CZW20120214

CZW20120214

K

Beroepsprestatie 3.2 Oriënteren op kwaliteitszorg

Onderwijsassistent | Niveau 4

Beroepsprestatie

3.2

Oriënteren op kwaliteitszorg (2012-oa-bp3.2)

Opleiding: Niveau Fase 4 3

Onderwijsassistent

Artikelnummer CZW20120214

Colofon Deze uitgave is gerealiseerd onder verantwoordelijkheid van Stichting Consortium Beroepsonderwijs - Zorg & Welzijn & Assisterenden Gezondheidszorg

Directie en managementteam L. Fine B. Huijberts A. Pijnenburg

I. Rabelink M. Wouters

Ontwikkelteamleider S. Borkus

Ontwikkelaars van deze fase P. Hermans

S. de Koning S. Reijnders

Redactie A. Brink M. Brok

Ontwerp H. Witjes (Studio Blanche)

DTP Stichting Consortium Beroepsonderwijs/studio Blanche Juni 2013

Foto’s Stichting Consortium Beroepsonderwijs

Ondanks alle inspanningen is het mogelijk dat Stichting Consortium Beroepsonderwijs niet alle copyrights van de in de uitgave opgenomen illustraties heeft geregeld. Degene die meent alsnog rechten te kunnen doen gelden, wordt verzocht contact op te nemen met Stichting Consortium Beroepsonderwijs.

© 2013 Stichting Consortium Beroepsonderwijs Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbe- stand of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, namelijk elektronisch, mechanisch, door fotokopie, opnamen of enige andere manier, zonder toestemming van Stichting Consortium Beroepsonderwijs.

Inhoud

Beroepsprestatie 3.2 .........................................................4

Werkprocessen met de bijbehorende competenties .................5

Typering . ........................................................................5

De opdracht .....................................................................8

Het resultaat. ...................................................................9

Beoordelingslijst............................................................. 11

Daar waar zij staat, wordt ook hij bedoeld en omgekeerd. Daar waar leraar staat, kan ook worden gelezen leerkracht of docent. Voor kinderen, de leerlingen, de cursisten, de studenten, de deelnemers is ook gekozen voor: leerling, leerlingen.

Beroepsprestatie 3.2

Oriënteren op kwaliteitszorg

Werkprocessen met de competenties van deze beroepsprestatie

Nummer en titel van het werkproces

Competenties bij het werkproces

3.1

K

Werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep

Vakdeskundigheid toepassen

3.2

T

Werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg

Instructies en procedures opvolgen

Typering Binnen de organisatie van een school wordt veel geregeld en vastgelegd. Dat is belangrijk om kwalitatief goed onderwijs te kunnen geven. Elke school wil natuurlijk een zo hoog mogelijke kwaliteit bieden. Om ervoor te zorgen dat dit ook echt gebeurt, is het formuleren van kwaliteitsbeleid erg belangrijk. Niet alleen om te komen tot schoolontwikkeling, maar óók om te kunnen voldoen aan wettelijke verplichtingen. Kwaliteit in het onderwijs kenmerkt zich onder meer door onderwijs dat goed aansluit op de leerbehoeften van iedere leerling. Door leerlingenlijsten, duidelijke regels en afspraken over de voortgangsregistratie en leerlingendossiers is het mogelijk om een goed beeld van de ontwikkeling van iedere leerling te krijgen. Om kwaliteit te kunnen leveren is het dus belangrijk een goed leerlingvolgsysteem te hebben. Ook de begeleiding door de intern begeleider en de logopediste én de betrokkenheid van ouders dragen bij aan het verhogen van de kwaliteit van het onderwijs. Vaak hanteren scholen tevredenheidsonderzoeken om na te gaan waar de kwaliteit nog verbeterd kan worden. Scholen zijn verplicht al deze zaken vast te leggen in een schoolplan en een zorgplan. Door de overheid zijn allerlei voorschriften en regels opgesteld op het gebied van leer- en arbeidsomstandigheden, bijvoorbeeld veiligheid, hygiëne en gezondheid. Deze maatregelen zijn ook opgenomen in het schoolplan. Op iedere school zijn leerlingen met leerproblemen of gedragsproblemen of een combinatie daarvan. Om hier adequaat mee om te gaan, maakt elke school groeps- en handelingsplannen om deze leerlingen te begeleiden. Het individuele handelingsplan, voor iedere leerling met leerproblemen of gedragsproblemen, is wettelijk verplicht in het kader van kwaliteitszorg. Als onderwijsassistent word je bij de uitvoering van deze plannen nauw betrokken. Dit betekent niet dat je een individueel handelingsplan moet kunnen opstellen, maar wel dat je er vanuit je eigen taakgebied naar handelt. Direct en indirect werk je mee aan het individuele handelingsplan door het signaleren en rapporteren van problemen en leerresultaten van de betreffende leerlingen. Gegevens die je hebt verzameld en uitgewisseld dragen bij aan de totstandkoming en actualisatie van het individuele handelingsplan. Ook wordt verwacht dat je als onderwijsassistent zelfstandig begeleiding biedt vanuit het individuele handelingsplan.

