevante organisaties, om je werknemersrechten als dat nodig is te beschermen.

organisaties om informatie te vinden of hulp te krijgen bij het vinden van de informatie, zoals vakbonden en vakorganisaties informatiebronnen en hulp te gebruiken

 Vaardigheden om

Toetsvoorstel  Tussentijds evaluatiegesprek Evalueren en beoordelen

Opmerkingen namens team datum / paraaf begeleider

Namens het team datum/paraaf begeleider

No Go-1

GO

No Go-2

- 21 -

Oplevering Doel van de fase  Opleveren van alle beroepsproducten.  Houden van een presentatie. Je tweede BPV is bijna achter de rug. Hopelijk is alles prettig verlopen en heb je je doelstellingen kunnen realiseren. Eindevaluatie Het eindevaluatiegesprek met je praktijkopleider zal aan moeten tonen hoe men in het BPV-bedrijf je inspanningen waardeert. Je laat je projectdossier zien. Bij dit gesprek ontvang je van je praktijkopleider het ingevulde Formulier Eindevaluatie (bijlage 10). Presentatie In deze fase krijg je de kans om je ervaringen aan een groter gezelschap (je medestudenten) te presenteren. Let er wel op dat je dit goed en tijdig voorbereidt. Maak een afspraak met je BPV- begeleider wanneer en waar je de presentatie kan houden. Voor het houden van deze individuele presentatie kun je gebruik maken van bijlage 12. De inhoud gaat over de onderwerpen uit de opdracht ‘Practising the Job’. Projectdossier Je projectdossier is inmiddels compleet. In de volgende fase kun je met dit dossier aantonen dat deze BPV succesvol verlopen is. Dit doe je in een functioneringsgesprek met je projectbegeleider. Na de presentatie en een ingeleverd projectdossier krijg je een GO van je projectbegeleider. Je kunt dan door naar de fase Nazorg.

Bronnen  bijlage 10: Formulier Eindevaluatie  bijlage 12: Handreiking presentatie Fasedocument/ In te leveren producten  Bijgewerkt projectdossier  Ingevuld Formulier Eindevaluatie  Spreekschema of hand-out presentatie Toetsvoorstel  Eindevaluatiegesprek  Presentatie Evalueren en beoordelen

Opmerkingen namens team datum / paraaf begeleider

Namens het team datum/paraaf begeleider

No Go-1

GO

No Go-2

- 22 -

Nazorg Doel van de fase  Evalueren van de afgelopen BPV d.m.v. een functioneringsgesprek.  Inzicht verschaffen in de ontwikkelde competenties.

 Reflecteren op de BPV.  Beslissen: GO- NO GO. Je tweede BPV zit er op. Het moment is aangebroken om vast te stellen wat de BPV voor jou heeft opgeleverd. Reflectieverslag Voor het ROC en het BPV-bedrijf, maar zeker voor jezelf, is het belangrijk te weten hoe jij de afgelopen BPV-periode hebt ervaren. Hoe heb je je ontplooid binnen het bedrijf? Welke competenties heb je ontwikkeld en op welke manier? In welke competenties moet je in de toekomst nog extra energie steken? Je kijkt ook in hoeverre de in je mini-POP gestelde doelen gerealiseerd zijn. Je legt de antwoorden op deze vragen vast in een beknopt reflectieverslag. Dit voeg je toe aan je projectdossier. Definitief projectdossier De werkzaamheden en ervaringen zijn gedurende de afgelopen periode in je projectdossier vastgelegd. Dit dossier, de evaluatieformulieren en je reflectieverslag vormen de basis van het functioneringsgesprek dat je met je projectbegeleider gaat voeren. Functioneringsgesprek In het functioneringsgesprek met de projectbegeleider bespreek je of je in deze BPV bereikt hebt wat je wilde bereiken. Op het einde van dit gesprek vullen jullie samen de definitieve beoordeling in de monitor van PW6 in. Als de eindevaluatie afgerond is, krijg je een GO van je projectbegeleider. Je hebt je BPV met succes afgerond!  PROJECTBEGELEIDER/ LLB Dit is misschien het juiste moment om de student te laten reflecteren op zijn gemaakte plannen voor eigen leerdoelen die hij gesteld heeft en of hij die ook gehaald heeft (Werkproces 1.4). Verder zou daar een functioneringsgesprek aan gekoppeld kunnen worden. In deze gesprek kunt

u de volgende punten aan de orde laten komen:  Wat was de aard en het niveau van zijn werk?  Hoe heeft hij dit keer het werk beleefd?  Wat waren de factoren die een goed functioneren verhinderd hebben?  En wat zijn zijn toekomstplannen? Als aan alle voorwaarden van deze fase is voldaan, krijg je een GO van je projectbegeleider.

