CZW20120042
Competentie B: Aansturen
Werkprocessen:
2.1 Biedt het kind/de jongere opvang (BP 1.3, BP 2.3, Proeve fase 2, BP 3.3, Proeve fase 3) Componenten: uitoefenen van gezag Eindgedrag: Je toont overwicht bij het handhaven van afspraken en regels, zodat je het kind en de groep duidelijkheid geeft welke grenzen er zijn en dat deze niet overschreden mogen worden.
Kennis. Je kent
Vaardigheden. Je kunt
Houding. Je bent
• • ontwikkelingspsychologie (ontwikkeling van kinderen/jongeren op cognitief, motorisch, sociaal en emotioneel gebied) • • (ortho)pedagogische theorieën • • de verschillende doelgroepen
• • adequaat sociale vaardigheden toepassen in verschillende situaties • • verschillende methoden van werkbegeleiding geven • • instructies geven • • op een goed manier regels overbrengen
• • geduldig • • respectvol • • consequent • • doelgericht • • een doorzetter • • zelfverzekerd • • motiverend • • weerbaar
• • het werkveld • • verschillende begeleidingsmethodieken • • gesprekstechnieken • • de regels van feedback
• • conflicten hanteren • • methodisch werken • • prioriteiten stellen • • observeren en signaleren • • motiveren • • reflecteren • • vakliteratuur bijhouden
• • ...................
• • groepsprocessen/groepsdynamica • • communicatieve processen en je eigen mogelijkheden daarin • • de methoden van aansturen en coördineren • • het begrip multiculturele samenleving
• • .......................................................
• • ...............................................
5
COMPETENTIEWIJZER
Made with FlippingBook