5

ORIËNTEREN OP KWALITEITSZORG

Typering PO/SO “Kom Marc, wij gaan weer aan de slag met de breukstaafjes,” zegt onderwijsassistente Eva. “Vandaag gaat het jou zeker lukken om die breuken onder de knie te krijgen. Weet je, toen ik op school zat, vond ik breuken ook best moeilijk, en het is mij toch goed gelukt.” Marc kijkt Eva hoopvol aan. Eva heeft het handelingsplan van Marc van tevoren goed doorgenomen. Typering (v)mbo Inge leest in haar pauze een interessant artikel in een vakblad over kwaliteitszorg. In de conclusie staat het volgende: Kwaliteitszorg in het voortgezet onderwijs: steeds beter Scholen in het voortgezet onderwijs moeten steeds meer hun eigen kwaliteit meten en verbeteren. Doen ze dat en kunnen ze dat? De belangrijke conclusie van het onderzoek dat is uitgevoerd is dat bijna alle scholen werken aan kwaliteitszorg. Steeds meer scholen hebben ook een goed werkend systeem van kwaliteitszorg. Dit is het gevolg van de eisen die de Inspectie van het Onderwijs aan scholen is gaan stellen. Er zijn wel grote verschillen tussen scholen. Opvallend is dat bijna elke school zijn eigen kwaliteitszorgsysteem heeft ontwikkeld, waardoor er veel verschil in aanpak en opzet van kwaliteitszorg is. Inge vraagt zich af of zij wel voldoende kennis heeft over kwaliteitszorg binnen haar organisatie. En wat is haar rol daarbinnen nu precies? Na haar pauze begeleidt Inge groep 3F in het OLC. De meeste leerlingen uit deze groep kunnen zelfstandig werken. Als de leerlingen allemaal op hun plek zitten en aan het werk zijn, richt Inge zich op Casper. Hij heeft dyslexie en heeft daarom extra tijd en begeleiding nodig bij het werken aan opdrachten. Met de docent Nederlands is afgesproken dat Inge met Casper werkt vanuit het dyslexieprotocol. Dit protocol is in het kader van kwaliteitszorg opgesteld. Van tevoren heeft Inge dit protocol goed bestudeerd. Tijdens het begeleiden denkt ze nog eens na over het artikel dat ze gelezen heeft. Ze realiseert zich dat ze meer aan kwaliteitszorg doet dan dat ze in eerste instantie dacht.

6

ONDERWIJSASSISTENT - Fase 3

Oriënteren en Plannen Overleg met je begeleider over je POP en de voorwaarden voor het uitvoeren van de beroepsprestatie. Bekijk de resultaten en de beoordelingslijst. Wanneer bepaalde bewijsstukken niet haalbaar zijn, zoek dan naar vervangende bewijsstukken. Soms is het nodig dat je een aanvullend bewijsstuk inlevert. Bespreek je keuze voor de bewijsstukken met je begeleider. Maak vervolgens je PAP. Leg een inleverdatum voor de resultaten vast.

Plan een datum voor het voortgangsgesprek met je beoordelaar.

GO / NO GO

Stap 1 en 2 van de Wegwijzer zijn aangetoond.

De moeilijkheidsgraad van de opdracht staat in de tabel hieronder aangegeven.