Bronnen  bijlage 13: Stappenplan Communicatie  bijlage 14: Beoordeling communicatieproduct  Monitor PW6  Competentiescoretabel PW6

- 23 -

Fasedocument / In te leveren producten  Definitief projectdossier waaraan is toegevoegd: - reflectieverslag - ingevulde monitor - competentiescoretabel Specifieke competentieontwikkeling bij deze fase Nazorg

Projectwijzer 6

LLB Kerntaak 1

Benoemt de eigen ontwikkeling en kiest middelen en wegen om daarbij passende leerdoelen te bereiken Plant zijn eigen ontwikkelproces en voert het uit

Werkproces 1.4 Competentie

Prestatie-indicatoren

Kennis/ vaardigheden

 Plannen en organiseren

 Je plant de eigen leeractiviteiten in samenhang met de eigen vakbekwaamheid.  Je houdt hierbij in de gaten of

 Kennis en kunde van methoden als de kwaliteitscyclus (pdca)

de leerdoelen die je hebt gesteld, gehaald kunnen worden.

Toetsvoorstel  Eindevaluatiegesprek met praktijkopleider  Functioneringsgesprek totaal project met projectbegeleider Evalueren en beoordelen

Opmerkingen namens team datum / paraaf begeleider

Namens het team datum/paraaf begeleider

No Go-1

GO

No Go-2

- 24 -

5. Evalueren, Beoordelen, Verantwoorden en Kwalificeren Inleiding In dit hoofdstuk krijg je informatie over de manier van evalueren, beoordelen, verantwoorden en kwalificeren. Het gaat om de evaluatie en de beoordeling van de door jou geleverde producten en om je (competente) gedrag. Tot slot gaat het over de verantwoording en de kwalificering van jouw opleiding. Door te werken aan dit project ontwikkel jij je competenties. Beoordelen is in dit geval eigenlijk niets anders dan antwoord geven op de vraag of je het gestelde doel hebt bereikt. De manier van beoordelen is de verantwoordelijkheid van jouw eigen ROC. In deze projectwijzer is echter een aantal handreikingen gedaan om het evalueren en beoordelen te monitoren. Ook om het te registreren en te verantwoorden. Een vollediger overzicht van de manier van opleiden, evalueren, beoordelen en verantwoorden staat in PW 0, het Basisdocument Middenkader Engineering. Meer achtergrondinformatie over het evalueren en beoordelen bij deze methode, vindt u in de handleiding van het Basisdocument PW 0. En in het visiedocument ‘Leren en kwalificeren in het beroepsonderwijs’ van Stichting Consortium Beroepsonderwijs waarvan de nieuwste versie is te downloaden via de site www.consortiumbo.nl. Beoordeling producten De producten die je tijdens de uitvoering van dit project oplevert, worden door jouw begeleiders beoordeeld. Met producten worden bedoeld: schriftelijk ingeleverd werk, tekeningen, toetsen, presentaties enzovoort. De producten worden beoordeeld met: O = onvoldoende, V = voldoende G = goed De beroepsproducten zijn gekoppeld aan kerntaken en werkprocessen. De kwaliteit van de producten wordt gedurende het hele project door je begeleiders bekeken en beoordeeld. Uiteindelijk moet van alle producten de kwaliteit voldoen aan de gestelde eisen. Pas dan krijgen ze de beoordeling voldoende of goed. Als een product nog onvoldoende is, zul je dus opdracht krijgen dit te verbeteren. Het resultaat van de beoordeling wordt opgenomen in de monitor die bij deze projectwijzer hoort. Als alle producten van een projectfase als voldoende of goed zijn beoordeeld, krijg je voor deze fase een GO. Als alle fasen een GO hebben, is het project gereed. Producten kunnen naast de O, de V of de G ook nog een extra of een uitgebreidere beoordeling krijgen. Bijvoorbeeld een gedetailleerde beoordelingslijst of een cijfer. Deze producten en de extra beoordelingen kun je in je portfolio plaatsen. De producten met de beoordelingen zijn dan te gebruiken als bewijzen van jouw kunnen. Je kunt je portfolio laten zien aan je ouders, je vrienden enzovoort. Je kunt ze ook gebruiken bij het zoeken van een BPV-plaats of eventuele sollicitaties. Voorbeelden van zulke producten zijn:  Het Plan van Aanpak met je mini-POP  Het complete projectontwerp  Je praktijkwerkstuk  Een toets  De presentatie  Verslag evaluatiegesprek  Verslag functioneringsgesprek

- 25 -