De mate van complexiteit van de beroepssituatie

De mate van zelfsturing

De mate van verantwoordelijkheid voor

gesloten context

geleid

uitvoering van eigen takenpakket jouw samenwerking met collega’s de hele zorg- en begeleidingscyclus aansturing van collega’s op hetzelfde of lager niveau

open context

begeleid

complexe context

zelfstandig

7

ORIËNTEREN OP KWALITEITSZORG

De opdracht

A. De totale opdracht De totale opdracht voer je uit in de beroepspraktijk. Je draagt bij aan kwaliteitszorg binnen de schoolorganisatie van je BPV. Je competenties op dit gebied worden beoordeeld met behulp van de beoordelingslijst van deze beroepsprestatie. Maak hierover afspraken met je beoordelaars.

Je werkt daarnaast aan onderstaande specifieke opdrachten.

B. Theoretische verdieping over kwaliteitszorg binnen het onderwijs Elke school hanteert zorgplannen in het kader van kwaliteitszorg. Ook worden diverse protocollen gebruikt, evenals regelgeving met betrekking tot veiligheid en ergonomie. Je bestudeert vakliteratuur over: • schoolplan/zorgplan/groepsplan/individueel handelingsplan • protocollen voor dyslexie, dyscalculie, pesten • Arbo-wetregelgeving met betrekking tot veiligheid, gezondheid, hygiëne.

Maak van deze plannen, protocollen en wet- en regelgeving een duidelijke samenvatting. De kennis die je door de literatuurstudie hebt opgedaan, pas je toe in de volgende opdracht.

C. Praktijkonderzoek naar kwaliteitszorg Vergelijk de resultaten van je theoretische verdieping in opdracht B . met kwaliteitszorg binnen je BPV. Maak een overzicht van overeenkomsten en verschillen tussen de theorie en de praktijk. Trek conclusies in het algemeen en in het bijzonder ten aanzien van je rol als onderwijsassistent.

Je bespreekt je overzicht met de leerkracht. De feedback voeg je toe aan je praktijkonderzoek.

D. Bijwonen van een leerlingbespreking Je woont een leerlingbespreking bij van een leerling die jij begeleidt. Je brengt een knelpunt in dat jij ervaart tijdens het begeleiden van de leerling aan de hand van het individuele handelingsplan. Je doet hierbij een verbetervoorstel waardoor de kwaliteit van de begeleiding verbetert.

Als je kiest voor een vervangende of aanvullende opdracht, let er dan op dat deze voldoet aan de beoordelingslijst van deze beroepsprestatie.

8

ONDERWIJSASSISTENT - FASE 3

Het resultaat A. De afgetekende beoordelingslijst van deze beroepsprestatie.

Specifieke bewijsstukken B. Schriftelijke samenvatting van de theoretische verdieping. WP 3.1: K en WP 3.2: T. C. Een overzicht van overeenkomsten en verschillen tussen theorie en praktijk + je rol als onderwijsassistent. WP 3.1: K en WP 3.2: T. D. Een beknopte beschrijving van de leerlingbespreking, het knelpunt dat je ervaart tijdens de begeleiding en jouw verbetervoorstel. WP 3.2: T.

Vervangende of aanvullende bewijsstukken – – – –

Neem de bewijsstukken op in je portfolio.

9

ORIËNTEREN OP KWALITEITSZORG

10

ONDERWIJSASSISTENT - Fase 3

Beoordelingslijst

beroepsprestatie 3.2 Oriënteren op kwaliteitszorg (2012-oa-bp3.2)

Naam student:

Opleiding: Onderwijsassistent

Fase:

Cohort:

Datum:

voldoende goed

Prestatie-indicatoren

onvoldoende

Competenties

Kwalificerend

- componenten

Werkproces 3.1 Werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep K Vakdeskundigheid toepassen T Dit betekent dat: • je vakkennis en vaardigheden bijhoudt • je je kennis en expertise op begrijpelijke wijze overbrengt

aan collega’s en andere deskundigen • je feedback gebruikt om van te leren • je deelneemt aan inhoudelijke, beroepsmatige discussies zodat: • je aan je professionele ontwikkeling werkt • je een bijdrage levert aan de professionalisering van het beroep. P Dit betekent dat: • je je houdt aan de voorgeschreven procedures rondom kwaliteitsverbetering en aan wettelijke richtlijnen • je anderen stimuleert om zich hier ook aan te houden zodat: • je een effectieve bijdrage levert aan het bevorderen en bewaken van de kwaliteitszorg.

– expertise delen

Werkproces 3.2 Werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg

T Instructies en

procedures opvolgen

– werken conform

voorgeschreven procedures – werken overeenkomstig de wettelijke richtlijnen

11

ORIËNTEREN OP KWALITEITSZORG

voldoende goed

onvoldoende

Bewijsstukken Kwalificerend

A.

De afgetekende beoordelingslijst van deze beroepsprestatie.

Specifieke bewijsstukken:

Werkprocessen Competenties

3.1 3.2 3.1 3.2

K T K T

B. Schriftelijke samenvatting van de theoretische verdieping. C. Een overzicht van overeenkomsten en verschillen tussen theorie en praktijk + je rol als onderwijsassistent. D. Een beknopte beschrijving van de leerlingbespreking, het knelpunt dat je ervaart tijdens de begeleiding en jouw verbetervoorstel.

3.2

T

Aanvullende of vervangende bewijsstukken:

Werkprocessen Competenties

Cesuur In deze beroepsprestatie zijn de competenties binnen de werkprocessen op het vereiste beheersingsniveau aangetoond.  ja  nee

12

ONDERWIJSASSISTENT - Fase 3

Onderbouwing van de beoordeling met voorbeelden die in verband staan met de prestatie-indicatoren

Indien de student competenties binnen een werkproces onvoldoende heeft aangetoond, geef dan op het niveau van de prestatie-indicator aan wat de oorzaak daarvan is.

De beoordelaars van de beroepsprestatie 3.2 Oriënteren op kwaliteitszorg (2012-oa-bp3.2) zijn:

Naam en telefoonnummer van de instelling (stempel)

Naam beoordelaar

Functie beoordelaar

Handtekening

Naam en telefoonnummer van de instelling (stempel)

Naam beoordelaar

Functie beoordelaar

Handtekening

Naam student

Handtekening

13

ORIËNTEREN OP KWALITEITSZORG

Verpleegkundige Kompas

1.1 Beginnenmet zorg 1.2 Veiligwerken 1.3 Planmatig verplegen 1.4 Ondersteunen bij basisbehoeften 1.5 Zorgen voor veiligheid in onverwachte situaties 1.6 Begeleiden van een groep 1.7Hanteren van communicatieproblemen Fase 1

Zorghulp Niveau 1

Proeve Competentiewijzer

Verpleegkundige Kompas

1.1 Beginnenmet zorg 1.2 Veiligwerken 1.3 Planmatig verplegen 1.4 Ondersteunen bij basisbehoeften 1.5 Zorgen voor veiligheid in onverwachte situaties 1.6 Begeleiden van een groep 1.7Hanteren van communicatieproblemen Fase 1

Verpleegkundige Kompas

Fase 2

Helpende Zorg & Welzijn Niveau 2

2.1 Vaardig in verplegingstechniek 2.2 Planmatig verplegen 2.3Uitvoeren van verpleegtechnische vaardigheden 2.4 Begeleiden bij verliesverwerking 2.5 Omgaanmet grensoverschrijdend gedrag 2.6Handelen onder druk

Proeve Competentiewijzer

Verpleegkundige Kompas

Proeve Competentiewijzer

Verpleegkundige Kompas 3.1 Verdiepen in de branche 3.2 Regie voeren 3.3 Professionaliseren Fase 3

1.1 Beginnenmet zorg 1.2 Veiligwerken 1.3 Planmatig verplegen 1.4 Ondersteunen bij basisbehoeften 1.5 Zorgen voor veiligheid in onverwachte situaties 1.6 Begeleiden van een groep 1.7Hanteren van communicatieproblemen Fase 1

Verpleegkundige Kompas

Fase 2

Verzorgende Niveau 3

2.1 Vaardig in verplegingstechniek 2.2 Planmatig verplegen 2.3Uitvoeren van verpleegtechnische vaardigheden 2.4 Begeleiden bij verliesverwerking 2.5 Omgaanmet grensoverschrijdend gedrag 2.6Handelen onder druk

Proeve Competentiewijzer

Proeve Competentiewijzer

Verpleegkundige Kompas

Proeve Competentiewijzer

Verpleegkundige Kompas 3.1 Verdiepen in de branche 3.2 Regie voeren 3.3 Professionaliseren Fase 3

1.1 Beginnenmet zorg 1.2 Veiligwerken 1.3 Planmatig verplegen 1.4 Ondersteunen bij basisbehoeften 1.5 Zorgen voor veiligheid in onverwachte situaties 1.6 Begeleiden van een groep 1.7Hanteren van communicatieproblemen Fase 1

Verpleegkundige Kompas

Fase 2

Verpleegkundige Niveau 4

2.1 Vaardig in verplegingstechniek 2.2 Planmatig verplegen 2.3Uitvoeren van verpleegtechnische vaardigheden 2.4 Begeleiden bij verliesverwerking 2.5 Omgaanmet grensoverschrijdend gedrag 2.6Handelen onder druk

Proeve Competentiewijzer

Proeve Competentiewijzer

Verpleegkundige Kompas

Proeve Competentiewijzer

Verpleegkundige Kompas 3.1 Verdiepen in de branche 3.2 Regie voeren 3.3 Professionaliseren Fase 3

1.1 Beginnenmet zorg 1.2 Veiligwerken 1.3 Planmatig verplegen 1.4 Ondersteunen bij basisbehoeften 1.5 Zorgen voor veiligheid in onverwachte situaties 1.6 Begeleiden van een groep 1.7Hanteren van communicatieproblemen Fase 1

Verpleegkundige Kompas

Fase 2

Medewerker maatschappelijke zorg Niveau 3

2.1 Vaardig in verplegingstechniek 2.2 Planmatig verplegen 2.3Uitvoeren van verpleegtechnische vaardigheden 2.4 Begeleiden bij verliesverwerking 2.5 Omgaanmet grensoverschrijdend gedrag 2.6Handelen onder druk

Proeve Competentiewijzer

Proeve Competentiewijzer

Verpleegkundige Kompas

Proeve Competentiewijzer

Verpleegkundige Kompas 3.1 Verdiepen in de branche 3.2 Regie voeren 3.3 Professionaliseren Fase 3

1.1 Beginnenmet zorg 1.2 Veiligwerken 1.3 Planmatig verplegen 1.4 Ondersteunen bij basisbehoeften 1.5 Zorgen voor veiligheid in onverwachte situaties 1.6 Begeleiden van een groep 1.7Hanteren van communicatieproblemen Fase 1

Verpleegkundige Kompas

Fase 2

Persoonlijke begeleider gehandicaptenzorg Niveau 4

Persoonlijke begeleider specifieke doelgroepen Niveau 4

2.1 Vaardig in verplegingstechniek 2.2 Planmatig verplegen 2.3Uitvoeren van verpleegtechnische vaardigheden 2.4 Begeleiden bij verliesverwerking 2.5 Omgaanmet grensoverschrijdend gedrag 2.6Handelen onder druk

Proeve Competentiewijzer

Proeve Competentiewijzer

Verpleegkundige Kompas

Proeve Competentiewijzer

Verpleegkundige Kompas 3.1 Verdiepen in de branche 3.2 Regie voeren 3.3 Professionaliseren Fase 3

1.1 Beginnenmet zorg 1.2 Veiligwerken 1.3 Planmatig verplegen 1.4 Ondersteunen bij basisbehoeften 1.5 Zorgen voor veiligheid in onverwachte situaties 1.6 Begeleiden van een groep 1.7Hanteren van communicatieproblemen Fase 1

Verpleegkundige Kompas

Fase 2

Pedagogisch medewerker kinderopvang Niveau 3

2.1 Vaardig in verplegingstechniek 2.2 Planmatig verplegen 2.3Uitvoeren van verpleegtechnische vaardigheden 2.4 Begeleiden bij verliesverwerking 2.5 Omgaanmet grensoverschrijdend gedrag 2.6Handelen onder druk

Proeve Competentiewijzer

Proeve Competentiewijzer

Overzicht beroepsprestaties Zorg en Welzijn - 2012 Proeve Competentiewijzer Verpleegkundige Kompas

Verpleegkundige Kompas 3.1 Verdiepen in de branche 3.2 Regie voeren 3.3 Professionaliseren Fase 3

1.1 Beginnenmet zorg 1.2 Veiligwerken 1.3 Planmatig verplegen 1.4 Ondersteunen bij basisbehoeften 1.5 Zorgen voor veiligheid in onverwachte situaties 1.6 Begeleiden van een groep 1.7Hanteren van communicatieproblemen Fase 1

Verpleegkundige Kompas

Fase 2

Gespecialiseerd pedagogisch medewerker KO - Niveau 4

Pedagogisch medewerker JZ - Niveau 4

2.1 Vaardig in verplegingstechniek 2.2 Planmatig verplegen 2.3Uitvoeren van verpleegtechnische vaardigheden 2.4 Begeleiden bij verliesverwerking 2.5 Omgaanmet grensoverschrijdend gedrag 2.6Handelen onder druk

Proeve Competentiewijzer

Proeve Competentiewijzer

Verpleegkundige Kompas

Proeve Competentiewijzer

Verpleegkundige Kompas 3.1 Verdiepen in de branche 3.2 Regie voeren 3.3 Professionaliseren Fase 3

1.1 Beginnenmet zorg 1.2 Veiligwerken 1.3 Planmatig verplegen 1.4 Ondersteunen bij basisbehoeften 1.5 Zorgen voor veiligheid in onverwachte situaties 1.6 Begeleiden van een groep 1.7Hanteren van communicatieproblemen Fase 1 Fase 1

Verpleegkundige Kompas

Fase 2

Verpleegkundige Kompas Kompas Competentiewijzer 1.1 Uitvoeren van lesonderdelen (kringgesprek, voorlezen, ondersteunen bij taal- en rekenvaardigheden) 1.2 Observeren en rapporteren 1.3 (Buiten) surveilleren 1.4 Voorbereiden en assisteren bij lessen 1.5 Verzorgende taken uitvoeren Proeve Fase 2 2.1 Thematisch onderwijs 2.2 Assisteren bij een activiteit en een evenement 2.3 Individuele didactische begeleiding 2.4 Begeleiden van kleine groepen Proeve Verantwoordingsverslag en Assessmentgesprek Fase 3 3.1 Professionaliseren 3.2 Oriënteren op kwaliteitszorg 3.3 Begeleiden van probleemgedrag 3.4 Didactische begeleiding bij leerproblemen Proeve Verantwoordingsverslag en Assessmentgesprek 2.1 Vaardig in verplegingstechniek 2.2 Planmatig verplegen 2.3Uitvoeren van verpleegtechnische vaardigheden 2.4 Begeleiden bij verliesverwerking 2.5 Omgaanmet grensoverschrijdend gedrag 2.6Handelen onder druk Proeve Competentiewijzer Fase 2 Verpleegkundige Kompas 3.1 Verdiepen in de branche 3.2 Regie voeren 3.3 Professionaliseren Fase 3 Proeve Competentiewijzer 2.1 Vaardig in verplegingstechniek 2.2 Planmatig verplegen 2.3Uitvoeren van verpleegtechnische vaardigheden 2.4 Begeleiden bij verliesverwerking 2.5 Omgaanmet grensoverschrijdend gedrag 2.6Handelen onder druk Proeve Competentiewijzer Proeve Competentiewijzer Proeve Competentiewijzer Proeve Competentiewijzer Verpleegkundige Kompas 2.1 Vaardig in verplegingstechniek 2.2 Planmatig verplegen 2.3Uitvoeren van verpleegtechnische vaardigheden 2.4 Begeleiden bij verliesverwerking 2.5 Omgaanmet grensoverschrijdend gedrag 2.6Handelen onder druk Proeve Competentiewijzer Fase 2 Verpleegkundige Kompas 3.1 Verdiepen in de branche 3.2 Regie voeren 3.3 Professionaliseren Fase 3 Proeve Competentiewijzer Proeve Competentiewijzer

Onderwijsassistent Niveau 4

Verpleegkundige Kompas

1.1 Beginnenmet zorg 1.2 Veiligwerken 1.3 Planmatig verplegen 1.4 Ondersteunen bij basisbehoeften 1.5 Zorgen voor veiligheid in onverwachte situaties 1.6 Begeleiden van een groep 1.7Hanteren van communicatieproblemen Fase 1

Sociaal cultureel werker Niveau 4

Verpleegkundige Kompas

1.1 Beginnenmet zorg 1.2 Veiligwerken 1.3 Planmatig verplegen 1.4 Ondersteunen bij basisbehoeften 1.5 Zorgen voor veiligheid in onverwachte situaties 1.6 Begeleiden van een groep 1.7Hanteren van communicatieproblemen Fase 1

Sociaal-maatschappelijk dienstverlener Niveau 4

Een uitgave van:

Artikelnummer: CZW20120214

Made with